MARCHE DES ENTITES DE THIMISTER – CLERMONT. / LES PEDESTRIANS DE CLERMONT SUR BERWINNE. / THIMISTER CLERMONT. 15/06/2019
MARCHE DES ENTITES DE THIMISTER – CLERMONT.
LES PEDESTRIANS DE CLERMONT SUR BERWINNE.
THIMISTER CLERMONT.
We vertrekken met de wandeling in “La Minerie”, dankt zijn naam aan het feit dat er zich op het grondgebied verschillende putten bevonden waar steenkool werd gewonnen. In 1827 kende de Hollandse regering aan de families JEANSSON en MOREAU de concessies van LES BURES toe. Die concessies werden later geëxploiteerd door de « CHARBONNAGES REUNIS DE LA MINERIE », een vennootschap die de meeste putten van Battice, Herve, Charneux en natuurlijk ook La Minerie uitbaatte. Op het dorpsplein, in de lommer van de lindebomen, ligt de kerk uit 1842 die is gewijd aan de Heilige Petrus. De kerk werd gedeeltelijk vernield tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bochtige paden en hobbelige wegen brengen ons naar Les Margarins, naar Roiseleux, naar de Fond Jowa of naar Stockis waar een kapelletje is gewijd aan de Odile, een heilige uit de Elzas die wordt aanroepen voor oogkwalen. We wandelen door het prachtige landschap tot we aan de kapel “Monty Charneux” komen. Ook “Al Mizwete” genoemd. Deze kapel werd gebouwd in 1719 en uitgebreid in 1725. "Mizwete" betekent sluwheid. Deze volksbenaming zou betrekking hebben op een oude dame, die klein, nerveus en sluw was die in het naburige huis woonde en de kapel onderhield. Op de gevel, twee plaketten: een ter ere van St. Appoline aanroepen voor de genezing van kiespijn en de andere ter ere van St Salmon aanroepen tegen ziekten van de keel en borst. Gelegen op een prachtige plek. We wandelen verder en komen zo in Thimister, dankt zijn naam aan de tijm die er in de Middeleeuwen werd geteeld. Het dorp, dat ooit toebehoorde aan de hertog van Limburg en de ban van Herve. Landbouw en de productie van Hervekaas waren eeuwenlang de belangrijkste activiteit van deze gemeente. Daarna kwamen de ambachten tot bloei, met talrijke textielfabriekjes, en vele andere ambachtelijke activiteiten die "tegen maakloon" werkten. Ook de fruithandel was belangrijk. De vele rijkgevulde fruitboomgaarden brachten Joseph RUWET op het idee een nieuw product te maken. In 1898 al produceerde hij er cider. Wie Thimister bezoekt ontdekt een prachtig plein en een architecturaal erfgoed dat algemeen gezien goed is bewaard en wordt beschermd door de parochiekerk die is gewijd aan de Heilige Antonius de Kluizenaar. We wandelen weer door het prachtige landschap veel afwisseling met weilanden met veel koeien, met bloemen op de bermen. Door het golvende landschap met prachtige vergezichten. Wat verder komen we aan de bron van Chaumont (170 meter) nog even verder en we komen terug in “La Minerie” waar deze prachtige wandeling eindigt.
Een nieuwe Naamse club houd hun eerste wandeling. Boneffe is een Haspengouws landbouwdorp aan de Mehaigne. We vertrekken in het centrum van het dorpje tegenover ligt een van de gebouwen van de abdij van Boneffe. We wandelen verder en komen langs de dorpskerk uit 1878 met pastorie die dateert van 1752. Dan wandelen we langs verschillende grote boerderijen en in het park staat een tulpenboom. Deze boerderijen hebben grote schuren en zijn indrukwekkend. Dan gaan we het domein van de abdij op. De plaats van de voormalige abdij van Boneffe waarvan de oude ommuring nog aanwezig is. Binnen de muren liggen drie boerderijen waarvan de gebouwen dateren uit de 18 en de 19e eeuw. Het abthuis heeft een grote vijver. Een cisterciënzerabdij werd daar gebouwd in de 13e eeuw, maar deze werd herhaaldelijk verwoest en herbouwd. De oorspronkelijke constructie, bekend als een kleine abdij, werd gebouwd op de linkeroever van de Mehaigne. Volledig vernietigd, het was waar we "The Manor" (negentiende) zien. Het laatste gebouw, "de grote abdij", werd gebouwd op de rechteroever rue de l'Abbaye en omvatte de boerderij (XVIII) die nog steeds bestaat, evenals de stallen en de prelatuur. Het grote landgoed nog steeds omringd door zijn zeer oude muur omvat nu drie boerderijen in één eenheid. Het bestaat uit een belangrijk gebouwencomplex voornamelijk uit de achttiende en negentiende eeuw, waar men vooral grote gewelfde stallen en een schuur met cilindrische kolommen opmerkt. Raphael de Meeûs heeft sinds 1967 een van de drie boerderijen bezet. De andere twee boerderijen werden respectievelijk bezet door zijn broer Boudewijn en zijn neef Gérard Dumont de Chassart. Het orgel en het grote altaar van de oude kerk die in de abdij was, werden gekocht door de familie van Woelmont en bevindt zich nu in de kerk van Soiron. Wat betreft het nabijgelegen kasteel, het was ooit een prachtig pand dat ook toebehoorde aan de familie van Meeûs. Het bestaat vandaag niet meer. Dit hele gebied is in particulier bezit. Wij mogen over het domein wandelen en zo kunnen we ons een idee vormen van hoe groot en uitgestrekt deze abdij wel was. Dan verlaten we het domein door de toegangspoort we wandelen nog een heel eind door de velden en langs prachtige boerderijen. Spijtig dat we moeten beslissen om een korte afstand te lopen en dreigt een onweer en gelukkige zijn we terug voor het begint te donderen. Na de wandeling stoppen we nog even in Merdorp. Met zijn kasteel en boerderijen. Na ons korte bezoek keren we terug naar huis een fijne en aangename wandeling.
MARCHE DE JOUR. / AMIS MARCHEURS IVOZ. / IVOZ. 09/06/2019
MARCHE DE JOUR.
AMIS MARCHEURS IVOZ.
IVOZ.
Ivoz ligt in de streek Hesbaye-Meuse- Condroz. Is een deelgemeente van Flemalle. We vertrekken met onze tocht aan de Maas tegenover ligt het kasteel van Chokier dat ligt op de Mont Iohy, een steile kalkrots in de Maasvallei, te Chokier, op het grondgebied van Flémalle. Spijtig in de vroege ochtend van 27 maart 2017 werd een groot deel van het kasteel in de as gelegd. Vandaag staan de buitenmuren er nog van dit ooit zo mooie kasteel. We steken de Maas over en vlug zijn we in het bos, we komen langs de plek “La ferme de la venne” word bestempeld als een “Site enchanteur” een betoverende site. In de vallei ligt de ruïne van de grote boerderij. We blijven wandelen in het bos en zo komen we aan onze controle en rustpost. Weer verder met onze tocht. Terug wandelen w ehet bos in en wat verder gaan we door de toegang van het domein van de Abdij van Val-Saint-Lambert. En al vlug komen we aan de gebouwen van de abdij. De abdij van Val-Saint-Lambert is een voormalige cisterciënzerabdij aan de oever van de rivier de Maas. Een deel van de abdij heeft sinds de 18e eeuw een paleisachtig uiterlijk. Na de opheffing van de kloosters in het prinsbisdom Luik werd de abdij de vestiging van de kristal- en glasfabriek van Val-Saint-Lambert, een functie die het complex tot op de dag van vandaag vervult. De abdij zelf heeft inmiddels diverse andere invullingen gekregen. De 13e-eeuwse, vroeggotische kapittelzaal, het scriptorium en het daarboven gelegen dormitorium zijn onlangs gerestaureerd. Het gastenverblijf (maison des étrangers) dateert uit de 17e eeuw. De monumentale toegangspoort, de domeinmuur, het hoofdgebouw, het abtenverblijf en het hospitaal zijn 18e-eeuws. Het fronton van het poortgebouw draagt de wapenspreuk van abt Simon de Harlez: Fortiter et candide ("Krachtig en duidelijk"). Het paleis van de abt dateert uit 1762-'65. Van het eens rijke interieur resteert slechts weinig. Aan de noordoostzijde ligt het restant van wat ooit de tuin was. In 1789, het jaar van de Luikse Revolutie, liet de laatste abt van Val-Saint-Lambert, Grégoire Falla, hier een fraai Belvédère aanleggen. De kristalfabrieken liggen ten zuiden van de abdijgebouwen. Wij wandelen over het domein langs de mooi gerestaureerde gebouwen en langs het kristalfabriek. Achteraan is de tweede controlepost. Nu nog even verder wandelen en we komen terug in Ivoz waar deze toch wel mooie wandeling eindigt.
