Chronologisch overzicht van ruimtevaarders, bemande ruimtevluchten en onbemande sondes.
18-02-2016
dit gebeurde op 18 februari
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1961: de VS militaire wetenschapssatelliet Discoverer 21;
in 1971: een SU fotoverkenner Zenit-4M;
in 1974: de IT communicatiesatelliet San Marco 4;
in 1979: de VS aardobservatie satelliet SAGE 1/AEM 2;
in 1981: een SU militaire waarnemer Siluet;
in 1987: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1988: een SU aardobservatie satelliet Resurs-F1;
in 1994: een SU doelsatelliet Raduga;
in 1998: de communicatiesatellieten Iridium 50, 52, 53, 54 en 56.
in de rand:
- Op 18 februari 1966 zou cosmonaut Grigori G.Nelyubov, volgens een officiele verklaring afgelegd in april 1986, dronken onder een trein gestapt zijn.
Hij was lid van de Luchtmachtgroep 1-1960, maar werd later uit het korps gezet en van de groepsfoto geschrapt. Dat zou gebeurd zijn na een vechtpartij met de cosmonauten Ivan Anikeyev en Valentin Filatyev in 1961, of volgens Leonov, na zware verwonding in een centrifuge in 1962 of 1963.
lancering in 1965 vanaf Cape Canaveral LC12, van de VS ruimtesonde Ranger 8.
Ranger 8 heeft als doel het doorseinen van beelden tijdens de laatste minuten vóór het neerstorten op het maanoppervlak.
Na enkele problemen bereikt de sonde op 20 februari de maan en maakt 7100 goede foto’s tijdens de laatste 23 minuten van de vlucht.
De sonde slaat te pletter nabij de krater Alfonsus in de Zee van de Stilte (2,6°N - 24,8°O), wat later bevestigd werd door beelden van de LRO maansonde. In die omgeving zal in juli 1969 Apollo 11 landen.
(afbeelding: model van dit type sonde en maanfoto)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1965-10A
Norad ID: 1086
Andere namen: RA-8
Lading: ranger Block 3 N°8
Lanceertuig: Atlas 196D Agena B 6006
Massa: 367 kg.
lancering in 1996 vanaf Cape Canaveral LC17B, van de ruimtesonde NEAR Shoemaker.
De Near Earth Asteroid Rendezvous - Schoenmaker (NEAR Shoemaker) ruimtesonde, hernoemd ter ere van Gene Shoemaker, werd ontworpen om de asteroïde Eros van dichtbij te bestuderen.
De missie was de allereerste om in een baan omheen een asteroïde te raken en op het oppervlak ervan te landen. Het hoofdoel van NEAR was gegevens te verzamelen aangaande de samenstelling, morfologie, interne massaverdeling en magnetische veld van Eros. Deze gegevens moeten ons iets leren over de kenmerken van de asteroïden in het algemeen, hun relatie tot meteorieten en kometen, en de omstandigheden in het vroege zonnestelsel. Een radio-wetenschappelijk experiment werd ook uitgevoerd met behulp van het NEAR tracking systeem. De sonde landde op 12 februari 2001 op Eros, na ook in de omgeving van de planetoïden Illya en Mathilde geweest te zijn.
(afbeeldingen: vrije voorstelling van de sonde en foto van Eros)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1996-008A
Norad ID: 23784
Andere namen: Near Earth Asteroid Rendezvous, Discovery 1
Lanceertuig: Delta II 7925-8
Massa: 487 kg.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1959: de VS militaire wetenschapssatelliet Vanguard 2 (SLV4);
in 1961: de VS militaire wetenschapssatelliet Discoverer 20;
in 1966: de FR wetenschapssatelliet Diapason D1A;
in 1971: de VS militaire satellieten Calsphere 3, 4 en 5, DMSP 5A-F3 en OPS 3297, en een SU ELINT satelliet Tselina-O;
in 1980: de JP technologietest satelliet Tansei 4;
in 1982: een SU navigatiesatelliet Tsikada;
in 1988: de SU GLONASS navigatiesatellieten Uragan-36L, 37L en 38L;
in 1989: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1992: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1993: de SU GLONASS navigatiesatellieten Uragan-57L, 59L en 73L;
in 1997: de JP telecomsatelliet JCSat 4;
in 1998: een SU militaire waarnemer Kometa.
in de rand:
- Op 17 februari 1961 zouden twee Soviet cosmonauten, een man en een vrouw, gelanceerd zijn vanaf Baikonur. Gedurende de volgende dagen zouden de radiostations van oa Uppsala, Bochum en Turijn gesprekken opgevangen hebben van deze cosmonauten met de vluchtleiding. Hieruit zou gebleken zijn dat ze niet in staat waren om terug te keren naar de aarde.
lancering in 1965 vanaf Cape Canaveral LC37B, van het Pegasus 1 en Apollo Model 3-BP16 ontwerp.
