1999-04-04 ~ scheepswerf, Sembawang, Singapore Island
Gisteren heb ik de twee vorige brieven gepost in het kantoortje van de werf. 's Avonds zei cheng Venes (men heeft hem dat gezegd) dat PvR regelmatig ligt te slapen in zijn kantoor in het managementgebouw aan de poort van de werf. Op de Lubu maakt hij de mensen wijs dat hij bij ons aan boord is, hier vertelt hij dat hij aan boord van de Lubu is en ondertussen maft hij in zijn kantoor, want 's avonds moet hij weer fit zijn om te presteren natuurlijk. Telkens ze PvR per GSM bellen heeft hij zojuist de Lubu verlaten, of zijn kantoor, of hij liep een van de werkplaatsen van de werf uit, hij is nergens bezig of bezet tot een bepaald uur, hij is telkens toevallig 'onderweg'. Gisterenmorgen na de werkvergadering hier aan boord heeft hij 24hrs vrijaf genomen en was tot vanmorgen niet te bereiken want hij is 'uitgeput'. "Het enige wat PvR voor dit schip al gedaan heeft, zei cheng Venes, is ons mee uit eten nemen. En dat is zelfs niet voor het schip, dat is public relations. Daarvoor moet men geen inspecteur zijn, de agent ter plaatse doet dat ook."
Iets voor 12h stond de marco hier ineens. Hij kwam ons verwittigen dat het 'a special lunch' was vandaag en dat er foto's zouden gemaakt worden. En dat ik 'my best dress' moest aantrekken. "How comes?" vroeg ik hem. Omdat het pasen is, zei die kwiet. Kermille, omwille van de sociale geplogenheden ben ik rap dat gestreept ding gaan strijken. Zo rap dat het ijzer pas op temperatuur was toen ik al klaar was met strijken zodat ik moest herbeginnen. Een mens zou van minder confucianist worden, of boeddhist. Het is hier de moment niet op paselijk te doen. Ziet of voelt de marco nu écht wat niet er allemaal gaande is?
De Poolse officieren waren in full uniform, de staff en LM in gewoon burgertenue. Ceremonieel is aan deze staff niet besteed. En aan LM en mij ook niet, toch niet op dit schip. Ons hart is niet bij deze gemeenschap. De speciale lunch was : zalm met krabsticks als voorgerecht en kalkoen met erwtjes en puree als hoofdgerecht. Lékker. De drank is een ander hoofdstuk : als de kleuren maar kloppen ... Bij het voorgerecht een Moezelwijn die afgrijselijk zoet smaakte, het was eerder een dessertwijn, en bij het hoofdgerecht een bordeaux die naar mottenballen smaakte. Verschrikkelijk duf. Het leek wel of de marco gelijk wat uit de kast gehaald had. Een schip is geen plek om wijn te bewaren, er zijn de trillingen van het schip, de beweging van het water, de temperatuurverschillen volgens de klimaatzones, zo kan een wijn niet rusten.
De marco had zijn fototoestel bij en wou een groepsfoto. Ronald (de steward) heeft de foto gemaakt. We staan met 13 in een hoek van de mess gedrumd. De marco wou een tweede foto. Twéé groepsfotookes heeft hij aan ons besteed. Veel zal er niet op te zien zijn, denk ik. In het voorbijgaan zei Ronald tegen LM : "maybe only flash" waarmee hij bedoelde dat er misschien geen filmke in het toestel zat. Toen LM het vertelde moest hij er weer om lachen. De keukenmensen hebben het niet hoog op met de marco, maar da's niks nieuw.
PvR was aan tafel vanavond. Nu minder uitgeput? Er kleefden nog zilverpailletten op zijn gezicht. Toen hij van tafel was zei choff Kram daar iets over. Cheng Venes en LM hadden dat zilver ook gezien. Ik droom dus niet. Kram zijn vrouw is schoonheidsverzorgster, hij herkende die blinkertjes direct als make-upmateriaal terwijl ik nog zat te denken dat het misschien een veeg zilververf van aan boord was. Wat ben ik soms toch zo ... dommig.
1999-04-06 ~ scheepswerf, Sembawang, Singapore Island
Gisterennamiddag was LM vrij en zijn we naar Singapore City geweest zoals twee echte toeristen, dus niet gaan boodschappen doen in de stad. Eerst hebben we een boottochtje gemaakt op de Singapore River, met uitleg door een luidspreker, in een lage open bumboat. Die vertrok aan Raffles Landing. Dat is daar waar meneer Stamford Raffles in 1819 voet aan land zette en van een rustig vissersdorpje een handelsmetropool gemaakt heeft. https://nl.wikipedia.org/wiki/Thomas_Stamford_Raffles Daar was volk voor nodig, veel volk en liefst rap, want de Britten waren Java kwijt aan de Nederlanders. De Britten hebben daarvoor massaal contractarbeiders laten overkomen uit hun nabije kolonies: China, Indië, Maleisië https://nl.wikipedia.org/wiki/Contractarbeid Singapore heeft geen autochtonen meer. De nakomelingen van de drie grote etnische groepen werken dooreen want het eiland is 'groot genoeg voor iedereen'. Vanop dat riviertje (eigenlijk een zee-armpje) heb ik foto's gemaakt van vanalles en nog wat omdat het zo hoort, wanneer men een stad eens uit die hoek te zien krijgt. Daarna zijn we iets gaan drinken op Boat Quai, het historisch centrum waar nog winkeltje staan uit de 19de eeuw, Engelse, Indische, Chinese en Maleise door elkaar.
