Chronologisch overzicht van ruimtevaarders, bemande ruimtevluchten en onbemande sondes.
01-09-2015
dit gebeurde op 1 september
lancering in 1962 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde 2MV-1 N°2.
Deze venussonde moet een instrumentencapsule neerlaten op de planeet venus, maar de sonde blijft steken in aardorbit omdat de vierde trap van de lanceerraket faalt.
Bepaalde bronnen beweren dat de planeet mars het doel was en dat deze sonde ‘3’ of ‘4’ als serienummer had. Ook bestaat er hier twijfel aangaande de echte bedoeling van de opdrachtgevers.
Het doel van 2MV-1 sn 2 kan ook een eenvoudige venuspassage geweest zijn.
(afbeelding: model 2MV-1)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1962-043A (a.tau 1)
Norad ID: 381
Andere namen: AMS Venera, Sputnik 20(VS)
Lanceertuig: Molniya 8K78 T103-13
Massa: 6500/890 kg.
geboorte in 1961 te Philadelphia – Pennsylvania, van Christopher John Ferguson.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 17-1998 “The Penguins”.
Maakte ruimtevlucht in STS 115, 126 en 135 .
Verbleef 40,42 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 9 december 2011 en bleef actief in de ruimtevaart.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1962: een VS fotospion KH-5;
in 1970: de VS SIGINT satelliet Canyon 3/BMEWS 4;
in 1972: een VS fotospion OPS 8888/SAMOS 89;
in 1976: de SU communicatiesatelliet Molniya-2 en de VS militaire navigatiesatelliet TIP 3;
vertrek in 1983 van de ruimtependel Challenger STS 8 (Norad ID: 14312), voor een 6-daagse opdracht in een baan om de aarde.
De hoofdtaak is het in de ruimte plaatsen van de Indiase multifunctionele satelliet INSAT-1B.
Andere opdrachten waren: het wegdraaien van de neus van de pendel van de zon om de cockpit in extreme kou te testen, onderzoek met het Flight Instrumentation Pallet (DFI) en samenwerking uitproberen van de Ku-band pendelantenne met de Tracking en Data Relay Satellite-I (TDRS-1).
Biologische proeven werden op oa zes ratten uitgevoerd.
De bemanning liet de pendel ook tot 225 km hoogte dalen om de oorzaak van gloed te achterhalen die delen van de orbiters ’s nachts omringt.
De inzittenden zijn:
Richard H.Truly, bevelhebber,
Daniel C.Brandenstein, piloot,
Dale A.Gardner, missiespecialist,
Guion S.Bluford , Jr, missiespecialist,
William E.Thornton, missiespecialist.
vertrek in 1984 van de ruimtependel Discovery STS 12/41D (Norad ID: 15234), voor een 6-daagse opdracht in een baan om de aarde.
De hoofdtaak van de bemanning is het in de ruimte plaatsen van de communicatiesatellieten SBS-4 (Satellite Business System), SYNCOM IV-2 (ook bekend als LEASAT 2) en TELSTAR 3C.
Ook een lichtgewicht zonnepaneel (OAST-1) wordt uitgebreid getest met het oog op latere toepassingen in de ruimte, zoals bijvoorbeeld het ISS.
De inzittenden zijn:
Henry W.Hartsfield, Jr, bevelhebber,
Michael L.Coats, piloot,
Judith A.Resnik, missiespecialist,
Steven A.Hawley, missiespecialist,
Richard M.Mullane, missiespecialist,
Charles D.Walker, ladingspecialist.
geboorte in 1931 te Denver – Colorado, van John Leonard ‘Jack’ Swigert Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 5-1966 groep.
Maakte ruimtevlucht in apollo 13.
Verbleef 5,95 dagen in de ruimte.
Overleefde eerste noodtoestand voorbij aardorbit – apollo 13.
Mede hoogterecordhouder (401056 km) - apollo 13.
Overlijdt tgv uitgezaaide kanker op 27 december 1982 te Washington DC.
geboorte in 1971 te Honolulu – Hawaii, van Katherine Megan McArthur.
Amerikaanse wetenschapper/astronaute.
Lid van NASA 18-2000 “The Bugs”.
Maakte ruimtevlucht in STS 125.
Verbleef 12,90 dagen in de ruimte.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1961: de VS militaire wetenschapssatelliet Discoverer 29;
in 1972 en 1973: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1973: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-24;
in 1974: de NL astronomiesatelliet ANS 1;
in 1976: de CN spion China 6/JSSW 3;
in 1977: een SU communicatiesatelliet Molniya 1-38;
in 1982: een SU oceaanobservatie satelliet US-A;
in 1983: de communicatiesatellieten Molniya 3-21 (SU) en Insat 1B (IN);
in 1984: een SU aardobservatie satelliet Resurs-F1;
in 1988: een SU militaire waarschuwer Oko;
in 1990: de militaire satelliet Skynet 4C (UK) en de telecomsatelliet Eutelsat 2-F1;
in 1991: de JP/NASA astronomiesatelliet Solar-A/Yohkoh;
in 1993: de VS militaire satelliet USA 94;
in 1995: een SU militaire communicatiesatelliet Geizer;
vertrek in 1988 van het ruimteschip Soyuz TM6 (Norad ID: 19443), naar het Soviet ruimtestation MIR.
