Ik ben Pierre Vanstipelen, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Priet.
Ik ben een man en woon in Bilzen (België) en mijn beroep is Gepensioneerd.
Ik ben geboren op 11/02/1951 en ben nu dus 73 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Schilderen en Tuinieren.
In tekenen en schilderen kan ik mijn passie voor al het mooie kwijt. Mijn kleinkinderen Pieter en Lena zijn mijn oogappels. Tevens ben ik voorzitter van de Kunstkring Alkanna. Mijn specialisatie inzake schilderen is portret, dierenportret & architectuur
Genieten en laten genieten van Kunst Mensen laten genieten van Kunst en iets mogen meegeven over mezelf, mijn hobby en mijn passie is het mooiste dat er bestaat.
02-01-2007
Pastel"Zelfportret met Pieter": Fase3/deel4
Met de aanvang van het Nieuwe jaar heb ik ook, zoals zoveel andere mensen, een aantal goede voornemens gemaakt. Of ik ze allemaal kan uitvoeren is iets anders, maar goed ze zijn er. Eén van deze voornemens is dat ik meer aan tekenen en schilderen zal doen dit jaar en dit voornemen ga ik zeker uitvoeren. Tot slot wil ik nog aan alle lezers van mijn blog de allerbeste wensen overmaken voor een goed en gezond 2007. Vandaag wil ik verder gaan met iets meer uitleg over het gezicht van Pieterke. Als je op de bijgevoegde foto kijkt dan zie je duidelijk het verschil tussen deze staat van afwerking en de vorige (fase2/deel3). Ik wil hierbij nog vermelden dat ik eigenlijk nog een tussen fase heb gehad maar dat ik deze niet uitvoerig ga bespreken omdat dat ons anders te ver zou leiden. Je ziet nu heel goed dat ik de ogen heb aangepast. Dit was natuurlijk ook nodig, zij stonden in de vorige fase wel goed op hun plaats, maar waren iets te klein. De vergroting van de ogen is een milimeter werkje, maar je moet het wel aanpassen, anders krijg je een zeer slecht gelijkend gezicht. Het is namelijk zo dat de ogen van kinderen groter zijn in verhouding tot hun hoofd, dan dat dit bij volwassenen het geval is. En deze algemene regel had ik in de vorige fase over het hoofd gezien. Je ziet ook duidelijk dat het kindje nog geen nek (of practisch geen nek) heeft. Dit is ook een van de kenmerken van zuigelingen en/of baby's. Ook hier moet je rekening mee houden als je kinderen schildert. Wat natuurlijk verder van belang is, is dat je ook bij dit gezicht alle delen afzonderlijk goed moet bekijken. Dit om het karakteristieke van het gezicht weer te geven, maar dat je dient er ook heel goed op te letten dat je een evenwichtig kleurenscala behoud. Hier wil ik mee aangeven dat je alle kleuren op mekaar afstemd. Ook dien je de nodige aandacht te besteden aan de samenhang van de verschillende onderdelen en dit zowel wat de vorm als de kleur aangaat. Ook kan je heel goed zien dat ik de linkerkant van het gezicht in een donkere kleur heb gezet. Hierdoor breng ik het driedimentionele karakter van het gezicht beter tot uiting. Tot slot wil ik nog iets kwijt over de mond en de neus van Pieter. Op het moment van het schilderen waren zij zeer typisch waren voor hem. De neus is nog niet honderd procent in orde, zij staat nog niet helemaal recht en op de juiste plaats maar dit dat zal ik in een volgende fase aanpassen.. Maar ook de mond is zeer typisch. Je ziet duidelijk dat het verbindingsstuk tussen neus en mond (ik noem het wel eens oneerbiedig de snotgeul) bij hem uitgesproken aanwezig is. Verder heeft hij nogal dunne lippen (is een kenmerk in de familie, zijn vader, bompa en overgrootvader hebben dat ook). Toch vind ik ze nu wat te smalletjes en ga ik die ook nog wat ophalen. Een algemeene trek bij zuigelingen is de typische vorm van de bovenlip. Je kan duidelijk zien dat er nog aan een papfles gezoogd wordt. In een volgende bespreking neem ik nog even mijn hoofd ter bespreking en dan verder een algemeen overzicht en stand van zaken tot nu toe.
Alvorens mijn wensen voor 2007 op mijn blog te plaatsen (ik doe dat liever met een nieuwjaarsbrief) wil ik dit jaar in schoonheid afsluiten. Ik ga vandaag weer iets verder met mijn schilderij. Je ziet op de foto dat de twee gezichten weer iets verder zijn uitgewerkt. Ook heb ik reeds een hele kleine aanzet gedaan voor mijn kleding. Het bespreken van de twee gezichten is voor de volgende bespreking maar toch zie je nu duidelijk dat er een driedimensionaliteit in het schilderij verschijnt. De verschillende onderdeleln van beide gezichten zijn heelwat beter uitgewerkt en ook heb ik de kleur ietwat aangepast. Toch hou ik er een mooi gekelurd schilderij (tot nu toe) aan over. In het gezicht van Pieter zijn ook al verschillende zaken beter uitgewerkt . Denk hierbij aan de ogen die nu omdat ik ze vergroot heb veel beter zijn en ook veel beter tot hun recht komen in het gezichtje. Ik ga niet verder uitwijden over de huidige stand van zaken omdat ik dat veel beter kan doen door de twee gezichten afzonderlijk te bespreken. Ik hoop dat je nu reeds duidelijk kan zien dat de gelijkenis redelijk treffend begint te worden. Toch wil ik de opmerking die door een attente bezoeker geformuleerd werd aan mijn adres" Pierre het wordt een prachttekening maar je ziet er zelf jonger uit" beamen. Inderdaad zie ik er jonger uit als op de foto maar de tekening is natuurlijk nog niet af. En eigenlijk zou het tof zijn als je je zelf jonger kunt maken dan de werkelijkheid maar ja er komt weeral een nieuw jaar en daarin worden we weer wat ouder misschien ook op het schilderij. Aan allen die dit lezen een heel mooi uiteinde van 2006 en straks een heel goed begin van 2007. Gelukkig Nieuwjaar.