44e MARCHE DE JOUR / LES BRUYERES EN MARCHE. / GRIVEGNEE. 08/06/2019.
44e MARCHE DE JOUR
LES BRUYERES EN MARCHE.
GRIVEGNEE.
Grivegnée beslaat het grootste stuk van de stedelijke kern op de rechteroever van de Maas, ten noorden van de Ourthe. De kern van Grivegnée (Grivegnée-Bas) ligt nabij de Ourthe. Ten noordwesten hiervan ligt de Mont Cornillon met het Parc des Oblats. In noordoostelijke richting vindt men nog diverse woonwijken. Wij wandelen door het dorp en al vlug wandelen we door de mooie natuur. Stukken door grasland en dan weer een stukje door het bos veel afwisseling. Wat vooral mooi si zijn de vele vergezichten die we op deze wandeling tegen komen. We krijgen een zicht op Luik met zijn staalfabrieken. We andelen verder en komen op de oude spoorweg nu RAVel 2 Ligne 38. De lijn 38 heeft een lange geschiedenis. 'Lijn 38' is de oude spoorlijn die het Land van Herve doorkruist en die ooit Chênée met Plombières verbond. Nu is ze geïntegreerd in het RAVeL net en voorbehouden aan wandelaars. Ze ontpopte zich ondertussen tot een van de mooiste groene wegen van België. Vandaag is de oude spoorlijn 38 exclusief voorbehouden voor wandelaars, joggers, ruiters en mountainbikers. De bedding behield haar oorspronkelijke sintelbekleding, die soepel aanvoelt voor schoenen. Wanneer u het Land van Herve van noord naar zuid doorkruist, ontdekt u een streek met een grote verscheidenheid aan landschappen, een gulle plantengroei en oude gebouwen die getuigen van het verleden. De verschillende bruggen getuigen nog steeds van het verleden als spoorweg. We wandelen weer verder en komen langs een groot ijzeren kruis. Weer verder worden we weer getrakteerd op een prachtige panorama over het Land van Herve. Wat verder komen we terug op de RAVel en wat verder komen we terug in Grivegnee waar onze wandeling eindigt.
41E MARCHE DES CORSAIRES. / LES CORSAIRES DE SART-LEZ-SPA. / SART-LEZ-SPA. 02/06/2019
41E MARCHE DES CORSAIRES.
LES CORSAIRES DE SART-LEZ-SPA.
SART-LEZ-SPA.
Sart, ook wel Sart-lez-Spa genoemd, en deelgemeente van de gemeente Jalhay. In de buurt loopt de rivier de Hoëgne, een bijrivier van de Vesder. We wandelen door de prachtige natuur, langs een prachtig huis dan komen we langs DE OUDE KASTEELBOEDERIJ VAN SART. Deze statige kasteelboerderij dateert uit de tweede helft van de 18e eeuw. Indertijd had dit huis een toren en de overblijfselen zijn in 1880 tijdens de wederopbouw van de boerderij bijgewerkt en de huidige toren wordt tegenwoordig “Li Tchestê” genoemd. In 1880 werd dit huis met kleine voortuin uitgebreid in Louis XIV stijl. Dit kasteel behoorde vroeger tot Raes Blanche, eigenaar van het kasteel. Het kasteel staat ook bekend onder de naam “Cinse Blanche”. De toren werd herbouwd met stenen van de oude toren. Het behoort tot het monumentaal erfgoed van Wallonië. Wat verder komen we aan HET DORPSPLEIN IN SART. Dit mooie dorpsplein is omgeven door verschillende monumentale panden zoals de Saint-Lambert kerk van Sart met zijn versterkte toren, het perron, het prachtige huis “as jôts ègrés” ook wel huis “Lespire” genoemd en in Gothische-renaissancestijl (einde zestiende eeuw) gebouwd, het huis Bronfort, voormalige slagerij en hotel en het huis Maquis. Deze mooie stenen boerderij daterend uit de 19e eeuw, verscholen achter een hele oude eik, bood in 1944 een schuilplaats aan Prins Charles, de broer van Koning Leopold III. Hij werd gezocht door de Duitsers tijdens de bezetting en werd na de bevrijding regent van België. Een eenvoudig en charmant huis uit bakstenen, daterend uit de 19e eeuw, huisvest nu het VVV-kantoor van Jalhay-Sart en was voorheen het huis van de vicaris. Dan komen we aan HET HUIS MAQUIS. Deze mooie stenen boerderij daterend uit de 19e eeuw, verscholen achter de oude eik, bood in 1944 een schuilplaats aan Prins Charles, de broer van Koning Leopold III. Hij werd gezocht door de Duitsers en werd na de bevrijding regent van België. Dan verlaten we het dorp en wandelen het bos in. We gaan hier DE VALLEI VAN HOËGNE ontdekken. De Hoëgne, de belangrijkste zijrivier van de Vesder, is ongetwijfeld de bekendste van de rivieren geboren op het plateau van de Hoge Venen. Het is verantwoordelijk voor de eerste wateren op 660 m hoogte, vlakbij de Baraque Michel. Na het slingeren in het veen van de Venen, wordt de helling geaccentueerd vanaf de brug van de Centennial. De Hoëgne wordt dan een stortvloed tot Belleheid zich 380 m boven de zeespiegel bevindt en haar mooiste schoten aanbiedt. Deze rivier was de plaats van een belangrijke activiteit in de exploitatie van ijzererts in de afgelopen eeuwen, die de reputatie van het markgraafschap van Franchimont maakte, waaraan het verbod Sart was gehecht. De vallei van de Hoëgne is van opmerkelijk botanisch belang voor de levermossen, mossen en varens die daar kunnen worden waargenomen. De floristische rijkdom alleen al rechtvaardigt een speciale bescherming. de late negentiende eeuw, periode van hoog toerisme in de regio, was het noodzakelijk om de bourgeoisie en de arbeidersklasse steden, een resort waar ze konden komen tot rust, als de vallei van Hoëgne aan te bieden. In het bos komen we langs DE OUDE SMEDERIJ We vinden de overblijfselen van een oude smederij en een stenen kachel op een plaats genaamd "les bateries", langs de Hoëgne, bij Parfondbois (Solwaster). De ijzerindustrie dateert uit het verste regionale verleden. De ondergrond van de regio bevatte talrijke afzettingen van ijzererts van verschillende kwaliteit. Zo werden langs de Hoëgne tussen Parfonbois en de Croupets du Moulin de overblijfselen gevonden van een oude smederij en een oven, nieuw vrijgemaakt van vegetatie (alleen overblijfselen gevonden op het moment van een Metallurgische activiteit van het land Franchimont). De smidse werd voor het eerst genoemd tijdens een schenking in januari 1480 en we spreken opnieuw in oktober 1503. Verschillende namen werden opgeroepen als "The Chastelein" of "Forges Racket". In 1609 was ze nog steeds actief, maar werd later niet genoemd. De opgravingen van de smederijen begonnen op 10 mei 2004 en eindigden begin 2005. Verder met onze tocht komen we aan HET OUDE VEEN Langs de Hoëgne, bij Parfondbois, ligt een oud veengebied. Het had een oppervlakte van 8 hectare en is nu overwoekerd. In deze plaats werd turf gewonnen en voorbereid voor de baden van Spa, deze therapeutische behandeling is ontwikkeld sinds 1889 dankzij de speciale kwaliteiten van dit plantmateriaal van het alpiene type genaamd "peloid", stof van de soort "veenmos" "Gekenmerkt door zijn zeer lage PH. De exploitatie begon in 1935 en in 1994 werd al het bruikbare turf van de site gehaald. Het werk werd gedaan door lijnen loodrecht op de Hoëgne en het veen werd geladen op de rijtuigen, de enige manier om toegang te krijgen tot de site. We kunnen nog steeds de overblijfselen zien van rails en wagons die werden gebruikt voor de exploitatie. Dit veengebied, eigendom van het Waalse Gewest, werd verlaten en werd een klein natuurgebied beheerd door het Cultureel Comité van Sart-Jalhay. Een veengebied is een waterrijk gebied, gekoloniseerd door vegetatie waarvan de bijzondere ecologische omstandigheden de vorming van een bodem bestaande uit een turfafzetting mogelijk maken. Dit ecosysteem wordt gekenmerkt door een grond die permanent verzadigd is met stilstaand of zeer weinig mobiel water, waardoor de micro-organismen van de zuurstof die nodig is voor hun metabolisme, worden beroofd. Deze micro-organismen, die bacteriën en schimmels zijn, zijn verantwoordelijk voor de afbraak en recycling van organisch materiaal. De bever is opnieuw geïntroduceerd. Natte omgeving moeilijk toegankelijk. Wat verder komen we Wayai. Wat verder komen we terug op ons vertrek waar deze toch wel prachtige wandeling eindigt.