De bezoekende cosmonauten Vladimir Lyakhov en de Afghaanse wetenschapper Abdul Ahad Mohmand keren na 9 dagen terug met Soyuz TM5, terwijl de arts Valeriy Polyakov gedurende 241 dagen in de ruimte zal blijven.
Bij de landing op 21 december heeft Soyuz TM6 de cosmonauten Titov en Manarov aan boord die 366 dagen in het station waren; alsook de ESA astronaut Chrétien die daarmee zijn 25-daagse missie beëindigt.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Vladimir A.Lyakhov, gezagvoerder,
Valeriy V.Polyakov, vluchtingenieur,
Abdul A.Mohmand, wetenschapper - Afghanistan;
bij de landing:
Vladimir G.Titov, gezagvoerde,
Musa K.Manarov, vluchtingenieur,
Jean-Loup J.Chrétien, wetenschapper - ESA.
geboorte in 1948 te Bedford – Indiana, van Charles David Walker.
Amerikaanse ladingspecialist/astronaut.
Lid van McDonnell Douglas PS-1983 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 12/41D, 16/51D en 23/61B.
Verbleef 19,91 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot december 1985 en bleef ruimtevaartmedewerker.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1962: een VS fotospion KH-4;
in 1963: een VS fotospion KH-5 en een SIGINT satelliet Lampo;
in 1969: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1970: een SU fotoverkenner Zenit-4M;
in 1974: een SU fotoverkenner Zenit-4MK en een aardobservatie satelliet Sfera;
in 1978: een SU fotoverkenner Zenit-4MKM;
in 1985: een SU aardobservatie satelliet Resurs-F1 en een militaire waarnemer Kobal't;
in 1991: de IN aardobservatie satelliet IRS 1B;
in 1994: de VS militaire weersatelliet DMSP-F12/USA 106;
in 1995: de JP telecomsatellieten JCSat 3 en N-Star A;
in 1996: de wetenschapssatellieten MicroSat 1/Mu-Sat/Victor (AR), Magion 5 (EZ) en
lancering in 1962 vanaf Cape Canaveral LC12, van de VS ruimtesonde Mariner 2.
De sonde wordt vanuit een parkeerorbit door de Agena ontsnappingstrap in een geocentrische hyperbool geschoten en vliegt op 14 december op 34770 km afstand aan venus voorbij.
De missie was een herhaling van de Mariner 1 opdracht, die kort na de lancering in rook opging.
Na de vele tegenslagen met interplanetaire sondes van zowel de Soviet Unie als de VS, maakt deze in 1962 de eerste succesvolle interplanetaire vlucht.
(afbeelding: vrije voorstelling van Mariner 2 op weg naar venus)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1962-041A (a.rho 1)
Norad ID: 374
Andere naam: Mariner-Venus 1962
Lanceertuig: Atlas LV-3A Agena B179D
Massa: 203 kg.
vertrek in 1985 van de ruimtependel Discovery STS 20/51I (Norad ID: 15992), voor een 7-daagse opdracht in een baan om de aarde.
De hoofdtaak van de bemanning is het in de ruimte zetten van de communicatiesatellieten ASC-1, AUSSAT-1 en SYNCOM IV-4 (Leasat-4).
Fisher en van Hoften werkten gedurende 11 uur 27 minuten buiten de pendel. Een deel van deze tijd gebruikten ze voor het grijpen, herstellen en terugzetten van de satelliet Syncom IV-3 (Leasat-3) welke door STS 51D in de ruimte geplaatst werd en niet naar behoren presteerde.
De inzittenden zijn:
Joseph H.Engle, bevelhebber,
Richard O.Covey, piloot,
James D.A.van Hoften, missiespecialist,
John M.Lounge, missiespecialist,
William F.Fisher, missiespecialist.
geboorte in 1941 te Nikolayevsk – Volgograd, van Yuri Vassilyevich Malyshev.
Russische piloot/cosmonaut.
Geboren op 27 augustus 1941, te.
Lid van Luchtmacht 4-1967 groep.
Maakte ruimtevlucht in soyuz T2 en T11(T10).
Verbleef 11,83 dagen in de ruimte.
Was cosmonaut tot 20 juli 1988.
Overlijdt te Zvyozdny Gorodok (Moskow) op 8 november 1999.
geboorte in 1958 te Leningrad, van Sergei Konstantiovich Krikalyov.
Russische ingenieur/cosmonaut.
Lid van Energia Ingenieur 8-1985 / NPOE 7 groep.
Maakte ruimtevlucht in soyuz TM7, TM12(13), STS 60, 88,TM31(STS 102) en TMA6.
Verbleef 804,40 dagen in de ruimte.
Maakte 8 ruimtewandelingen - samen 41u27’.
Eerste Rus in een VS ruimtevlucht op 3 februari 1994.
