Woensdagmorgen vertrekken we onder een heldere hemel naar Amal waar we een goede plaats kennen. In de namiddag kunnen we er nog even op de fiets en doe ik een poging tot vissen, echter zonder succes. s Avonds begint het te regenen en het blijft praktisch de hele volgende dag regenen terwijl we naar Helsingborg rijden, waar we de veerboot nemen naar Denemarken. Ook in Denemarken blijft het voortdurend regenen. In Faro houden we halt voor de nacht en het regent nog steeds.
Vrijdagmorgen naar Rodby waar we oversteken naar Puttgarden met een laatste blik op Denemarken.
Het is inmiddels opgeklaard en we krijgen afwisselend zon en bewolking met een zeldzame bui. Daar het nu toch wat op een zomer begint te lijken gaan we de toeristische toer op en rijden naar Lüneburg waar we op een mooi ingerichte camperplaats zullen overnachten.
Het is zaterdagmorgen en het is mooi weer. We maken ons op om een wandeling door de oude Hansestad Lüneburg te maken. De stad was zeer welvarend onder andere door de zouthandel en er zijn veel rijke huizen in baksteengotiek deze stijl was typerend voor de streek.
Toen we bij de markt aankwamen barstte er een hevig onweer los en zochten we dan maar beschutting in de kerk. Een mooie driebeukengebouw ook in baksteen.
Na de middag zetten we onze tocht verder naar het zuiden met een laatste stop in Hannoversch Münden, waar we tegen de avond aanlanden, want bij Hannover hebben we een dik half uur in de file gestaan. Zondagmorgen na het ontbijt de stad in, gelegen op de samenvloeïng van de Werra en de Fulda. De stad dankte haar welvaart aan de tolheffingen die zij kon opleggen aan al de langskomende schepen.
De oude stad herbergt een zeer groot aantal goed onderhouden vakwerkhuizen, ik denk dat we nog nergens zo een groot aantal gezien hebben. Elke straat waar we inkeken is afgeboord door vakwerkhuizen.
Na de middag rijden we dan vlot naar huis, waar we enkele dagen pitstop zullen houden om donderdag weer verder te rijden naar het goede weer.
Dinsdag 22 juli Vanuit Noresund vertrekken we 's morgens richting Oslo. Om het drukke verkeer te vermijden rond Oslo rijden we naar Horten om vandaar met de ferry naar Moss over te steken en daarbij nog een kortere route te nemen. Aan de ferry hebben we pech want de man aan het loket staat op de details en rekent onze fietsen bij de lengte van de camper en we moete dubbel zoveel betalen als toen we uit de andere richting net dezelfde oversteek maakten. Even voorbij de stad Halden aan de Femsjöen komen we aan onze laatste pleisterplaats in Noorwegen. Het is de hele dag droog geweest en in de avond komt de zon er nog even door.
Het is grijs en het regent bij het ontbijt. We willen nog verder gaan richting Voss in de hoop op enige beterschap, indien niet rijden we vandaar richting Oslo en Zweden. Voorbij Kinsarvik,
waar drie fjorden samenkomen nemen we een overzetboot en duiken meteen een 12,4km lange tunnel in. Het is laat in de namiddag wanneer we in Voss aankomen en op een parking aan het meer kunnen we blijven slapen.
Het is even droog en we kunnen nog een wandeling langs het meer en in de stad maken.
Maandagmorgen is het weer druilregen en we rijden dan maar naar het zuiden. Het blijft de hele dag regenen maar toch kiezen we voor een route die ons niet door de langste tunnel van de wereld voert, (24,4km aub). We rijden door de bergen over een pas waar we normaal schitterende uitzichten zouden hebben, maar die zijn nu grotendeels verborgen in de wolken.
Beneden in het dal in Torpo zien we nu een mooi oud kerkje.
Rond 17u komen we aan in Noresund en regent het niet meer, voor het plaatselijk toerismekantoor heb ik een prima draadloze verbinding.
Woensdagavond in Erfjord was het leuk vissen en ik haal er verschillende op, twee dikke Mindre Kungfisk die we gefileerd lekker hebben opgegeten. Ik haalde er ook nog enkele Blafisk op, erg kleurige vissen zoals ik er nog nooit had gezien, die werden keurig terug gezet.