1ERE MARCHE DE JOUR “LA SYLVATIENNE” / CERCLE DES MARCHEURS DE SAIVE. / SAIVE. 01/06/2019
1ERE MARCHE DE JOUR “LA SYLVATIENNE”
CERCLE DES MARCHEURS DE SAIVE.
SAIVE.
Vertrek met de wandeling inde kazerne, Kwartier De Cuyper-Beniest.
In 1932 vatte men het plan op om te Saive een kazerne te bouwen, teneinde de versterkte stad Luik te ondersteunen. In 1939 begon men met de werkzaamheden, en wel in het voormalige park van het Kasteel van Méan. De Duitse invasie van 1940 maakte een eind aan de werkzaamheden. Deze werden na de bevrijding weer opgenomen en in 1951 was de kazerne voltooid. Het werd een opleidingscentrum voor de artillerie. In 1961 werd het complex weer verlaten en verval trad in. In 1973 werd het complex weer opgeknapt en vanaf 1974 werd het weer betrokken. Van 1998-2001 vonden er opnieuw renovatiewerkzaamheden plaats. Het leek er echter op dat de site zou worden opgeheven, maar in 2003 vond weer een nieuwe cavalerie-eenheid onderdak in de kazerne. Lang duurde dit niet, en in 2014 werd de gemeente Blegny de nieuwe eigenaar. Het complex bestaat voor 38 ha uit bos, 5 ha voormalige militaire werkplaatsen en 5 ha gebouwen, gegroepeerd om een paradeplaats. Het wordt ontwikkeld als bedrijvenverzamelcentrum, met tevens ruimte voor recreatie en diverse activiteiten. In de ingang zitten vele nestkastjes van zwaluwen en verschillende zijn bewoont, het is een aan en af vliegen om de jongen te voeden, is al mooi om de wandeling te beginnen. Saive; de streek rond Saive kende landbouw, veeteelt en van de 13e tot de 16e eeuw ook wijnbouw. Er waren twee watermolens, en ook de metaalbewerking, inclusief de wapenproductie, nam een belangrijke plaats in. In de eerste helft van de 16e eeuw begon men op kleine schaal steenkool te winnen. In het industriële tijdperk was de steenkoolwinning van groot belang, maar in de jaren '70 van de 20e eeuw verdween deze tak van nijverheid geheel. De wandeling gaat door de mooie streek rond Saive, ligt in de vallei van de Julienne, bij de samenloop met de Ruisseau d'Évegnée. Wij wandelen weer eens in het “Land van Herve” nog even onder de brug van de oude tramlijn. Dan een heel eind door de mooie natuur. Oude boerderijen en huizen. We wandelen verder en komen zo in het volgende dorp. Bellaire ook hier weer prachtige zichten over het landschap en oude gebouwen nog een eind verder komen we terug in Saive we wandelen een eind door het militair domein hier heeft de natuur vele jaren kunnen gedijen en is nu een paradijs van planten en dieren. We komen weer aan de kazerne. We blijven even onder de toegangspoort staan om naar de aan enaf vliegende zwaluwen te kijken. Gelukkig kunnen ze hier rustig broeden en hun jongen groot brengen. Een heel fijne wandeling met de wandelaars van Saive.
INT. MARGRAETENTOCHT. / WANDELCOMITE SINT GERTRUDIS. / SINT GEERTRUID. 30/05/2019
INT. MARGRAETENTOCHT.
WANDELCOMITE SINT GERTRUDIS.
SINT GEERTRUID.
Het dorp Sint Geertruid is in de 11e eeuw gesticht vanuit de toenmalige heerlijkheid Breust (thans een buurtschap in Eijsden). Daarom werd Sint Geertruid ook wel Breust op den Berg genoemd. De plaats is vernoemd naar de heilige Gertrudis van Nijvel. De Margratentocht is in de 66 jaren van haar bestaan uitgegroeid van een bevrijdingsmars naar een vrije wandeling door de prachtige natuur en het landschap van deze streek, maar blijft ook steeds de aandacht vestigen op het oorspronkelijke kernthema: de bevrijding uit de WO2. Jaarlijks wordt de aandacht gevestigd op het historische thema over de herdenking van de bevrijding uit de 2e Wereld Oorlog en de erebegraafplaats in Margraten. Dit thema staat centraal vanuit de oorsprong van de Margratentocht. De woonkernen Mesch, Sint Geertruid en Noorbeek, die deel uitmaken van de huidige gemeente Eijsden-Margraten, werden op 13 september 1944 als eersten van heel Nederland bevrijd. Eijsden-Margraten viert dus dit jaar al zijn 75 jarig jubileum. Daarom word op 30 mei al het thema 75 jaar Liberation Eijsden-Margraten extra uitgewerkt voor alle wandelingen. Zo wordt dit jaar, bij het 75 jarig jubileum hiervan, tijdens de Margratentocht op Hemelvaartsdag extra breed uitgewijd om aan het grote verhaal daarover passende aandacht te schenken. Margraten neemt in het kader van de bevrijding immers landelijk een bijzondere plaats in omdat hier 8.301 helden begraven zijn op de erebegraafplaats. Op de begraafplaats in Margraten werden 17.742 Amerikaanse militairen en nog eens 1.026 overige geallieerde manschappen begraven, die hun leven gaven voor onze vrijheid. Daarvan zijn er later 10.467 naar hun geboorteplaats overgebracht en herbegraven. Op de erebegraafplaats hier liggen nu nog 8.301 Amerikaanse soldaten waaronder ook 1.026 andere geallieerde manschappen die hier tijdens die oorlog hun leven hebben gegeven voor onze vrijheid. De wandelingen worden uitgezet in de vrije natuur en het afwisselende landschap van het Plateau van Margraten en de glooiingen van ons Limburgs heuvelland. Het besef dat dit een geschenk is van de vrijheid waarin we leven zal het besef doen groeien hoe zeer we dit moeten koesteren en bewaken. De wandeling We wandelen door het dorp met zijn boerderijen en vakwerkhuizen. Verschillende wegkruizen komen we tegen en de natuur en het bos, een hellingbos, het Savelsbos zijn bijzonder. Dit is niet alleen natuurhistorisch van groot belang, maar in het bos zijn bovendien de Henkeput en een vuursteenmijn gelegen die dateert uit ongeveer 5500 v.Chr. we wandelen verder en komen zo in Herkenrade -Limburgs: Herkenter- is een buurtschap die behoort bij het kerkdorp Sint Geertruid, maar een daarvan afwijkende geschiedenis heeft. De buurtschap is gelegen op het Plateau van Margraten. De naam 'Herkenrade' is samengesteld uit het woord 'Harc', dat (heilig) bos betekent, en 'rade' dat gerooide plek betekent. Tot omstreeks 1950 bestonden de bestaansmiddelen van Herkenrade vrijwel geheel uit landbouw en veeteelt. Er bestonden en bestaan nog prachtige boerderijen en vakwerkhuizen. We wandelen verder door de prachtige omgeving genieten van al het moois. Herkenrade telt vijf wegkruizen, die alle in 2001 zijn gerestaureerd. De meeste zijn van gietijzer en één is van smeedijzer. Na een tijdje wandelen komt het monument van het Amerikaans kerkhof in zicht wij wandelen langs het kerkhof. Even op het kerkhof gewandeld maar Sloefke mag niet binnen en daarom wandelen we gewoon verder. We wandelen Margraten binnen, de centraal in het dorp gelegen Sint-Margaritakerk bestaat uit een 14e-eeuwse toren, een nu als zijkapel dienend koor uit de 15e eeuw en een dwars daartussen geplaatst mergelstenen schip met koor uit 1922-28 naar ontwerp van Alphons Boosten. Weer verder door velden en weilanden om zo in Honthem te komen. Hier staat de Hontemerhof een Vierkants hoeve uit de 19de eeuw de gevelstenen dragen de datum 1847-1847. Weer een eindje verder en we komen in Eckelrade. Hier ook enkele prachtige oude huizen en vakwerkhuizen. Maar even op het grondgebied van deze gemeente en we zijn terug in Geertruid. Hier eindigt onze mooie wandeling. In de vertrekhal hangen foto’s en info over de bevrijding van de streek volgende wandeling in teken van 75 jaar bevrijding is in september.