Was cosmonaut tot maart 2009 en bleef aktief in de ruimtevaart.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1966: een SU fotoverkenner Zenit-7;
in 1968: een SU militaire communicatiesatelliet Strela 2 en een fotoverkenner Zenit-4;
in 1970: de VS geheime satelliet NNSS 30190;
in 1971: een SU radardoel DS-P1-Yu;
in 1975: de FR/DE experimentele communicatiesatelliet Symphonie 2 en een SU fotoverkenner
Zenit-4MK;
in 1976: een SU ELINT satelliet Tselina-D;
in 1977: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1981: een SU aardobservatie satelliet Resurs-F1;
in 1982: de SU communicatiesatelliet Molniya 3-19;
in 1986: een SU militaire waarnemer Kobal't;
in 1987: de NASDA wetenschapssatelliet ETS 5/Kiku 5;
in 1989: de UK/NASA telecomsatelliet BSB-R1/Marcopolo 1;
in 1994: de VS militaire satelliet USA 105en de AU telecomsatelliet Optus B3.
vertrek in 1974 van het ruimteschip Soyuz 15 (Norad ID: 7421), naar het Soviet ruimtestation Salyut 3.
Dit is de tweede missie naar Salyut 3 en is zeer waarschijnlijk van militaire aard.
De cosmonauten zijn echter niet in staat aan te koppelen als gevolg van een fout in het geautomatiseerde docking systeem. Zonder voldoende brandstof voor langdurige pogingen tot handmatige docking, moest de missie afgebroken worden en volgt de landing op 28 augustus.
Later beweerden de Sovjet-autoriteiten dat er geen koppeling gepland was en dat de vlucht slechts ondernomen was om technieken te ontwikkelen voor het manoeuvreren in de buurt van het ruimtestation.
De inzittenden zijn:
Lev S.Demin, gezagvoerder,
Gennadi V.Sarafanov, vluchtingenieur.
vertrek in 1978 van het ruimteschip Soyuz 31 (Norad ID: 11010), naar het Soviet ruimtestation Salyut 6 .
Jähn was de eerste Duitse Democratische Republiek cosmonaut in de ruimte en was hier samen met veteraan cosmonaut Bykovski (die vloog in Vostok 5 in juni 1963) als bezoekende bemanning. Zij landden na 8 dagen in Soyuz 29.
Soyuz 31 bracht op 2 november de cosmonauten Kovalyonok en Ivanchenkov terug na een verblijf van 140 dagen in het station.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Valeriy F.Bykovskiy, gezagvoerder,
Sigmund W.P.Jähn, wetenschapper - DDR;
bij de terugkeer:
Vladimir V.Kovalyonok, gezagvoerder,
Aleksandr A.Ivanchenkov, vluchtingenieur.
geboorte in 1932 te Abilene – Kansas, van Joseph Henry ‘Joe’ Engle.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 5-1966 groep.
Maakte ruimtevlucht in X-15 nrs 138, 143 en 153, STS 2 en 20/51I.
Verbleef 9,38 dagen in de ruimte.
Bemanningslid van Enterprise pendeltestvluchten in 1977.
Was astronaut tot november 1986.
geboorte in 1942 te San Antonio – Texas, van John Elmer Blaha.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 9-1980 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 29, 33, 43, 58 en 79(81).
Verbleef 161,12 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot september 1997.
geboorte in 1959 te Mobile – Alabama, van Kathryn ‘Kay’ Patricia Hire.
Amerikaanse missiespecialist/astronaute - NAVY gevechtspiloot.
Lid van NASA 15-1994 “The Flying Escargots”.
Maakte ruimtevlucht in STS 90 en 130.
Verbleef 29,66 dagen in de ruimte.
Was astronaute tot maart 2010 en bleef aktief in de ruimtevaart.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1970: de VS militaire satelliet OPS 8329;
in 1976: een SU radardoel DS-P1-Yu;
in 1980: een SU militaire waarnemer Feniks;
in 1982: de NASA/CA telecomsatelliet Anik D1/Telesat 5;
in 1985: de telecomsatellieten Aussat 1/Optus A1 (AU) en ASC 1 (VS), en de VS militaire communicatiesatelliet Leasat 4/Syncom 4-4;
in 1999: een SU militaire navigatiesatelliet Parus.
lancering in 1962 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde 2MV-1 N°1.
Deze Venera-sonde moest een landing maken op de planeet venus, maar raakt niet weg van de aarde (of vertrekt in een verkeerde richting), door het falen van de zond-rakettrap.
Bepaalde bronnen beweren dat de planeet mars het doel was en dat deze sonde ‘3’ als serie-nummer had; of dat het doel slechts een venus passage was.
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1962-040A (a.pi 1)
Norad ID: 371
Andere naam: Sputnik 19(VS-bepaling)
Lanceertuig: Molniya 8K78
Massa: 6500 kg.
testlancering in 1966 vanaf Cape Canaveral, van de Apollo AS-202 combinatie.
De Apollo-Saturn 202 (AS-202) is een onbemande suborbitale vlucht om de Apollo Commando and Service Modules te testen.
De doelstellingen van de vlucht waren het gedrag van Saturn 1B te evalueren; alsmede de scheiding, noodsituatie detectiesysteem en hitteschild van het Apollo CSM-011 ruimtevaartuig te testen.
