Inhoud blog
  • 341. schip 35 brief 03
  • 340. schip 35 brief 02
  • 339. schip 35 brief 01
  • 338. schip 34 brief 03
  • 337. schip 34 brief 02
  • 336. schip 34 brief 01
  • 335. schip 33 brief 08
  • 334. schip 33 brief 07
  • 333. schip 33 brief 06
  • 332. schip 33 brief 05
  • 331. schip 33 brief 04
  • 330. vervolg brief 03
  • 329. schip 33 brief 03
  • 328b tussendoortje
  • 328. schip 33 brief 02
  • 327. vervolg brief 01
  • 326. schip 33 brief 01
  • 325. vervolg brief 07
  • 324. schip 32 brief 07
  • 323. vervolg brief 06
  • 322. schip 32 brief 06
  • 321. vervolg brief 05
  • 320. schip 32 brief 05
  • 319. vervolg brief 04
  • 318. schip 32 brief 04
  • 317. vervolg brief 03
  • 316. schip 32 brief 03
  • 315. vervolg brief 02
  • 314. schip 32 brief 02
  • 313. vervolg brief 01
  • 312. schip 32 brief 01
  • 311. schip 31 brief 10
  • 310. schip 31 brief 09
  • 309. schip 31 brief 08
  • 308. schip 31 brief 07
  • 307. schip 31 brief 06
  • 306. schip 31 brief 05
  • 305. schip 31 brief 04
  • 304. schip 31 brief 03
  • 303. schip 31 brief 02
  • 302. vervolg brief 01
  • 301. schip 31 brief 01
  • 300. schip 30 brief 25
  • 299. schip 30 brief 24
  • 298. schip 30 brief 23
  • 297. schip 30 brief 22
  • 296. schip 30 brief 21
  • 295. schip 30 brief 20
  • 294. schip 30 brief 19
  • 293. schip 30 brief 18
  • 292. vervolg brief 17
  • 291. schip 30 brief 17
  • 290. schip 30 brief 16
  • 289. schip 30 brief 15
  • 288. schip 30 brief 14
  • 287. schip 30 brief 13
  • 286. schip 30 brief 12
  • 285. schip 30 brief 11
  • 284. schip 30 brief 10
  • 283. schip 30 brief 09
  • 282. schip 30 brief 08
  • 281. schip 30 brief 07
  • 280. schip 30 brief 06
  • 279. schip 30 brief 05
  • 278. schip 30 brief 04
  • 277. schip 30 brief 03
  • 276. schip 30 brief 02
  • 275. schip 30 brief 01
  • 274. schip 29 brief 22
  • 273. schip 29 brief 21
  • 272. vervolg brief 20
  • 271. schip 29 brief 20
  • 270. vervolg brief 19
  • 269. schip 29 brief 19
  • 268. schip 29 brief 18
  • 267. schip 29 brief 17
  • 266. schip 29 brief 16
  • 265. schip 29 brief 15
  • 264. schip 29 brief 14
  • 263. schip 29 brief 13
  • 262. schip 29 brief 12
  • 261. schip 29 brief 11
  • 260. schip 29 brief 10
  • ... ik ben normaal ?
  • 259. schip 29 brief 09
  • 258. schip 29 brief 08
  • 257. schip 29 brief 07
  • 256. schip 29 brief 06
  • 255. schip 29 brief 05
  • 254. schip 29 brief 04
  • 253. schip 29 brief 03
  • 252. schip 29 brief 02
  • 251. schip 29 brief 01
  • 250. schip 28 brief 13
  • 249. schip 28 brief 12
  • 248. schip 28 brief 11
  • 247. schip 28 brief 10
  • 246. schip 28 brief 09
  • 245. schip 28 brief 08
  • 244. schip 28 brief 07
  • 243. Absurd & Zot - 13
  • 242. schip 28 brief 06
  • 241. schip 28 brief 05
  • 240. Absurd & Zot - 12
  • 239. schip 28 brief 04
  • 238. schip 28 brief 03
  • 237. schip 28 brief 02
  • 236. Absurd & Zot - 11
  • 235. schip 28 brief 01
  • 234. Absurd & Zot - 10
  • 233. schip 27 FAX
  • 232. Absurd & Zot - 09
  • 231. schip 27 brief 21
  • 230. schip 27 brief 20
  • 229. schip 27 brief 19
  • 228. Absurd & Zot - 08
  • 227. schip 27 brief 18
  • 226. schip 27 brief 17
  • 225. Absurd en Zot - 07
  • 224. schip 27 brief 16
  • 223. schip 27 brief 15
  • 222. Absurd & Zot - 06
  • 221. schip 27 brief 14
  • 220. Absurd & Zot - 05
  • 219. schip 27 brief 13
  • 218. schip 27 brief 12
  • 217. schip 27 brief 11
  • 216. schip 27 brief 10
  • 215. schip 27 brief 09
  • 214. schip 27 brief 08
  • 213. Absurd & Zot - 04
  • 212. schip 27 brief 07
  • 211. Absurd & Zot - 03
  • 210. schip 27 brief 06
  • 209. Absurd & Zot - 02
  • 208. schip 27 brief 05
  • 207. Absurd & Zot - 01
  • 206. schip 27 brief 04
  • 205. Zwangere Guy
  • 204. schip 27 brief 03
  • 203. Chantal Pattyn
  • 202. schip 27 brief 03
  • 201. Lydia Chagoll
  • 200. schip 27 brief 03
  • 199. Ruben Block
  • 198. schip 27 brief 02
  • 197. Geert Verdickt
  • 196. schip 27 brief 02
  • 195. A. Croonenberghs
  • 194. schip 27 brief 01
  • 193. Jan Bakelants
  • 192. schip 27 brief 01
  • 191. Hugo Matthysen
  • 190. schip 26 brief 18
  • 189. T. Christiaensens
  • 188. schip 26 brief 17
  • 187. Fleur Pierets
  • 186. schip 26 brief 16
  • 185. P. Vandenbempt
  • 184. schip 26 brief 15
  • 183. Michael v Peel
  • 182. schip 26 brief 14
  • 181. Ph. Herreweghe
  • 180. schip 26 brief 13
  • 179. Lo Lemaire
  • 178. schip 26 brief 12
  • 177. Pablo Piedfort
  • 176. schip 26 brief 11
  • 175. schip 26 brief 10
  • 174. Rachida Lamrabet
  • 173. schip 26 brief 09
  • 172. Piet Hoebeke
  • 171. schip 26 brief 08
  • 170. Henny Vrienten
  • 169. schip 26 brief 07
  • 168. schip 26 brief 06
  • 167. schip 26 brief 05
  • 166. schip 26 brief 04
  • 165. Anne Provoost
  • 164. schip 26 brief 03
  • 163. Stefaan Degand
  • 162. schip 26 brief 02
  • 161. schip 26 brief 01
  • 160. Martin Heylen
  • 159. schip 25 brief 12
  • 158. schip 25 brief 11
  • 157. schip 25 brief 10
  • 156. schip 25 brief 09
  • 155. Stef K. Carlens
  • 154. schip 25 brief 08
  • 153. Ivo Victoria
  • 152. schip 25 brief 07
  • 151. Julie Cafmeyer
  • 150. schip 25 brief 06
  • 149. Youp van 't Hek
  • 148. schip 25 brief 05
  • 147. Erwin Mortier
  • 146. schip 25 brief 04
  • 145. Siel Verhanneman
    'een vol jaar maart?'
    schrijfvloer 03 ~ kronieken van 31 jaar vaart, in uitvoering
    30-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.054. schip 07 brief 02

    1982-05-03, Detroit - Michigan, USA 

                Met dit schip heb ik voor de eerste keer de Grote Meren gedaan,
            de meren die aan Atlantische zijde de grens vormen tussen Canada en de USA.
            On-ver-ge-te-lijk.
            De Saint Laurent op en dan helemaal tot Duluth, Minnesota op Lake Superior en terug.

    Dag allemaal,

    We zijn tegen de kaai aan het gaan. Ze zijn de trossen aan het vastleggen. Heel spectaculair allemaal.
    Hoe lang we hier blijven weten we niet. Daarna gaan we naar Chicago, Illinois.
    En nadien zouden we terugkeren naar Europa? Dat zou zo ongeveer een maand duren, zeggen ze.
    Maar waar in Europa weet geen kat natuurlijk, dat gaat van Bremen tot Pireaus.
    Misschien Antwerpen, 1 kans op zoveel, dan worden we efkes afgelost -shoregang, tijdelijke aflossing in de thuishaven-
    en krijgen we een paar dagen verlof. Ik zou graag hebben dat het schip deze lijn bleef doen,
    dan zijn we regelmatig eens thuis. -dat was wensdenken, het was wilde vaart, geen lijnvaart

    Voor de mannen van deck is het hier verschrikkelijk vermoeiend.

    Ze moeten hier werken op de meest onmogelijke uren en slapen overdag dat gaat nogal moeilijk want
    de wakkeren zijn dan aan het lawaai maken en dan worden de slapenden wakker en 's nachts omgekeerd.

    Deze 3de stuur kent DVE, een 2de kok/bakker bij Ahlers. De 3de stuur heeft onlangs met DVE gevaren,
    op de Pomona of op de Pontos, ik weet het niet meer. -dat waren fruitschepen, zeer snel, tot 21 knopen
    Het schijnt dat hij een hele goeie bakker is en nog nen toffen typ op de koop toe.

    Dat geloofde ik direct natuurlijk, gezien de bloedverwantschap en zo, en toen vroeg ik aan de 3de of DVE
    ook zo'n mooie jongen was. De 3de dacht dat ik met dat 'ook' hém bedoelde en hij werd een beetje rozig rood.
    Ik heb hem dan gezegd dat het een familietrek was, mooi zijn, en toén pas verdacht hij mij van pretentie.
    De 3de stuur is een heel brave jongen, maar ook heel traag.

    Rie had een rok met blauwe bloemen op en nu heb ik hem.
    Hij was wat te smal geworden voor haar. Op het einde van het contract vliegt hij overboord, zei ze.
    Ikke roepen van Owee en Onee, en ik wil die wel. Goed, ik krijg die, sito presto.
    Ik heb hem een half uur aan en ik heb er al vijf gaten in gebrand met mijn sigaret.
    Rie draagt hem vijf jaar, nooit niks gebeurd. Bibi draagt hem 30 minuten en 't spel is naar de bom.
    En lachen dat we gedaan hebben. Haar man -matroos- vroeg of we een pint teveel ophadden,
    want eigenlijk viel er niks te lachen, maar wij lachen tóch en daar kunnen andere mensen soms niet mee om.
    Ze zijn te moe, denk ik.

    1982-05-07, Chicago, Illinois

    De 1ste stuur monster af en wordt vervangen. Als ik mij haast kan ik hem deze brief nog meegeven.
    Morgen is het moederkesdag. Een gelukkige moederkesdag aan alle moeders die kinderen en zo hebben.
    'k Heb al een kaart verstuurd, een paar dagen geleden, maar ik weet niet of die ondertussen toegekomen is.
    Mogelijk nog niet, want het is nogal een groot stuk karton. 

    We blijven hier maar een paar dagen. De reis gaat helemaal tot Duluth, helemaal tot het uiterste punt van Lake Superior.
    Dan hebben we alle meren gehad. Van daaruit moeten we in één trek terug naar den Atlantic.
    Dat zal een vermoeiende periode worden voor de mensen. Voor ons niet zo erg, want
    wij hebben nog zeer regelmatige uren in vergelijking met de anderen. 

    We zijn de Federal Schelde -andere rederij, Ubem- voorbij gevaren. Ze lagen tegen de kaai.
    We kwamen er zo dicht langs dat we naar mekaar konden roepen. Tof hoor.
    Ze gaan naar Thunderbay en Montréal, de gelukzakken, en daarna weten ze het niet.

    We liggen hier nogal ver dan de stad. We zijn er langs gevaren. Allemaal heel spectaculair, geïndustrialiseerd en vúíl!
    Van op het water kunt ge een strook vuile lucht boven de stad zien hangen. 
    Hier zal hier wel een plaatselijk centrummeke zijn. 
    Morgen ga ik een voetje aan de wal zetten, voor postkaartjes en T-shirts en zo.

    1982-05-08, 13h30

    We komen zojuist terug van de Seamen’s Mission. Die is dicht. En verder is er niks, niks, niks. Da's weinig hé.
    Wéér geen zichtkaartjes. Gisteren hebben we uw vier kaartjes ontvangen. De nieuwe 1ste stuur had post bij.

    Laatste nieuws: wij gaan ook naar Thunderbay en misschien Montréal. -allebei aan de Canadese zijde van de meren
    Daarna Amsterdam of Rotterdam, dat staat vast, daar gaan we lossen.

    De marconist is van Jette en hij kent de winkel in Brussel. Hij heeft daar eens een plaat van Pink Floyd gekocht, zegt hij.
    Ik schrok nogal hoor. Sinds wanneer verkoopt gellie Engelse djoem-djoem?
    En op paasmaandag is hij voorbij mijn buurtcafeetje gereden maar die hutseklutser is niet binnengegaan.
    'k Ben hem dat aan het afleren, zomaar 'ons' cafeetje voorbij rijden zonder goeiedag te komen zeggen. 

    Die kilo Sugus bollekes is bijna op. Ik schud juist de zak uit en er vielen er nog zes op tafel.
    Eerlijk verdelen zei Rie en ze grabbelde er vier mee. 'k Heb gezegd dat ik dat eens rap thuis zou gaan vertellen!