MARCHE DE LA DETENTE. / LES AMIS DU TUMULUS. / WAREMME. 29/05/2019
MARCHE DE LA DETENTE.
LES AMIS DU TUMULUS.
WAREMME.
Waremme, Borgworm in het Nederlands, Worm was een van de 23 Goede Steden van het prinsbisdom Luik. Zoals de huidige Nederlandse naam nog verwijst naar een borg of burcht, heette het stadje vroeger in het Frans Waremme-le-Château. Worm, Warem of Waremme is de vroegere naam van het riviertje de Jeker. We wandelen door het stadje en verlaten het om naar Oleye te gaan. We komen in Liek, Hoezeer de Nederlandse naam Liek en de Franse naam Oleye ook van elkaar verschillen, zij hebben dezelfde oorsprong, namelijk in het Keltische Oliacum (huis van Ollios). De Nederlandse naam is ontstaan door weglating van de 'o', doordat het accent op de 'i' werd gelegd. Rond 1240 werd te Liek de abdij van Paix-Dieu gesticht door Arnold van Corswarem. Omdat de abdij niet voldeed aan de criteria van de cisterciënzers werd de abdij reeds in 1244 overgebracht naar Bodegnée. De gronden bleven eigendom van de abdij. Op 10 september 1466 ondertekende Karel de Stoute hier het Verdrag van Liek, dat een uitbreiding was van de oorspronkelijk getekende Vrede van Sint-Truiden. Het verdrag werd getekend als gevolg van de Luikse nederlaag in de Slag bij Montenaken het jaar voordien. We wandelen door de straten en komen verschillende prachtige hoeven tegen. Oude gebouwen die vertellen ons hoe rijk de gemeente was met hun boerenhoeven. Het oude gemeentehuis en school bewijst ook dat het niet gaat voor een gewone gemeente. Prachtig om te wandelen en te genieten van al het moois zo komen we aan de controlepost in het oude gemeentehuis-school. Dan gaan we verder een lus door het dorp. Ook weer de grote boerderijen. We komen aan de Jeker en hier staat een prachtig gebouw, de watermolen van Oleye. Ook Moulin Lejeune een onderslagmolen en korenmolen gebouwd in 1591, herbouwd in de 17de eeuw en de huidige gebouwen 1878. Het is wel en prachtig gebouw vandaag zit er een beeldhouwer in. Dan verlaten we het dorpje en gaan langs velden en akkers. Hoe prachtig toch het Haspengouwse landschap zo komen we in Lantremange. Hier ook weer akkers en velden. Zo prachtig en we wandelen verder tot terug in Oleye komen waar de tweede rustpost is. Dan weer op pad. We komen weer langs prachtige boerderijen en steken La Mulle over een kleine beek. Weer verder komen we Waremme binnen. Langs oude gebouwen en door het park met een mooi standbeeld van een boerenpaard. Dan komen we weer terug aan ons vertrek. Een mooie en aangename wandeling in Waremme.
MEITOCHT. / DE VRIENDENKRING KORTIJS. / BUVINGEN. 27/05/2019
MEITOCHT.
DE VRIENDENKRING KORTIJS.
BUVINGEN.
Buvingen was vanaf de 11e eeuw, samen met Borlo, bezit van de Abdij van Sint-Truiden. In de 2e helft van de 13e eeuw kwam het in bezit van de Graaf van Loon en later het Prinsbisdom Luik, dat het eind achttiende eeuw in leen gaf, onder meer aan baron Van Schoor en baron Van Malta. Buvingen ligt in Droog-Haspengouw, in de vallei van de Cicindria. De bodem bestaat uit leem, en het is een open akkerbouwlandschap met daarnaast fruitteelt. De Sint-Trudokerk is de parochiekerk van Buvingen. Daar vertrekken we met onze wandeling. De huidige kerk is grotendeels 19e-eeuws: Het koor is van 1829 en het schip van 1896. De stijl van deze baksteenbouw is neogotisch. De ingebouwde westtoren is vroeggotisch en heeft een zware aanzet. Ze is in baksteen uitgevoerd, maar ook mergelsteen en arduin werden gebruikt. Boven op de aanzet bevindt zich een merkwaardige ingesnoerde vierkante klokkenverdieping, gedekt door een ingesnoerde naaldspits, en dit alles bedekt met leien. Tegen de zuidgevel van de toren is een overhuifd Kruisbeeld aangebracht, geflankeerd door twee treurende vrouwen. De kerk ligt op het hoogste punt van het dorp, binnen een ommuurd kerkhof. Dan wandelen we het veld in afwisselend velden en weilanden en de randen van de velden omringt met prachtige bloemen, zo kan het dus ook een stukje natuur voor onze bijen. Langs holle wegen met hondsrozen die bloeien. Zo mooi. Zo komen we in Borlo. Een gemeente met prachtige hoeven. 1645staat op de sluitsteen van één. We komen ook voorbij een oud fabriekspand, denk het toch want de erorme schouw staat e rnog. Gevraagd aan inwoner wat het geweest is ze weten het ook niet. Borlo bezat een jeneverstokerij. In de oostelijke hoek van een gesloten hoeve (1908) bevindt zich een voormalige stoomjeneverstokerij, in 1911-'12 opgericht door verbouwing van een schuur. Reeds stilgelegd in 1923; technische installatie uitgebroken in 1956 en ronde fabrieksschouw gesloopt circa 1959. Wat verder de oude watermolen. Wat verder door het prachtige landschap en zo komen we terug aan ons vertrek. Een mooie en aangename wandeling.
MARCHE DE JOUR. / LES PIEDS MONTOIS. / DISON. 26/05/2019
MARCHE DE JOUR.
LES PIEDS MONTOIS.