De maximale temperatuur van het hitteschild werd berekend op ongeveer 1500°C, de temperatuur in de cabine bleef beperkt tot 21°C. 93 minuten na de lancering kwam het CM-gedeelte neer in de Stille Oceaan op 16,11°N – 168,97°O, ongeveer 800 km ten ZO van Wake Island en 370 km van het doel. De capsule werd door het vliegdekschip USS Hornet op 26 augustus uit zee gevist.
Alle doelstellingen werden bereikt.
Enkele gegevens:
NSSDC ID: APST202
Norad ID: -
Lanceertuig: Saturn 1B
Gewicht: 25810 kg
Suborbit: 1130 km.
geboorte in 1960 te Oak Park – Illinois, van Lee Joseph Archambault.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 17-1998 “The Penguins”..
Maakte ruimtevlucht in STS 117 en 119.
Verbleef 26,65 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot februari 2012.
geboorte in 1965 te Lancaster – Pennsylvania, van Andrew Jay 'Drew' Feustel.
Amerikaanse wetenschapper/astronaut.
Lid van NASA 18-2000 “The Bugs”.
Maakte ruimtevlucht in STS 125 en 134.
Verbleef 28,64 dagen in de ruimte.
Maakte 6 ruimtewandelingen - samen 42u18’.
selektie in 1997 van de Politieker/Wetenschapper
Yuri M.Baturin.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1961: de VS wetenschapssatelliet Explorer 13;
in 1964: de VS wetenschapssatelliet Explorer 20;
in 1965: een SU Zenit-5 1523 fotoverkenner
in 1977: de NASA/IT communicatie testsatelliet SIRIO 1;
in 1983: een SU doelsatelliet Raduga;
in 1988: de VS navigatie-GPS satellieten Transit 25 en 26;
in 1991: de NASDA/VS telecomsatelliet BS 3B/Yuri 3B;
in 1994: het MIR cargoschip Progress-M24;
in 1997: de NASA astronomiesatelliet ACE/Explorer 71;
lancering in 1961 vanaf Cape Canaveral LC12, van de VS ruimtesonde Ranger 1/Nasa P-32.
Ranger 1 heeft als doel het testen van apparatuur en het onderzoek van de werkingsstabiliteit in orbit, alsmede wetenschappelijk onderzoek van de interplanetaire ruimte; met het oog op de latere maan- en planetaire missies.
De sonde moest vanuit een parkeeromloop naar een 60000x1100000 km ellipsvormige baan geschoten worden. De eigenlijke maaninslag was niet aan de orde.
Het tuig blijft echter steken in de parkeerbaan rond de aarde omdat de Agena B rakettrap weigert te herstarten.
(afbeelding: model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1961-021A (phi 1)
Norad ID: 173
Lanceertuig: Atlas LV-3A Agena B 111D
Massa: 306 kg.
geboorte in 1952 te Büdesheim, van Klaus-Dietrich Flade.
Duitse ingenieur/astronaut.
Lid van DLR 2-1990 en Duitse Commerciële 1990 groep.
Maakte ruimtevlucht in soyuz TM14(TM13).
Verbleef 7,91 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot maart 1992.
geboorte in 1956 te Indianapolis – Indiana, van David Alan Wolf.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 13-1990 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 58, 86(89), 112 en 127.
Verbleef 168,37 dagen in de ruimte.
Maakte 7 ruimtewandelingen - samen 41u57’.
geboorte in 1967 te Detroit – Michigan, van Dominic Anthony 'Tony' Antonelli.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 18-2000 “The Bugs”.
Maakte ruimtevlucht in STS 119 en 132.
Verbleef 24,58 dagen in de ruimte.
selektie in 1976 van de TsPK(VVS)-6 cosmonauten
Leonid Ivanov,
Leonid Kadenyuk,
Nikolai Moskalenko,
Sergei Protchenko,
Yevgeni Saley,
Anatoly Solovyev,
Vladimir Titov,
Vladimir Vasyutin,
Alexander Volkov.
Hiervan zullen Ivanov, Moskalenko, Protchenko en Saley aan de grond blijven.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1962: de VS militaire weersatelliet P35-2;
in 1967: de VS militaire weersatelliet DMSP 4A-F3;
in 1973: de communicatiesatelliet Intelsat IV-F7;
in 1983: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1985: een SU oceaanobservatie satelliet US-A;
in 1988: een SU fotoverkenner Oblik en een aardobservatie satelliet Resurs-F2;
in 1989: het MIR cargoschip Progress-M01;
in 1990: een SU spionagesatelliet US-PM;
in 1994: de SU communicatiesatelliet Molniya 3-46;
lancering in 1970 vanaf Baikonur LC31, van de Soviet ruimtesonde 4V-1 N°631.
Dit was een poging tot verkenning van de planeet venus vlucht, wellicht gelijkaardig aan Venera 7 die 5 dagen eerder vertrokken was. De sonde kwam in een baan om de aarde vrij van de drager, maar slaagde er niet in om op weg te gaan naar Venus en bleef steken in een eliptische geocentrische baan.
Daar beginnend in 1962, een Kosmos-nummer gegeven werd aan elke Sovjet-ruimtesonde die in baan om de aarde bleef steken, ongeacht hun beoogde eindbestemming, kreeg deze missie Kosmos 359 als benaming.