De missie was bedoeld om metingen uit te voeren ivm meteoroïde-dichtheid in de buurt van de aarde en om het terugval gedrag van de apollo module te onderzoeken.
Een toren voor mogelijke ontsnapping tijdens de lancering was gemonteerd op de top. Pegasus 1 droeg vleugels waarvan de oppervlakte gevoelig was voor meteoroïde inslagen. Na het afstoten van de apollo module bleef de Pegasus zoals gepland in de baan om de aarde.
De Pegasus 1 was de eerste actieve lading gelanceerd door het Saturnus-systeem.
De missie eindigde in augustus 1968 en de terugval in de atmosfeer volgde in september 1978.
(afbeelding: bouw van de testsatelliet)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1965-009A/B
Norad ID: 1085/1088
Andere namen: Apollo SA-9 Test Flight, Saturn SA-9
Lanceertuig: Saturn I
Massa: 4500/1450 kg.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1961: de VS wetenschapssatelliet Explorer 9;
in 1971: de JP technologiesatelliet MTS 1/Tansei 1;
in 1972: een VS militaire satelliet KH 8 en een SU fotoverkenner Zenit-4M;
in 1974: de JP technologiesatelliet MTS 2/Tansei 2;
in 1976: een SU onderscheppingssatelliet IS-Tsiklon;
in 1978: de JP wetenschapssatelliet UME 2/ISSb;
in 1982: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1983: een SU ELINT satelliet Tselina-D;
in 1984: een SU aardobservatie satelliet Resurs;
in 1995: de SU wetenschapssatelliet Foton 10;
in 1999: de JP telecomsatelliet JCSat 6.
in de rand:
- Op 16 februari 1962 zou het Italiaans Nieuwsbureau ‘Continentale’ aangekondigd hebben dat twee Sovietcosmonauten verdwenen tijdens een ruimtevlucht. Deze vlucht zou begonnen zijn tijdens het 22ste Partij Congres in Moskou, in de herfst van 1961. Continentale citeerde ‘hoog geplaatste personen’ in Praag als bron.
De twee cosmonauten zouden gelanceerd geweest zijn aan boord van een Vostok, voor een vlucht in
8-vorm omheen de maan en de aarde als doel. Het ruimteschip verdween echter en niemand kon de mislukking verklaren.
Het Italiaans Nieuwsbureau zou ook nog beweerd hebben dat nog twee Soviet cosmonauten oefenden voor een ander maanschot “in de nabije toekomst”.
Het is echter twijfelachtig of de Soviets vóór 1968 een draagraket beschikbaar hadden die in staat
was om een bemande capsule naar de maan en terug te brengen.
lancering in 1972 vanaf Baikonur LC81/24, van de Soviet ruimtesonde E-8-5 N°408/Luna 20.
Luna 20 werd in een aardparkeerbaan geplaatst en van daaruit naar de Maan gestuurd.
De sonde bereikte de maan op 18 februari 1972. Op 21 februari maakte Luna 20 een zachte landing op de maan in een bergachtig gebied – 3,5°N-56,5°O - dat bekend staat als de Apollonius hooglanden, 120 km verwijderd van waar Luna 16 was neergestort.
Op het maanoppervlak werd het panoramische televisiesysteem geactiveerd en werden bodemmonsters genomen door middel van uitschuifbare boorapparatuur.
De terugkeermodule van Luna 20 vertrok op 22 februari van het maanoppervlak met 30 gram materiaal in een afgesloten capsule, en landde in de Sovjet-Unie op 25 februari.
(afbeeldingen: een model van deze sonde en de terugkeercapsule)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1972-007A
Norad ID: 5835
Lading: lander met terugkeer module
Lanceertuig: Proton-K/D(UR-500)
Massa: 5600 kg.
geboorte in 1947 te Thai Binh, van Pham Tuan.
Vietnamese piloot/cosmonaut.
Lid van Interkosmos 1979 groep.
Maakte ruimtevlucht als wetenschapper in Soyuz 37(36).
Verbleef 7,86 dagen in de ruimte.
Eerste Vietnamees in de ruimte - 23 juli 1980.