    De planten doen het goed. De Oostindische kers heeft geschoten sinds 24/04 (geplant de 14de)
    maar de reukerwten doen nog niks. 'k Heb ze zoals Toppié al een paar keer
    uit de grond gehaald om te zien of er nog niks kiemde. Niks.  -of dit echt waar was, weet ik niet, mogelijk larie
    De Oostindische kers staat nu al 15 cm hoog of meer. In Detroit heb ik nog andere zaadjes gekocht en potaarde
    en de hele mikmak in een bak gedaan. Nu zit ik hier te wachten op teken van leven.

    Het is hier mooi weer, zonnig en warm.
    Ziezo, dat is het. Sebiet gaat de stuurman van boord dus moet ik nu stoppen want hij neemt de brief mee.
     

    30-11-2019 om 07:17 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    29-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.053. schip 07 brief 01

    1982-04-22, bijna in Canada

                Met dit schip heb ik voor de eerste keer de Grote Meren gedaan,
            de meren die aan Atlantische zijde de grens vormen tussen Canada en de USA.
            On-ver-ge-te-lijk.
            De Saint Laurent op en dan helemaal tot Duluth, Minnesota op Lake Superior en terug.

    Dag Pa & Moe en alle andere familiegenoten,

    'k Schrijf nog eens per pen ipv per machien.
    Het eten is hier goéd. Dat werd hoogtijd dat we nog eens een schip kregen waar de friko menselijk is.
    Ik eet me hier te pletter, maar ik werk het er direct weer af. Er is verschrikkelijk veel werk en tegen etenstijd
    heb ik meestal honger gelijk een paard. (of een ander groot beest, een muppet of zo)

    Alles valt hier mee, de cabine, de collega, het eten, de rest van de bemanning.
    Het valt hier soms zo goed mee dat ik er bang van word. Dat kan niet blijven duren.
    Rie en ik lachen hier per dag ± 2x 15 minuten. Eerst krijgt zij de slappe lach, dan wordt ze knalrood.
    Dan springen de tranen uit haar ogen en tenslotte loopt ze weg omdat ze pipi moet gaan doen.
    Terwijl ze dan efkes weg is heb ik de tijd om op adem te komen en om mijn schmink weer in orde te brengen
    met een schoteldoek of zo. Want meestal krijgt miemammezel dat midden de service en dan heb ik
    niet veel anders bij de hand dan een schoteldoek, een servet of een keukenhanddoek.
    Gelukkig is er een spiegel vlak bij de deur van de pantry. 

    ’k Krijg weeral kramp in mijn pollen. Per machien schrijf toch gemakkelijker hoor. En leesbaarder. 

    Vannacht zijn we door een storm gevaren. Rond 02h was heel het schip wakker.
    Er was nogal was schade in de cabines. Behalve bij een paar ervaren zeemannen,
    die hadden alles al zeevast staan sinds Antwerpen. -die kennen dat natuurlijk, het noorden in de lente
    Iedereen (of toch bijna) heeft hier planten in de cabine. De potaarde lag met emmerkes tegen de vloer.
    Daarin waren dan flesjes drank gevallen en gebroken, het geheel bestrooid met de inhoud van één of meerdere asbakken.

    Kortom, we hadden vandaag onze portie lichaamsbeweging, qua poetswerk.

    In de pantry was er gelukkig geen schade, maar in de pantry van de matrozen was het een echte ravage.
    Daar lag op de vloer een mengsel van koffie, losse thee, suiker, boter en gecondenseerde melk.
    Een heel appetijtelijk papje. De deckboy had zogezegd alles 'vast' gezet. ’t Was er aan te zien. 

    Beneden in de voorraad was een emmer vuil zeepsop blijven staan (sinds Amsterdam!)
    Die is omgekiept over de bloem => bloem + vies zeepsop = vies papje. Bibi eet hier geen brood meer hoor.
    Nu ga ik slapen.

    29-11-2019 om 06:32 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.052. schip 06 brief 05

    1981-12-01, onderweg naar Panama

     Dag duurbre ouders,
     
    Het is hier 32°C sinds 23 nov, airconditioning kapot. De oversteek is erg geweest en hier is het ook erg.
    Ik heb al een week een warmteslag (of –steek)  -hitteslag, heat-exposure
    Niet van de zon hoor, ik zie geen zon. het komt uitsluitend door de warmte.

    In de eerstvolgende haven ga ik naar de dokter, complete check-up. -dat bleek dan niet meer nodig

    We hebben 2 kaartjes ontvangen en 1 brief. De enveloppen 1,6 en 7.

    En ook een brief van Toppie over haar 92/100.  -schoolrapport

    We zijn bij Pitcairn efkes gestopt. We konden daar niet aan land, maar de mensen kwamen met sloepen naar het schip
    en klommen via de loodsladder aan boord. Ze hadden mooie dingen te koop. Veel houtsnijwerk. Van alles.
    En onbespoten fruit en boekjes over hunne nationale geschiedenis. -héél interessant, ik heb ze nog altijd-

    We zijn einde december of begin januari terug thuis. Ik heb de verzekeraar al verwittigd
    dat hij dan de paperassen van de auto in orde brengt. 

    Binnen een paar uren zijn we in Panama en daarna zou het theoretisch koeler moeten worden.
    Een paar dagen later New Orleans, vriesweer. Ik begin te snappen waarom zeelieden
    zulke verweerde gezichten hebben en er ouder uitzien dan ze zijn.  plotse klimaatwissels en ook de wind aan deck

    Ik heb een nat doekje op mijn hoofd en in mijn nek gelegd.
    Dat begint te stomen en ruikt zo’n beetje naar verbrandde strijk, vind ik.

    Zo, nu ga ik nog maar eens douchen. Groetjes aan iedereen.

    29-11-2019 om 06:19 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.051. schip 06 brief 04

    1981-11-13- vr, dateline

    B’zjours,

    Het is vandaag voor de 2de keer vrijdag de 13de.
    Ze hadden geen betere datum kunnen kiezen om over de dateline te gaan.
    Ik had voorgesteld om die twee dagen in mijn bed te blijven liggen, zodat ik zeker geen
    malheuren of stommiteiten zou doen, maar mijn voorstel werd niet geapprecieerd.
    Elke keer als ik met iets verstandigs voor de pinnen kom, nemen ze het niet au sérieux. Erg hé.

    We stoppen aan Pitcairn en daar post ik dan deze brief. Hij zal pas binnen een maand of vier
    toekomen hoor. Maar ’t is de postzegel die telt hé. Het is uiteindelijk toch Panama geworden. 

    We hebben van ons ma 2 brieven gekregen: 24 sept en 30 sept en een postkaart van 15 okt.

    Op die laatste enveloppe stond nr5. Dus moeten er nog brieven onderweg zijn.
    Die reizen ons achterna tot in Antwerpen. 

    Wat schrijfde gij moeder? Dat ik 'geheimzinnig' schrijf? Kweevanniks ikke.
    Ik heb hier een brief gevonden van begin oktober – en ik dacht dat dat allemaal allang gepost was.
    Amai-amai-amai! 'Orde leidt tot God' stond er in een kader die ik op mijn hoofd gekregen heb,
    ooit in Dilbeek op school. Sindsdien gaat het vele beter, soms.

    Allez saluukes, ik ga de enveloppe schrijven, anders geraakt dit evenmin gepost.

    29-11-2019 om 06:07 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    28-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.050. Johan Petit

    te gast bij Wim Helsen ~ Johan Petit 
    met 'Heal The World' van Michael Jackson

                There's a place in your heart
            And I know that it is love
            And this place could be much
            Brighter than tomorrow
            And if you really try
            You'll find there's no need to cry
            In this place you'll feel
            There's no hurt or sorrow
            There are ways to get there
            If you care enough for the living
            Make a little space
            Make a better place
           
            Heal the world
            Make it a better place
            For you and for me
            And the entire human race
            There are people dying
            Make it a better place
            For you and for me

                Afbeeldingsresultaat voor johan petit

                Petit in gesprek met Helsen:
            De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            ’k Zou de ondertiteling activeren, want Petit praat zeer bevlogen en tamelijk snel.
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a18/
            12 min21

    Het nummer is van 1991. Petit noemt het nummer überkitsch, of in ’t Engels camp.
    Tien of twintig jaar tevoren zouden we het levenslied genoemd hebben en misschien zelfs smartlap.
    Maar als een smartlap magistraal georkestreerd is en dan ook nog gebracht wordt door een wereldster,
    dan verkoopt het, dan is er niks uitzonderlijks aan de hand, volgens mij.
    Het recept is gekend in de muziekwereld: zet er wat violen onder en ’t komt in orde.

    Dat hij daar als jonge twintiger in meeging, dat kan ik me heel goed voorstellen.
    En dan al zeker op een (oud) balkon op de Anspachlaan. In de winter.

    Over Johan Petit : https://nl.wikipedia.org/wiki/Johan_Petit , Over camp : https://nl.wikipedia.org/wiki/Camp_(cultuuruiting) ,
    Heal the world, 1991 : https://www.youtube.com/watch?v=BWf-eARnf6U- 06min22 , Over Michael Jackson : https://nl.wikipedia.org/wiki/Michael_Jackson

    28-11-2019 om 06:07 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.049. schip 06 brief 03

    1981-10-18, Sidney (Australië, oostkust)

    Dag moema en poepa,

    We hebben uw brief gekregen over de moord op Sadat en dat er verkiezing is op 08/11.
    We wisten dat allemaal al van het TV-journaal hier. Ze hebben hier zelfs beelden van de betoging in de Voer getoond.
    Australië is veel meer Europees gericht dan de States.

    Dus dat er verkiezing zou komen wisten wel, maar niet dat de regering gevallen was op de dag
    dat Laura en Dee thuisgekomen zijn. Ik zie trouwens het verband niet goed.
    Kunnen Laura en Dee dat veroorzaakt hebben? Weten ze eigenlijk wel wat ze gedaan hebben? Enz …
    Vertel eens verder over Hasselt. Wanneer gaat het daar open?  Hebben ze al een woonst op het oog?

    Hier alles oké. Het is nog drie weken fris en dan begint de zomer.
    Maar tegen dan zijn wij
    al lang weer in het noorden waar het tropisch warm is.
    Binnen 20 minuten moet ik weer beginnen werken.
    Vandaag heb ik niet veel zin.

    Toch straf dat ge nu pas die brieven van februari gevonden hebt.
    Die lagen zeker in een druk gebruikte schuif? Dan is ’t al oudbakken nieuws hé.
    Vanmorgen stond ik hier een parodieke te geven van vorig schip, hoe die pitein strontzat aan tafel zat
    terwijl de big boss ofte eigenaar van de rederij mee aan tafel zit. (Big Boss Rosenfeld komt vanavond).
    Dat was nogal geslaagd blijkbaar, want Eliane plooide dubbel van het lachen, en ik ook,
    maar wat we niet wisten was dat er 3 officieren (van wie 2 staff) achter de hoek stonden.
    Die konden er niet mee lachen. Wij des te harder.

    ’t Lijkt hier soms op een nonnenschool, maar dan met mannen in blauwe overall ipv nonnen in uniform.
    En goed of slecht rapport, de gage ligt er tóch. We kunnen voor hetzelfde geld lol tappen erbij.
    Want als wij onszelf niet aan het lachen brengen doet niemand dat hier hoor.

    Haja, vanavond komt Rosenfeld weer aan boord. Groot bakkes, groot geld ook. (Wat was er eerst?)
    Gelukkig doet deze keer Eliane de bediening boven. Na de avondservice, om 19h, ben ik er van af.
    Ik hoop maar dat ze tijdig terug aan boord is of ik heb het toch nog aan mijn been. We zien wel.

    PS : het zou eventueel kunnen dat we tussen Kerstmis en Nieuwjaar thuiskomen.
    Als alle schattingen juist zijn en er niks onverwachts gebeurt.

    28-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.048. schip 06 brief 02

    1981-10-08, Fremantle - Australia (oostkust)

            Dit was in een jaar tijd het tweede schip dat ik deed bij die rederij. Een rot-rederij op alle gebied.
            Alleen de route was interessant. Na de Kleine Reis (enkele Europese havens) begon de 
            Grote Reis, den 'Oversteek'. Bij die rederij ging het nu eens niet over de Atlantic maar
            via Suez recht naar Australië, New Zealand, een stop bij Pitcairn (!),
            via Panama en na een paar havens in de Golf van Mexico naar huis. 
            Gedurende weken water en rust. Wat een zaligheid zou moeten zijn. 
            Niet daarre. Niet bij die rederij. 
            Die rederij was tamelijk jong en had geen hogere officieren van eigen promotie. 
            Wat daar vaarde als staf, als leidinggevende officieren waren de sacés van andere rederijen.  
            Sacé wil zeggen dat ze hun zak, hun bagage hadden moeten maken. Afgedankt dus. 
            Alkoliekers & karakteriëlen samen op één schip. Elders buiten gegooid.
            Deze rederij was wat état-major betreft, de afvalbak voor de afgedankte hogere officieren, 
            en dat was te voelen over heel de lijn, zelfs in kleine dingen van het dagelijks leven aan boord. 
            Gelukkig had Yvonne (mijn allereerste collega in ’78, ma marraine de la marine)  
            niet alleen mijn ruggegraat gesterkt maar ook mijn hoofd volgegoten met informatie. 
            Zo kende ik een flink aantal namen van mensen voor wie men moet opletten,
            en kon ik me al schrap zetten van de eerste dag. 
            Voor wie meer wil weten over deze sjoemel-rederij, zie bijlage onderaan.