Toen gingen we met de metro tot het Bugis station, en verder te voet naar het Arabisch kwartier: Arab Street. Vooral de zijstraten dan, want Arab Street zelf is voor een gedeelte een gewone verbindingsweg. Er zijn veel textielwinkels (vooral zijde en katoen) en mandenwinkels. Zeer kunstig vlechtwerk was daar te zien. Ik keek mijn ogen uit naar al die kleuren en texturen. De bouwtrant is x-duizend jaar oud en lijkt goed op de Moorse stadjes in Zuid-Spanje. Smalle straatjes om het zonlicht te weren, lage witte bouwsels, platte daken, mogelijk met een terras op om 's avonds van de koelte te kunnen genieten of er 's nachts te kunnen slapen. Hier en daar een geparkeerd motorvehikel op twee wielen en verder geen kat op straat, behalve enkele poezen. Gewoon door die hoek om te gaan stonden we plots twee continenten verder en enkele eeuwen terug. Dit kán niet, was mijn eerste gedacht. Het was een heel vreemd gevoel, alsof ge uit een tijdmachine stapt en u niet kunt herinneren dat ge er in gestapt zijt ... 'k Schoof mijn hand in die van LM. Dat gaf wat zekerheid. Als LM hier is in drie dimensies, dan ben ik hier ook.
Weer naar de winkels. Op de rand van het Arabisch kwartier staan torengebouwen, die zijn ook Arabisch afgewerkt. Mooi hoor. Veel minder saai dan Westerse buildings en er zijn kleine winkels in ondergebracht. Én er was airco, om te bekomen. Dat telt mee in dit klimaat. Misschien zijn al deze mensen wel afstammelingen van Arabieren, maar veel hadden toch Oosterse trekken. Nu ja, ze zijn al zoveel eeuwen in deze contreien. Onder andere de specerijhandel met Europa. Waarom dan zoveel textiel? Misschien afstammelingen van de Feniciërs?
Daarop gingen we te voet naar Little India, het Indisch kwartier. Het eerste wat opviel was dat het er minder proper was dan bij de Araben, maar het was er nog kleurrijker. En er hingen voor mij meer bekende geuren. Om de zoveel huizen stond een stalletje met bloemenslingers om Hindoe beelden mee te huldigen, niet om rond de eigen nek te hangen, dat zou hier mogelijk heiligschennis zijn. Da's meer iets voor de kanten van Hawaii, een halve wereldbol verder. Daar hangt men bloemenslingers rond de eigen nek. We hebben een tempel gezien en gefotografeerd. - Mag dat? vroeg LM. - Kweeni, 't is enkel de buitenkant ... danneuh, dan mag dat. De winkels hebben een huisaltaartje in hun vitrine. De Indiërs hebben zo te zien minder gemengde gelaatstrekken. Maar ja, zij zijn hier pas een 180 jaar.
Voorbij het gerestaureerde gedeelte zijn we iets gaan drinken. Er stond een prachtig groot huis, met onder andere een restaurant in maar ik kon niet ver genoeg achteruit om er iets van op de foto te krijgen. Vlak er naast, daar waar wij zaten, was het vele minder gerestaureerd maar we hadden schaduw, we hadden iets om op te zitten en we hadden een koude pint. Dat telt allemaal mee in dit klimaat!
Hier lopen nogal wat katten rond met gekapte staart. En soms niet eens afgekapt maar gewoon gebroken, da's al even triestig. Zou dat zijn om katten te beletten in bomen te klimmen. Misschien moeten ze op de grond blijven en daar jagen, niet op vogels in de bomen want vogels zijn nuttig, zij eten insecten of ruimen kruimeldingen en onkruid weg.