Donderdagmorgen weer verder, bij een waterval treffen we de Laksstudio aan. Een gebouwtje opgetrokken bij de vistrappen die de vissen moet helpen de waterval te overwinnen. Doorheen een glazen wand kunnen we verschillende zalmen zien die klaar zijn op de volgend trap te nemen.
In Sandeid, hoe kan het anders, weer een plaatsje voor de nacht aan de jachthaven met mooi zicht op de fjord.
Vandaag ging het richting Haugesund, langs berg en fjord. Onderweg zien we in een fjord op een piepklein eilandje een mooi vakantiehuisje, daar wordt je beslist niet gestoord.
We stoppen ook nog even bij de enige zoutwater sluis van Noorwegen die nog in gebruik is. Die wordt benut om de waterstand in de fjord hoog genoeg te houden voor de scheepvaart.
Bij Avaldsnes staat een kerk toegewijd aan St.Olaf, naast de kerk staan een zeven meter hoge monoliet die overhelt tot bijna tegen de muur van de kerk. Volgens de plaatselijke legende zal de Dag van het Laatste Oordeel komen wanneer de tip de muur raakt, maar voor 1830 hebben ze voor alle zekerheid maar een stuk van de top verwijderd.
Iets verder op een klein eilandje Bukkoy is er een Vikingnederzetting nagebouwd en krijgen we uitleg door in Vikingkledij geklede mensen. Vooral het mooie lange huis in de vorm van een omgekeerde boot is erg knap.
In de haven van Skudeneshavn gaan we de nacht doorbrengen, we staan vlak bij de aanlegplaats van de veerboot naar Stavanger en zien hem ook aanmeren en terug vertrekken.
Laat op de avond keert hij terug en meert aan voor de nacht vlak naast de camper. De volgende morgen kuieren we door het oude stadje dat vanaf 1800 een belangrijke vissershaven was. Door de groei van de visserijschepen werd de binnenhaven te klein en doet nu dienst als jachthaven. Het is het best bewaarde oude stadje van Noorwegen en ziet er erg charmant uit, met nauwe straatjes waarlangs keurig onderhouden witgeverfde houten huizen staan. Het blijft droog tijdens onze wandeling en de temperatuur is niet onaangenaam.
Wanneer we verder willen rijden begint het te regenen en het houdt niet op. Op weg naar Odda passeren we nog twee mooie watervallen waarvan de Latefossen wel de spectaculairste zijn.
Op internet hadden we naar de weersvoorspelling gekeken voor Noorwegen en de volgende week worden er sloten met regen verwacht en hoe hoger we willen gaan wordt het dan nog kouder ook. We besluiten dan maar met pijn in het hart om onze rondrit in te korten en via Zweden terug naar het zuiden te rijden.
We staan nu voor de nacht in Odda aan het begin van de Sörfjord met zicht op de met sneeuw bedekte bergtoppen.
Om Dalen te verlaten dienen we weer flink te klimmen om in een ander dal te geraken. We rijden slingerend door een indrukwekkend berglandschap, langs diepe kloven en talrijke meren, met een steile afdaling komen we in het Setesdal dat heet één van de mooiste dalen van Noorwegen te zijn. Het landschap is inderdaad erg mooi en we rijden afwisselend links en rechts van de Otra stroom, soms langs loodrecht oprijzende rotswanden dan weer door een breder stuk waar de stroom breed en ondiep is even na Valle stoppen we even om de kijken hoe de rivier zich door een smalle kloof moet persen. Na de middagpauze begint het weer te regenen en het uitzicht is grijzer. Het valt ons op dat er tegenwoordig op heel wat hoofdwegen tol gevraagd wordt, dat is nieuw en niet zo prettig. Na Evje verlaten we het Setesdal en koersen naar Farsund een oud piratennest. Bij de haven vinden we een leuke stek en in kan er ook mijn hengel uitgooien, echter zonder succes.
Maandag 13 juli
Het heeft de hele nacht geregend en na het ontbijt houdt het eindelijk op en zetten we onze reis verder langs de kust van Zuid Noorwegen. Voor de middag pauzeren we bij een klein vissershaventje, waar we ook vers water kunnen tanken. Enige kilometers verder bezoeken we de vuurtoren Lista Fyr.
Dit deel van Noorwegen was reeds bewoond 1800 jaar voor Christus, getuigen de rotstekeningen bij Penne.