DISON.
Dison is een langgerekt lintdorp dat de noordrand vormt van de agglomeratie van Verviers. De plaats ligt in het Land van Herve op een hoogte van ongeveer 210 meter. In het dorp staan verschillende prachtige huizen, sommige zijn al een eeuw oud. De rijkere huizen zijn gebouwd in bakstenen en de andere zijn gebouwd in lokale stenen. We verlaten het dorp en wandelen het prachtige landschap van Herve binnen. Het golvende landschap met geregeld een stevige klim. Veel wandelen we door en langs weilanden en hier zie je wel waarom het Land van Herve het land van melk en kaas is. Honderden koeien grazen in het landschap. Zo komen we in Andrimont. Hier komen we voorbij “Distillerie Saint Hubert.” Wat verder komen we in het centrum van het dorp. Een mooi kerkplein met oude pomp en de kapel voor de gesneuvelden van WO I en WO II. Hier is ook de controlepost en rust. We komen altijd weer wandelvrienden tegen en dat maakt het allemaal zoveel beter. Na de rust weer verder. Zo komen we in Neuville. Hier weer de prachtige natuur met veel afwisseling, stukken met bomen, weilanden en akkers. Dan een heel eind door het bos wat een afwisseling op deze wandeling. hier wel stevige klimmen. Grote boerderijen met honderden koeien, die in de weilanden grazen gewoon prachtig. Dan komen we aan onze tweede rustpost, daarna een grote kasteelhoeve en oude huizen in lokale steen. Nog een eind door de weilanden en wat een prachtige zichten, we duiken werkelijk naar beneden. En zo komen we terug aan ons vertrek. Wat een prachtige wandeling in het “Land van Herve”
Vandaag wandelen we in Embourg een deelgemeente van Chaudfontaine. We wandelen door de prachtige streek en we klimmen de helling op en krijgen van hier uit een prachtig zicht op de omgeving. Een prachtige natuurlandschap komt ons vergezellen en het is genieten van al dat moois. We wandelen hier in “Lande de Mehagne” een atypische omgeving. De oorzaak: een bepaalde bodem genaamd "calaminaire", dat wil zeggen, met een hoog gehalte aan zink De oorsprong: de industriële activiteiten van de oude fabrieken van Prayon (Trooz) en Angleur (site van de Old Mountain) actief in de ontginning en verwerking van zinkerts sinds 1860. Deze activiteiten hebben gedurende meer dan een eeuw, lood, zink, cadnium en zwaveldioxidedaling gezorgd voor de geïmpregneerde gronden die een specifieke biotoop bevatten. We wandelen hier in een bijzondere omgeving en wat verder hebben we onze eerste rustpost. We komen voorbij “Carmel de Mehagne” De Karmel van Mehagne , is een religieus huis. Zoals de naam al aangeeft, werd het voor het eerst gesticht en bewoond door een gemeenschap van Carmelitische zusters , voordat het werd toevertrouwd aan de charismatische gemeenschap van Chemin Neuf . weer verder met onze tocht en we klimmen weer een heel eind waardoor we boven waar w eweer prachtige zichten krijgen over het dal. Dan komen we aan het oude kerkhof met zijn grafzerken en monumenten, verschillende adellijke families hebben hier hun grafkapel, spijtig dat het allemaal zo onderkomen is. Weer verder met onze tocht en komen voorbij” le fond des Cris” is een plek voor bergbeklimmers het heeft een niet zo veilige reputatie en daarom is het waarschijnlijk afgesloten. Weer een eind door het bos met de wilde daslook die staat te bloeien. Nu een heel eind door d e prachtige natuur tot we aan het Fort van Embourg komen. Fort Embourg is een van de twaalf forten rond Luik opgericht voor de verdediging van de Belgische stad Luik in de late negentiende eeuw op initiatief van Belgische generaal Henri Alexis Brialmont. Het fort stamt uit 1888. Bij de toegang naar het fort staat een Tankmonument. Weer komen we terug aan de eerste controlepost en dan nog even door de straten van Embourg en zo komen we aan het einde van onze mooie tocht.
SAFF WALK. / AVIAT ST TRUIDEN. / CAMPUS SAFFRAANBERG.
SAFF WALK.
AVIAT ST TRUIDEN.
CAMPUS SAFfRAANBERG.
Jaarlijks wordt de Saff-Wandeldag georganiseerd op de campus Saffraanberg te Sint-Truiden. Een samenwerking tussen de Koninklijke school voor onderofficieren en de plaatselijke wandelclub Aviat Sint-Truiden. De opbrengst gaat integraal naar de peter-instellingen van andersvaliden. Er was een ruim aanbod in afstanden van 5 t.e.m. 28 km door het hartje Haspengouw met zijn kleurrijke boerendorpjes. Er was de keuze te voet, met de fiets of met de moto. Voor randanimatie was er ook gezorgd, je kon er een uitstap maken met de huifkar, de politie van Sint-Truiden maakten ritjes met de combi en de vliegtuigen stonden mooi tentoongesteld. De wandelaars mochten hun hartje ophalen in het Haspengouws landschap in het groen rond het militair domein. Buiten het terrein wandelde je op de veldwegen tussen de bewerkte akkervelden en weilanden. Langs de wegeltjes kon je genieten van heel wat lentebloeiers o.a. korenbloemen. Door het heuvellandschap heb je vele mooie uitzichten rondom Sint-Truiden. Er zijn heel wat fruitboeren in deze regio. Naast de fruitplantages zijn er ook mooie stukken natuur te bewonderen. In de omgeving kon je genieten van natte weilanden met mooie bloementapijten en langs de wegen de bloeiende vlierstruiken. Wij hebben Seppe en Jelle mee op de wandeling en ze kijken hun ogen uit naar de vliegtuigen die buiten staan. Seppe kijkt zijn ogen uit en wil wel even in de helikopter zitten. Wij kiezen voor de kleinste afstand tussen de velden en boomgaarden. Een fijne wandeling met onze twee flinke kerels, toch fijn dat ze erbij zijn.
35E MARCHE DES GAUFRES. / LES MARCHEURS DES ECHOS DE LA MAHAIGNE. / HANNUT. 18/05/2019
35E MARCHE DES GAUFRES.
LES MARCHEURS DES ECHOS DE LA MAHAIGNE.
HANNUT.
Vandaag waffeltocht in Hannuit met een gratis wafel voor onderweg. Wij vertrekken aan het witte kasteel van Hannuit. Met zijn 4 ronde torens. We wandelen verder door de straten van de stad en dan langs de velden en weilanden wat verder komen we in Villers-Le-Peuplier. De Sint-Martinuskerk waarvan de toren en het schip dateren van 1714 en het koor dateert van 1771. Van de oude kapel blijft nog enkel het ingangsportaal uit 1550 over. De voormalige pastorie is een van de oudste gebouwen uit het dorp. We wandelen nu verder tussen twee dorpen en komen zo in Blehen. De dorpskern van Blehen ligt dicht tegen deze van het grotere Lens-Saint-Remy aan. Blehen is een landbouwdorp in Droog-Haspengouw. Er is vooral graanteelt, suikerbietenteelt en fruitteelt. In de oude schoolgebouwen is een kleine brouwerij onder gebracht waar vandaag de controlepost is. Brasserie du Flo brouwt amberbier dat wij proeven. Heeft een fijne nasmaak. We mogen even rondkijken in de brouwerij. Na de controle weer verder we komen aan het kasteel van Blehen. Aangenaam gelegen aan de rand van een groot park staat het Château de Blehen dat wordt bewoond door Baron Patrick Villenfagne en zijn vrouw. Er is voor het eerst sprake van een bebouwing in het begin van de 14de eeuw, oorspronkelijk was er een grote boerderij. In de 18de eeuw bouwt Ferdinand de Collaert het huidige kasteel, bestaande uit een centraal gebouw uit de tweede helft van de achttiende eeuw, geflankeerd door twee vierkante torens gebouwd in de negentiende eeuw. Typisch voor dit kasteel is dat het twee gevels heeft in twee verschillende stijlen, de ene aristocratisch, de andere als een kasteelhoeve. De bijhorende boerderij is verdwenen. De achtergevel kijkt uit op een uitgestrekte fruitplantage, een van de bijzondere kenmerken van Blehen, waar het kwaliteitsvolle natuur zuiver appelsap van het Château Blehen wordt geproduceerd. We wandelen verder en komen langs een grote kasteel en hoeve prachtig gelegen. Verder met onze tocht en wandelen Lens-Saint-Remy binnen. Hier een heel eind door de velden en weilanden. Zo komen we aan het centrum van het dorp waar de tweede controlepost is, weer verder en komen etrug aan ons vertrek nog even binnen gaan in het klooster en dan eindigt onze wandeling in Hannuit.
