Wilhelmina en ik waren in Trichy uitgenodigd op de opening van de schooldag. Het ging er nogal militair aan toe met 'Geef acht' en 'Ter plaatse rust' inbegrepen. De ouders moeten voor hun kinderen een schooluniform kopen. Dat wijst ook nog op een oude Engelse invloed.
De ongeveer tweeduizend kinderen maakten een kruisteken en zongen een godsdienstig lied. Een jongen las voor uit het evangelie. Na een gezamenlijk gebed volgde nog een lied.
De directeur vroeg of ik iets tot de kinderen wilde zeggen. Hij zou mijn korte zinnen vertalen. Ik dacht terug aan de gelukkige tijd dat ik aan jongeren les mocht geven en zei: 'Een beetje geduld. Mijn hart wil mij blijkbaar iets zeggen. Ja, ja, het zegt: " Tussen al die jeugd voel ik mij precies jonger en jonger worden". Na de vertaling kwam er een lang applaus. 's Avonds bezocht ik de kinderen met kinderverlamming. Een van hen vroeg met schalkse ogen: 'En hoe oud ben je eigenlijk ?'.
In de voormiddag stonden op de speelplaats tien grote ketels boven het vuur. Ik sprak de vrouwen aan. Ze hebben mij wel niet begrepen maar ze waren wel blij om mijn belangstelling.
Een vrouw begon in een ketel te roeren om mij te laten zien wat zij aan het koken waren. Ik kon er niet veel uit opmaken. Ik ging verder en hoorde een vrouw hoesten en proesten. Ze had nat hout op het vuur gelegd en de wolken walmden naar omhoog. Ik heb mijn stookkunsten bovengehaald tot het vuur goed brandde. De vrouw bedankte mij op Indische wijze.
In de namiddag was het echt heet. Ik zat in de schaduw en zweette bij het afdrogen van mijn zweet. De jongens waren in de zon enthousiast kricket aan het spelen maar ik zat er maar kalmpjes en pufferig bij. Ik heb wel tweemaal een stortbad genomen.
Dank zij de krukken kan het meisje nog gaan. Dat kan de jonge man op het karretje niet. Dat belet hem niet de vele trappen van een kerk op te klauteren. Hij is heel verstandig en heeft een diploma van ingenieur.
|