Vandaar uit rijden we weer door een indrukwekkend landschap van machtige bergen en diepe fjorden. De weg die we volgen verandert in een smalle onverharde baan, maar goed berijdbaar en slingert door de bergen langs diepe ravijnen. Gelukkig hebben we weinig tegenliggers en het is een hele opluchting om terug op de normale weg te komen. Het weer blijft droog, bewolkt met af en toe opklaringen. In de late namiddag komen we aan in Flekkefjord, met een mooie jachthaven waar we neerstrijken. s Avonds heb ik mij er goed vermaakt met vissen, weliswaar vele kleintjes, maar toch leuk vissen.
Woensdag 15 juli
Gisteren bij het vertrek uit Flekkerfjord is het droog en de zon schijnt af en toe door de wolken. We rijden langs de westkust van Zuid Noorwegen langs een afwisselend landschap. Voorbij Egersund is de kust verassend vlak en is er intensieve landbouw, vooral aardappelen en veeteelt, en zijn er verschillende zandstranden.
Met Stavanger hadden we reeds eerder kennis gemaakt en daar rijden we nu met een grote boog omheen. We moeten dan weer de bergen in waar de mooie vergezichten zich afwisselen.
Bij het plaatsje Helleren staan er twee oude huisjes helemaal verscholen onder een massieve bergwand.
Dan maar weer klimmen en bij de het Lysefjordcentrum is er een mooie overnachtingplaats voor campers en er kan ook gevist worden. Ik kan er een mooie koolvis aan de haak slaan en dat wordt lekker verse vis smullen.
Bij het opstaan de volgende morgen is het erg overtrokken en het begint te regenen. We zetten onze tocht verder in de regen, we moeten tweemaal een veerboot nemen om de fjorden over te steken in de stromende regen. Bij het haventje Erfjord strijken we neer om de koffie te drinken en besluiten er te overnachten, onnodig te vermelden dat ik mijn hengel weer ga boven halen.
Enkele kilometers na Notodden komen we in Heddal bij de grootste Stavkirke van Noorwegen. Het oudste gedeelte van de kerk gaat terug tot 1147 en werd afgewerkt in 1242, binnen is het versierd met mooi houtsnijwerk en rozenschilderingen. Doorheen het Tuddalsdal voert onze weg naar Rjukan. We moeten daarvoor een 30-tal kilometer klimmen langs goed berijdbare weg. Het is een echte serpentineweg met de nodige haarspeldbochten en zeer steile stukken op 1260m hoogte bereiken we de pas met blik op de Gaustatoppen, waar vanop de parkeerplaats heel wat mensen naar toe klimmen. We dalen af richting Amot en rijden een hele tijd over een hoogvlakte waar erg veel vakantiewoningen staan, veel Noren hebben immers ergens een buitenverblijf. Het is een erg mooi landschap bezaaid met talrijke meren. We blijven verder dalen en komen dan toepasselijk in het plaatsje Dalen, waar Anne de koe bij de horens vat en we er besluiten halt te houden voor de nacht.
Van de zonsondergang hebben we niets gemerkt, het bleef bewolkt. Na het ontbijt rijden we verder en in de namiddag steken we de grens over naar Noorwegen via een kleine landweg zonder hinderlijke controles. Bij Frekrikstad bezoeken we het oude versterkte en ommuurde stadje bij het Kongsten Fort. We bezochten deze plaats reeds op vorige reizen maar het is nog altijd leuk om erdoorheen te wandelen. Op de parkeerplaats blijven we overnachten.
We gaan een route volgen zoals beschreven in Mit den Wohnmobil nach Süd Norwegen het begin van de route ligt voor ons in de stad Kongsberg. Om niet door Oslo te moeten nemen we bij Moss de veerboot naar de overkant.
In Kongsberg, een naar Noorse normen een grote stad, bezoeken we het museum van de zilverontginning en tevens wapenmuseum. In Kongsberg bestond en bestaat nog een echte wapenindustrie. Het museum gaf ons een verassend inzicht in het ontginnen van zilver en toonde ook een mooie collectie van bizarre vormen in puur zilver, zoals die opgedolven werden. De natuur als beeldend kunstenaar!
We rijden verder naar het stadje Notodden waar we aan de rand van het Heddalsvannet, het meer waar de stad aan ligt we onze rustplaats vinden voor de nacht.