Enkele eeuwen na de Romeinse tijd werd Stokkem gesticht door Franken aan de toenmalige Maas onder de naam Stockheim, dat 'woning bij het hout' betekent. Deze naam wordt voor het eerst vermeld in de bul van 19 november 1181 waarin paus Lucius III aan de abdij van Siegburg haar voorrechten en bezittingen bevestigde: ...Ecclesiam et cellam in Stockheim, mansum in Kessenich... Graaf Arnold IV van Loon bemerkte de strategische ligging van de stad en gaf haar in 1244 stadsrechten waardoor de inwoners een perron mochten oprichten. Daarna hadden ze een eigen bestuur, rechtspraak en verdediging. Zo heeft Stokkem nog een link met Borgloon. Voor ons is het een mooie dag om te wandelen in het natuurgebied Negenoord. Natuurgebied Negenoord-Kerkeweerd (Dilsen-Stokkem) was ooit een grindwinningsgebied. Nu is het een van de vele natuurgebieden die zowel langs Belgische als langs Nederlandse zijde van de Grensmaas worden/zijn ingericht. Zo ontstaat tegelijkertijd een groot grensoverschrijdend ‘rivierpark Maasvallei’ van meer dan 2500 hectare. In natuurgebied Negenoord-Kerkeweerd zorgen de Konikpaarden en Galloway runderen jaar rond voor het beheer. Zij zorgen dat er een mozaiëkstructuur ontstaat met open plekken, bloemenrijke ruigtes en bosjes. Sinds kort helpt ook de bever een tandje mee. Door dat ‘vreetwerk’ en de aanvoer van kalkrijk grind en zaden uit het zuiden, vind je in Negenoord-Kerkeweerd bloemen en planten terug die je elders in Limburg (behalve de Maasgebieden) bijna niet terugvindt. Omdat Negenoord-Kerkeweerd zo uitgestrekt is, mag je in de struinzone rond struinen. Paden liggen er niet, maar je kan wel die van Konikpaarden of de Galloway runderen volgen en je in ‘the middle of nowwhere’ wanen. We wandelen langs de vijvers en hier is iets bijzonders: Kamperen op het water. Slapen op het water, genieten van de rust. Je verblijft op je eigen kampeervlot. Rustig dobberend, ver weg van alle drukte. Je geniet van de vogels om je heen en van het wiegende riet. Bijzonder zeg het wel we wandelen langs de vijvers wat een prachtige natuur. Dan komen we aan de Maas en hier grazen de Konikpaarden. Wij wandelen verder en komen aan het veerpont. We verlaten even de route om het veer te nemen naar Berg a/d Maas. We steken de Maas over en staan dan in Zuid Limburg Nederland. Wij wandelen even door het dorp en nemen een extra pauze aan de oever van de Maas. Een gezellig terrasje met een koffie en vlaai. Heel gezellig. We moeten toch weer terug op onze wandeling en nemen opnieuw de veerpont en dan verder met onze wandeling. een heel eind langs de Maas en dan keren we terug naar ons vertrek. Wat een mooie wandeling en gelukkig hebben we vandaag prachtig weer gehad. Een perfecte wandeldag.
MARCHE DU 43E ANNIVERSAIRE. / LES MARCHEURS DU GEER. / BASSENGE. 12/05/2109
MARCHE DU 43E ANNIVERSAIRE.
LES MARCHEURS DU GEER.
BASSENGE.
De zes dorpjes die van deze gemeente deel uitmaken, liggen netjes op een rij naast elkaar langs de Geer, die hier enkele van de bekoorlijkste plekjes van zijn vallei te bieden heeft. Dit geografische snoer heeft een folkloristische tegenhanger in de traditie van de ‘cramignons’ –een lange fanandole die ’s zomers doorheen de dorpsstraten trekt. We wandelen door de straten van Bassenge en wandelen door “de Charmille” het prieel een beukenhaag in de vorm van een doorgang overdekt. De meest voorkomende in België staan bij kastelen, waar de dames konden in gaan wandelen zonder dat hun huid donker werd. Een donkere huid was een teken van armoede en van het harde werk op de velden. Vele zijn verschillende 100 meters lang en hebben duizenden planten. We wandelen verder door het prachtige landschap met veel afwisseling nu weer een bosje en dan weer weilanden om even later langs de akkers te gaan. Wat later komen we aan in Wonck. Langs de neoromaanse Sint-Lambertuskerk met een romaanse toren uit de 12de eeuw. De toren werd in 1948 beschermd als monument. In de kerk bevindt zich een romaans doopvont uit de 12de eeuw. De pastorie is gebouwd in renaissancestijl en dateert van de 17de eeuw. In de 19de eeuw werd ze uitgebreid in neorenaissancestijl. In het dorp zijn er nog een aantal gesloten hoeven uit de 18de en de 19de eeuw. Wat verder komen we aan onze rustpost. Hier even een korte pauze en dan weer verder door de straten van Wonck. We steken de Jeker over en komen aan de Moulin Deborre is een watermolen met een onderslagrad op de Jeker en dateert van 1716. Weer verder en komen langs het kerkhof en dan een heel eind langs de Jeker tot we terug aan ons vertrek komen. Een fijne wandeling in Bassenge.
35E MARCHE DE LA FETE DES MERES. / LES ROTEUS DI HOUSSAIE. / BEYNE-HEUSAY. 11/05/2019
35E MARCHE DE LA FETE DES MERES.
LES ROTEUS DI HOUSSAIE.
BEYNE-HEUSAY.
De gemeente Beyne-Heusay ligt aan het begin van het Plateau van Herve en ontstond in de loop der tijd door de fusie van de gemeenten Bellaire, Queue-Du-Bois en Moulins-Sous-Fléron. Beyne-Heusay biedt verschillende mogelijkheden voor wandelaars, waaronder de Lijn 38. Wanneer u de RAVel (autonoom netwerk van trage wegen) doorkruist zult u vanop talrijke plaatsen kunnen uitkijken op de vallei van Chaudfontaine en zult u meer bepaald de Sint-Annakapel kunnen zien waar vijf Bretoense soldaten herdacht worden die in 1794 op deze plek sneuvelden. U zult er 4 prachtige eeuwenoude lindebomen kunnen aanschouwen die waken over het Domaine de Neufcour. We wandelen door het dorp, langs oude boerderijen en dan een eind langs de RAVel van de lijn 38. Zo komen we aan het station daar verlaten we de oude spoorwegzate en wandelen verder langs de kerk en dan komen we aan de brouwerij de la Croix. Ze brouwen er SAINTE NITOUCHE TRIPLE is een blond bier van hoge gisting met een alcoholpercentage van 9,5%. Licht gehopt, een bloemige, ronde smaak met een vleugje bitterheid. Het is een moderne brouwerij. We wandelen door het dorp met prachtige oude statige huizen en oude boerderijen. Dan verder met onze tocht door de velden en weilanden. Hier is het landschap prachtige en golvend met geregeld een stevige klim. Zo komen we terug in Beyen Heusay waar onze Moederdag wandeling eindigt.