    Dag mama en papa, 

    De schrijfmachine is tijdelijk buiten gebruik en ik zat zonder briefpapier => ik moet me haasten met schrijven
    want anders kan dit morgen niet mee van boord met de post.
    Ik heb 2 brieven van ons Ma gekregen en 2 kaartjes (1 met een vuurtoren en 1 met een geplukte duif)
    en ingesloten 2 kaartjes van Laura en Dee. 

            Het kaartje met de geplukte duif herinner ik mij. Het is een vredesduif met een olijftakje in de bek.
            Het vredessymbool dus. Maar de duif is haar pluimen kwijt en van het takje liggen de blaadjes ook op de grond.

    Er is veel te vertellen over dit schip en over deze rederij in het algemeen, maar dat zet ik liever niet op papier.

    Deze brief moet hier nog door een aantal handen gaan eer hij thuis in de bus valt. 

    Vorig schip hadden we hier -in Fremantle- een receptie en konden we niet aan de wal.
    Deze keer ben ik gaan shoppen met de collega. Ze valt best mee. We hebben een goed roulement.
    Tot hier toe hebben we geen stormen mee gemaakt, dus geen nausea. 

    Vermits we niet naar Gove gaan -noorden van Australia, tropisch gebied-
    zou het kunnen dat we een week vroeger thuis zijn. Er is een staking aan de gang in Gove.
    We winnen ongeveer een week. Dus eind december, als er niks tussenkomt. 

    Ik heb niet dezelfde cabine als op het vorig schip, maar een verdiep lager.
    Hoe dat komt is ook een lang verhaal. 


    Binnen 3 weken begint hier de zomer.
    De wind uit de Zuidpool waait hier nog ± 21 dagen en dan pas wordt het warmer. Gek hé. 

    Ik heb voor Toppié prentjes voor de school gekocht en postkaarten met dieren op.
    Da's voor haar documentatiedoos. 

    We hebben hier al 't een en 't ander afgelachen hoor. Maar de stemming is niet alle dagen zo.
    Er is soms ambras ook. Gelukkig niet in ons departement.

    Ik ben moe, ik ga slapen. Nu heb ik tenminste weer papier en kan ik op zee schrijven.
    Dan moet ik mij zo niet haasten. Want van dat haasten raak ik mijn gedachten kwijt.

    Bijlagen:
    Sea Lanas - ABC Containerline.docx (20.8 KB)   

    28-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    27-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.047. schip 06 brief 01

    1981-10-02, Fremantle (Australië, westkust)

    Dag Ma & Pa,

    Er is hier een jongen aan boord, aspirant stuurman, hij heet Gustaaf DW.
    Een tante van een van zijn ouders is getrouwd met ene Gustaaf VE.
    Gusje is 21j en woont in Lokeren. Is zijn grootnonkel familie van ons?
    ’k Zal eens wat precieser inlichtingen vragen, hé.

    Ik heb ‘Telemann’ terug gezien. Weet ge nog? Vorig contract, in maart van dit jaar? zie tekst 042.
    ’k Heb hem eindelijk te pakken gekregen en een beetje met hem gepraat.

    Zijn dochter studeert aan het conservatorium van Amsterdam.
    Volgend jaar gaat hij met verlof naar Europa, naar Nederland dus. ’k Ben vergeten te vragen in welk seizoen.
    In elk geval zien we hem terug in Melbourne, daar is zijn hoofdkantoor.

    Het adres van de winkel in Brussel heb ik hem al gegeven.
    Ik zal in Melbourne nog een beetje babbelen met hem. Relaties op den vreemde zijn altijd welkom.
    Misschien gaat gellie binnen een jaar of drie misschien wel naar Australië op vakantie.
    Zijn kantooradres kom ik ook nog wel te weten. Dus: de rest volgt hé.

    Wanneer opent de winkel in Hasselt? Ik sta te trappelen van ongeduld om dat mee te maken
    (als dat zo uitkomt). ’t Is wel een plezierig idee dat Laura en Dee zich gaan storten op
    de zwarte pannenkoeken (LP’s) en op de muzieknoten. Da’s eetbaar, ’t schijnt. (daar kan men van leven)
    Als ik ooit stop met varen begin ik iets met voedsel & overnachting.

    ’t Zelfde als hier aan boord maar dan anders, dwz aan de wal.

            Waar die dag mijn hoofd stond weet ik niet, maar zoveel dwaasheid in een twee lijnen krijgen …
            zelfs voor míjn doen is dat niet normaal. 
            Ten eerste, er was geen sprake van stoppen met varen, nooit geweest ookni. 
            Ten tweede, iets met betalende cliënten? En een boekhouding bijhouden ook nog zeker? 
            Met mijn dyscalculie zou ik doodongelukkig geweest zijn door al dat rekenwerk.
            Gelukkig nam mijn rationele helft intijds over:

    Enfin ja, beginnen, beginnen, iets beginnen is altijd plezant natuurlijk.

    De verdienste is iets vol te houden en de kunst is er intijds uit te stappen.
    Bon, ik herlees dit eens en ik zou beter gaan siësten, aan de prietpraat te lezen.
    Daarbij, ik heb toch al schrijfkramp.
     

    27-11-2019 om 14:31 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.046. Janne Desmet

    te gast bij Wim Helsen ~ Janne Desmet 
    met een fragment uit 'After Life' van Ricky Gervais.

    H:     Ik dacht: als ik doorga met dit 'blijven leven gedoe', moet dat op mijn voorwaarden zijn.   
            En dan kan ik achteraf nog altijd zelfmoord plegen.

    Z:     't Is goed om een reserveplan hebben.

    H:     Wat is het ergste dat er kan gebeuren? Niks kan mij raken, want ik
            kan mezelf nog altijd van kant maken. Maar het ging niet zoals gepland.
            Ik besefte dat je niet niks kunt geven om de dingen waar je om geeft. 
            En er was iets dat jij had gezegd, dat het niet alleen om mij gaat...
            En hoewel ik aan het afzien ben, misschien is het het waard, om rond te blijven hangen…
            Om van mijn hoek van de wereld een iets betere plek te maken.

    Z:     Meer is er niet. Geluk is iets ongelooflijks.
            Het is zo ongelooflijk dat het er niet toe doet of het jouw geluk is of niet.
            Een samenleving groeit groots, wanneer oude mannen bomen planten,
            waarvan ze weten dat ze nooit in hun schaduw zullen zitten.
            Goede mensen doen dingen voor andere mensen.
            Dat is het, klaar. The end. 

                Afbeeldingsresultaat voor Janne Desmet

            Desmet in gesprek met Helsen:
            de knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje,
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a17/
            09min55

    Over After Life (zwarte komedie) : Tony is een journalist die voor de lokale krant Tambury Gazette werkt.
    Sinds zijn echtgenote aan borstkanker overleden is, kampt hij met depressieve en suïcidale gedachten.
    Hij stond ooit op het punt zelfdoding te plegen, maar besloot het uiteindelijk niet te doen omdat zijn hond honger had.
    Sindsdien beschouwt hij zijn situatie als een soort superkracht; hij kan zeggen en doen waar hij zin in heeft,
    want hij heeft toch lak aan het leven. https://nl.wikipedia.org/wiki/After_Life_(televisieserie)

    Het werk van Gervais ken ik niet, niet echt. Bij afleveringen van The Office heb ik moeten wegzappen
    omdat het zo tenenkrullend raak was. En goed. Steengoed.

    Ik denk dat Gervais een genie is, om zo’n complexe materie als in dit fragment zo bevattelijk te kunnen voorstellen.

    Enorm jammer dat Desmet en Helsen het fragment niet gerepeteerd hebben om het te kunnen bréngen,
    ipv het wat stuntelig af te lezen zoals ze nu doen. 'k Weet wel dat het programma niet veel mag kosten,
    maar had er nu écht geen repetitietijd af gekund?

    Over Janne Desmet : https://nl.wikipedia.org/wiki/Janne_Desmet ,https://www.klasse.be/183026/janne-desmet-leraren-respect/ß verplichte lectuur!
    Over Ricky Gervais : https://nl.wikipedia.org/wiki/Ricky_Gervais

    27-11-2019 om 06:38 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    26-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.045. Otto-Jan Ham

    te gast bij Wim Helsen ~ Otto-Jan Ham 
    met een fragment uit 'Morning Theft' van Jeff Buckley

              Meet me tomorrow night
            Or any day you want
            I have no right to wonder
            Just how or when
            You know the meaning fits
            There’s no relief in this
            I miss my beautiful friend

            Afbeeldingsresultaat voor otto jan ham

                De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje,
            misschien best aanzetten, want Otto-Jan praat tamelijk snel, vind ik.
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a16/
            11min02

    'k Denk dat er een grote gaping is tussen
    de presentator, de figuur Otto-Jan en de persoon meneer Otto-Jan Ham.
    'k Vind de combinatie wel zeer charmant.
    Kortom, mijn zoveelste Ideale Schoonzoon : ze zijn blijkbaar allebei vlotte praters,
    het personage en de persoon, maar hoe meer ik lees over de man,
    hoe vaker het woord 'verlegen' opduikt.
    Als presentator van het programma De Ideale Wereld, zei hij ooit,
    "ik ben enkel het strottenhoofd van dit programma". Alsof hij afstand nam
    van de ironie en het sarcasme dat door de redactie opgelegd wordt.
    Die zin begreep ik toen niet.
    Vandaag ineens wel.
    Hij zei ook niet dat hij de stem was, hij zei het strottenhoofd. How humble can you be …
    En na de zoveelste visie van de aflevering, snap ik zijn keuze van het tekstfragment.
    05min29 zegt hij , en hij heeft het over geliefden in het algemeen:
    "uiteindelijk zullen zij wel bepalen wat er gebeurt".

    Een jongen naar mijn hart.

    Over Otto-Jan Ham : https://nl.wikipedia.org/wiki/Otto-Jan_Ham
    Over Jeff Buckley : https://nl.wikipedia.org/wiki/Jeff_Buckley
    Volledige Tekst : https://www.songteksten.nl/songteksten/53859/jeff-buckley/morning-theft.htm
    Het nummer : https://www.youtube.com/watch?v=V1ygFXUe6k4 - 03min43

    26-11-2019 om 06:05 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.044. schip 05 brief 05

    1981-05-09, op weg naar Camden, New Jersey USA

    mijn ma had toen een open hartoperatie ondergaan

    Dag Ma en Pa,

    We hebben in Houston eindelijk die brief van Mama toegekregen en ook de brief van Toppié.  (2de paasdag).
    Het is wel een geruststelling dat Toppiéke zelf schrijft dat ze nu heel 'zagt' is met ons ma.
    Alsof ze de gewoonte had u in dubbele wurgrepen te pakken, u de trappen af te donderen
    of u met een roll-over de berken in te zwieren. Maar nu is ze heel 'zagt'.
    Wel …, als ze het zelf zegt. Da's natuurlijk een hele opluchting voor ons hé. Een geweldig kind.
    Tina schreef dat ze goed werkt op school. Wat een opluchting.
    Stel u voor dat ze op iemand van ons zou lijken. Nuja, de lagere school was het nog te doen.

                Dat laatste was weer een kleine vv, een verdoken venijntje. Een pikuur, in het Brussels.
            Zo staan er veel kleine vv’s in de brieven hoor. Of ze het sarcasme ooit herkend hebben, weet ik niet.
            Ik was over heel de schoolcarrière een relatief goede leerlinge maar ze keken enkel naar de zwakke punten.
            Om daar dan over door te drammen.
            Toen ik in verdere studies mijn draai gevonden had en begon uit te blinken,
            interesseerde het hen niet meer.

    Morgen is het Moederkesdag.
    Ik heb vrijdag geen telegram verstuurd omdat we zondag tegen de kaai zouden liggen
    en dan zou ik kunnen bellen van aan de wal
    Lap!: op anker. Dus pas maandag tegen de kaai. Zodoende bel ik pas maandag ipv zondag.
    Eerst naar Tina waarschijnlijk en daarna naar Zellik. Of als het tijdens ulle werkuren valt naar Brussel.

    21h50 : ik was efkes in de badkamer. Er wordt geklopt.
    Ik haast me om te gaan open doen, de marco met een telegram van u : "Alles prima, ben al thuis"
    Binnen 14 dagen ik ook. 
    Er gebeuren dikwijls belangrijke dingen wanneer ik naar de WC ben. Ik zoek een samenhang.
    Gebeuren de belangrijke dingen omdat ik op Tosjke ben of    
    ben ik op Tosjke omdat er belangrijke dingen staan te gebeuren? 

            t osjke is Brussels voor de WC, ’t huiske, de kleinste kamer 

    De 24ste had ik wel naar Tina gebeld. Zij wist te vertellen dat de operatie goed verlopen was,
    maar ze had u nog niet gesproken, omdat ge nog sliep.
    Ik had haar gezegd dat ik zou terugbellen.
    Tot hiertoe nog geen gelegenheid gehad.
    Maandag in Camden misschien.
     

    26-11-2019 om 05:47 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    25-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.043. schip 05 brief 04

    1981-03-03 Fremantle, Australië (westkust) 

    Dag lieve Toppié, 

    Dank u voor de mooie kaart met de vijver. Maar wanneer schrijft ge eens een brief?
    Al uw postkaarten hang ik tegen de wand. Zó mooi zijn ze. Maar schrijf eens een brief.

    Hier gebeurt veel hoor. Gisteren was het hier feest. Het was de verjaardag van de lichtmatroos.
    Hij werd 21 jaar. De bakker heeft een grote taart gebakken en versierd met marsepein
    en chocoladekorrels en crème au beurre.
    Mooi hoor, en lekker.