Vandaag wil ik toch nog eerst even laten zien hoe mijn gezicht er op dit moment uitziet. Ik herhaal wel nog eens, dat er nog verschillende bewerkingen nodig zijn alvorens het gezicht zijn definitieve afwerking heeft bereikt. Aan de hand van deze foto kan je redelijk goed zien wat er verder afgewerkt is. Je ziet duidelijk wat de groene kleur in het gezicht doet. Door deze kleur aan te brengen krijg je een betere huidtint op de onderste helft van het gezicht. Het is natuurlijk ook dat gedeelte van mijn gezicht waar de baardgroei (ondanks mijn geschoren uiterlijk) het meest aanwezig is. Ook zie je duidelijk dat er gewerkt is aan de ogen, de bril en de neus. Maar ook heb ik aanpassingen gedaan aan het gezicht zelf. Zo zie je nu reeds dat de wangen en jukbeenderen veel beter tot uiting komen waardoor het gezicht een betere plasticiteit verkrijgt. Ik hou de toon nog redelijk donker en kleurrijk, dit om achteraf een mooi en schilderachtig effect te krijgen. Ook moet je eens kijken naar de lichtvlekken boven de bril. Het beste zie je dit aan de rechterkant van de bril. Door deze lichtvlekken juist weer te geven krijg je ook weer een duidelijk beeld van het gezicht en ook geven deze vlekken een extra dimensie aan de bril. Het is daarom dat ik steeds zeg dat je de bril als een onderdeel van het gezicht moet beschouwen. De neus heb ik redelijk ver afgewerkt. Waarom, Wel dit is één van de duidelijke kenmerken van mijn gezicht en omdat ik toch steeds verder ga in het perfectioneren van de verschillende onderdelen ben ik met de neus als eerste begonnen. Waarom leg ik hier de nadruk op dit onderdeel van mijn gezicht ? Wel hier zie je reeds duidelijk dat de neus vooruit komt . Zij komt los van het gezicht en krijgt daar door haar driedimentioneel karakter. De oren ,ogen en mond evenals de snor en het sikje moeten nu verder aangenomen worden. Tegelijkertijd als ik aan deze onderdelen werk zal ik er ook voor zorgen dat het gezicht in het algemeen verder afgewerkt wordt. Hier zul je in een volgende bespreking weer meer van horen.
Vandaag wil ik u laten kennismaken met het verder afwerken van de gezichten. Ik ga dit iets uitgebreider doen, door eerst een foto te brengen waarop je mijn gezicht ziet dat een tweede bewerking heeft ondergaan, en waar Pieter nog in de eerste fase zit. Daarna breng ik een samenzicht waar de twee gezichten zijn aangepast en hoe ze eruit zien na deze fase. Als slot behandel ik de twee gezichten afzonderlijk om de wijzigingen duidelijk aan te geven. Ik doe dit zodat je een duidelijk beeld krijgt van de vorderingen die er gemaakt zijn maar ook kan je hieruit afleiden dat er redelijk wat werk aan een portret is. Zeker als je dit wil afwerken naar gelijkenis zoals ik het doe. Ook wil ik benadrukken dat ik de geportretteerde steeds op zijn voor hem/haar beste manier wil weergeven. Ik wil hiermee zeggen dat je als schilder de kans hebt om enkele onvolmaaktheden die niet essentieel zijn om de gelijkenis te beïnvloeden al dan niet kunt weergeven. Het moet natuurlijk een gelijkend portret blijven maar en dat is mijn streefdoel het mag een mooi portret zijn. Op de foto zie je nu dat mijn gezicht reeds verder is aangepast. Let op dit is nog niet hoe het er zal uitzien op het einde van de rit maar dit is een verder tussen situatie. Van het gezicht van Pieter, dat hier nog opstaat zoals het in de voorgaande fase was, ga ik in een volgend deel een indruk geven. Je ziet duidelijk dat er over het hele gezicht is gewerkt maar zeer belangrijk zijn de gebieden links en rechts onder aan het gezicht. Hier heb ik namelijk nog verder gewerkt met die groene toon die ik in fase2/deel 2 reeds besproken heb. Door deze toon krijgt zowel de schaduw als de belichte kant meer diepte en krijg je ook de indruk van de baardgroei (ondanks een geschoren gezicht) die er bij mannen aanwezig is. Ook zie je dat de jukbeenderen in het gezicht zich meer beginnen te manifesteren (spel van juist licht en donker te plaatsen) en zijn de neus en ogen onder handen genomen. Belangrijk detail is dat de lichtvlekken boven de bril een gedeelte van de oogkassen weergeven die meer licht vangen. Tot slot wil ik er op wijzen dat ik een kleine aanzet gedaan heb om grijze haren in mijn snor(linkerkant) weer te geven. In een volgende bespreking gaan we beide gezichten zien meer bepaald hoe ze er na deze derde fase uitzien.