Na de laatste plaats gecontroleerd te hebben nabij Puttgarden rijden we naar de veerhaven en kunnen onmiddellijk met de boot mee en een half uur later zijn we in Denemarken. We rijden naar een klein plaatsje bij de kust waar een jachthaven is en hopen daar te kunnen overnachten. Er is echter overal kampeerverbod en volgens de plaatselijke VVV is dat overal zo in Denemarken. Volgens onze campergids is er een 50-tal kilometer verder op Faroy een camperplaats. We rijden daar dan heen en kunnen er inderdaad overnachten en ook nog camperverzorging erbij. De volgende morgen houden we dan Denemarken voorlopig voor bekeken en rijden door naar Helsingor om de oversteek te maken naar Helsingborg in Zweden. We kunnen nog net als laatste op de ferry en zijn twintig minuten later aan de overkant. In Zweden is het makkelijker om vrij te kunnen overnachten in de camper. En in Högenäs bij de jachthaven is er inderdaad plaats en staan we met uitzicht op de haven.
Dinsdagmorgen ga ik mijn vissersgeluk testen echter zonder succes. Na de middag trekken we verder want ons hoofddoel blijft Noorwegen. Om Göteborg nog door te trekken wordt het al wat laat en we houden halte bij Lerkil een klein plaatsje aan de kust waar alweer een jachthaven zijn diensten aanbiedt en we een slaapplaats vinden op 20 meter van de zee. Het weer is nog steeds zonnig maar er blijft een frisse wind waaien en we kijken uit naar een mooie zonsondergang.
Onze tweede inspectieronde zit er bijna op de laatste dagen hebben we flink wat rond gereden in een drukkende hitte. Vandaag zijn we aangeland in Groszenbrode aan de Oostzee. We staan op een zeer net camperterrein en ik kan er ook draadloos internetten, mits natuurlijk een financiële tegemoetkoming. Het is hier de kuststreek en er moet geld verdiend worden. Puttgarden is hier zeer dichtbij en we hebben besloten om van hier uit de overzet naar Denemarken te maken. Indien alles naar wens verloopt doen we morgen de laatste terreinen en kunnen we de boot op. We hebben deze avond nog een mooie wandeling gemaakt langs het strand en genieten nog van een mooie zomeravond.
Onze eerste inspectieronde hebben we vandaag afgewerkt, het heeft ons toch meer zoekwerk opgeleverd dan we gedacht hadden. Enkele plaatsen waren opgeheven en we hebben er een hele boel nieuwe ontdekt, zonder een GPS systeem zou het toch echt moeilijk geweest zijn om alles te vinden. We sluiten deze ronde af met een rustige camperplaats aan een museumhaventje in Wischhafen aan de Elbe. Morgen varen we de Elbe over op weg naar onze tweede inspectietour.
Vooraleer we Duitsland verlaten gaan we in opdracht van de uitgeverij Facile en Route nog een aantal camperplaatsen inspecteren voor hun gids van het volgende jaar. In de namiddag beginnen we aan deze taak en s avonds slapen we op een camperplaats langs de Weser in de stad Nienburg. In de stad wordt er een groot schuttersfeest gehouden en er is muziek en sfeer alom. De volgende morgen kuieren we nog eens door de stad met mooie vakwerkhuizen en kunnen nog genieten van de erg lange optocht van de verschillende schuttersgroepen. We zetten onze inspectieronde verder en dinsdagnamiddag belanden we in een randstad van Bremen.
Met de trein rijden we naar het centrum. Er zijn daar veel mooie gebouwen met het stadhuis voorop, naast het stadhuis treffen we de Bremermuzikanten. Op de markt genieten we van een vloeibare versnapering en het is er leuk mensen kijken.
Rond 10 uur vertrekken we voor onze reis naar Noorwegen. Onze eerste halte is het stadje Minden waar we vorig jaar onze reis afsloten. Zondagmorgen maken we een fietstochtje langs de Weser naar de stad Porta Westfalica, daar torent hoog boven de stad een monument ter ere van Kaiser Wilhelm ook reeds van ver zichtbaar van op de snelweg. Het is prachtig weer en zeer leuk fietsen langs het water.
Onze eerste halte in Duitsland is het havenstadje Husum, bekend voor zijn garnalenvisserij. Na een wandeling door de oude straten kopen we dan ook traditiegetrouw een kilo verse ongepelde garnalen waarmee we het volgend uur doorbrengen met garnalen pellen. Echt lekker!!