Was cosmonaut tot 1980.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1963: de VS experimentele communicatiesatelliet Syncom 1;
in 1967: de FR wetenschapssatelliet Diadème 2/D1D en een SU militaire wetenschapssatelliet
DS-U2-I;
in 1978: een SU fotoverkenner Zenit-4MKM;
in 1980: de VS wetenschapssatelliet SMM(Solar Maximum Mission);
in 1984: de JP satelliet voor atmosfeeronderzoek Ohzora/Exos C en een SU doelsatelliet Raduga;
in 1987: de SU militaire satelliet EPN 3.695;
in 1989: een SU doelsatelliet Duga-K en een militaire waarschuwer Oko, en de VS militaire satelliet USA 35/Navstar 2-01;
in 1990: de VS militaire satellieten USA 51/SDI 5/LACE en USA 52/SDI 6/RME;
in 1991: een SU aardobservatie satelliet Prognoz US-KMO;
in 1996: de telecomsatelliet Intelsat 708;
in 1997: de SU militaire communicatiesatellieten Gonets D1-4, D1-5, D1-6 en drie Strela-3;
in 1998: de SU communicatiesatellieten Globalstar L1, L2, U1 en U2.
lancering in 1961 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde MV-1VA N°2/Venera 1.
De venussonde 1VA s/n 2 wordt in een baan om de aarde geschoten op de “zware drager” Tyazheliy
Spunik 5 (VS aanduiding Sputnik 8), om vandaar naar venus gelanceerd te worden en er een capsule op neer te laten.
De lancering slaagt, maar op 19 mei vliegt de sonde, als eerste aards tuig, aan venus voorbij op 100000 km en komt vervolgens in een heliocentrische baan. Op 19 februari, zowat twee miljoen km van de aarde, wordt het radiokontakt verloren. Uit de ontvangen gegevens konden de wetenschappers afleiden, dat de zonnewind (voor het eerst opgemerkt door Loena 1 en 3) ook aanwezig was in de interplanetaire ruimte.
(afbeelding: een model van dit type sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1961-003A/C (gamma 1/3)
Norad ID: 77/80
Andere namen: AMS Sputnik 8
Lading: mars/venussonde 1VA
Lanceertuig: Molniya 8K78 L1-6B
Massa: 6475/643 kg.
selektie in 1988 van de OS „Mir” Afghanistan cosmonauten
Mohammad Masum Dauran Ghulam,
Abdul Ahad Mohmand.
Alleen Mohmand zal in de ruimte vertoeven.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1965: een SU doelsatelliet DS-P1-Yu;
in 1974: een SU fotoverkenner Zenit-4M;
in 1975: een SU aardobservatie satelliet Sfera en een fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1976: een SU doelsatelliet Lira;
in 1979: een SU oceaanobservatie satelliet Okean-E;
in 1980: een SU militaire waarschuwer Oko;
in 1981: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1986: de NASDA communicatiesatelliet BS 2b/Yuri 2B;
in 1987: de VS militaire satelliet SDS 11/USA 21;
in 1991: acht SU militaire communicatiesatellieten Strela-1M;
in 1994: zes SU militaire communicatiesatellieten Strela-3;
in 1997: de JP astronomie satelliet Haruka/Muses-B.
in de rand:
- In de westerse wereld ging het gerucht dat de zware drager van Venera 1 een cosmonaut aan boord had.
Italiaanse radio-amateurs zouden menselijke stemmen afkomstig uit dit tuig opgevangen hebben.
De Soviet vluchtleider Kamanin noemt dit louter speculatie.
vertrek in 1990 van het ruimteschip Soyuz TM9 (Norad ID: 20494), naar het Soviet ruimtestation MIR.
De cosmonauten vormen de zesde permanente bezetting en zullen er 179 dagen verblijven.
De vertrekkende Soyuz TM8 bemanning bemerkt beschadigingen aan de gekoppelde Soyuz TM9, waardoor buitenwerkzaamheden (EVA) nodig worden. Het speciaal gereedschap hiervoor werd op 10 juni aangevoerd in de Kristall module.
De inzittenden zijn:
Anatoly Y.Solovyev, gezagvoerder,
Aleksandr M.Balandin, vluchtingenieur.
vertrek in 1997 van de ruimtependel Discovery STS 82 (Norad ID: 24719), voor een 10-daags verblijf in de ruimte.
Deze missie heeft de tweede onderhoudsbeurt van HST als doel, waarvoor vijf maal twee astronauten aan het werk moeten. Hiertoe wordt de ruimtetelescoop op 13 februari dmv de mechanische arm, bediend door Hawley, gegrepen. Op 19 februari wordt HST hoger dan voorheen terug in de ruimte geplaatst.
De inzittenden zijn:
Kenneth D.Bowersox, bevelhebber,
Scott J.Horowitz, piloot,
Mark C.Lee, missiespecialist,
Steven A.Hawley, missiespecialist,
Gregory J.Harbaugh, missiespecialist,
Steven L.Smith, missiespecialist,
Joseph R.Tanner, missiespecialist.
geboorte in 1960 te Waterburg – Connecticut, van Richard Alan (Rick) Mastracchio.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 16-1996 “The Sardines”.
Maakte ruimtevlucht als
missiespecialist in STS 106, STS 118 en STS 131; en
ISS expeditielid in Soyuz TMA11M.
Verbleef 227,60 dagen in de ruimte.