Nu op tweede kerstdag is alles wat rustiger geworden. Het kerstfeest is voorbij in de zin dat de drukte die er was bij het voorbereiden van het kerstfeest, weg is. Alles valt terug in zijn oude plooi. Toch is deze week een speciale week voor mij. Reeds altijd, zolang als ik werkte nam ik op het werk deze week vrij. Meestal diende zij dan om wat uit te rusten en te genieten. Enerzijds nagenieten van meestal een fijn Kerstfeest en anderzijds begon bij mij het aftellen naar het nieuwe jaar. Ook nu ik niet meer aan het werk ben, wil ik dit zo houden maar nu met een nieuwe dimensie extra genieten van al de mooie blogjes van blogvrienden en blogvriendinnen. Toch begin ik deze week met het uitleggen hoe mijn pastelschilderij "Zelfportret met Pieter" tot stand komt. Zoals afgesproken in de vorige bespreking ga ik vandaag iets meer uitleg geven bij de opzet van Pieters hoofd. Zoals je op de foto kan zien heb ik ook hier weer een iets donkerdere kleur gebruikt als grondtoon. Weer om dezelfde reden als bij mijn hoofd namelijk: deze kleur leent zich prima als tussentoon waardoor ik gemakkelijk kan verdonkeren (schaduw) of verhelderen (hooglichten). Alle onderdelen van het gezicht staan ook nu weer op de tekening maar zijn nog niet van die aard dat het perfect oogt. Dit hoeft ook niet want er komen nog genoeg mogelijkheden om dit te verbeteren. Ik heb me in dit geval geconcentreerd op de vorm en de plaatsing van ogen, neus, en mond en natuurlijk mochten de oren niet ontbreken. Ook heb ik het handje dat een gedeelte van het gezichtje bedekt reeds een eerste aanzet gegeven waardoor de vorm van dit handje reeds goed te onderscheiden valt. Op dit moment ben ik het minst tevreden over de ogen van Pieterke, zij lijken mij nogal klein. Nochthans heb ik alles dubbel gescheckt en steeds kom ik op de nu getekende ogen uit. Ik zal in een volgende fase toch nog eens dit onderdeel specifiek natrekken, en eventueel aanpassen (meestal is een gevoel dat je hebt of iets goed is wel het juiste gevoel). De volgende bespreking zal handelen hoe ik deze gezichten verder ga uit werken waardoor hun expressie en herkenbaarheid merkelijk zal verbeteren.
Vandaag iets meer uitleg over het schilderen van mijn gezocht. Zoals je op de foto kan zien heb ik het hoofd van de voorgaande fase iets uitvergroot dan kun je beter de verschillende details onderscheiden. In de eerste plaats wil ik iets zeggen over de kleur van het gezicht. Meestal neem ik de kleur in de opzet van een gezicht iets donkerder dan de normale huidskleur dit omdat je deze kleur dan goed kunt gebruiken in de verschillende gebieden van het gezicht. Ik wil hiermee zeggen dat de kleur die ik opzet de middentoon van het gezicht is. Zo kan ik met een donkere kleur perfect de schaduwkanten opzetten maar ik kan ook met een lichtere kleur de meer belichte kanten van het gezicht uitwerken. Iets wat nog opvalt is, dat ik aan de linkerkant van het gezicht een ietwat groene kleur heb aangebracht. Je kan je afvragen waarom is dat? Wel dit is een stelling die grote portretschilders zeer veel gebruikte. Zij hebben onderzocht en bewezen dat er in een gezicht en het menselijk lichaam algemeen er een geel/groene tint aanwezig is die gevormd wordt door de doorbloeding van de huid. Waar krijg je deze doorbloeding het beste te zien, meestal in de iets minder belichte kanten van het gezicht of het lichaam. Door deze groen/blauwige kleur te gebruiken krijg je ook in de schaduwkant van het gezicht het doorzichtige karakter van de huid te zien. Ook kan je op de foto goed zien waar de donkere en lichtere plekken van het gezicht aanwezig zijn. In een volgende fase zal dit nog meer naar voren treden. Ook zie je duidelijk dat de verschillende vormen zoals de ogen, oren, neus en mond reeds goed hun vorm en ook al redelijk wat kleur bezitten. Het is namelijk zeer voornaam dat je tijdens het hele schilderproces deze vormen en kleur verschillen goed in acht neemt. Tenslotte wil ik nog de aandacht verstigen op de bril. Je ziet hier duidelijk dat de bril deel uitmaakt van het gezicht. In mijn vorige bespreking liet ik al duidelijk merken dat dit een essentieel gegeven is om de bril tegelijkertijd met het gezicht mee te schilderen. Hier kun je ook zien waarom dit is. Ik ga dit nu niet uitleggen, maar als iemand van mijn toeschouwers, één of meerdere redenen kan bedenken waarom het zo belangrijk is om reeds van in het begin deze bril mee te schilderen, en deze redenen wil neerschrijven bij dit artikeltje, wel dat zou ik zéér attent en fijn vinden.. Het zou natuurlijk aangeven dat er serieus mee gedacht wordt met mijn besprekingen. Volgende bespreking handelt over de eerste opzet van Pieter zijn gezicht.
