Keizerlijk Meise Sib, de orde van de autochtone Meisenaars, verzamelt alles over het historische Meise
15-05-2013
354 De krypte
354 De krypte
Onder het koor van de Sint Martinuskerk is een
krypte gebouwd.Deze begraafplaats werd
niet ingenomen door de grote heren Nassau en Grimbeghen die er een andere op
na hielden.Ze verviel geheel aan de
kleine heren van Boechout en Meise, temeer dat de dorpspastoors niet in het
koor begraven werden doch naar Grimbergen overgebracht.
Oorspronkelijk was deze begraafplaats voorbehouden aan de bezetters van het
kasteel van Meys de beschikking over deze krypte was onafscheidbaar verbonden
aan het bezit van de heerlijkheid Meise.
Het is niet uitgewezen wanneer de heren van Boechout de beschikking gekregen
hebben over het gedeelte aan de kant van het evangelie, zoals dit thans nog is.
Op te merken valt dat wanneer de jonge baron Roose, in dienst van Maria
Theresia gevallen en uit Pruisen overgebracht, bijgezet werd in 1760, in het
graf van Jan Van der Ee, voormalig bezitter van het Hof van Meys.
De bijzettingen geschiedden soms in eigenaardige omstandigheden.
Wanneer op 23.4.1762, de toenmalige baronesse te Brussel sterft, wordt het lijk
om 5 uur s morgens gebracht in een koets, begeleid door twee minderbroeders en
zonder ceremonie in de krypte gelegd dan begint gedurende zes weken het
overdood luiden- recht dat alleen de grote families toekomt, doch door de
kleine ook uitgeoefend bij plaatselijke afwezigheid van de groten zoals in
Meise.
Er is hiertegen verbod gekomen vanwege de Drossaard van Grimbergen en vanwege
hertog van Croy.
Op 25 mei had eerst de plechtige uitvaart plaats; het luiden had aan de kerk 21
gulden opgebracht.
Integendeel werd niets gedaan toen deze hertog van Croy op 19.4.1767 op zijn
kasteel te Roelx overleed.