    We liggen hier al een dag op anker.
    Na het werk gaan veel mannen vissen. Soms vangen ze visjes die eetbaar zijn.
    Soms zitten er giftige vissen tussen, die mogen we niet opeten.
    Gelukkig kennen zij al die soorten vis heel goed.
    Vooral de Spanjaarden, die kennen er alles van.

    Ene heeft een zandhaai gevangen. Dat was een mooie vis, maar gevaarlijk.
    Ik dierf er niet dichtbij komen. De collega wel, die ging vlak bij die grote vis staan
    (bijna 1 meter lang) en hij lééfde nog! 

    Dag Toppié, dikke kussen en groeten aan heel de familie.  

                Mijn pogingen om die kleine aan het schrijven te krijgen hebben nooit resultaat opgeleverd.
            Zij is nu geen schrijver, zij is een beller. Zoals Tina. 
            Een bericht dat langer is dan 140 tekens wordt telefonisch overgebracht. 
            Jammer. 

            De postkaarten die ze zond werden waarschijnlijk gekozen door mijn Ma,
            zij probeerde de kleine zo aan het schrijven te krijgen. Ook noppes.

    25-11-2019 om 09:22 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.042. schip 05 brief 03

    1981-03-03, op anker voor Fremantle, Australië (westkust)

    Dag Familie Allemaal,
    Ik heb zopas de brieven van mama gekregen. Pa is er niet bij, efkes gaan geld verdienen.
    Van Toppiéke: 'als er iets gebeurt dan schrijft ge maar een brief hoor'
    Toch geruststellend dat aan de andere kant van de wereld een nichtje over mij waakt. 

             Toen was ik werkelijk ontroerd door die bekommernis, het kind was nog geen acht. 
             Dat zinnetje pakte naar de keel. En ik herinner me dat gevoel nu ook.

    Van Laura: Dee is gaan repeteren van iieehh en wwoehh, en dat brengt dus op. Had ik dat eerder geweten!

    Ik kan de laatste tijd namelijk ook weer goed gillen. Dat was ik ongeveer 20 jaar uit het oog verloren.

    Als ik de sterrenbeelden eens bekijk dan kom ik tot de conclusie dat mijn familie een soep is.
    Op zich is dat niks, in de beste families is het al eens soep, maar mijn familie IS een soep, bouillabaisse.
    Zeg nu zelf: 3x Vissen, 2x Kreeft, 2x Waterman. Wat doet die Tweeling daartussen. Roeren tot ze een ons weegt.
    Een fluid ounce, een fl.oz. En Tweeling is zo al een flozzie teken. Lucht ... wat is nu lucht.
    Er is er maar ene die vaste grond onder de hoef heeft, dat is de Stier. Als die begint te galopperen
    hou ik mij stevig vast en vlieg mee. Waar we naartoe stampen weet ik niet, ik hou me vast aan de horens en wapper mee.
    Als hij zich onderweg gekwetst heeft aan een barricade of een palissade of een pinnekesdraad,
    smeer ik er wat mist op of een wolkje. Iets uit de lucht. de Stier was de toenmalige verloofde

    Goed, om over die brieven verder te gaan: Tina & Co, leven ze nog? Geen nieuws = goed nieuws zeker?
    Als ik thuis kom doe ik Tina een typmachientje kadoo en een paar handboeien.
    Daarmee klik ik haar vast aan het typmachientje en de sleutel gooi ik in zee. Nà!
    In Zeebrugge zei ze : "Nu zal ik schrijven hoor!" Maar niks.
    Een geluk dat Toppié nog van zich laat horen 'Gebeurt er iets, schrijf dan maar een brief '
    Voilà, dat is taal. Tenminste iémand die de boel zo'n beetje in het oog houdt, rustgevend is het. Touchant.

             Dat zinnetje van Toppié moet me toen echt geraakt hebben, dat ik er een tweede keer op terug kwam.
            
    Ik herinner me nu ook dat ik toen met veel vragen zat. Heb ik het recht wel om zomaar
             te verschijnen en te verdwijnen in en uit dat kind haar bestaan?
             Anderzijds : ze zal er leren mee omgaan, een kind heeft nog mentale souplesse.
             Maar heeft ze ook de emotionele souplesse?

             Door haar zinnetje voelde ik me bijna schuldig over de broodwinning die ik gekozen had. 
             Zou het niet best zijn dat ik stopte met varen?
             Maar dan sprak uiteindelijk mijn rationele kant:
             niet ík heb Toppié gedwongen te bestaan in een wereld die geen paradijs is. Dat heeft Tina op haar geweten.
             Zíj heeft Toppié op deze wereld gezet. Waarom zou ik mijn manier van leven aanpassen aan een keuze van Tina?        

             Het moet toch iets bijgebracht hebben, dat verdwijnen en verschijnen, want twintig jaar later
             vertrok Toppié blijgezind, sterk en zonder omkijken, definitief richting zuid. 
             Daar heeft zij haar bestaan opgebouwd.       

             Tiens, denk ik dan, wegtrekken -om het met een cliché te zeggen: andere horizonten opzoeken-
             zou dat genetisch bepaald kunnen zijn? Want zij en ik hebben gemeenschappelijke voorouders.

    Het is nu 14h14, ik ga nog wat siësten en vanavond schrijf ik verder. Tegen 22h pas gaan we tegen de kaai, dus nog tijd genoeg.

    1981-03-04, Fremantle

    Beste Boejabijs, bouillabaisse, de familie die een soep is 

    Het is half twintig -19h30 waarschijnlijk- en ik ben bekaf en steendood. Sinds 06h vanmorgen zijn we non-stop bezig geweest.

    Pardon, we hebben een half uurke gepitst van 16h45 tot 17h15 om iets te eten.
    Ik word oud denk ik. En ik moest nog 29 worden. Het zal de vermoeidheid geweest zijn die sprak.
    Op de M -het 3de schip- was het bijna alle dagen 12 tot 13 hrs werken,

    met in haven soms 17hrs op dagen dat er een receptie was.
    Misschien zou ik minder moe zijn als we regelmatig meer dagen van hard werken hadden.  wat een vreemde redenering was dat

    Vanavond aan de tafel van de staf waren aanwezig, de kaptein, duidelijk nog zat van ’s middags.
    En die heeft een vreemde dronk, maar voorlopig blijft dat hanteerbaar.
    De 1ste stuur, nog lichtelijk geaROSÉerd, dus voor een keer menselijk, zijn madam, genietend van de euforie en
    de cargosupervisor, de supercargo genoemd.
    De supercargo is een man, tot nu toe is dat een man, misschien worden vrouwen ook weer 'sobre cargo'.
    Kortom, hij begeleidt de lading tot ze geladen is en het schip vertrekt. Dat houdt in dat die meneer enige dagen aan boord
    verblijft en mee eet aan de tafel van de pitein. Meestal is dat iemand van het land zelf, maar hier is dat een Nederlander,
    die ook vlot Frans praat en natuurlijk Engels. Nu komt het:

    Bij de kaaskroketten hoor ik hem Telemann vermelden. De kroketten schoven bijna van de schotel.
    Telemann? dacht ik. Wat doe die hier tussen al deze hooggeschoolde cultuurbarbaren?
    Telemann. De staff zat duidelijk het geheugen af te speuren. Is dat ene van den bureau of ene van het agentschap hier.

    Ik voelde mij ineens superieur.
    Telemann, mijne heren en mevrouw, dacht ik bij mezelf, dat is cultuur, dat is thuis, dat is Europa.
    Wordt een mens op den duur tóch chauvinist als ze vaart?
    Niet als Vlaming of Belg, niet als Europeër maar als Europeaan. Erg hé.  bestond het woord Europeër in 1981 al?

    De supercargo zat daar doodongelukkig omdat hij zo onbeleefd geweest was iets te vernoemen
    dat hun uitgebreide kunde en beperkte kennis te buiten ging. (Hoor mij nu …) 
    Ja, Carl Philip Telemann, probeerde hij nog. (Ik hoop dat ik de voornamen goed gespeld heb).
    Ah, oui, Telemon, deed de stuur vaagweg. 

    De Nederlander kijkt zo ongelukkig de tafel af, niemand die reageert, zijn radeloosheid is zo groot
    dat hij zelfs naar de serveuse kijkt (ikke) alsof daar nog wat steun te verwachten viel.
    ’k Stond juist goed, buiten het blikveld van de anderen.
    Ik knikte eens 'nee', zo met een tuittoet, zo om te zeggen
    laat maar vallen man, Telemann is hier verschoten kruit. 

    Morgen geef ik hem het adres van de winkel en dan gaat hij volgende zomer,
    wanneer hier de zomer voorbij is, naar Nederland en dan springt hij efkes over naar Brussel.
    Dat is maar een boogscheut voor iemand die zo ver van huis woont en werkt.
    En later gaat gellie eens naar Australië op vakantie ipv alsmaar naar Zuid-Afrika en Israël.
    Ge zult u niet ontheemd voelen want deze meneer is van de Joodse gemeenschap.

    25-11-2019 om 06:30 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    24-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.041. schip 05 brief 02

    1981 -02 -07, Livorno , Italië

    Het is nu 19h49. Dat wil zeggen dat ik al 49 minuten naar een Italiaans radiostation luister.
    Ofwel zijn die zangers allemaal vreselijk kwaad (misschien te weinig zout op de spaghetti)
    of anders gaat het over vree gepassioneerde liefdes. Ze blèren hun stem kapot.
    Ha, hier zingt der ene over : finalmente tú, securamente tú.
    Die staat in panne langs de weg en ziet Via Securamente TU-ring Wegenhulp finalmente opdagen.
    van opluchting zingt hij met grote uithalen. Dit is een liedje waar ik in kan komen.
    Het gaat precies al een beetje beter toch hé, met mijn Italiaans? –larie hoor, ik heb die taal nooit willen leren-

    Vanmorgen zijn we aangekomen, en vanmiddag, zodra we onze lires op zak hadden
    ging ik een boodschapke doen. Onderdelen voor de miniatuurboten voor de broer van TC.
    Na Japan is Italië het land van de losse onderdelen, zegt die. 

    En hier begint het verhaal.
    Ik heb niks tegen Italianen hoor, absoluut niet, maar laat deze brief niet aan Silvano lezen.

    Het adres had ik van een italiëktueel, dat is een Italiaan die ook kan spreken zonder handgebaren.
    'Modellismo, Via della Campana, zijstraat van de Via Garibaldi'.
    Garibaldi deed me direct denken aan de geschiedenisboekskes van de schooljaren:
    'Het Italië van Garibaldi' 3 x overschrijven en thuis laten tekenen!

    Ik mocht meerijden met Mario, ene van het agentschap. Tof van hem hé, zo uit zichzelf een lift aanbieden.
    5.000 lires maar tot in de stad. Dat heb ik spontaan betaald. Dat alles dicht was had hij wel voorspeld,
    maar ik wou en zou toch efkes het terrein verkennen en in stilte dacht ik :
    toe of niet toe, doetternitoe, ik bel wel en dan gaat die deur open voor mij …
    ter plaatse twee grote metalen rolluiken en géén bel! 

    Rolluiken naar beneden en het moreel ook. Een beetje rondgelopen. Alles gesloten, heilige siësta.
    Geprobeerd in de plaatselijke Gele Gids andere modellismo adressen te vinden maar ik
    geraakte aan hun rubriekensysteem niet aan uit en ik heb het maar gauw & rap opgegeven.
    Ik moest om 15h30 weer aan boord zijn, aan het werk. 

    De Italiaanse reputatie indachtig van ik-haast-mij-langzaam,
    begon ik een uur op voorhand de terugreis te organiseren:

    bar binnen, een rood wijntje -dronk ik toen nog wíjn?- en wil u aub een taxi bestellen?
    Zodus, al moest ik nog drie kwartier wachten op de taxi, dan kwam ik nog op tijd aan boord.
    Madam van de bar probeert drie verschillende telefoonnummers.
    Twee antwoorden niet (zaterdag) en de derde geeft de bezettoon.
    Die had de hoorn afgelegd, het is zaterdag voor iedereen, dacht die.

    1981-02-27 - vervolg, op zee

    Er beginnen andere mensen (mannen) naar ons te kijken, vragen aan de barmadam wat of er niet gaat,
    maar dan met veel meer woorden. En ze werden ineens behulpzaam, allemaal. Zó behulpzaam!
    En ik had nochtans niks misdaan … Ze moesten weten waar ik naar toe ging.
    Ik toon het kaartje waar het adres van het schip opgeschreven stond.
    Op dat kaartje stond ook het adres van de shipchandler -scheepsbevoorrader- met prijsaanbiedingen voor
    champagne en kaviaar. Ze stuurden me al naar een ander adres waar ik champagne en kaviaar
    vele, vele goedkoper kon kopen. En zij een % hadden waarschijnlijk.
    Ik kreeg het warm en werd kwaad: Nondedju, gene kaviaar nodig en een taxi aub naar Sintelmar
    en naar nergens anders. Dat verstonden ze. die nondedju? Sintelmar was niet zo ver, dat kon ik
    gemakkelijk te voet doen volgens ene die scheel keek. Jaja, die zou het wel eens uitleggen.
    "Cinque minuti" zei ene die er meer kijk op had. En toen deed die schele 'mon oeil' of zoiets en
    begonnen die twee ruzie te maken. Ik heb betaald en ben in een andere bar iets gaan drinken
    om een taxi te bestellen. Die barmoeder legde het beter aan boord. Ze stuurde ene Bimbi de straat op
    om een taxi te gaan zoeken. Het werd ondertussen hoogdringend tijd en ik werd nog wat zenuwachtiger.
    Maar Bimbi kwam toch terug met een taxi, een echte, met vier wielen en zo.
    Ik had die taxichauffeur gezegd dat ik gehaast was en we zijn drie keer bijna dood geweest
    dus had ik dat beter niet gezegd. Enfin, ik was op tijd aan boord, dat telt ook mee.