(afbeelding: model van dergelijke sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1970-065A
Norad ID: 4501
Andere namen: Kosmos 359
Lanceertuig: Molniya 8K78M
Massa: 6500 kg.
geboorte in 1932 te Denver – Colorado, van Gerald ‘Gerry’ Paul Carr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 5-1966 groep.
Maakte ruimtevlucht in skylab 3.
Verbleef 84,05 dagen in de ruimte.
Maakte 3 ruimtewandelingen - samen 15u49’.
Verlaat Nasa in juni 1977.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1964: twee SU militaire comunicatiesatellieten Strela-1 en een testsatelliet Molniya-1;
in 1969: een SU radardoel DS-P1-Yu en de VS militaire satelliet OPS 7807;
in 1973: een SU radardoel DS-P1-Yu;
in 1975: een SU ELINT satelliet Tselina-D;
in 1978: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-42;
in 1980: een SU fotoverkenner Fram;
in 1985: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-64;
in 1989: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1991: een SU militaire navigatiesatelliet Parus.
vertrek in 1965 van het ruimteschip Gemini GT-5 (Norad ID: 1516), voor een 8-daags verblijf in een baan om de aarde.
Gemini 5 met astronauten Gordon Cooper en Charles "Pete" Conrad is de derde bemande vlucht in de Gemini-serie.
De belangrijkste doelstellingen van deze missie waren het evalueren van een langdurige bemande vlucht en het testen van rendez-vous mogelijkheden en manoeuvres met behulp van een rendez-vous evaluatie pod.
De Rendez-vous Evaluatie Pod (REP - Norad ID: 1518), was een 34,5 kg lichte kopie van de Agena die zal gebruikt worden in latere Gemini rendez-vous missies.
De inzittenden zijn:
10 Gordon L.Cooper, bevelhebber-piloot,
21 Charles P.Conrad, co-piloot.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1964: een VS fotospion KH-5/Starflash 1B;
in 1972: de NASA astronomiesatelliet Copernicus/OAO 3(C) en een SU oceaanobservatie satelliet US-A;
in 1973: een SU fotoverkenner Zenit-4M en de VS/JP ELINT satelliet SDS B/Jumpseat 2;
in 1979: een SU fotoverkenner Fram;
in 1981: een SU militaire waarnemer Kobal't;
in 1986: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1991: een SU aardobservatie satelliet Resurs F13;
in 1996: de NASA wetenschapssatelliet FAST/Explorer 70;
in 1997: de communicatiesatellieten Iridium 22, 23, 24, 25 en 26.
lancering in 1975 vanaf Cape Canaveral LC41, van de VS ruimtesonde Viking 1.
Deze marssonde bestaat uit een orbiter en een lander en heeft als voornaamste taak het testen of er al of niet leven is op de planeet.
De orbiter kwam op 19 juni 1976 in een baan om mars en bevatte 2 camera’s en instrumenten voor meting van druk, T° en IR-straling. De opdracht werd op 17 augustus 1980 beëindigd na 1485 omlopen om de planeet. De orbiter meldde oa: diameter Phobos 26km, T°-85 à -30°C, zwaartekracht 38% van de aardse.
De lander kwam los van de orbiter op 20 juli en landde op Chryse Planitia (22°N-48°W)en stuurde na 25 seconden de eerste oppervlaktefoto’s door. Hij was uitgerust met oa: een massaspectrometer, stofwisselingsdetector, stereokleurencamera, gaschromatograaf en seismometer en bleef aktief tot 13 november 1982. De vraag aangaande “marsleven” bleef onbeantwoord.
De Viking 1 Lander werd in januari 1982 gedoopt tot Thomas Mutch Memorial Station ter ere van de leider van het Viking beeldvormingsteam.
(afbeeldingen: vrije voorstelling van de orbiter en lander, marsfoto)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1975-075A
Norad ID: 8108
Lanceertuig: Titan IIIE
Massa: 5327 kg.
lancering in 1977 vanaf Cape Canaveral LC41, van de VS ruimtesonde Voyager 2.
Voyager 2 is een ruimtevaartuig gelanceerd om de buitenste planeten van ons zonnestelsel en de interplanetaire ruimte te verkennen.
De sonde heeft een 12-duims vergulde koperen schijf aan boord met daarop aardse klanken (inclusief begroetingen in 55 talen en gedeelten van 27 muziekstukken) en afbeeldingen om de diversiteit van het leven en de cultuur van onze planeet voor te stellen. Instructies waar het ruimtevaartuig is ontstaan en hoe de schijf af te spelen zijn gegraveerd op de beschermhoes. Achtereenvolgens passeerde Voyager 2 Jupiter (9 juli 1979), Saturnus (25 augustus 1981), Uranus (24 januari 1986 – met oa de ontdekking van het uiterlijk van Miranda) en Neptunus (25 augustus 1989 – met oa de ontdekking van ijsvulkanisme op Triton).
Vooralsnog is Voyager 2 de enige ruimtesonde die deze laatste twee ijsreuzen heeft aangedaan.