LENTETOCHT. / WSV DE HEIKREKELS MAASMECHELEN. / MEESWIJK. 08/05/2019
LENTETOCHT.
WSV DE HEIKREKELS MAASMECHELEN.
MEESWIJK.
We wandelen vandaag in Meeswijk. Een mooie natuurwandeling aan de Maas. We vertrekken met de wandeling en al vlug wandelen we door de prachtige natuur. Velden en weilanden en dan komen we in Stokkem. We komen aan het kasteel Carolinaberg. Het Kasteel Carolinaberg is een vierkant gebouw in eclectische stijl, voorzien van een ronde hoektoren en gedekt door een mansardedak. Achter het huis bevindt zich een koetshuis en een paardenstal uit dezelfde tijd. Ook werd er een park aangelegd, waarvan de oude beuk naast het kasteel nog een overblijfsel is. Ook in het park zijn nog enkele resten van de burchtruïne aan te treffen, terwijl er daarnaast overblijfselen zijn van de Beer en de Blauwmuur, oude oeververdedigingswerken vervaardigd uit (blauwachtige) kalksteen. De Maas, aan de oever waarvan de oorspronkelijke burcht werd gebouwd, is ondertussen een kilometer naar het oosten verschoven, maar een oude Maasarm ligt nog voor het kasteel. De uiterwaard tussen het kasteel en de huidige Maasbedding werd in de 2e helft van de 20e eeuw grotendeels vergraven voor grindwinning, waardoor plassen ontstonden die later werden ontwikkeld tot natuurgebied Negenoord. We wandelen verder en komen aan het Natuurgebied Negenoord-Kerkeweerd (Dilsen-Stokkem) was ooit een grindwinningsgebied. Nu is het een van de vele natuurgebieden die zowel langs Belgische als langs Nederlandse zijde van de Grensmaas worden/zijn ingericht. Zo ontstaat tegelijkertijd een groot grensoverschrijdend ‘rivierpark Maasvallei’ van meer dan 2500 hectare, wordt er aan grindwinning gedaan én krijgt de rivier meer ruimte. Hierdoor wordt de kans op overstromingen beperkt. Oog in oog met de natuur. In natuurgebied Negenoord-Kerkeweerd zorgen de Konikpaarden en Galloway runderen jaarrond voor het beheer. Zij zorgen dat er een mozaiëkstructuur ontstaat met open plekken, bloemenrijke ruigtes en bosjes. Sinds kort helpt ook de bever een tandje mee. Door dat ‘vreetwerk’ en de aanvoer van kalkrijk grind en zaden uit het zuiden, vind je in Negenoord-Kerkeweerd bloemen en planten terug die je elders in Limburg (behalve de Maasgebieden) bijna niet terugvindt. Van dat bloemenparadijs profiteren op hun beurt weer een heleboel vlinders en bijen zoals de zeldzame knautiabij en de kleine parelmoervlinder. We wandelen verder komen langs de Maas en het veerpont Berg-Meeswijk. Weer verder langs het water en langs de paarden en dan komen we terug aan ons vertrek wat een prachtige wandeling.
De omgeving van Kanne kent aanzienlijke hoogteverschillen. Het dorp ligt in het dal van de Jeker dat is ingesneden in het Plateau van Caestert, waartoe ook de Sint-Pietersberg behoort. Ook het Albertkanaal is diep ingesneden. Van groot natuur- en cultuurhistorisch belang is het voorkomen en dagzomen van mergelsteen, waardoor een bijzondere flora en fauna van kalkminnende soorten ontstaat, zoals op de kalkgraslanden. De mergelsteenwinning leidde bovendien tot het ontstaan van uitgebreide gangenstelsels, die vervolgens weer voor allerlei doeleinden werden benut, zoals de champignonteelt, maar ook voor smokkel, voor het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog, en later zelfs voor een militair hoofdkwartier. Ook vormen de gangenstelsels een toeristische attractie. Aan de Nederlandse kant van de grens ligt er de Duivelsgrot en het Poppelmondedal. Ook vindt men daar de Cannerberg met de Muizenberg. We wandelen vanuit het centrum naar de Sint Pietersberg waar we aan de Duivelsgrot komen. De Duivelsgrot of Wijngaardgroeve is een klein gangenstelsel in de Sint-Pietersberg, onderdeel van het Plateau van Caestert, dat zich bevindt aan de zijde van het dal van de Jeker. e ingang van de groeve ligt op minder dan 200 meter van de grens met België en op zo'n 400 meter ten noordoosten van Kanne. De helling waarin de groeve ligt wordt de Poppelsberg genoemd. Hier komt het geel zonneroosje voor. Verder leven er zeldzame kalkminnende planten. De groeve is gedurende lange tijd een stal voor dieren en een opslagplaats geweest. We wandelen verder door de prachtige natuur eb komen aan het hellingsbos Obervant. Wat verder komen we aan hoeve Caestert. Hoeve Caestert maakte deel uit van het in 1972 afgebrande kasteel Caestert. Deze hoeve is gebouwd in de karakteristieke Maaslandse renaissancestijl. De sluitsteen boven de ingang stamt uit 1686 en geeft toegang aan het binnenterrein van de hoeve. Nadat de hoeve verlaten werd door de laatste pachter, Walther Duchateau, kwam de hoeve in verval. Natuurpunt Riemst kon tijdelijk de hoeve en conciërgewoning gebruiken, totdat deze op 1 april 2013 ook door brand werd verwoest. In de jaren na de brand zijn vele instanties bezig geweest om te lobbyen voor herstel van de hoeve; vooral afkomstig uit het naburige Riemst. Inmiddels is het Waalse gewest druk bezig de hoeve te herstellen. Nu dalen w eaf en krijgen het kanaal in zicht weer verder met onze wandeling. beneden gekomen gaan we langs de Grotten van Kanne. In Riemst komt die witte en zachtgele kalksteen aan de oppervlakte. En waar hij onder de grond blijft, halen arbeiders hem in grote blokken boven. Zo ontstaan de mergelgrotten, goed voor meer dan 300 km gangen. In Kanne en Zichen kan je die ondergrondse doolhoven nog altijd bezoeken. In Kanne start de mergelontginning al vόόr de 15--de eeuw. Met de stenen bouwen de dorpelingen de lokale kerken en burchten. Wat verder langs het militair kerkhof en dan begint de klim naar boven langs het Engels Canadees Oorlogsmonument. Dan verder klimmen. Langs het monument van een Engels vliegtuig en dan verder. We wandelen Vroenhoven binnen waar de controlepost is. Nu wandelen we langs De Brug van Vroenhoven. De eerste brug op deze locatie was een betonnen boogbrug die werd gebouwd bij de aanleg van het Albertkanaal in 1935. Deze werd in 1944 opgeblazen door het zich terugtrekkende Duitse leger. Tot 1947 lag er tijdelijk een baileybrug ter vervanging, waarna in 1947 de brug in originele vorm werd herbouwd. In 2007 startte de bouw van de nieuwe brug bij Vroenhoven, vlak naast de toen nog bestaande oude brug. Op 16 januari 2009 om 22u38 werd de oude brug met dynamiet opgeblazen. De nieuwe brug is in juni 2010 in gebruik genomen. De vervanging van de brug maakte het mogelijk om de flessenhals in het kanaal te verbreden zodat er thans twee schepen gelijktijdig kunnen passeren. Deze verbreding was eerder niet mogelijk doordat de pijlers van de oude brug te dicht bij elkaar stonden. Bij de bouw van de nieuwe brug is er ook ruimte voorzien voor een museum - de Brug van Vroenhoven, een openluchttheater, een klimmuur en een café-restaurant. Op 29 april 2012 werd naast de brug van Vroenhoven de Wereldvredesvlam ingehuldigd. Het is een 2,5m hoog monument met een eeuwig brandende vlam voor de vrede. Het maakt deel uit van het wereldwijd project 'World Peace Flame'. Er zijn op alle continenten nog negen andere locaties waar deze Wereldvredesvlam brandt. Nog even en wij zijn terug in Kanne waar onze wandeling eindigt.