Het regent wanneer we s morgens naar Friedrichstad rijden een stadje op een 14-tal kilometer ten zuiden van Husum en gesticht is door Nederlandse geloofsvluchtelingen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat we ons in een Hollands stadje wanen. De zon komt er even door en het is er prettig wandelen. We zetten onze tocht verder naar Hamburg waar we een goede slaapplaats vinden op nog geen kilometer van het stadscentrum. Gewapend met een regenscherm, dat we gelukkig niet veel nodig hebben, lopen we op verkenning door de stad. Het centrum is erg levendig en er is veel volk op de been. In de voornaamste winkelstraat zijn alle grote en dure merken tegenwoordig, wie daar wil gaan shoppen moet een echt goed gevulde beurs hebben. Het is wel mooi om aan te zien. Voor een rondleiding door het stadhuis zijn we te laat, dus dat is voor de volgende dag. We beginnen de nieuwe dag met een fikse wandeling naar de St. Michaelsdom, de hoofdkerk van Hamburg. Prachtig gebouw met een apart interieur waar vooral de grote marmeren preekstoel de aandacht trekt. In het stadhuis worden we rondgeleid door een gids. Het stadhuis weerspiegelt de macht en rijkdom van de stadstaat Hamburg, het interieur is groots en prachtig ingericht met marmer en veel eiken plafonds en lambrisering. De moeite waard om te bezoeken.
Na ons middagdutje vervolgen we onze tocht naar huis tot in Minden een rustig stadje aan de Weser, het is jammer dat de weersvooruitzichten slecht zijn en één van onze fietsen defect want van hier uit zijn er erg mooie fietsroutes, daar komen we beslist nog eens voor terug.
Het is avond en de zon schijnt nog wanneer we een rondje door het stadje maken.
In de regen vertrekken we de volgende dag naar huis en het blijft regenen tot bij Venlo. Onze reis zit er op en we kunnen nu de volgend reis gaan uitstippelen
Het regent nog altijd wanneer we in Denemarken landen, we rijden naar een haventje waar we kunnen overnachten. De volgende morgen rijden we onder donkere wolken naar Thyboron, dar we bereiken via een pontje. Het is een stil bedrijvig vissershaventje en we vinden een slaapplaats bij het Kustmuseum vlakbij een omgekeerde vissersboot die nu zijn loopbaan beëindigt als restaurant. Na het ontbijt rijden we naar Lemvik, de toegang tot het stadje voert langs een steile helling en het is beslist de enige serpentineweg in Denemarken. We parkeren bij de haven en maken een wandeling door de gezellige winkelstraten die naar een mooie kerk voert.
Het weer is erg wisselvallig en we rijden naar Ribe, de oudste stad van Denemarken, waar we reeds enkele malen op bezoek waren. Het is nog altijd een leuke halte en we kunnen nog steeds genieten van een wandeling door de stad. We zitten nu vlak bij Duitsland en het weer nodigt niet uit tot blijven hangen.
Onder een stralende hemel boden wij ons aan voor de overvaart naar Stockholm, ons schip de "Galaxy" pas gebouwd in 2006 is erg luxueus ingericht en zeer comfortabel. We kregen zelfs een kajuit ter beschikking in aanbieding. De reis doorheen de zonovergoten archipel verliep letterlijk rimpelloos en leverde prachtige zichten op. In de haven van Marieham torende het schip hoog boven het stadje. Overal tussen de eilanden voeren talloze zeilschepen terwijl dat reusachtige schip door de eilanden heen laveerde.
Na de landing in Stockholm zij we meteen het binnenland ingereden op zoek naar een slaapplaats. De volgende dag bezochten we het kasteel van Gripsholm dat we reeds bij een eerdere gelegenheid waren. Het is een prachtig kasteel bij het pittoreske stadje Mariefred waar het fijn wandelen is, nog steeds met stralend en warm weer. Het is nu wel even wennen dat we nu hier in Zweden weinig plaats vinden bij het water zoals in Finland. De steden op onze weg bieden weinig bezienswaardig of zijn voor ons met de camper moeilijk te bezoeken, vooral doordat bij een ongelukkig manoeuvre ik een fiets op de fietsdrager zodanig beschadigd heb dat hij voorlopig niet bruikbaar is. We belanden dat in Amal een stadje bij het Vänernmeer waar we reeds vaker en graag vertoeven. Het weer is inmiddels verslecht, deze morgen flink wat regen maar in de namiddag toch nog wat zon en de avond half bewolkt.