Er stak wind op. Wij zaten onder een afdak, van ons mocht het stortregenen, dat brengt efkes verkoeling. De wind ging liggen : nu gaat het spektakel beginnen, hoopten wij ... en de stortregen bleef uit. Asjemenou, zou Loeki zeggen, de bui was overgewaaid naar het Noorden van het eiland blijkbaar want 's avonds lagen hier (in Sembawang) grote plassen water. Dan zijn we naar metrostation Bugis gewandeld. Daar zijn we efkes Bugis-village (autovrij) binnen gewandeld. Wat goed dat we dat gedaan hebben. Het was er een vreemde bedoening, iets tussen een fruit- & voedingsmarkt en een allerlei-markt, met ook spul voor toeristen maar evengoed met eredienstattributen, eterijen, een mengsel van kleuren & geuren en een gewemel van volk, alles zeer kort op elkaar, met paadjes van soms maar één mens breed en men weet niet waar het ene ophoudt en het andere begint. En op een kruispunt in de paadjes, tussen een terrasje en een marktkraampje stond een klein openluchtaltaar voor Boeddha. Wie vandaag zijn wierookstokjes nog niet gebrand heeft kan dat daar efkes doen, zo tussen de boodschappen door. Gemakkelijk.
We hebben er een vreemd soort groot fruit gezien. Die stalletjes moet men niet zoeken, men ruikt ze staan. De vrucht ruikt naar verrot en is een delicatesse. Die stalletje verkopen enkel dat soort fruit. De mensen staan aan te schuiven. Ze besnuffelen de vruchten, duwen er zachtjes op (eerbiedig bijna), laten ze opensnijden bekijken ze vanbinnen ... er gaat blijkbaar een hele keuring aan de koop vooraf. De verkopers laten dat alles geduldig gebeuren, alsof daar geen 20 mensen te wachten staan. Die 20 mensen zijn ook niet ongeduldig. Deze grote vrucht kopen is blijkbaar een onderneming die de nodige aandacht vraagt en krijgt. Er is geen haastig gedoe of geduw, wel veel gekwetter.
De vrucht is iets groter dan een meloen, ovaal en groen. De schil is dik en staat aan de buitenkant vol kegeltjes. Binnenin is een dikke tussenschil, sponsachtig zoals bij een pompelmoes, maar dan veel dikker, en binnenin geel vruchtvlees dat nog sterker ruikt dan wanneer de vrucht in de schil zit. 'k Zou zeggen dat het stinkt, maar ik ken er niks van. En ik ben toch wel vergeten te vragen hoe die vrucht heet! -doerian https://nl.wikipedia.org/wiki/Doerian We gingen er absoluut geen kopen om mee te nemen aan boord. We moesten nog met de metro naar Yishun en vandaar met de bus naar Sembawang. Als ge met zo'n vrucht in uw tas op de metro zit tijdens het spitsuur ontspoort de trein misschien of kantelt de bus van al het volk dat achteruit deinst. Neenee, we dierven niet. En gaan staan aanschuiven aan een van die stalletjes zagen we toch al niet zitten.
In feite zijn Arab Street, Little India en Bugis Village elk op zich een halve dag waard ipv anderhalf uur. In China Town zijn we zelfs niet geraakt, dat zal voor een andere keer zijn, ooit. En liefst tijdens het regenseizoen, want anders is het hier voor ons een strafkamp ipv een half dagje vrij. In december was ik van plan het boek over Singapore mee te brengen aan boord, omdat toch al vast stond dat we naar hier zouden komen en dan zou ik enkele weken de tijd hebben om daaruit iets op te pikken dat voor ons interessant zou zijn. Tijdens het bagage maken ben ik dat boek samen met honderdelfentwintig andere dingen vergeten in te pakken natuurlijk, gewoon omdat het niet op de bagagelijst stond. Nu moeten we het omgekeerd doen. Onthouden wat we gezien hebben en achteraf pas opzoeken hoe het in mekaar steekt en hoe dat zo gegroeid is. We hebben genoeg geheugensteuntjes verzameld, het zal wel lukken met die stadswijken.
En dan gingen we met de metro naar Yishun. De stations hebben airco, maar ofwel lagen die in panne, ofwel konden ze het niet bolwerken tijdens het spitsuur. We hebben dat overleefd hoor want in de treinen werkte de airco wél. Na een 20 minuten kreeg ik het daar zelfs koud. LM had weer last van zomerreuma aan zijn handen, voor hem was die koelte een zegen. We hebben aan boord aftersun in de schuif liggen, dat verkoelt ook heel goed, maar bibi had de aftersun niet in de tas gestoken en LM zijn handen waren tamelijk gezwollen. Aïe, probeer straks maar eens met stokjes te eten als de vingers vandaag niet willen luisteren, dacht ik. We gingen naar de openlucht eethuisjes van Yishun. -street food heet dat nu in modieuze taal De juf van dienst gaf deze twee Westerlingen uit zichzelf een vork en een lepel ipv stokjes. Brave juf. En het was weeral heel lekker natuurlijk.
Erna gingen we met de bus naar de werf, van de poort is het een eind stappen naar het schip, daar moesten we natuurlijk de akelige klimtoren op, dan over een nat deck naar binnen in het kasteel en toen de cabine in. Thuis. Vandaag is de zomerreuma van LM al weer weg.
|