Vandaag wil ik beginnen met het schilderen van het portret van de beide personen. Zoals steeds met een portret begin ik met het hoofd van de geportretteerde weer te geven. Ook in dit geval volg ik die werkwijze en ik begin met mijn hoofd omdat dit voor mij op dit moment het gemakkelijkst te schilderen is. Op de foto kan je zien dat ik een redelijk donkere kleur opzet. Dit doe ik om reeds van in het begin een stevige ondergrond te hebben. Ook is het van belang dat ik alle onderdelen van het gezicht in deze eerste kleurfase zo goed als mogelijk weergeef. Daarom vind ik het ook zo belangrijk dat ik een goede ondertekening maak waarin reeds alle onderdelen vrij goed en juist zitten. Je kan zien dat ik ook de bril die ik draag, als een onderdeel van het gezicht schilder. Je kan je natuurlijk afvragen waarom doet hij dat? Deze bril is op dit moment zo met mijn gezicht vertrouwd geraakt waardoor hij een wezenlijk onderdeel van herkenning is geworden. Wanneer ik nu de bril zou weglaten (om bijvoorbeeld eerst de ogen te schilderen) en hem dan achteraf ga bij schilderen, dan bestaat de mogelijkheid dat hij er gaat uitzien alsof hij op mijn gezicht geplakt is. En dat mag zeker de bedoeling niet zijn. Ook kan je zien dat ik de oren een redelijk goede vorm gegeven heb. Waarom spreek ik over mijn oren, wel om de eenvoudige reden, dat die ook prominent aanwezig zijn aan mijn hoofd. Ook mijn neus is een prominente verschijning in mijn gezicht waardoor zij de wezenlijke kenmerken van Pierre Vanstipelen zijn. Daarom is het heel belangrijk om die in het oog springende delen van in het begin op de goede plaats te zetten en tevens te zorgen dat ze de juiste vorm en grootte hebben. Ook heb je bij mij natuurlijk nog een ander goed herkenningspunt en dat is de snor en het baardje, ook die zijn zoals je ziet reeds goed aangegeven. Voor Pieterke ga ik het zelfde te werk. Ook bij hem zoek ik naar de meest in het oog springende kenmerken. In zijn geval zijn dat zijn neusje en de ogen. Zijn neusje heeft de vorm van de neus van zijn bompa (toen die klein was) en hij heeft heel blauwe en redelijk grote ogen. Tevens heeft hij op dat moment nog weinig haar en dan tekenen we er evenveel als bij zijn Bompa (heel weinig, grapje natuurlijk). Op dit moment zijn alle onderdelen geplaatst en ga ik in een volgende bespreking verder werken aan mijn hoofd. Door alles iets beter uit te werken zowel de kleur als de vorm. Daarna neem ik het hoofd van Pieter nog eens onderhanden alvorens verder te gaan met klederen en handen.
Vandaag enkele woorden over de handen. Alvorens met de uitwerking van het schilderij te beginnen wil ik nog even de aandacht vestigen op de handen van de twee personen op het schilderij. Op de foto bij dit artikeltje zie je twee paar handen die kort bij elkaar liggen. Behalve dat één paar van een klein kind is en het ander van een ouder iemand zeggen die handen nog andere zaken. 1) de uitnodigende beweging van Pieters rechterhand naar de toeschouwer 2) de linkerhand van Pieter rust op mijnmijn linkerhand net alsof hij wil zeggen dat is mijn bompa 3) het duidelijk kontrast tussen Pieters handen die nog heel gaaf en teer zijn ten opzichte van mijn handen die meer hebben meegemaakt dan het gewone. Ik weet dat dit alles voor mij een bijzondere betekenis heeft en ik hoop dat ik die betekenis door middel van dit schilderij kan overbrengen op de toeschouwer. Mijn volgende bespreking zal handelen over het uitwerken van de gezichten.
Vandaag wil ik iets meer zeggen over het didactisch materiaal dat ik zal gebruiken voor dit zelfportret. Ik werk met verschillende foto's en met een spiegel. In de spiegel kan ik mezelf bekijken om hier en daar wat correcties en kenmerken van mezelf beter te observeren; Voor Pieter gebruik ik verschillende foto's die uit verschillende standpunten getrokken zijn. Wat ik natuurlijk in dit geval belangrijk vind is dat ik een aantal poses heb waar onze handen duidelijk op staan. Het is belangrijk om de handen goed te kunnen observeren omdat ik zelf dit onderdeel van het portret als focuspunt wil schilderen. Ik geef hierbij twee foto's waarop je goed kan zien hoe ik de handen van de ene en andere foto combineer tot een nieuwe pose die mijn inziens goed is voor te schilderen. Morgen wil ik nog iets meer vertellen over het onderdeel handen waarbij ik de handen sie getekend zijn even uitvergroot.
Zoals ik enkele weken geleden reeds zei hebben we eind maart 2007 een groepstentoonstelling met onze Kunstkring Alkanna. Voor deze tentoonstelling hebben we onszelf een opdracht meegegeven. We willen iets extra's brengen op deze tentoonstelling omdat deze tentoonstelling georganiseerd wordt voor het 25 jarig bestaan van onze kunstkring. De opdracht die we ons gegeven hebben is om een zelfportret te maken. Ieder lid vrij is om te kiezen welk portret hij /zij maakt en in welke stijl hij/zij dit portret wil maken.Vanaf vandaag wil ik de sluier oplichten in verband met mijn schilderij "Zelfportret met Pieter". Steeds als ik aan een portret werk probeer ik een zo goed mogelijk gelijkende en gedetaïlleerde tekening als voorontwerp te maken. Dat wil zeggen dat ik zeer goed de verschillende proporties van de geportretteerde (persoon of ander onderwerp ) aangeef, maar ook zeer goed en reeds van in het begin van de tekening, de licht en donker partijen weergeef. Deze werkwijze heeft als positief gevolg dat ik me tijdens het werken aan het portret niet altijd meer tot het uiterste moet concentreren of de verhoudingen juist zijn, en de schaduwpartijen op de juiste plaats zitten. Hierdoor kan ik alle aandacht geven aan de kleur, stofuitdrukking, en afwerking van het