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1977-076A
Norad ID: 10271
Lanceertuig: Titan IIIE
Massa: 722 kg.
geboorte in 1938 te La Rochelle, van Jean-Loup Jacques Marie Chrétien.
Franse missiespecialist/astronaut.
Lid van CNES 1-1980 en Nasa 15-1995 groep.
Maakte ruimtevlucht in soyuz T6, TM7(TM6), STS 86.
Verbleef 43,47 dagen in de ruimte.
Maakte 1 ruimtewandeling van 6u00’.
Eerste Fransman in de ruimte - 24 juni 1982.
Was astronaut tot 2001.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1970: een SU doelsatelliet Lira;
in 1982: een SU aardobservatie satelliet Resurs-F1;
vertrek in 1982 van het ruimteschip Soyuz T7 (Norad ID: 13425), naar het Soviet ruimtestation Salyut 7.
Soyuz T7 (codenaam Dnjepr) was de derde Russische ruimtemissie naar Salyut 7.
Cosmonaute Svetlana Savitskaja was de eerste vrouw in de ruimte in bijna twintig jaar, na Valentina Tereshkova in 1963 in Vostok 6. Savitskaya kreeg de orbitale module van Soyuz T-7 ter beschikking voor haar privacy.
Popov, Serebrov en Savitskaya keerden al na 8 dagen terug met Soyuz T5, waarmee Berezovoi en Lebedev op 13 mei 1982 gelanceerd waren. Deze laatste zullen na 210 dagen in de ruimte op 10 december 1982 landen in Soyuz T7.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Leonid I. Popov, gezagvoerder,
Alexander A.Serebrov, vluchtingenieur,
Svetlana Y.Savitskaya, wetenschapster;
bij de landing:
Anatoli N.Berezovoi, gezagvoerder,
Valentin V.Lebedev, vluchtingenieur.
geboorte in 1935 te Boston – Massachusetts, van Dr Franklin Story Musgrave.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van Nasa 6-1967 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 6, 19/51F, 33, 44, 61 en 80.
Verbleef 53,42 dagen in de ruimte.
Maakte 4 ruimtewandelingen - samen 26u12’.
Vloog in alle VS ruimtependels.
Was astronaut tot januari 1997.
geboorte in 1946 te Columbia - South Carolina, van Charles Frank ‘Charlie’ Bolden Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 9-1980 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 24/61C, 31, 45 en 60.
Verbleef 28,36 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot juni 1994 en NASA bestuurder vanaf 17 juli 2009.
geboorte in 1959 te Sarnia – Ontario, van Chris Austin Hadfield.
Canadese missiespecialist/astronaut.
Lid van CSA 2-1992 en NASA 14-1992 selektie.
Maakte ruimtevlucht in STS 74, 100 en soyuz TMA07M.
Verbleef 165,70 dagen in de ruimte.
Maakte 2 ruimtewandelingen - samen 14u50’.
Was astronaut tot 3 juli 2013 en bleef aktief in de ruimtevaart.
geboorte in 1962 te Oceanside - New York, van Michael James Massimino.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 16-1996 “The Sardines”.
Maakte ruimtevlucht in STS 109 en 125.
Verbleef 23,82 dagen in de ruimte.
Maakte 4 ruimtewandelingen - samen 30u32’.
Was astronaut tot maart 2012.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1959: de VS militaire wetenschapssatelliet Discoverer 6;
in 1960: de SU vostoktest Korabl-Sputnik 2;
in 1964: de NASA testsatelliet Syncom 3(C);
in 1966: de VS militaire satellieten Midas 8(RTS 2), Secor 7 en ORS 1;
in 1969: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1970: de UK militaire communicatiesatelliet Skynet 1B en een SU radardoel DS-P1-Yu;
in 1972: de JP wetenschapssatelliet Denpa/REXS;
in 1983: de CN militaire satelliet China 13/FSW 5;
in 1987: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1992: een SU aardobservatie satelliet Resurs F16 met Pion 1 en 2 voor atmosfeeronderzoek;
in 1997: de PH telecomsatelliet Agila 2/Mabuhay 1;
in 1998: de communicatiesatellieten Iridium 3 en 76.
lancering in 1985 vanaf Uchinoura, van de Japanse ruimtesonde Suisei/Planet A.
Suisei (de Japanse naam betekent 'Komeet') wordt gelanceerd om via een heliocentrische baan naar de komeet P/Halley te vliegen.
Het belangrijkste doel van de missie was om UV beelden te nemen in ongeveer 30 dagen vóór en na de passage van de komeet. Suisei begon de UV waarnemingen in november 1985, aan maximaal 6 beelden per dag en vloog op 8 maart 1986 op 151000 km aan de planeet voorbij.
De vluchtleiding hoopte Suisei nog in november 1994 naar een ontmoeting met P/Giacobini-Zinner te begeleiden, maar als gevolg van de uitputting van de hydrazine werd dit onmogelijk. Ook het plan om de komeet P/Tempel-Tuttle in februari 1998 tot binnen een paar miljoen kilometer te naderen verviel.
(afbeelding: model van de sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1985-073A
Norad ID: 15967
Lanceertuig: Mu-3SII
Massa: 140 kg; vermogen: 100 W.
lanceerpoging in van de ruimtependel Endeavour STS 68 a.