Maakte 9 ruimtewandelingen - samen 53u04’.
Was astronaut tot juli 2015.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1965: de VS militaire experimentele satellieten LES 1 en Transtage 3;
in 1966: een SU militaire wetenschapssatelliet DS-U1-G;
in 1970: de JP technologiesatelliet LASS/Ohsumi en de VS militaire satelliet DMSP 5A-F1;
in 1976: een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1977: de SU communicatiesatelliet Molniya 2-17;
in 1980: acht SU militaire communicatiesatellieten Strela-1M;
in 1981: de NASDA testsatelliet ETS 4/Kiku 3;
in 1982: een SU spionage satelliet US-P;
in 1986: de SU wetenschapssatelliet Musson-16;
in 1992: de JP aardobservatie satelliet JERS 1/Fuyo 1.
vertrek in 1997 van het ruimteschip Soyuz TM25 (Norad ID: 24717), naar het Soviet ruimtestation MIR.
De cosmonauten Tsibliyev en Lazutkin worden lid van de 23ste permanente bezetting en zullen er 185 dagen verblijven.
ESA astronaut Reinhold zal experimenten uitvoeren in de Kristall module en keert na 20 dagen in Soyuz TM24 terug naar de aarde.
Problemen waren er op 24 februari door brand in een zuurstofpatroon en op 24 juni door beschadiging van een zonnepaneel van de Spektr module, bij een slecht aflopende manuele koppeltest met Progress M34.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Vasili V.Tsibliyev, gezagvoerder,
Aleksandr I.Lazutkin, vluchtingenieur,
Ewald Reinhold, wetenschapper - ESA MIR97;
bij de landing:
Vasili V.Tsibliyev, gezagvoerder,
Aleksandr I.Lazutkin, vluchtingenieur.
geboorte in 1968 te Morristown - New Jersey, van Garrett Erin Reisman.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 17-1998 “The Penguins”.
Maakte ruimtevlucht als
ISS expeditielid in STS 123(124) en
missiespecialist in STS 132.
Verbleef 107,05 dagen in de ruimte.
Maakte 3 ruimtewandelingen – samen 21u12’.
Was astronaut tot maart 2011.
selectie in 1999 van de NASDA-4 astronauten
Satoshi Furukawa,
Akihiko Hoshide,
Naoko Sumino/Yamazaki.
Alleen Furukawa en Hoshide vertoefden in de ruimte.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1966: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1970: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1983: een SU aardobservatie satelliet Resurs-F1;
in 1989: een SU fotoverkenner Oblik, het MIR cargoschip Progress 40 en zes militaire communicatiesatellieten Strela-3;
in 1992: de VS militaire satelliet USA 78;
in 1998: de VS militaire aardobservatie satelliet GFO en de telecomsatellieten Orbcomm-FM3 en FM4.
vertrek in 1984 van het ruimteschip Soyuz T10 (Norad ID: 14701), naar het Soviet ruimtestation
Salyut 7.
De drie vertrekkende cosmonauten worden de derde permanente bezetting van het station, en zullen na 237 dagen verblijf in de ruimte op 2 oktober landen in Soyuz T11.
Ze moeten Salyut 7 binnengaan bijgelicht door zaklampen en nemen de geur waar van verbrand metaal.
Op 17 februari kunnen ze beginnen met hun routine opdrachten. Deze omvatten oa het opvolgen door fysicus Atkov van hun lichamelijke toestand.
Met Soyuz T10 keren drie bezoekende cosmonauten, die vertrokken in Soyuz T11, na 8 dagen terug naar de aarde.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Leonid D.Kizim, gezagvoerder,
Vladimir A.Soloviyov, vluchtingenieur,
Oleg Y.Atkov, wetenschapper;
bij de landing:
Yuri V.Malyshev, gezagvoerder,
Gennady M.Strekalov, vluchtingenieur,
Rakesh Sharma, wetenschapper - India.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1962: de VS weersatelliet TIROS 4;
in 1967: de FR wetenschapssatelliet Diadème D1C, de VS militaire satelliet DMSP 4A-F2/DAPP 2418 en een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1973: een SU fotoverkenner Zenit-4M;
in 1978: een SU fotoverkenner Orion;
in 1979: een SU doelsatelliet Vektor;
in 1984: een SU ELINT satelliet Tselina-D;
in 1985: de communicatiesatellieten Arabsat-F1 en Brasilsat 1/SBTS 1, en de VS militaire satellieten SDS 10/USA 9 en Delta 181/USA 30;
in 1994: de CN wetenschapssatelliet Practice 4/Shijian 4/SJ 4 en de testsatelliet Shijian 4-2/SJ 4-2.
in de rand:
- Een tekening van de koppeling van Soyuz T10 aan Salyut 7 werd gebruikt in een versie van het computerspel Tetris.