schilderij. Want voor mij blijft er één zaak als een paal boven water overeind staan, dat wanneer ik een portret van iemand maak steeds naar een grote gelijkenins van de geportretteerde streef. De hele uitleg die door menig "modern kunstenaar" naar voor wordt gebracht, dat niet de gelijkenis van belang is maar het werk op zich, kan ik voor een groot gedeelte volgen zolang het maar niet om een portret van iets of iemand gaat. Ik wil hier ook mee zeggen dat als ik een portret van een koffiepot, boom of dier maak, ik probeer te bereiken dat de toeschouwer het geportretteerde ook kan thuis wijzen als een koffiepot, boom of dier. Dit is voor mij essentieel in "mijn kunst" en daar discussieer ik zelfs niet over. Om het nog eens kort en goed te zeggen als je een portret wil schilderen is het voor mij belangrijk dat je het geportretteerde goed kunt herkennen. En dit in de vorm, kleur of hoedanigheid dat het onderwerp zich aan mij voorstelde. Tot daar de uitleg over wat ik onder portretschilderen versta. Iemand die zegt dat hij dan evengoed een foto kan nemen wel die moet dan maar een foto nemen, alleen moet hij bedenken dat een foto, een object is dat mijn door middel van een fototoestel gemaakt is. Een foto zal dan ook steeds de harde werkelijkhieid weergeven hoe goed of slecht dat die werkelijkheid ook is. Dit heeft natuurlijk ook zijn positieve en zeker zijn didactische waarden, maar en dat is mijn persoonlijke mening, een schilderij (portret) heeft net dat tikkeltje meer dan die didactische werkelijkheid . Misschien wel door de manuele arbeid die de kunstenaar er voor moet opbrengen, maar zeker door de emotionele betrokkenheid die een kunstenaar ervaart bij het vervaardigen van zijn kunstwerk. Door deze laatste gewaarwordingen of ervaringen kan de gevoelswaarde die er van een schilderij uitgaat niet geëvenaard worden. Eén ding is zeker, dat een schilderij steeds gemaakt is met gevoel en liefde voor enerzijds het schilderij maar ook voor "de of het geportretteerde" object. Op de foto die ik bij dit artikel plaats zie je dus de uitgangstekening die ik gebruikte voor het portret van Pieter en mij maar ook moet je eens kijken naar de handen van de twee geportretteerde. Die handen hebben voor mij een belangrijke betekenis. Zij krijgen dan ook een prominente rol en plaats in het schilderij. Ik hoop dat het schilderij daardoor nog een extra dimensie krijgt en niet enkel een portret of voorstelling van twee mensen is maar dat ook de verbondenheid, liefde en levenservaring tussen en van de twee geportretteerde tot uiting komt. Op dit laatste zal ik tijdens de bespreking van het portret nog uitvoerig terug komen. Ik hoop dat deze reportage voor mij een bron van voldoening zal zijn over het geleverde werk. Maar nog meer hoop ik dat het voor de bezoekers van dit blog weer een bron van inspiratie en ontspanning zal zijn.
Vandaag wil ik dit hoofdstukje afsluiten. Het schilderij is af en ik heb ook de uitslag over de vraag "welke passepartout het mooiste is" rond het schilderij. Er is gekozen voor alle drie de samenstellingen. De linkse samenstelling heeft het meeste stemmen gehad namelijk 8. Nr twee was de middenste opstelling met 5 stemmen en nummer drie was het rechtste met twee stemmen. Zoals een goede huisvader volg ik hiermee de meerderheid en dus is het linkse schilderij het beste. Ik geef nogmaals de foto van het schilderijtje nu iets groter en misschien ook beter zichtbaar. Vanaf morgen begin ik de bespreking van mijn zelfportret met Pieterke.
Slot over aquarel "Zicht op Eigenbilzen vanuit de Krombeek";
Eindelijk kan ik vandaag weer achter mijn pc zitten. De ziekte die me meer dan een week heeft plat gekregen was niet alleen fibromyalgie en een oorontsteking maar ook een ferme longontsteking. Dat laatste weten we pas sinds maandagmorgen. Doordat ik maandag zo ellendig en ziek was ben ik terug geweest naar mijn huisdokter voor een nieuw onderzoek. Ik was verleden week zaterdag nog op consultatie geweest maar kreeg toen een vervanger die vaststelde dat ik een oorontsteking had opgelopen en dat de fibromyalgie blij meespeelde in het geheel van koorts. Maar toen de koorts niet zakte met de medicamenten die ik kreeg en ik alleen maar ellendiger werd ben ik dus maandag terug geweest. En na een zéér grondig onderzoek kreeg ik volgende diagnose voorgeschoteld, inderdaad fibromyalgie is er maar die is er altijd, oorontsteking was al beter (ik vond dit wel raar op zo'n korte tijd), maar er was iets anders bij gekomen namelijk een longontsteking. Nu kan je mij allles vertellen maar niet dat ik die longontsteking heb bijgekregen door gewoon binnen op mijn bed te liggen. Dat heb ik ook verteld aan mijn huisarts, die glimlachte eens fijntjes en zei verder niets. Alleen drong hij er op aan dat ik de andere medicamenten mocht laten voor wat ze waren en die sterkere antibiotica moest nemen. Dan moest het ten laatste vanaf woensdag (vandaag dus) beter gaan. Indien dit niet het geval waset dan moesten er nog foto's genomen worden. Vandaag aan de telefoon heb ik hem kunnen zeggen, kameraad ( ik kom reeds meer dan dertig jaar bij deze dokter) je bent een kei en het is met uw beroep net zoals in de andere beroepen denk ik, "die ouwe alleskunners maken ze niet meer". Hij heeft deze keer wel hardop gelachen en gezegd als gij het zegt Pierre zal het wel zo zijn zeker. Verzorg je deze week nog maar goed en alls is weer vergeten. Als afsluiter van mijn stukje over de aquarel wil ik nogmaals de bezoekers laten beslissen welke de beste Paspartoutes zullen zijn rond dit schilderijtje. Ik hoop redelijk wat meningen binnen te krijgen en zoals vorige keer zal de meerderheid beslissen.