    De collega gaat aan de wal, ik zou de service in mijn eentje doen, en ik vraag of hij
    in 'Modellismo, Via della Campana, zijstraat van de Via Garibaldi' efkes wou langsgaan voor
    onderdelen die op het papiertje staan. Later op de avond kwam de collega weer aan boord.
    De vent van het modellismo had zijn geld niet willen aannemen. Hoe? Wat?
    Omdat het een spiksplinternieuw ongevouwen biljet van 100 USD was betrouwde die spaghetti het niet.
    Collega had dan naar een bank gezocht om te wisselen in die rotlires, maar op zaterdag zijn alle banken hier dicht
    zodus kwam hij zonder mijn materiaal weer aan boord. De onderdelen voor de broer van TC zijn hier drie keer
    goedkoper dan in België, de collega heeft die dingen in zijn handen gehad, maar hij kon ze niet kopen.

             Maar welk groot licht gaat er ook met een 100 dollarbiljet aan de wal in het Italië van 1980!
             Túúrlijk dacht die man van Modellismo dat het een vervalsing was! Misschien maakte hij na zijn uren 
             zelf ook vervalsingen als kleine onderaannemer bij de maffia, modellist zijnde.

    Zeg nu zelf, wie wil er in zo’n land op vakantie komen. Ik alleszins niet.
    De Italianen hebben het bij mij verkorven en het is hun eigen fout. Zij zijn begonnen.

    PS : binnen twee dagen zijn we in Freemantle, Australia.

    24-11-2019 om 12:16 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.040. schip 05 brief 01

    1980-12-26, Tampa, Florida - USA

    Dag Mama & Papa,

    We zijn de 24ste aangekomen en er stond iemand van het agentschap ons op te wachten.
    We moesten naar de Hilton Inn, want het schip was nog niet aangekomen in Tampa.
    Halleluja, wat een vreugde. Na 18hrs reizen zagen we er nogal onfris en verfrommeld uit.
    Ik vond het verschrikkelijk dat we ons zo aan boord moesten gaan melden.
    Kwestie van de 1ste indruk en zo: precies twee landlopers ipv een team stewards …
    Dat probleem was dus opgelost, overnachting in het hotel, en als kerstcadeautje
    alles betaald door de rederij. Natuurlijk. Zodoende hebben we kreeft genomen als avondmenu.

    Toen we gingen slapen was het 02h45 BT. Hier was het 20h45.
    Da's vroeg gaan slapen voor een kerstavond hé. (ik viel ongeveer in slaap aan tafel, vanwege de nachtvlucht)

    De 25ste, voormiddag: telefoon van de agent hier. Het schip lag nog in New Orleans en had

    een ontploffing in luik één gehad. (Er is gelukkig niemand gewond). Daardoor is het schip nooit naar Tampa vertrokken
    en de agent zou ervoor zorgen dat we voor die dag nog een vlucht voor New Orleans hadden, of toch vóór de 26ste.
    En hij zou terugbellen. Hij heeft niét terug gebeld en we zíjn vandaag de 26ste

    Goed, als kerstcadeautje heb ik mezelf veroorloofd naar Tante Sopraan te bellen, de 25ste, in de hoop
    daar de ganse clan nog bijeen te vinden, maar het was in België al te laat op de dag. De verbinding was erg slecht.
    'k Was nog erg ongerust over Toppié, omdat ze zo geweend had. (Toppie was toen 6,5 jaar)
    Maar eigenlijk denk ik -achteraf- dat ze weende omdat het uitstapje naar het vliegveld niet doorging en
    niet omdat ik moest vertrekken. 'k Heb van mijn hart een steen moeten maken en haar weer naar bed gestuurd. 

             Waarom Toppié toen niet mee mocht naar het vliegveld weet ik niet meer. 
             Waarschijnlijk was het al te laat op de avond. Nachtvlucht hé. Da’s laat op de avond inchecken. 
             Het was een vlucht met Pan Am, herinner ik mij nu.

    We doen het hier in stijl hoor : phonecall to Europe en aperitiefjes in de bar, uitgebreide maaltijden …

    Wanneer de rekening toekomt in Antwerpen zullen ze direct een telegram sturen naar de kaptein
    om te bezuinigen op onze overuren, vrees ik. We hebben hen hier al een pak poen gekost.
    Dat zal ze leren, mensen van hun kerstfeest weghalen! 

             Voor alle duidelijkheid, telefoon en drank was voor eigen rekening hoor.

    Maar we zouden nu onderhand wel aan boord willen hoor, want we zijn nu opgekalefaterd,

    gewassen, geschrobd, nagels in orde, op krachten gekomen, enz. En nu begint het hier saai te worden.
    Mijn boeken zijn uitgelezen en de TV op de kamer begint tegen te steken.
    Vermits wij voor deze dagen betaald worden, moeten we bereikbaar zijn. 
    Het komt er op neer dat we het hotel niet uit kunnen.
    Er is wel een terras bij met zwembad, maar het is hier net iets te fris om in het water te gaan spelen.
    En het hotel kennen we nu al met onze ogen toe. Ik zou bvb de twee volgende dagen wel
    in een hotel in New Orleans willen gaan zitten wachten.
    Eerst nog een vliegtuig nemen (voor de verandering).
    We hebben er 3 moeten nemen om tot hier te geraken.
    Brussel-Londen, Londen-Miami, Miami-Tampa. Mijn oren tuiten nog als ik denk aan al dat opstijgen & landen. 

    Voor de moment is het op TV 'Father knows best'. Ik heb hier al heel wat ouwe feuilletons terug gezien.
    Gisteren was er een mooie film voor Kerstmis 'We’re no angels', met Humphrey Bogart en Peter Ustinov.
    Heel geestig. 

    Ziezo, dat is het ongeveer hier. Geeft ge deze brief door aan Tina & Co en Laura & Co ?
    'k Schrijf later nog wel.  

    PS: Prettig Nieuwjaar en Beste Wensen voor 1981. 

    24-11-2019 om 01:16 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    23-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.038. schip 04 brief 09

    1980-07-03, op zee

    Vorige maandag, 30/06, die dag hebben we twee keer gehad.
    We hebben de dateline -datumgrens- gekruist, van west naar oost.
    Die avond was het hoogst uitzonderlijk bar. Hoogst uitzonderlijk want er was dikke mist.
    Ge kunt van op de brug de voorpiek niet meer zien. We varen precies door een melkweg.
    Ik geloof vast en zeker dat als ge hier een emmerke buiten zet,
    het de volgende dag vol verse melk zit. Vast en zeker.

    Nu heeft den ouwe liever dat zijn stuurlieden met een klare kop wacht lopen, vooral
    wanneer het aan het misten is. Waarom vooral als het mist is? Dat vraag ik mij ook af.
    Want of ze nu wacht lopen met een heldere blik of met verpieterde lodderoogskes,
    zien doen ze toch niks. En daarbij, na 18h is het nog donker ook.
    (De eerste stuur heeft het gevonden hoor. Om zeker een klare kop te houden
    drinkt hij nog uitsluitend, enkel en alleen oude klare.) 

    Niet tegenstaande alle bezwaren ivm de navigatie ging de bar die avond toch open.
    Ge zoudt zo denken dat het was omdat Tina tweemaal verjaart dit jaar, maar neenee,
    dat was het ook niet. Het was omdat we weer op normaal toerental draaiden en normale snelheid liepen.
    Het Probleem was (weer eens) opgelost. Of ze daar bij de Gulf -toen al een gewezen rederij-
    ook 16 hrs voor nodig hadden weet ik niet, maar goed, iedereen was weer eens opgetogen.
    Het Gevaar was geweken.

            Dé Gulf was een rederij die de boeken toe gedaan had reeds in 1975.
            Al die officieren moesten bij andere rederijen een broodwinning zien te vinden.

            Op kantoor, bij interviews, deden die mensen waarschijnlijk zeer welwillend en meegaand,
            maar aan boord waren zij constant aan het vergelijken met vroeger : 
            'bij de Gulf hé, hadden we dit of dat' - ivm gereedschappen 
            'bij de Gulf hé, deden we dat zo en zo’'- ivm werkwijzen
            Die houding veroorzaakte serieus wrevel en ergernis bij de andere officieren. 
            Als er nog maar een zinnetje begon met 'bij de Gulf’'
            gingen er al bij enkele mensen nekharen rechtstaan. 
            En ik ging daar in mee, empathische sukkel die ik ben.

    Er was het volgende gebeurd : er was water geraakt in de dagtank -de voorraad brandstof voor 24 à 36 hrs-

    en dit schip schijnt niet te varen met 45% water in de fuel. Na 16h hebben ze gevonden wat en hoe.
    In de purifier zit onder een valve een joint en in die joint was een scheur van 3mm breed (de lengte ken ik niet).
    Op die scheur stond 10 kg druk en daardoor kwam die massa water zo snel.
    45% water is veel en ik zou het bij wijze van spreken niet in mijn cacao willen.

    Wie die lek gevonden heeft is absoluut bijzaak, maar wat wel het vermelden waard is:
    die avond zat hij in de bar als een triomfator die zich afvraagt waar ze met de palmtakken blijven.
    Of als een ritwinnaar die merkt dat de bloemen en het-meisje-met-de-kus er deze keer niet zijn.
    Misschien is er door de chef diskreet met wat lof gezwaaid maar
    dat was kennelijk niet luid genoeg naar de zin van de triomfator.
    De triomfator heeft dan maar zijn exploot beklonken met pils,
    tot zijn bloed verdund was met 45% bier (ruwe schatting)

    en is buitengegaan in een hoek van 45°, gestut en geloodst door iemand van dezelfde grootte (zielegrootte).
    Tot zover de objectieve observaties van schrijfster dezes.

    Volgen nu mijn beschouwingen: een mankement ontdekken is volgens mijn bescheiden mening
    iets dat van gelijk welke vakmens mag verlangd worden.
    Dat er een het ontdekt heeft, mag men in alle redelijkheid verwachten, ze zijn opgeleid in dat vak.

    1980-07-05 

    Ik zal het een beetje duidelijker uitdrukken en een beetje beknopter, anders zit ik hier sebiet jam. in de knoei
    Mankementen zijn voer voor vakmensen en vakmensen zijn er om mankementen uit de wereld te helpen.

    Dat geldt voor een boekhouder, een arts, een schrijnwerker en noem maar op. Dus ook voor mecaniciens.

    Waar ik zo mottig van werd, is de vanzelfsprekendheid waarmee hij verwachtte de held van de dag te zijn.
    Daarbij komt dat het ogenblik gunstig was, het ogenblik om het lek te 'ontdekken' heeft hij afgewacht.
    Maar dat laatste heb ik, zoals veel andere dingen, enkel van horen zeggen.
     

    23-11-2019 om 08:42 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.039. schip 04 brief 10

    1980-07-07, Pittsburg , San Francisco Baai, California 

    Dag Padre en Madre,

    Waarom schrijf ik altijd vaders eerst. Enfin, vader-enkelvoud, want gellie zijt
    mijn enige ouderpaar dus moet ik zuinig zijn op ulle.
    Hier zouden we zeggen : er is géén spare hé!   spare = Engels voor reservevoorraad

    'Mannen eerst' dateert waarschijnlijk uit de tijd dat vrouwen geen eigen broodwinning hadden
    en dat alle voedsel- en beurs-voorzienende mensen mannemensen waren.
    Maar nu ben ik een werkend vrouwmens met een eigen broodwinning & bankrekening, een echte,
    en dus herbeginnen we de brief: 

    Dierbare Ouders, 

    Op deze blijde dag (de ’pitein is gisteren verjaard en daar dragen wij nu nog de gevolgen van)
    op deze blijde dag dus, zijn wij aangekomen hierre en alles gaat goed. Ik zou zeggen het reilt en zeilt,
    maar dan krijg ik de mecaniciens tegen want die willen van geen zeilen horen. 

    Ik zit hier te typen (blijkbaar) bij muziek van de plaatselijke BRT 3 , maar dan op zijn Kalifornees.
    Kanaal 102 op FM. Die zender heb ik ook in alle cabines aangezet en laten aanstaan toen ik buitenging,
    kwestie van de boerkes een beetje RUSTGEVENDE muziek te leren beluisteren.
    Want rust, kalmte en zelfbeheersing hebben ze/we hier allemaal nodig.
    Den ene pakt Valium, dedees pakt Vivaldi.
    Zun een Captagon, ik een Katsjatoerion, blijft ge ook wakker von. (Ziet ge wel dat het rijmt!)

    Ik heb uw brief van VR-27/06 ontvangen.
    Een brief over Callas  -Zuid-Frankrijk-  om mij te doen watertanden zeker? Awel dat is gelukt, ik monster af.
    Verder over Guido Gezellige schilderijen en over Sartre. We zijn hem kwijt nondedju, en er is geen spare.
    Wie gaat hem aflossen. Niet zomaar een beetje maar hem echte en deugdelijk en degelijk opvolgen?
    Is er zo iemand? Sartre was toen recentelijk overleden.