46E MARCHE DES TROIS VILLAGES. / GROUPE SPORTIF JAUCHOIS. / JAUCHE – ORP-JAUCHE. 01/05/2019
46E MARCHE DES TROIS VILLAGES.
GROUPE SPORTIF JAUCHOIS.
JAUCHE – ORP-JAUCHE.
Vandaag wandelen we in Waals Brabant. Het dorp Jauche in het Nederlands Geten. We vertrekken aan het oude station en wandelen langs het fietspad de oude spoorwegzate. De lijn 147 is vandaag een mooie fiets en wandelroute. We wandelen verder en komen zo in Orp-le-Petit. We komen aan de Eglise Notre-Dame d'Orp-le-Petit. Op het plein staan verschillende groet huizen en boerderijen. Daar staat ook de grote Vierkants hoeve; ook herenhoeve genoemd. Wat een prachtige gebouw, twee vierkante torens en de ingang brengen ons naar de grote binnenkoer waar de rust post is, het woonhuis staat er statig bij wat een prachtige locatie, na de rust weer verder komen aan een bijzondere plek het infobord verteld van een cementfabriek van 1899 dat verlaten werd en de grond terug natuur word wel bijzonder. We wandelen verder en komen zo in Orp-le-Grand. Waar de bijzondere kerk staat.
De Sint-Adela en Sint-Martinuskerk
De oude kerk van Orp-le-Grand is met haar verhoogde middenschip en transept bas onmiskenbaar romaans van bouwstijl en verwant aan de Maasarchitectuur. Aan de westzijde bevindt zich een soort vestibule met daarboven een galerij, die elk met twee ranke bogen in verbinding staan met de hoofdbeuk. Ten tijde van de Gotiek (bouwkunst) bouwde men in dit eigenaardige westblok een toren aan de noordzijde. Uitwendig is de middenbeuk versierd met een aantal wandbogen op kolonetten die om de andere een venster omlijsten. Inwendig ziet men een behandeling van de wanden die overeenkomsten vertonen met die in de kerk van Cherain: slanke muurzuilen dragen geprofileerde togen. De kerk die in de laatste oorlog geheel is uitgebrand, werd na 1950 weer compleet gerestaureerd.
In het dorp staan verschillende grote herenhuizen. Ook verschillende gebouwen in gele lokale steen. Ook komen langs een prachtige gebouw met wapenschild uit 1682. Met een duiventil en ingangspoort. Verder langs de bron en dan wandelen we langs Moulin de Maret. Op de Kleine Gete staan nog verschillende watermolens zo komen we nu aan Moulin Berner. En later bij het einde van de tocht de Moulin de Jauche. We wandelen verder en komen aan het kasteel van Orp-le-Petit.
Chateau Rose .
Het kasteel werd, door Baron Albert Pierre Stier, gebouwd tussen 1776 en 1779 in geschilderde baksteen en steen van Gobertange (kalkhoudende zandsteen). Het kasteel werd de zetel van de heerschappij. De veelhoekige toren die het gebouw flankeert werd toegevoegd in het begin van de 20e eeuw. Vooraan in de weide staat een oude schandpaal.
We wandelen verder en komen zo terug in Jauche waar onze mooie wandeling eindigt.
STIEMERBEEKTOCHT. / DE HEIKNEUTERS. / GENK. 29/04/2019
STIEMERBEEKTOCHT.
DE HEIKNEUTERS.
GENK.
Nabij C-Mine Genk loopt het parcours in en rond het valleigebied van de Stiemerbeek. Die dwars door het verstedelijkt gebied van Genk stroomt. De paden langs de beek hebben een eigen biotoop en laten ons de verborgen groene parel ontdekken. Al vlug na het vertrek wandelen we door een bijzonder stukje natuur. Via een planken pad door het moerassige gebied, wandelen we langs een bijzonder plekje. Op de achtergrond de schachtbok van de mijn van Winterslag. Nog een eindje langs de Stiemerbeek en dan steken we de drukke steenweg over, gelukkig hebben ze hier ene fietsbrug aangelegd en kunnen we zonder gevaar over de steenweg gaan zo komen we Winterslag binnen. We komen aan de Mijnkathedraal. Hier op het plein staan verschillende gebouwen die door de mijnen opgericht waren. Bij de uitbouw van de woonwijken voor de mijnwerkers werden de mijnen door de overheid verplicht om ook gemeenschapsvoorzieningen te voorzien en het paste in de paternalistische opvatting van de mijnen om voor het welzijn van de mijnwerkers in te staan. De mijn zorgde voor scholen, ziekenhuis en sportvoorzieningen. Ook de geestelijke zorg paste in de patronale visie. In de Winterslag werd in 1923-1925 de Heilig-Hartkerk van architect Adrien Blomme opgetrokken in natuursteen. We wandelen door de mijnsites.
Tuinwijk Winterslag
In Winterslag ontwierp de Brusselse architect Adrien Blomme een totaalconcept voor de tuinwijken, die je wellicht kent als cités. Hij kreeg de opdracht in 1911 van baron Evence Coppée II. Blomme genoot toen al bekendheid als ontwerper van tuinwijken in Engelse stijl. In het totaalontwerp werden station, mijn en kerk als structurerende elementen benadrukt. Veel aandacht ging naar groene zones en zomen van diverse boomsoorten aan de straten en lanen.
Wij wandelen door de wijk en het is ongelooflijk hoe mooie deze wijk is. Dan wandelen we de mijn zelf op ook hier hebben ze in de afgelopen jaren een parkoers aangelegd waar langs je kunt wandelen en de mijngebouwen kunt bekijken.
Een stukje geschiedenis.
Op 3 november 1906 werd een concessie voor ontginning van steenkool verleend met de concessienaam "Genck-Sutendael". Na de ontdekking van in de Limburgse Kempen in 1901 vroegen verschillende industriële groepen een concessie voor de ontginning aan en werden er 8 concessies toegekend. De Concessie Genck-Sutendael was 3800 hectare groot. Na een aantal wijzigingen werd in 1912 de maatschappij Société anonyme Charbonnages de Winterslag opgericht voor de uitbating van 960 ha van de deelconcessie 'Winterslag'. Belangrijkste aandeelhouders waren 'Charbonnages de Ressaix, een mijngroep uit het Bassin du Centre in Henegouwen, van eigenaar Evence Coppée, (ook bouwer van cokesovens) en de Franse groep Schneider. Deze Kempense mijnzetel was gevestigd in wijk Winterslag van de Belgische gemeente Genk. De afdieping van de schachten voor de exploitatie verliep voorspoedig, zonder de problemen met drijfzandhoudende lagen waarmee de andere mijnen af te rekenen kregen. Op 28 juli 1914 kon men, net voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, de eerste brok steenkool uit schacht 1 bovenhalen. Onder de Duitse bezetting kon men minder of meer verder gaan met de uitbouw van de mijn. In 1917 kon Winterslag, als eerste van de mijnen van het Kempens Bekken, in productie kon gaan. Op de mijnsite staan nog steeds een aantal gebouwen die verwijzen naar het mijnverleden met onder meer de oudste en de meest recent gebouwde schachtbok in Limburg. De mijn haalde in 1967 nog een jaarproductie van 1.635.514 ton. De totale mijnproductie bedroeg 66.593.000 ton. In 1953 was de tewerkstelling maximaal met 6250 mijnwerkers. De ondergrondse verdiepingen lagen op 600, 660, 735 en 850 m. Op 31 maart 1988 sloot de steenkoolmijn definitief. De mijnterril, 163 m hoog, werd omgevormd tot wandelgebied.
Na een laatste stukje door de natuur komen we terug aan ons vertrek. Een mooie en leerzame tocht. Een stukje bijzondere geschiedenis van Limburg.