Sedert het einde van Wereldoorlog II heeft Vlaanderen nooit een grote Vláámse Vlaamse partij gehad. De drie belangrijke partijen, die van de christendemocraten CVP, de socialisten BSP en de liberalen PVV, waren Bélgische Vlaamse formaties, zelfs toen twee ervan in hun benaming het woord Vlaams invoerden (Christen-democratisch en Vlaams CD&V; Vlaamse Liberalen en Democraten VLD), en de derde de B van Belgische liet vallen en de a van anders toevoegde, zonder trouwens te verduidelijken of dat anders te maken had met het verdwijnen van Belgische (SP.a).
De nieuwe VLD en SP.a werden nauwelijks Vlaamser dan hun voorgangers. Zij zullen wel nooit uit vrije wil Vlaamse partijen worden. Beide hebben geen belangstelling voor begrippen als eigen volk en etnische politiek, en ze slepen een lang en loodzwaar verleden van Belgisch nationalisme en dus van Waalsgezindheid met zich mee, die nog versterkt worden door hun band met de per definitie Belgische en dus anti-Vlaamse loges.
Bij de christendemocraten waren er evenmin tekenen van opzienbarende verbeteringen. Ze bleven onderworpen aan België; bovendien leken het beetje conservatisme en Vlaamsgezindheid, de twee ideologische instellingen die hen nog van de liberalen en de socialisten onderscheidden, helemaal te worden verdreven door het progressisme en het belgicisme. Toen kwam er de kentering tijdens de campagne voor de parlementsverkiezingen van 2007. CD&V verbond zich met de Nieuw-Vlaamse Alliantie N-VA, en onderschreef met haar een sterk op de uitbreiding van de Vlaamse autonomie gericht verkiezingsprogramma. Was de bekering oprecht of opportunistisch (CD&V kon alleen de sterkste worden met de steun van een andere formatie)? In ieder geval leek de partij tijdens de regeringsonderhandelingen op Vlaams gebied stand te houden, en trouw te blijven aan haar partner wanneer die door de Walen/verwaalsten en de Waalsgezinde Vlamingen (VLD, SP.a) werd aangevallen. Nu de onderhandelingen blijven aanslepen en de scène overheerst wordt door het gebral van de Walen/verwaalsten, vrezen (of weten?) sommige waarnemers dat de CD&V zal bijdraaien om het premierschap van haar voorman Leterme te redden. Maar zie wat er gebeurt. Vanuit de CD&V komen niet de sussende woorden waarmee de CVP vroeger haar overgaven aankondigde, en die haar bij de Vlaamse Vlamingen een kwalijke reputatie hebben bezorgd: onderhandelingen kunnen niet zonder compromissen tot een goed einde gebracht worden; redelijkheid is de enige weg naar het succes enz. In de plaats daarvan schrijven zestien lokale mandatarissen uit de Kempen een hartige brief aan hun partijvoorzitter om hun ongerustheid uit te drukken over het vastlopen van de formatiebesprekingen en over het gevaar dat de CD&V naar oude traditie de macht, of de uiterlijke schijn ervan, zal verkiezen boven de belangen van haar kiezers en de Vlamingen in het algemeen: onze verkiezingsoverwinning mag geen vergiftigd geschenk worden; het volgehouden non van de Franstaligen op de eis tot staatshervorming is misdadig; de CD&V moet eerder in de oppositie gaan dan toegevingen doen. Deze laatste zin is een revolutionaire uitspraak voor een partij die hongert naar federale macht na een jarenlange periode van geheelonthouding. De dissidenten vergeten zelfs de eerbied die ze hun illustere voorgangers verschuldigd zijn en durven het zelfs aan hun voorzitter te smeken de oude CVP niet uit haar as te laten herrijzen. Alsof we niet in de éénentwintigste eeuw leven, doen ze een oproep die een klassieker is uit de retoriek van de traditionele Vlaamse Beweging: Laten we trouw zijn aan ons gegeven woord.
Staan we voor de geboorte van een grote en werkelijk Vlaamse partij, de CD&V/N-VA? Als we ons enkel baseren op de bewezen verraderlijkheid van de christen-democratie tegenover Vlaanderen, kunnen we alleen maar waarschuwen: OPGEPAST! ZAKKENROLLERS! Maar als we ons cynisme de vrije loop laten, kunnen we besluiten dat precies de wendbaarheid van de CVP en de CD&V hoopvol kan stemmen over een evolutie in de richting van het Vlaams-nationale kamp. Het recent verkiezingssucces is grotendeels te danken aan de beloftes i.v.m. de verwezenlijking van de Vlaamse eisen. De N-VA zal daar blijven op hameren. De eerstvolgende verkiezingen zijn dichtbij (2009). Als de hoofdpartner van het kartel zich toch prostitueert, zal het kiezersvolk dat in 2009 nog niet vergeten zijn. Als het uitblijven van staatshervormingen meebrengt dat de Vlamingen nog meer onderhoudsgeld aan de Walen moeten betalen, zullen zij weten wie de schuldigen zijn. De Vlaamse Vlamingen die voor de CD&V hebben gestemd zullen in 2009 naar andere partijen overlopen. Ze zullen een ruime keuze hebben tussen partijen of partijtjes die wel enkele Vlaamse garanties willen geven: het Vlaams Belang; de N-VA (onder voorbehoud: als ze niet medeplichtig wordt); De Lijst Dedecker (als ze ondertussen haar strijdbaarheid op Vlaams gebied heeft bevestigd); SPIRIT (als het de concurrentie aankan en zich van de anti-Vlaamse SP.a heeft losgemaakt).
Met andere woorden: als de CD&V haar beloftes niet inlost, wordt ze in 2009 afgemaakt, samen met de N-VA als die meespeelt in het gesjacher. De katholieken die bij dat vooruitzicht door vrees bevangen worden, geef ik mijn eigen stelregel ter overweging: in geval van nood is Vlaanderen een partijmoord waard!
Hubert Spons
|