Aquarell:Zicht op Eigenbilzen vanuit de Krombeekvallei:fase2:deel2
Een mens heeft het niet altijd zoals hij het zou willen . Ik heb een hele tijd plat gelegen wegens de fibromyalgie en daarbij een ferme oorontsteking. Vandaag is het voor het eerst deze week dat ik me iets beter voel, alhoewel het deze morgen helemaal niet lukken wou. Maar van de nood een deugd makend en eindelijk weer het één en ander te kunnen schrijven over het laatste werkje doet goed. Veel ga ik niet vertellen, maar ik wil wel vandaag even het midden gedeelte van het schilderij bespreken. Dit is het gedeelte waar de bloesems tot hun recht dienen te komen en dit is ook het gedeeldte waar ik het meeste moeite mee gehad heb. Je ziet op de foto dat dit gedeelte van het schilderij redelijk open diende te blijven om natuurlijk de bloesems te kunnen weergeven. Toen ik bezig was heb ik op verschillende manieren getracht die bloesems weer te geven en tenslotte heb ik besloten om de schaduwpartijen in de bomen te schilderen. Dit is natuurlijk ook gemakkelijker gezegd dan gedaan. Toen de schaduwpartijen er stonden vond ik dat alles weer te donker van kleur was en ben ik beginnen te krabben met een scherp mesje. Door op deze manier het papier op te ruwen kreeg ik terug de witte ondergrond van het papier te zien. Willeswaar een ander soort wit dan het wit dat ik voor ogen had maar toch een wit dat veel beter was dan dekwit uit de tube. Als ik nu alles overschouw en het hele schilderijtje bekijk is het resultaat niet zo slecht geworden. De volgende bespreking zal ik de verschillende paspartoutes tonen die ik rond het schilderijtje wil zetten en dan is dit werkje klaar voor het nageslacht.
Vandaag ga ik nog iets verder met de uitwerking van het schilderij. Je ziet op de foto dat ik nu ook het middengedeelte van het schilderij heb uitgewerkt. Het probleem dat ik in de vorige fase aanhaalde over de bloesems die ik nog moest aanbrengen heb ik op een voor de leek misschien onorthodokse manier aangepakt. Toch is het een veel toegepaste methode. hoe ik dat gedaan heb bespreek ik in de volgende fase. Vandaag wil ik er even op wijzen dat het niet zo evident is om een landschap als dit toch een bepaalde sfeer mee te geven. Zeker als je schildert zoals ik schilder is dat niet altijd even gemakkelijk. Ik wil namelijk steeds het onderwerp weergeven zoals het zich ook voordoet ter plekke. Ik had mij voorgenomen om alles veel losser te schilderen dus veel transparanter en met heel veel water, maar dat heb ik bij nader inzien toch weer niet gedaan. Waarom, Wel ik voelde mij niet gelukkig en goed bij die werkwijze, wat niet wil zeggen dat ik het opgeef om dat te doen. Voor mij telt het gevoel dat ik heb tijdens het schilderen en hier kreeg ik weer een goed gevoel naarmate ik vorderde. En het is toch het gevoel wat telt bij schilderen. Daarbij zegt het spreekwoord ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is, en ik ben nogal fijn gebekt zal ik dan maar denken. Je kan op de foto zien dat ik de groene kleuren, die veelvuldig voorkomen, vrij gedeferentieerd heb weer gegeven. Ik bedoel hiermee dat er verschillende groenen in dit schilderij aanwezig zijn en dat het schilderij zelf niet te eenzijdig "groen" overkomt. Het was mijn bedoeling om een lente gevoel mee te geven, en de kleuren van de bladeren, gras en de struiken zo lichtvoetig als mogelijk weer te geven. Hierdoor hoop ik dat dit schilderijtje toch dat sprankelende, dat aan de lente eigen is, kan oproepen. Ook zie je dat het aan het begin van de lente want er is zelfs een boom die nog geen bladeren heeft. Ook heb ik mijn uiterste best gedaan om de maretak die veelvuldig in de bomen aanwezig is zo natuur getrouw mogelijk weer te geven, maar dit onderdeel mocht ook weer niet de boven hand nemen in het schilderij. Zo zie je maar weer dat er verschillende valstrikken en valkuilen aanwezig waren.
Vandaag ga ik iets verder met deze aquarel, waarbij ik de verschillende kleuren verder ga ophalen, waardoor de aquarel meer zeggingswaarde krijgt. Als je nu op de foto kijkt dan zie je duidelijk het verschil met de voorgaande bespreking: namelijk alles lijkt veel kleurrijker te zijn. Ook krijg je nu over het hele schilderij een veel betere en helderdere kijk. Het is natuurlijk niet alleen door meer kleur toe te voegen dat je aquarel meer zeggingskracht krijgt. Neen het is meer dan alleen maar dat hoor. Ik hoor soms van leerlingen die onder begeleiding werken dat wanneer zij een opdracht krijgen om een aquarel te maken, die aquarel zeer waterig dient te zijn. Ik moet dan meestal eens meewarig lachen en zeg hen dan dat het inderdaad zo is dat een aquarel per definitie met veel water dient gemaakt te worden, maar daarom hoeft die aquarel niet waterig over te komen of waterig te zijn. Want sommige van die begeleiders vergeten aan hun leerlingen te zeggen dat ze genoeg pigment dienen te gebruiken. Want en dit is zeer belangrijk om een aquarel haar uitstraling te geven, je dient een juiste mix te vinden tussen water en het pigment. Misschien komt dit over als kritiek op sommige begeleiders, en eigelijk is dat ook zo, omdat ik van oordeel ben als je iemand iets wil aanleren, je die leerling zeker de beginselen dient bij te brengen. En liefst op een verantwoorde manier, waardoor je die mensen iets leert wat jij zelf al kent en proefondervindelijk hebt ondervonden. Achteraf kunnen die leerlingen zelf hun eigen weg zoeken, maar ze moeten wel die basisbeginselen kennen want daarom komen ze naar je toe om die beginselen te leren. Ja toch? Je kan op de foto goed zien dat er nog enkel elementen toegevoegd zijn op het schilderij. Hierdoor ontstaat er als vanzelfsprekend meer diepte en wordt het schilderij reeds een heel stuk levendiger. Je kan hier weer goed de drie verschillende onderdelen van een schilderij onderkennen te weten: - een achtergrond (achter de groene haag) waar de kleuren grijs blauwig zijn, door die kleuren lijkt alles verder af en pas je het sfeerperspectief (kleurperspectief toe) - een middengedeelte waar de kleuren intenser zijn maar de details iets minder uitgesproken - een voorgrond waar de kleuren op zijn hevigst dienen te zijn en details zo goed mogelijk uitgewerkt. Je ziet dat in het midden van het schilderij nog niet veel geschildert is en dat heeft maar een reden ik zoek nog naar een manier om de lentebloesems die er op het moment van de foto waren, weer te geven. Misschien heb ik daar in de volgende bespreking een oplossing voor gevonden (eigenlijk ben ik er zeker van dat ik daar een oplossing voor vind). Het beste kan je weer kijken komen en lezen wat de oplossing is.