Lancering stopgezet bij T-1,9 seconden als de computers de drie hoofdmotoren van de pendel uitschakelen na detektie van een te hoge temperatuur in de turbine van één der motoren.
De Endeavour wordt terug naar het montagegebouw gebracht, waar de drie motoren vervangen worden.
Endeavour STS 68 zal met dezelfde bemanning normaal vertrekken op 30 september.
De inzittenden zijn:
Michael A.Baker, bevelhebber,
Terrence W.Wilcutt, piloot,
Thomas D.Jones, ladinggezagvoerder,
Steven L.Smith, missiespecialist,
Daniel W.Bursch, missiespecialist,
Peter J.K.Wisoff, missiespecialist.
geboorte in 1954 te Rome, van Umberto Guidoni.
Italiaanse ladingspecialist/astronaut.
Lid van ASI 2-1989, NASA 16-1996 en EAC-1998 selektie.
Maakte ruimtevlucht in STS 75 en 100.
Verbleef 27,63 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot juni 2004.
geboorte in 1958 te Krasnuy Kustar – Lipetsk, van Sergey Yevgenyevich Treshchev.
Russische ingenieur/cosmonaut.
Lid van Energia NPOE 10-1992 ingenieurs.
Maakte ruimtevlucht in STS 111(113).
Verbleef 184,93 dagen in de ruimte.
Maakte 1 ruimtewandeling van 5u21’.
Was cosmonaut tot 30 november 2006 en bleef actief in de ruimtevaart.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1960: de VS militaire wetenschapssatelliet Discoverer 14;
in 1962: een SU militaire wetenschapssatelliet DS-K8;
in 1964: drie SU militaire comunicatiesatellieten Strela-1;
in 1966: de VS militaire satelliet Transit 14;
in 1970: de VS militaire satelliet OPS 7874;
in 1972: een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1976: een SU radardoel DS-P1-I;
in 1981: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1987: de SU weersatelliet Meteor 2-16;
in 1988: de SU communicatiesatelliet Gorizont 16;
in 1989: de VS militaire navigatiesatelliet Navstar 2-03/USA 42;
in 1990: de UK telecomsatelliet BSB-R2/Marcopolo 2;
in 1996: de CN telecomsatelliet Chinasat 7/Zhongxing 7;
lancering in 1958 vanaf Cape Canaveral LC17A, van de VS ruimtesonde Able 1/Pioneer 0.
Dit is de eerste poging van de VS om een ruimtetuig aan de aantrekkingskracht van de aarde te laten ontsnappen en de omgeving van de maan te bereiken.
Het geheel gaat echter na 77 sec op 16 km hoogte in de vernieling door de explosie van de 1ste trap van het lanceertuig. De brokstukken komen op 17 km afstand in de Atlantische Oceaan terecht.
De sonde was ontworpen om gedurende een 2-tal weken op 29 km hoogte omheen de maan te vliegen.
Ze droeg een TV-camera mee en 11 kg apparatuur in het kader van het 1ste Internationaal Geofysisch Jaar programma.
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1958-F09 / ABLE1
Norad ID: -
Lanceertuig: Thor Able I-127
Massa: 38,1 kg.
lancering in 1966 vanaf Cape Canaveral LC17A, van de VS ruimtesonde Pioneer 7.
Pioneer 7 moet in orbit omheen de zon gegevens verzamelen over de interplanetaire ruimte.
Aan is apparatuur voor oa de studie en meting van ionen, zonnewind, straling en magnetisme.
(afbeelding: vrije voorstelling van de sonde in de ruimte)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1966-075A
Norad ID: 2398
Lanceertuig: Thor Delta E1 462/D40
Massa: 138 kg.
lancering in 1970 vanaf Baikonur LC31, van de Soviet ruimtesonde 4V-1 N°630/Venera 7.
Venera 7 is één van de twee identieke ruimtevaartuigen die in augustus 1970 naar venus gelanceerd werden.
Het doel gegevens door te sturen van de atmosfeer, te landen op het oppervlak en zo lang mogelijk metingen uit te voeren. Als enige oppervlaktewaarde werd een temperatuur van 475°C gemeten; de druk werd op 92 bar geraamd(?).
Venera 7 was het eerste ruimtevaartuig dat gegevens seint na de min of meer zachte landing op venus, op 15 december.
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1970-060A
Norad ID: 4489
Lanceertuig: Molniya 8K78M
Massa: 1180 kg.
vertrek in 1996 van het ruimteschip Soyuz TM24 (Norad ID: 24280), naar het Soviet ruimtestation MIR.
De bemanning voegde zich bij de amerikaanse astronaute Shannon Lucid en Mir-21 bemanningsleden Yuri Onufriyenko en Yuri Usachev.
Claudie André-Deshays maakte, als eerste franse vrouw in de ruimte, deel uit van de bemanning.
André-Deshays voerde gedurende 16 dagen biologische en medische experimenten uit alvorens naar de aarde terug te keren met de cosmonauten Onufriyenko en Usachev in Soyuz TM23.