De volgende dag is het weer wat opgeklaard en we rijden naar Vänersborg waar we onze weg goed kennen van vorige reizen en we goed bij het meer kunnen. We ontwaken onder een grijze hemel en later begint het te regenen, dus dan maar naar Göteborg voor de overtocht naar Fredrikshavn in Denemarken. Onder een gietende regen rijden we aan boord en het blijft regenen en stormen gedurende de ganse overtocht.
Het weer blijft zonnig en warm en onze route loopt langs verschillende leuke plaatsen waar we steevast de jachthavens opzoeken voor een standplaats. De één al mooier dan de andere en overal gelegenheid tot vissen, echt vakantiesfeer. Vanuit Turku willen we de veerboot naar Stockholm nemen. De rit rond de Botnische Golf zou vrezen we te eentonig worden en de overvaart langs de Alandeilanden moet ook erg mooi zijn. We wilden met Viking Lines oversteken, maar alles was volgeboekt en we moesten bijna een week wachten. Bij de concurrerende maatschappij Silja Lines moesten we slechts één dag wachten. Dit verhaal zal ik dan ook kunnen versturen aan boord van de veerboot, waar een goede verbinding is. Afwachten wat het in Zweden gaat worden.
Gelegen in het hartje van het merengebied op twee eilandjes tussen het Haapavesi- en het Pihlavesimeer schittert dit stadje van het natuurschoon. De parel op de kroon is het Olavinlinna kasteel, gelegen op een klein eilandje in een schitterende omgeving. Het is het best bewaarde middeleeuws kasteel in Noord Europa, binnen in het kasteel is het een echte doolhof van gangen en trappen, gelukkig worden we begeleid door een gids die voor ons de geschiedenis van het kasteel tot leven brengt. De binnenplaats is geheel benomen door een enorm podium waar elke maand juli operafestival gehouden wordt. Van ver horen we het koor repeteren voor een optreden.
Het is schitterend weer wanneer we in Lappeenranta aankomen en we rijden direct naar de jachthaven, het is er erg druk want het is voor de Finnen verlofperiode en er is een gratis te bezoeken tentoonstelling van zandsculpturen met de Far West als thema. We vinden ook weer een plaats vlak bij het water en bij de vesting. De volgende dag maken we een wandeling door het fort dat deel uitmaakte van een verdedigingsgordel tegen de Russen en dat zowel als de andere vestingen jammerlijk faalde in hun opzet. De vesting is goed bewaard gebleven en de goed onderhouden en verzorgde gebouwen doen nu dienst als museum, kunstgalerij, winkel of burelen. Van boven op de wallen hebben we een mooi uitzicht op de haven.
Hamina is een stadje op 40km van de Russische grens en heeft een ongewoon achthoekig stadsplan met het stadhuis in het midden en van daar lopen acht straten naar de rand van de stad. Het is een fraai stadje en even verzorgd als we reeds gewoon zijn in Finland, veel mooi geverfde houten huizen en we bezoeken een als museum ingerichte oude koopmanswoning die geheel ingericht is zoals toen. We hebben als gewoonlijk weer een leuke standplaats bij de jachthaven gevonden en het is er heerlijk vissen.
Porvoo ligt op zo een 50km westelijk van Helsinki en is de tweede oudste stad van Finland. De oude stad met zijn kronkelige en soms steile straatjes is erg charmant. Na de grote brand van 1760 werden deze huizen gebouwd. De kathedraal ligt boven op de heuvel maar werd door brandstichting in 2006 erg beschadigd en is niet open voor het publiek, er wordt naarstig aan gewerkt want in 2009 willen ze er het feit vieren dat de eerste landdag van Finland er 200 jaar geleden werd gehouden. In de hoofdstraten zijn leuke winkeltjes die veelal plaatselijk handwerk verkopen en er heerst een gezellige drukte. Langs de waterkant staan nog mooie houten pakhuizen die allen in een rode kleur geschilderd werden om de koning van Zweden Gustavus III bij zijn bezoek op het einde van de 18de eeuw te imponeren.