Vandaag wil ik beginnen met het eerste stukje over deze aquarel. Het begint in dit geval zoals ik de meeste werkjes aanvat namelijk met een goed gevoel omtrent een welbepaald onderwerp, een foto of een idee. In het geval van dit schilderijtje is het een foto uit de krant, welke ik in het vorig stukje uitvoerig beschreven heb. Een aquarel begin ik meestal met een vrij gedetaïlleerde ondertekening maar dat heb ik in dit geval niet gedaan omdat ik mezelf eens wil testen om met een losse schets te werken. Ik wil namelijk eens uit proberen of het waar is wat er door sommige kunstenaars beweerd wordt dat een gedetailleerde schets je spontaniteit beperkt. Natuurlijk kan ik me vinden in deze uitleg als men van het begin af aan een onderscheid maakt in het werk dat men wil uitvoeren. Wanneer je iets luchtigs op papier wil zetten dan kan je natuurlijk best zo min mogelijk punten vast leggen op voorhand en probeer je door het gebruik van het medium waar je mee werkt, die losse toets te verkrijgen waardoor je werk aan spontaniteit gaat winnen. Wannneer je een voorwerp of een onderwerp iets meer in detail wil weergeven dan moet je wel details gaan tekenen alvorens te schilderen, want anders is de kans groot dat je wel enkele details over het hoofd ziet tijdens het schilderen en dat kan natuurlijk je heel essentieel zijn voor de geloofwaardigheid van je schilderij. Wanneer je het onderwerp op één van deze twee manieren benadert dan kan er niet veel fout gaan denk ik, omdat je dan met een wel doordacht plan te werk gaat gaan. Met dit schilderij wil ik een "losser" werk maken en dat probeer ik dus in de eerste plaats door mijn tekening zo beperkt mogelijk te houden. Op de foto zie je de eerste penseelstreken die ik gezet heb met aquarel tevens zie je ook nog een gedeelte van de tekening. Let ook op de op dit moment zeer dunne wassing die ik heb aangebracht, waardoor ik nog steeds de mogelijkheid heb om zaken te verwijderen of te verbeteren indien ik ze minder geslaagd vind. In mijn volgende bespreking zul je iets meer kleur onderscheiden en zullen alle elementen op hun plaats staan.
Nieuw schiolderij: aquarel Zicht op Eigenbilzen vanuit de Krombeek. Fase 1: deel1
Ik wil vandaag starten met de uitleg over een nieuw schilderijtje dat ik wil maken. Het begon reeds een aantal maanden geleden (het kan zelfs meer dan een jaar zijn) toen ik in de krant een foto zag die de titel droeg van "Jaar van het dorp Eigenbilzen vanuit de Krombeekvallei". De foto zag er niet slecht uit omdat er enkele elementen aanwezig waren die nogal evident zijn voor deze streek. Je moet weten dat Groot-Bilzen uit een 13 tal kerkdorpen bestaat, en dat Eigenbilzen een van deze dorpen is. Ook is het zo dat er verschillende van deze dorpen nog steeds dat mooie landschappelijke en rustige vergezicht hebben die je vroeger zo vaak tegenkwam, maar nu op verschillende plaatsen vedwenen zijn.. Je kan hier nog steeds genieten van die pittoreske Haspengouwse vergezichten die je in geur en kleur herinneren aan de onverbeterlijke schoonheid van je eigen streek. Een schoonheid die je soms kunt vergeten, maar die op een bepaald moment zo overweldigend op je toekomt, dat je er iets mee moet doen. Ook sprak mij de foto ten zeerste aan omdat er enkele kenmerken op voorkomen die bij ons in Zuid-Limburg zo typisch zijn. In de eerste plaats zie je duidelijk de maretak die op verschillende plaatsen welig tiert en vegeteerd op de daar aanwezige bomen, en dit in hun typische mooie bolle groeiwijze. En ten tweede vond ik het vergezicht dat men genomen had zeer typisch voor Eigenbilzen, omdat het zicht vanuit de Krombeek werkelijk nog die echte plattelandsrust op een mooie lentedag (zie naar de verschillende bloesems in de bomen) weergeeft. Je hoeft het niet te geloven, maar bij het zien van deze foto hoorde ik de kerkklok rustig luiden en voelde ik een zalige gemoedsrust over me heen komen. Toen besloot ik dat ik deze foto maar moest bewaren en ten gepaste tijde daar iets mee te doen. En nu kwam ik bij toeval op deze foto uit en weet je wat het fijne van heel de zaak is, ik na al die tijd nog steeds dezelfe gewaarwording heb als toen ik voor de eerste keer deze foto bekeek. Dus je ziet nostalgie en een goed gevoel zijn soms zéér belangrijk. Zeker als je iets of iemand wilt portretteren. Want geloof me dit vergezicht zie ik meer als een portret van Eigenbilzen, dan als een landschapje dat ik ga maken. Op de bijgevoegde foto zie het vergezicht zoals het in de krant stond en gezien ik er een portret wil van maken ben ik enige tijd geleden nog eens terplaatse gaan kijken. Ik wilde mij ervan vergewissen of de details die mij zo aanspraken er nog steeds zijn. En ja het is nog altijd even kalm en rustig zoals op de foto te zien is alleen het jaargetijde was iets anders maar dat hoeft geen beletsel te zijn.