    Dus ge hebt de brief over mijn nieuwe schoenen ontvangen? Awel, ze zijn al kapot.
    Daar verschiet ge van hé. Het komt door het trappen lopen. Er zit hout in de zool. Dat hout is gespleten.
    Ik zou hier beter per trap betaald worden ipv per maand.

    1980-07-08   

    We zijn vóór het stadscentrum op anker gegaan.
    Vannacht zijn we beginnen varen en om 06h ging en we tegen de kaai. Ver voorbij de stad. Uren er voorbij.
    Het was dan nog een lastige standby ook. De mensen werden zenuwachtig en daarvan werd ik nerveus
    (stom hé, ik heb met die standby niks te maken, môja, ik liet me ongemerkt nerveus maken)
    Toen ik het merkte was het al lang te laat, ik heb een scheef antwoord gegeven aan de eerste stuur
    en die nam dat zo scheef mogelijk op en bolde het af.
    Ik riep en liep hem achterna, maar hij kwam niet terug en toen ik hem opbelde smeet hij de hoorn in de haak.
    Nu lig ik in ongenade.
    Enfin, ik ben niet een en al glimlach alle dagen van de maand, -mogelijk duidt dit op menstruatiepijnen-
    en hij ook niet, -de mannen hadden net een zeer lastige standby achter de rug-

    en vandaag was het een ongeluksdag want die twee vielen samen.
    Ik spreek nog wel tegen hem, maar hij niet meer tegen mij.  
    Wacht een beetje, de dag dat ik hem kan doen lachen heb ik gewonnen.
    Hij gaat toch niet blijven smoel-trekken voor zo'n pruts hé.
    Ondertussen vind ik het erg, want ik dacht dat hij toch genoeg gezond verstand had, wijs man was en zo.
    Nee, niks. On ne pardonne plus, on tue.
    Elk zijn waarheid zal het worden en daarna gewapende vrede zeker? 

             Hoe & of die ongelukkige botsing opgelost geraakt is, weet ik niet meer.
             'k Herinner me wel dat ik me een paar dagen ellendig voelde. 

    Bon soit, zolang het schip maar niet zinkt en de aarde rond blijft zodat we thuis geraken, is er niks aan de hand. 

    Deze brief komt waarschijnlijk toe wanneer gellie in Callas ligt. Blijf rustig liggen.
    Binnen een maand of zo zijn we thuis. 
     

    23-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    22-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.037. Arnon Grünberg

    te gast bij Wim Helsen ~ Arnon Grünberg 
    met een fragment van Stefan Zweig

               Brief van een onbekende 

            En dan, ik ken je;
            ik ken je zo goed als je nauwelijks jezelf kent,
            ik weet ik weet dat het voor jou, die houdt van het zorgeloze, het lichtvoetige, het speelse in de liefde,
            pijnlijk zou zijn geweest om plotseling vader, plotseling verantwoordelijk te zijn voor een lot.
            Jij had je, die alleen in vrijheid kunt ademen,
            je op de een of andere manier verbonden gevoeld met mij.
            Jij had mij – ja, ik weet dat je het gedaan zou hebben, tegen je eigen wakkere wil –,
            jij had mij gehaat voor dat verbonden zijn.  

     
           Afbeeldingsresultaat voor arnon grunberg  

            De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            Klik dat rechthoekje vooral aan! 
            Grünberg in gesprek met Helsen :
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a15/
            12min58

    Voor mij is deze keer het gesprek interessanter dan de tekst van de auteur.
    Wanneer twee koppen als Grünberg en Helsen zich buigen over een tekst en dan
    een gesprek hebben dan bol staat van de rake gedachten,
    dat beneemt mij de adem.
    Grünberg zet daar de ene herkenbare idee na de andere, zo terloops.
    Ik word er vanbinnen helemaal stil door. Bijna met tranen van geluk.
    ’k Kan de aflevering geen derde keer bekijken, dat zal voor later zijn.

    De raakheden zijn te overweldigend … kent die man mij?
    Zijn reflecties over schrijven, vanaf 07min49 veroorzaken bij mij, amateurke,
    schokken van herkenning. Over lichtvoetigheid, onder andere.

    En jáá, bij Winteruur beginnen ze te recycleren. Grünberg was al eens te gast
    in het derde seizoen, 2018, tekst 351 op https://blog.seniorennet.be/maart_
    maar vandaag is dat niet erg. Helemaal niet erg.

    Over Arnon Grünberg : https://nl.wikipedia.org/wiki/Arnon_Grunberg
    Over Stefan Zweig : https://nl.wikipedia.org/wiki/Stefan_Zweig , zéér interessant , vind ik. Vooral zijn levensloop en zijn overtuiging.

    Over de novelle : Een veertigjarige auteur krijgt op een ochtend een brief, waarin een vrouw hem haar liefde verklaart
    die ze al sinds ze dertien was en in het appartement naast hem woonde, koesterde.
    Doorheen haar leven volgt ze hem als een schim, vanop een afstand, vol passie en overgave.
    Hun wegen kruisen elkaar twee maal, bijna toevallig, twee ogenblikken waarop hij haar gewaar wordt,
    haar versiert en met haar de nacht doorbrengt, om haar 's anderdaags volledig te vergeten.
    De eerste nacht was ze een jong, naïef meisje.
    Uit deze nacht zou een kind voortkomen, waarvan hij het bestaan pas met deze brief verneemt.
    De tweede nacht is ze al een aantrekkelijke vrouw 'van de wereld', maar hij ziet haar aan als een luxe-prostituee
    en betaalt haar wanneer ze 's ochtend zijn appartement verlaat.
    De brief is in werkelijkheid een laatste poging om het recht op te eisen herinnerd te worden door de man die ze liefhad,
    een allerlaatste roep om zichzelf te kunnen zeggen 'ik heb bestaan'.
    https://www.boekmeter.nl/book/65945

     

    22-11-2019 om 14:12 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.036. schip 04 brief 08

    1980-06-29, op zee

    Dag Vader en Moeder, het is dringend

    Ze spraken vandaag over een boek en ik zou dat boel dolgraag in levende lijve bezitten
    om het eventueel te lezen ook nog. Titel : The Supertanker.
    Ik weet niet of het in het Nederlands vertaald is. Zo ja, graag de vertaling.
    Auteur : Mosterd. Of zijn naam op zijn Engels geschreven wordt weet ik niet. mustard 

            (Noël Mostert, Supership, 1974?
    , ISBN13: 9783811831100)

    En of hij soms een Amerikaan zou zijn weet ik ook niet. Hij is/was Canadees.

    Onderwerp : in de machinekamer van een groot schip, een mammoet tanker, wat toen mammoet heette
    gebeuren onregelmatigheden ivm de veiligheid en de uitbating van het schip. Dat wordt ontrafeld.
    Daarna worden de slechten gestraft en de goeien gaan naar de hemel, vroeg of laat.
    Misschien is er wel een proces bij. Lekker.
    Dat boek zou ik graag hebben. Maar omdat ik er zo weinig van weet en er onmogelijk
    meer kan van te weten komen, zal het speurwerk worden, vrees ik.

    Nu dacht ik zo, bij mijn eigen, ik heb 1 vader en 1 moeder en die zitten vlak bij de bron,
    en die kunnen misschien al beginnen speurneuzen terwijl ik
    rustig busy ben met varen op de woelige baren. Arrè vooruit, doetanekeer voor mij afteblift.

    Er is voor de moment zoveel mist dat ge buiten geen hand voor de ogen ziet, laat staan een ander schip.
    Om de drie minuten laten ze boven de misthoorn, de scheepstoeter gaan gedurende drie seconden.
    Hier is geen kat in de buurt, maar reglementen zijn reglementen, zelfs en vooral op volle zee.
    Plezant voor de mensen die aan de facing slapen, maar een ervaren zeebonk geeft nooit toe dat
    zij/hij last heeft van de scheepshoorn. Dat gelamenteer is goed voor passagiers, maar wij,
    wij kunnen daartegen newaar. Vooral ik, ik slaap aan de achterkant.
    De achterkant is een woord voor walmensen hoor, onder zeelieden spreken we over ‘the poop’, de poep,
    maar ik hou mijn scheepsjargon zo wat in, anders wordt het onleesbaar voor ulle. 

    Goed, die mist dus. De ’pitein komt de brug niet meer af. Hij heeft er al twee dagen geslapen, op de seat.
    Gemakkelijk voor mij, ik moet zijn bed niet opdekken.
    Zijn humeur verbetert er niet op, maar dat is een ander probleem. 

    Verder is den ottomatik kapot -automatische piloot was stuk
    en moet er met de hand gestuurd worden. Dat heet ‘wiel lopen’.

    Ik heb in beter weer ook eens een uurke wiel gelopen,
    met iemand naast mij, en het is stom-vervelend werk. Ge kunt zo maar niet varen waar ge wilt en
    het duurt precies uren eer een schip luistert. Hoe ze met zo’n log vehikel
    zonder schade door Panama en Suez geraakt zijn begrijp ik niet meer. Ik leef deze dagen in diep ontzag voor
    de Matrozen, de Stuurlieden en de Pitein, voor allen die Het Wiel mogen bedienen.
    Tot hen spreek ik nu met eerbiedige fluisterstem.
    Wanneer ik hen goeiemorgen wens maak ik weer een kniksje met de knie, zoals ons geleerd werd bij de nonnen.

    Elke maaltijd ga ik met de frikoo -het eten- van de Pitein naar de brug. Dat is vijf trappen.
    Gelukkig doet hij regime, -is op dieet- en dat scheelt een stuk. Bij de vorige Piteins was de plateau afgeladen vol.
    Zijn trainingsfiets -hometrainer- staat nu ook op de brug. We hadden er in Japan een fietsbel moeten voor kopen. 

    Als ze in Long Beach geen spare parts -wisselstukken- leveren,  blijft heel het departement dek wiel lopen tot we in
    Europe zijn. Dat is nog een maand varen. Prettig vooruitzicht.
    Maar als de mist opklaart dan ben ik al tevreden.
    Heel belangrijk voor het schip hoor, als de stewardessen maar tevreden zijn, dan varen we goed.

            Overdrijven is ook een vak, hé?

    Ik kijk elke morgen door den hublot -de patrijspoort- om te kijken wat voor weer het is.
    Het is elke dag eten-op-de-brug-weer. Ik hou de mist al even goed in het oog als den ouwe himself.

    Dag Ma, dag Pa, ik stop ermee, ik ga nu iets anders doen. Wat weet ik niet, nog niet.
    Eerst ga ik eens kijken of ik ergens kan buurten.

    22-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    21-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.035. Christophe Bush

    te gast bij Wim Helsen ~ Christophe Busch
    met een fragment uit 'In het hart van de hel' van Zalman Gradowski

    Wij, leden van het Sonderkommando, hebben allang een einde willen maken aan ons afschuwelijke werk, 
    waartoe we ons onder doodsbedreiging gedwongen worden. We willen iets groots doen. 
    Tot nu hielden de mensen van het kamp, deels joden, deels Russen en Polen, ons echter uit alle macht tegen 
    en ze dwongen ons het moment van de opstand steeds uit te stellen. 
    Maar nu nadert de dag waarop wij in opstand zullen komen. 
    Hij kan elk moment aanbreken, vandaag, morgen. 
    Ik schrijf deze woorden op een ogenblik van zeer groot gevaar en hevige opwinding. 
    Moge de toekomst op grond van mijn aantekeningen een vonnis vellen en moge de mensheid 
    zich door mijn aantekeningen tenminste enigszins rekenschap geven 
    van de tragische wereld waarin wij hebben geleefd.
      

               Afbeeldingsresultaat voor christophe bush

              De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
           Busch in gesprek met Helsen : 
           https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a14/
           10min49

    Christophe Bush brengt een zeer pakkend fragment,
    is zeer goed geplaatst om te praten waarover hij praat, en
    door zijn uitleg is de ellende van het Sonderkommando voor mij iets waar ik geen woord voor vind.
    En dan sluit Helsen de uitzending af met groetjes aan een spam-prostituee, ene Carola.

    Waar stond die clown zijn kop? Die flauwekul minimaliseert heel de uitleg over de notities van Gradowski!
    Christophe Bush produceert daarop wel een beleefd lachje, maar ik absoluut niet, Helsen.
    Want Mr Helsen,
    ík heb mijn huiswerk gemaakt.
    En na het lezen van het Wikipedia-artikel over het Sonderkommando,
    is er efkes geen plaats voor grapjes. Dat had ge kunnen geweten gehad hebben.
    Wat een zielige uitschuiver, man!

    Over Christophe Busch : https://nl.wikipedia.org/wiki/Christophe_Busch
    Over de Dossin Kazerne : https://nl.wikipedia.org/wiki/Kazerne_Dossin

    Over het Sonderkommando : https://en.wikipedia.org/wiki/Sonderkommando
    Over Zalmen Gradowski : https://en.wikipedia.org/wiki/Zalman_Gradowski

    Over het boek : (…) Zalmen Gradowski schreef zijn getuigenis in afwachting van zijn aanstaande dood.
    Met zijn geschriften wilde hij de buitenwereld informeren over het donkerste gedeelte van de hel in Auschwitz.
    Hij heeft zijn manuscripten achter een van de crematoria begraven. Na de oorlog zijn deze manuscripten gevonden.
    Een grotere aanklacht tegen de misdaden van de Nazi's is nauwelijks denkbaar. https://www.boek.be/boek/in-het-hart-van-de-hel 

    21-11-2019 om 00:39 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    20-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.034. Bregje Hofstede

    te gast bij Wim Helsen ~ Bregje Hofstede
    met een tekst van Judith Herzberg

    ZOALS

    Zoals je soms een kamer ingaat, niet weet waarvoor,
    en dan terug moet langs het spoor van je bedoeling,

    zoals je zonder tasten snel iets uit de kast pakt
    en pas als je het hebt, weet wat het was,
    zoals je soms een pakje ergens heen brengt
    en, bij het weggaan, steeds weer denkt, schrikt, dat je te licht bent,
    zoals je je, wachtend, minutenlang hevig verlieft in elk nieuw mens
    maar toch het meeste wachtend bent,
    zoals je weet: ik ken het hier, maar niet waar het om ging en
    je een geur te binnen schiet bij wijze van herinnering,
    zoals je weet bij wie je op alert en bij wie niet, bij wie je kan gaan liggen,
    zo, denk ik, denken dieren, kennen dieren de weg.