De cosmonauten Korzun en Kaleri keren na 197 dagen terug naar de aarde en brengen ESA astronaut Ewald mee, die op 10 februari 1997 in Soyuz TM25 vertrokken was.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Valery G.Korzun, gezagvoerder,
Alexandr Y.Kaleri, vluchtingenieur,
Claudie Haigneré, wetenschapster - ESA Cassiopee missie;
bij de landing:
Valery G.Korzun, gezagvoerder,
Alexandr Y.Kaleri, vluchtingenieur,
Reinhold Ewald, wetenschapper – ESA.
geboorte in 1952 te Montgomery – Alabama, van Dr Kathryn Ryan ‘Kathy’ Cordell Thornton.
Amerikaanse missiespecialist/astronaute – Natuurkundige.
Lid van Nasa 10-1984 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 33, 49, 61 en 73.
Verbleef 40,64 dagen in de ruimte.
Maakte 3 ruimtewandelingen - same 21u41’.
Was astronaute tot augustus 1996.
geboorte in 1952 te Albany – Georgia, van Thomas ‘Tom’ John Hennen.
Amerikaanse ladingspecialist/astronaut.
Lid van Terra Scout 1988 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 44.
Verbleef 6,95 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot november 1991.
geboorte in 1953 te New Westminster - British Columbia, van Robert Brent Thirsk.
Canadese ladingspecialist/astronaut.
Lid van CSA 1-1983 en NASA 17-1998 ladingspecialisten.
Maakte ruimtevlucht in STS 78 en soyuz TMA15.
Verbleef 204,77 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 13 augustus 2012.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1965: een VS fotospion KH-4A;
in 1973: de VS militaire weersatelliet DMSP 5B-F4;
in 1979: een SU fotospion Gektor-Priroda;
in 1983: het Salyut 7 cargoschip Progress 17;
in 1996: de JP aardobservatie satelliet Adeos/Midori en telecomsatelliet JAS 2;
in 1999: de communicatiesatellieten Globalstar M24, M27, M53 en M54.
geboorte in 1943 te Chaleston - West Virginia, van Jon Andrew McBride.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 8-1978 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 13/41G.
Verbleef 8,22 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot mei 1989.
geboorte in 1952 te Viroqua – Wisconsin, van Mark Charles Lee.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Huwde astronaute Jan Davis.
Lid van Nasa 10-1984 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 30, 47, 64 en 82.
Verbleef 32,91 dagen in de ruimte.
Maakte 4 ruimtewandelingen - samen 26u01’.
Eerste gezamelijke ruimtevlucht van gehuwd koppel in september 1992.
Was astronaut tot juli 2001.
geboorte in 1969 te Arcadia – California, van Tracy Ellen Caldwell.
Amerikaanse missiespecialist/astronaute - Scheikundige.
Lid van Nasa 17-1998 “The Penguins”.
Maakte ruimtevlucht in STS 118 en soyuz TMA18.
Verbleef 188,80 dagen in de ruimte.
Maakte 3 ruimtewandelingen – samen 22u49’.
selektie in 1969 van de NASA-7 astronauten
Karol Bobko,
Robert Crippen,
Gordon Fullerton,
Henry Hartsfield,
Robert Overmyer,
Donald H. Peterson,
Richard Truly.
Deze selektie bestaat volledig uit USAF MOL-leden, welke na de schrapping in 1969 van dit programma opgenomen werden in NASA. Ze bemanden in hoofdzaak de eerste Ruimtependels.
Truly kwam in 1989 als eerste astronaut aan het hoofd van NASA.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1964: een SU fotoverkenner Zenit-2, een VS fotospion KH 7 en SIGINT-satelliet Hitchhiker 2;
in 1965: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1974: een VS fotospion SAMOS;
in 1975: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1979: een SU militaire waarnemer Feniks;
in 1984: het Salyut 7 cargoschip Progress 23;
in 1991: de telecomsatelliet Intelsat VI-F5;
in 1996: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-89/Molniya 1-T;
vertrek in 1998 van het ruimteschip Soyuz TM28 (Norad ID: 25429), naar het Soviet ruimtestation MIR.
Padalka en Avdeyev vormen de 26ste vaste bezetting en zullen respektievelijk 199 en 380 dagen in het station werkzaam zijn. Baturin is als eerste Russische politieker een bezoekend lid, en keert al na 12 dagen terug in Soyuz TM27.
Bij de landing is Bella aan boord, die 8 dagen eerder met Soyuz TM29 vertrokken was.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Gennady I.Padalka, gezagvoerder,
Sergei V.Avdeyev, vluchtingenieur,
Yuri M.Baturin, wetenschapper EP-04;
bij de landing:
Gennady I.Padalka, gezagvoerder,
Ivan Bella, wetenschapper – Slovakia.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1959: de VS militaire wetenschapssatelliet Discoverer 5;
in 1965: de VS militaire satellieten Dodecapole 2, Tempsat 1, Transit 5B-7, Spasur ROD 1, Calsphere 4 en Surcal 5;
in 1969: een SU navigatiesatelliet Tsiklon;
in 1972: de VS wetenschapssatelliet Explorer 46;
in 1975: een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1981: een SU militaire waarnemer Feniks;
in 1992: de AU telecomsatelliet Aussat B1/Optus B1.