Ervaringen en opmerkingen aangaande pastel op doek
Als laatste stukje rond deze pastel wil ik enkele van mijn ervaringen die ik tijdens het pastelleren op doek ben tegen gekomen beschrijven. Het is natuurlijk in de aller eerste plaats een experiment geweest om op deze manier een pastel te maken en ik blijf dit werk ook zien als een experiment. Maar en dat is voor mij redelijk belangrijk er zijn een aantal heel positieve ervaringen naar boven gekomen die er mij toe hebben aangezet om dit experiment te herhalen. In de eerste plaats is het schilderen met pastel op doek een speciale gewaarwording het heeft iets van schilderen met olieverf. Ook heb ik mogen ondervinden dat de structuur van de doek zeer bepalend is voor het uiteindelijke werk. Als je op linnen werkt dat grof van structuur is, dan moet je niet gaan proberen (het gaat wel maar is zeer moeilijk) om zeer gedetailleerd te gaan werken. Dus je moet vooraf bepalen (maar dat moet je ook bij aquarel) welk doek je gaat gebruiken. Volgens mij gebruik je het best fijn linnen. Ook is het belangrijk te weten dat er heel veel pastel nodig is om in te werken op je ondergrond. Maar en dat is zeer positief je kan oneindig veel lagen pastel aanbrengen zonder dat het een smeerboel wordt. Wat ook belangrijk is, dat bij het werken op doek, je door fixatie van het pastel de kleuren eerder verhelderen, daar waar zij op papier mijns inziens verdonkeren. Tot slot en dat is misschien wel de belangrijkste vaststelling, is dat je zeer moeilijk ergens aan pasteldoek en dan meen ik specifiek doek voor pastel, kan geraken. Dus als je ermee wilt werken dan blijft het steeds een beetje zoeken naar de juiste doek en de juiste samenstelling om het doek te prepareren. Toch ben ik van oordeel ondanks enkele moeilijkheden die zich nu nog voordoen dat het de moeite loont om verder te zoeken naar de ideale oplossing. Ik kan nu reeds zeggen dat ik een nieuwe pastelwerk aan het voorbereiden ben en dat dit misschien voor mij een totaal nieuw begin van pastelleren gaat worden.
Pastel op doek:Iris: fase 3:deel 2-passepartoute en kader
Vandaag wil ik de keuze van het passepartoute even bespreken. Zoals je op de foto kan zien heb ik gekozen voor een vrij lichte combinatie van blauw en geelachtig-wit. De kleuren van de twee passepartoutes zitten in het schilderij. Ik neem steeds als kleine omkadering een kleur die afsteekt tegen de achtergrond van het schilderij en de tweede passepartout dient een complementaire kleur te vevatten ten opzichte van de eerste paspartout. Om eens te checken hoe mijn bezoekers reageren op een bepaalde kleurencombinatie heb ik in het vorige schilderij "Gevel met strandstoel" aan mijn bezoekers de de mogelijkheid gegeven om hun keuze te maken uit drie verschillende combinaties. Ik doe het bij dit schilderij niet omdat hier niet zo veel mogelijkheden zijn om verschillende combinaties toe te passen. Ik vind dat wanneer je iemand laat beslissen om de één of andere mogelijkheid te kiezen de verschillende keuzemogelijkheden practisch evenwaardig dienen te zijn en je werkelijk wat hebt aan de keuze die er gemaakt wordt. Ook heb ik gekozen en dit is enigzins op zekerheid spelen, om een goudkleurige kader te kiezen bij dit schilderijtje. Toch kan een bezoeker indien hij/zij het wenst zijn/haar voorstel omtrent het schilderij en de keuze die ik maakte kenbaar maken, ik zou er verheugd over zijn indien er nog enkel goede suggesties zouden binnenkomen; Tot slot wil ik zeggen dat de volgende bespreking zal handelen over mijn ervaringen met het werken van pastel op doek.
Vandaag begin ik met de laatste fase van dit experiment. Op de foto kan je zien dat ik nog iets verder gegaan ben in het detailleren en afwerken van het geheel. Ik heb de bloemblaadjes nog iets meer uitgewerkt en op sonmmige plaatsen iets meer aangezet. Dat wil in dit geval zeggen dat ik op de plaatsen waar er donkere kleuren aanwezig zijn, die staan meestal voor het feit dat er op die plaats schaduw aanwezig iswaardoor de kleur iets dieper dient te zijn, de blaadjes afgelijnd heb met een lichtere kleur. Op andere plaatsen waar je lichte kleuren hebt, in dit geval de meest in de zon zittende bladeren, heb ik ze afgelijnd met een donkere kleur. Je kan ook zien dat de lichte kleur niet wit is en de donkere kleur ook weer niet zwart is. Je zult misschien wel denken, wat heeft dat nu te maken maar ook hier wil ik weer de aandacht vestigen op het feit dat dit een zeer belangrijk gegeven is. Voor deze aflijningskleuren (zal ik ze gemakkelijkheids halve noemen) heb ik kleuren gekozen die ik reeds in het schilderijtje gebruikt heb. Ook dit heeft natuurlijk een eenvoudige verklaring. Door op deze manier te werken krijg je geen harde aflijningen en worden de kleuren worden onderling goed samengehouden waardoor je weer een beter geheel en kleur eenheid krijgt. Je ziet hier ook weer dat het niet altijd ingewikkelde handelingen dienen te zijn om een goed werkje nog dat "ietsje" meer te geven. De volgende bespreking zal handelen over de paspartout keuze en de inkadering. Afsluiten doe ik met mijn bevindingen over het pastelleren op doek en of dit experiment geslaagd is of niet..