                Afbeeldingsresultaat voor Bregje Hofstede        

                De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje. 
            Hofstede in gesprek met Helsen :
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a13/
            10min17

    Over Bregje Hofstede : https://nl.wikipedia.org/wiki/Bregje_Hofstede  
    Over Judith Herzberg : https://nl.wikipedia.org/wiki/Judith_Herzberg
    Uit het boek ‘Zoals’, 1987 & 1992

    20-11-2019 om 04:40 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    19-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.033. Selah Sue

    te gast bij Wim Helsen ~ Selah Sue
    met een fragment uit Big Magic van Elisabeth Gilbert

    De kunst van creatief leven  

    Beste angst, creativiteit en ik staan op het punt samen op reis te gaan.
    Ik begrijp dat jij met ons meegaat. Je gaat namelijk altijd mee.
    Ik ben me ervan bewust dat jij van mening bent dat je
    een belangrijke taak in mijn leven hebt en dat je die taak serieus opvat.
    Die taak bestaat er blijkbaar uit dat je moet zorgen dat ik,
    zodra ik op het punt sta iets interessants te gaan doen, volslagen in paniek raak.
    En ik moet zeggen dat je je werkelijk uitstekend van je taak kwijt.
    Dus ga er vooral mee door als je denkt dat dat nodig is. 
    In dit voertuig is plaats genoeg voor ons allemaal, dus maak het je gemakkelijk, maar
    onthoud goed: creativiteit en ik zijn de enigen die gedurende de hele reis beslissingen nemen. 
    En dan vertrekken we – creativiteit, angst en ik – voor altijd zij aan zij aan zij,
    en begeven we ons wederom op het angstaanjagende, maar geweldige terrein van de onzekere uitkomst.
           
            Afbeeldingsresultaat voor Selah Sue 

            De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            Selah Sue in gesprek met Helsen :
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a12/
            12 min15

    In de tekst staat iets dat ik voor mezelf totaal anders zie.
    Er staat : – creativiteit, angst en ik –
    Ik zeg : – creativiteit, ik en angst –

    Vermist de tekst het over een voertuig heeft hou ik dat beeld aan en
    dan zit de creativiteit of de inspiratie (of het achterhoofd), noem het hoe ge wilt
    dan zit dié aan het stuur.

    Ik ben de copiloot, ik lees de kaart en zeg waar de tekst naartoe gaat.
    Maar soms weet ik niet hoe, er is niet telkens een kaart,
    soms is er enkel een idee of beslissen personages in de tekst over het verder verloop.
    Vooral op blog twee was dat zo : https://blog.seniorennet.be/_maart oftewel 'een heel jaar maart?'   

    En de angst is pas nummer drie, die rijdt bij mij mee op de achterbank, als passagier.
    Een lastige, soms nuttige passagier. Maar ik noem het wezen geen angst,
    ik noem het ongerustigheid :
    - komt het verhaal uit de tekst of verdrinkt het in overtollige woorden?
    - gebruik ik niet teveel voornaamwoorden want dan verdrinkt de duidelijkheid ook nog.
    Nalezen, nalezen, nalezen. En telkens woordvertoon schrappen.
    De backspace-toets en de onvolprezen delete, zijn zeer goede vrienden van mij. Maar ook :
    - doe ik niet te veel & te vaak aan zelfcensuur?

    Na de tekst dan nu het studiogesprek.
    ’k Schoot in een lach toen Selah Sue het had over 40 onafgewerkte projecten.
    Mogelijk heeft zij een lade of een map met 800 ideeën die nog niet het stadium van project bereikt hebben.
    Dan zijn die 40 teksten een relatief bescheiden onderneming
    maar daarom geen gemakkelijke. Erato en Kalliope, hebt erbarmen met haar.

    En de rest van het gesprek deed me door de momenten van herkenning blij lachen.
    Het is allemaal zo wáár wat ze zegt. Maar mogelijk heeft die ‘angst’, zoals zij het noemt iets te maken
    met de fase van haar leven. In latere fases verdwijnt de ongerustigheid over wat anderen denken
    en spits die bekommernis zich toe op de tekst, ipv op een aantal personen.
    ’k Spreek natuurlijk enkel voor mezelf, niet voor Selah Sue.

    Nu, wat ze efkes zegt over groot ego en zelfzeker : njet!
    Volgens mij dient een groot ego om onzekerheid te maskeren, en is groot-ego absoluut geen blijk van zelfzekerheid.
    Kijk in uw herinneringen en kijk rondom u. Elk groot ego heeft demonen. Erger dan de stille zelfzekere.

    Zo zijn er nog een paar punten waar ik moet afwijken van het gesprek,
    maar zoals ik zei, Selah Sue zit in een veel jongere fase van haar leven dan ik. Dan wij.
    Het komt allemaal nog wel.

    Een alinea die me trof  in het wikipedia-artikel:

    ‘In mei 2014 onthulde Selah Sue bij het praatprogramma ‘Reyers laat’ dat zij lijdt aan depressiviteit. Het is dankzij
    antidepressiva dat zij zich zo ver heeft kunnen ontwikkelen, zowel professioneel als in haar persoonlijke leven.
    Volgens haarzelf heeft haar depressiviteit hoogstwaarschijnlijk deels een genetische basis, want
    haar grootouders beiderzijds hadden psychiatrische problemen.
    Met haar televisie-optreden wilde Selah Sue een statement maken over de effectiviteit van antidepressiva en
    zich weren tegen de mening van onder meer de Amerikaanse professor Irving Kirsch die stelt
    dat placebo's en antidepressiva een vergelijkbaar effect sorteren.’

    https://nl.wikipedia.org/wiki/Erato_(muze) , https://nl.wikipedia.org/wiki/Kalliope_(muze) ,
    Over Selah Sue : https://nl.wikipedia.org/wiki/Selah_Sue
    Over Elizabeth Gilbert : https://nl.wikipedia.org/wiki/Elizabeth_Gilbert
    Over het boek Big Magic: https://en.wikipedia.org/wiki/Elizabeth_Gilbert#Big_Magic

    19-11-2019 om 21:51 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    17-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.032. schip 04 brief 07

    1980-06-20-vr, Sakaide, Shikoku Island, Japan

    Dag Mama en Papa, 

    ’k Heb hier zojuist uw brief ontvangen en ben nu druk bezig elke Japanner die ik hier aan boord tegen
    het frêle gele lijf loop te feliciteren met de vioolcapaciteiten van zijn landgenoot. Dit doe ik met 
    de nodige bescheidenheid want ikzelf heb het nog niet verder gebracht dan eerste viool.

            De koningin Elisabethwedstrijd in 1980 werd gewonnen door een Japanner,  
            ene Yuzuko Horigome zegt Wikipedia.
           
    Moeder, wilt ge aub de volgende brieven typen ipv met de hand te schrijven.

    Staat daar geen groot blinkend elektrisch schrijftoestel in Brussel? Nee? Zoja, waarom
    maakt ge daar dan niet gaarne en dankbaar gebruik van?
    Leg me dat eens uit, vertel me dat eens?
    Medam heeft daar alle modern comfort, maar neen, hoe primitiever, hoe liever.

    Ik heb voor alle dames in de familie een kimono gekocht. Zo geen nepzijden–pseudo geval
    met bloemen en vogels in de schreeuwerigste kleuren. Neen neen, driewerf neen.
    Het zijn katoenen sobere gevallen,
    allemaal blauw met wit.
    Mediums voor ons ma en mij, large voor de lange zussen.

    Als we dan eens iets te vieren hebben en altegader gezellig bijeen zitten kruipen we allemaal
    in zo’n Japans geval en dat vinden we dan heel plezant … maar nee, ik denk dat ze
    als zomerpeignoir gaan dienst doen. Bij mij toch.

    Ze hebben allemaal een verschillende tekening, dus moeten we geen ruzie maken.
    En kiezen moogt ge ook niet, want dat heb ik al gedaan. Zo van : Ôoo, dit is iets voor Tina.
    En : Jááá! Dit moet ons ma dragen, da’s hare stijl, en hij past goed bij de gordijnen.
    En: Kíjk! Een donkere! Die kan goed tegen hondenpoten, dus die is voor Laura.
    Ge ziet, er zijn geldige criteria voor mijn keuzes.
    Voor vader en schoonbroers ligt er nog niks in de schuif, maar dat komt wel. Mijn schuif is groot. 

    Dat Toppié aan de Averechste begonnen is, is goed nieuws. Ik had daar ook veel vroeger moeten aan beginnen. 

            In de eerste zin gaat averechts over een breisteek.
            In de tweede zin zit weer verdoken venijn. 
            Daar wordt gezegd dat ik veel te lang meegaand gebleven ben,
            ik had veel jonger al averechts moeten doen, gaan dwarsliggen.

    Dat de winkel in Asse opgedoekt is, moet ik daar nu HOEZEE over roepen of OWEE?

    Als gellie content zijt dat hij toe & gesloten & gedaan is, dan ben ik ook content.
    Dan zit gellie nu opnieuw alletwee samen in Brussel? Dat gaat weer vonken geven zeg.
    Ik zie en ruik en hoor de brandlucht al. 

            Toen ik dat zinnetje over die vonken las, schoot ik luid in een lach. 
            LM kwam kijken wat er te beleven viel. Niks. Gewoon een vaststelling:
            van op een klein eilandje in Japan, dierf ik wel hé, daar zouden ze me niet vinden.
            Sommige brieven zijn tegelijk liefdevol en genadeloos. 
            Het fictief scenario dat hieronder staat, is nog brutaler. 
            Maar ik laat niks weg van het blog, want dan doe ik aan zelfcensuur en dawillewe-ní. 

            Fictief scenario:
     
    Zo in de periode van de eerste en de plechtige communicanten (dat is in deze periode van het jaar zeker?)

    komt er een medam binnen die meter is van een gelukkige zesjarige en ze komt Pink Floyd halen
    want haar zoon heeft gezegd dat dat goeie muziek is.

    Haar zoon heeft dat gezegd hé, dochters zeggen zo geen domme dingen.

    En ons ma verkoopt de Pink Floyd (alsof we dat in huis hadden) aan xyz fr.
    Onze pa voelt zijn missionarisbloed eerst borrelen, dan koken en dan stomen totter overflow,
    maakt de bijna gedane koop ongedaan en stuurt het mens naar huis met een
    pedagogisch-didactisch verantwoorde plaat die maar drie keer zo weinig kost en
    waar Paula Semer en Herman Niels (de vertellers van de kindersprookjes)
    op den duur nog meer aan verdienen dan hij.
    Wat heet zaken doen? Zorg dat ge geen zorgen hebt. (maak geen ruzie, bedoelde ik waarschijnlijk)
    Want doktoors zijn ook maar mensen, ongeacht hoeveel ge betaalt, de Pink Floyd-poen of de Semer&Niels-recette.
    Hoe duur mag de kist zijn?

    De dochter van de zuster van mijn collega had kanker. Ze is gestorven op 25 mei. 22j.
    Op 1 juni had ze een brief gekregen van 22 mei, waarin stond dat ze zich thuis aan het ergste verwachtten.
    Het ergste is ondertussen gebeurd. Ogenschijnlijk houdt ze zich goed maar ik verwacht de klop als we terug op zee zijn.
    Voor de moment is er genoeg dat de aandacht afleidt.
    Gelukkig vaart ze met haar man en is ze niet alleen, moest het moeilijk worden.

    Ik zoek me suf naar prettiger nieuws. Met mij is alles okiedokie, fijn, in orde, oké. Is dat voldoende goed nieuws? 

    Als ik dit intijds bij de marco wil krijgen moet ik zoetjesaan gaan want het is al 15h15 en ik moet nog
    helemaal naar boven en daarna weer naar beneden en dan beginnen werken, of minstens aanwezig zijn.
    Veel zin heb ik vandaag niet, maar ja, plicht roept. Niet luid, maar toch.
    En daarbij, mijn blad is bijna vol.

    Misschien zijn we eind augustus thuis. Het enige wat wij hier zeker weten is dat we na Sakaide weer naar Long Beach gaan
    en verder weten we het ook niet. Misschien Europe. Let’s hope. 

    Ik wordt moe. Zelfs als ik ’s avonds vroeg ga slapen ben ik ’s morgens nog moe.
    Niet het opstaan levert problemen, maar de dag doorkomen met een redelijke productiviteit.
    Ik lig er gewoonlijk om 20h in, slaap tot 05h30, wip uit mijn bed,
    was en plas, begin mijn dag, en om 10h ben ik al hondsmoe. ’t Zal wel aan de voeding liggen, maar toch,
    Zes maanden is genoeg voor een mensengestel. En voor de bovenkamer ook. 

    Allez, nog twee maanden en ik monster af.
    Dikke kussen en tot in augustus.

    17-11-2019 om 16:17 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    16-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.031. schip 04 brief 06

    1980-06-06-vr, op zee

    Dag Pa en Ma,

    Voorlopig hou ik het toch goed vol hé, elke dag een blad typen. ’t Is toch al de tweede dag!
    Het blad is nog niet vol, maar dat komt, seffes. Ik zit hier met een probleem dat om een oplossing schreeuwt:
    BESTAAT ER IN BELGIË EEN WAGNER CLUB EN ZO JA, WELK IS HET ALDRES VAN HUN CLUBHUIS.
    Ik beweer dat er een Wagner vereniging is en de chef machien beweert dat ze dat in België niet kennen.
    Laat me die discussie nu niet verliezen, stuur me subito presto adressen en telefoonnummers,
    al was het in de provincie Luxemburg. Laat het een Waalse club zijn, maar stuur me een club.

           In België bestaan verschillende Wagner verenigingen zegt google maar in 1980
           was er nog geen google natuurlijk en of ik ooit gegevens heb doorgekregen weet ik niet meer.

    In de States heb ik bandjes opgenomen en daar staat curieuze muziek op, bijna klassiek en precies toch niet.
    Ik denk dat het een uitvloeisel van immigrantenmuziek is. En mooi hoor.
    Bon, nu ga ik een groot stuk bruin papier pikken om tegen mijn schot te plakken.
    Er hangt er al een, maar dat is boezjevol. (boezjevol = Brussels voor helemaal vol)
    Als ge er nog iets op wilt krijgen moet ge plat op uw buik gaan liggen.

    De rol papier staat in de laundry en ik ga er van profiteren dat iedereen siësta houdt.
    Behalve dan de mannen die van wacht zijn en het volk van deck, maar die zijn allemaal aan het werk.
    Dus ga ik nu mijn slag slaan. Dan kan ik weer filosofietjes op het schot kribbelen.

    Tijdens de zaterdagse inspectie vergaapt de staf zich aan dat stuk wandpapier, maar ik zorg
    dat ik in de buurt ben dan durven ze niet te lang staan neuzen.
    Want het is hier allemaal niet gelijk hoe of wa zenne.

    Mijn collega heeft slecht nieuws gehad in Panama, de dochter (22j) van haar zus heeft kanker.
    Dat wisten ze al, maar nu is het plots veel erger geworden. Ik kan er in komen dat ze soms erg afwezig is.
    Ik heb ook een zus met een dochter van binnenkort 7 jaar (Toppiéke) en binnen 15 jaar ook 22. Jong hé.

    1980-06-08-zo, op zee
     
    Gisteren is de dochter van mijn collega getrouwd.

            Achteraf bekeken : waarom
            trouwt een dochter terwijl haar ma op zee is? Vreemd.

    Dat was natuurlijk een reden om feest te vieren. De cdt had de bar ter beschikking gesteld,

    en iedereen kon zich weerom komen volgieten. We hebben hier regelmatig bar-avonden met deze ouwe.
    maar het moet binnen de perken blijven ... 'Ja kaptein'.

            En ’s anderendaags voor mij bijkomend werk met
            opruimen, glazen wassen en stofzuigen. Feest!

    Iedereen blijft binnen de perken want hier wordt
    niet gemoord, geen brand gesticht, niet verkracht en niet gestolen. (er is wél gestolen, later)
    Vechten doen we ook niet, toch niet in de bar tenminste.

    Het gedoe begint om 20h en om 22h is elk om beurt eens giftig geweest.
    Het doet me soms denken aan de aflevering uit De Collega’s, waar een feest ontaardt in een zielige braspartij.
    Nu was het gisteren wel rustig in de hoek waar ik mij geïnstalleerd had, maar een beetje verderop
    waren gevallen van blikvergiftiging.
    Er was er ook ene neig over zijn toeren aan het gaan. Triestig hoor,
    want die jongen heeft redenen te over om raar te doen, problemen met emmerkes.
    Maar het feit dát hij raar doet, dat wordt hem niet vergeven.
    Voor de rest , oôo, voor de rest begrijpen 'wij' alles, alleen niet dat iemand kan tilt slaan.
    Owee, ik wordt er soms mottig van. (van die dubbele maatstaven)

    En roddel! Wat moet een mens daar aan doen? Ergens anders gaan werken? Het is OVERAL zo.
    ‘Schuilen kan nog wel, ik weet alleen niet waar.’

            Met OVERAL bedoelde ik daar waarschijnlijk dat het toen op elk schip zo was,
            want ik was toen niet van plan de koopvaardij te verlaten om elders, in een andere branche te gaan schuilen.


    Zodus, de dag dat ík misschien eens tilt sla, maken ze mij ook af. Prettig vooruitzicht is dat.
    Er zal niemand rechtstaan om mij uit mijn schamelheid overeind te helpen.

    16-11-2019 om 04:47 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.030. schip 04 brief 05

    1980-06-04, op zee
     
    Dag Pa en Ma,

    ’k Had in Port Norfolk (Virginia, USA) nog efkes de kans om een brief mee te geven
    met de mannen van de bunkerboot. Dat was een brief voor Laura en Dee.
    Weet ge hoe ik die gepost heb? Naast het schip ligt de bunkerboot, maar vele lager natuurlijk.
    Nu moesten de leveringsbons en stalen van de fuel naar boven komen. 

            fuel = HFO, Heavy Fuel Oil ofte zware stookolie, bunkeren = brandstof innemen 
            bunkerboat of bunkerbarge = de platte schuit die de brandstof brengt om onze tanks te vullen.

    Daarvoor gebruiken ze een emmer aan een touw. Ikke aan deck een van die mannen gaan roepen daar beneden.

    - Hey, Hello! Could you mail a letter for me?
    - Sure! antwoordde die stoere bink.
    Wij weer naar achter, hij op zijn barge en ik op het schip.
    Emmer naar beneden gelaten met daarin 1 brief, daarop gespeten met 1 kopspeld 1 USD en
    daarbij twee Belgische Pils voor de moeite. (nu totáál ondenkbaar, bier transfereren)
    Zeg nu nog dat er geen postboeien bestaan. Dat is nogal iets anders dan een brief zomaar in de bus keilen hé,

    dit is tenminste bericht-van-overzee-naar huis-verzenden! Kortom, ik was er puur van onder de indruk.
    In de verte lag Norfok te flonkeren in de donkerte. Mooi. Het was stil en het stonk naar fuel.
    - Got it! riep de man.
    - Thank You! riep ik.
    De brief zal wel wat vettig zijn, want de emmer was niet al te proper, maar dat is allemaal puur bijzaak.

    Eergisteren kwamen twee mecaniciens niet aan tafel. Dat betekent dus dat er ‘iets’ is in het machien.
    Dat kan van alles betekenen hé.
    (maar het is zeker geen akkefietje, als iemand daardoor op zee niet aan tafel kan komen)
    Later heb ik gehoord dat er twee enorme lekken waren in het koelsysteem.
    Het koelsysteem werkt op zeewater en daar is er genoeg van voor iedereen,
    maar al dat water spoot in het machien, en dat was niet zo goed. Al een geluk dat het overdag gebeurd is.

    Al dat water zou ’s nachts zo eens moeten lopen, naar delen van 't machien waar niks nat en niks koud mag worden.
    Dan lagen we op ons gat !
    Op-ons-gat-liggen wil zeggen dat het machien gestopt is en dat ze het niet meer gestart krijgen.
    De chef was in alle staten, alleen al bij het gedacht wat er had kunnen gebeurd zijn.

    Nu zit die lek, schijnt het, op een plek waar ze er moeilijk kunnen aan werken.
    Er is hier een slimme die al héél lang vaart en die heeft voorgesteld om de zwoord
    van de grote stukken spek af te snijden en die rond de pijp te draaien. Naar het schijnt
    zou een simpele varkenshuid beter bestand zijn tegen afkoelen en opwarmen en daarbij,
    er zijn geen dunne rubberlappen aan boord.

    Eigenlijk is heel dat probleem absoluut niet het onze, maar wij moeten wel
    werken voor de mensen die er een zorgelijke kop van krijgen.
    En als het departement machien met fronsrimpels aan tafel zit, 6 man
    dat de helft van de mess, dan is de sfeer ver zoek natuurlijk.
    Dan hing er een bedrukte sfeer, bedoelde ik waarschijnlijk.

    Het enige dat ge kunt doen is nog eens met de koffie rondgaan of

    wat extra dessertjes brengen, maar het glimlachske dat ge als antwoord krijgt, is maar triestigskes.

    Ze hebben het blijkbaar in orde gekregen, want we varen nog. Stel u voor dat ze ons moesten komen slepen.

    We zijn al vier dagen van de kust weg. Hoeveel een zeesleper per dag kost weet ik niet,
    maar aan het gezicht van de chef te zien is het vreselijk duur.
    En ga het achteraf maar eens uitleggen op den bureau. (de rederij)

    Reactie van iemand met veel consideratie : ze worden ervoor betaald. (om het op te lossen)

    Dat was een antwoord dat me bijna achteruit deed stuiken:

    hoe kan iemand zo koel staan tegenover zoveel ontreddering.
    Ze kijken als kleine kinderen die troost verwachten!
    Het lijkt nonnenpraat maar het komt er uiteindelijk op neer :
    een glimlach en een vriendelijk woordje voor die mannen.

    En het brengt nog op ook, want als ge later eens een verlengdraad of een nieuwe TL nodig hebt,
    of er lekt een kraan, dan komt dat in orde binnen de 24 hrs.
    Voor wat hoort wat, anders blijft de mutuel niet duren … eh, uiteindelijk is het weer keiharde ruil?
    Men oogst wat men gezaaid heeft en zo. Meestal houden de mensen zich aan die spelregels.

    Ik zit hier maar beschouwingen te verkopen ipv feiten te vertellen, maar dat
    heeft ook weer zijn reden. Als ik alles in detail wil melden, dan moet ik een boek schrijven.

    En dat idee was toen al afgevoerd. Helemaal.

    Het eerste schip denkt men dat al dat nieuwe, als die verwondering, als die belevenissen
    absoluut moeten te boek gesteld worden, want zoiets mag men de mensheid toch niet onthouden!

    Het tweede schip beseft men dat men bijlange nog niet alles meegemaakt heeft
    en dat er niet overal een Yvonne aanwezig is om raad te vragen en dat men
    zelf eerst de finesses van de interacties moet onder de knie hebben.

    Het derde schip beseft men dat het boek zou bol staan van de zelfcensuur,
    want lang niet alles is geschikt voor publicatie. Absoluut niet.
    - Maar dat boek schrijven we tóch! zei Claire.
    - ??.
    - En dan worden we rijk van het zwijggeld, om het niét te publiceren.

    Dat was een hele geruststelling, dat we rijk zouden worden.
    Het boek had zelfs al een titel: De Romantiek van den Achterpiek.
    Omdat op de achterpiek (the poop) de vuilbakken staan. Toen nog geen nette gesloten containers
    zoals we ze nu kennen aan de wal, maar open ouwe olievaten. Die titel moest aanduiden
    dat er niks romantisch aan was om zich ’s avonds in de maneschijn naar het achterdek te begeven. Integendeel.
    Wij begaven ons in die stank om ons vuilnisbakje te legen.

    We verzamelden wel verhalen voor ons boek. Maar nooit op papier.
    Dus ge weet het hé : de Romantiek van den Achterpiek, hét boek dat nooit geschreven werd.

    16-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    15-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.029. Tomas de Soete

    te gast bij Wim Helsen ~ Tomas de Soete
    met een gedicht van Annie M.G. Schmidt

               Dit is de spin Sebastiaan. 
            Het is niet goed met hem gegaan. 

            LUISTER!

            Hij zei tot alle and’re spinnen: 
            Vreemd, ik weet niet wat ik heb, 
            maar ik krijg zo’n drang van binnen 
            tot het weven van een web. 

            Zeiden alle and’re spinnen: 
            O, Sebastiaan, nee, Sebastiaan, 
            kom Sebastiaan, laat dat nou, 
            wou je aan een web beginnen 
            in die vreselijke kou? 

            Zei Sebastiaan tot de spinnen: 
            ’t Web hoeft niet zo groot te zijn, 
            ’t hoeft niet buiten, ’t kan ook binnen 
            ergens achter een gordijn. 

            Zeiden alle and’re spinnen: 
            O, Sebastiaan, nee, Sebastiaan, 
            toe, Sebastiaan, toom je in! 
            Het is zo gevaarlijk binnen, 
            zo gevaarlijk voor een spin. 

            Zei Sebastiaan eigenzinnig: 
            Nee, de Drang is mij te groot. 
            Zeiden alle and’ren innig: 
            Sebastiaan, dit wordt je dood… 
            O, o, o, Sebastiaan! 
            Het is niet goed met hem gegaan. 

            Door het raam klom hij naar binnen. 
            Eigenzinnig! En niet bang. 
            Zeiden alle and’re spinnen: 
            Kijk, daar gaat hij met zijn Drang! 

            PAUZE 

            Na een poosje werd toen even 
            dit berichtje doorgegeven: 
            Binnen werd een moord gepleegd. 
            Sebastiaan is opgeveegd. 
     

                Afbeeldingsresultaat voor tomas de soete
                    
                De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            de Soete in gesprek met Helsen :
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a11/
            11min22 

    Dit is een klassieker natuurlijk. En ik heb het gedicht al beter weten voordragen, minder in cadans,
    want deze voordracht was op het randje van de school-presentatie, af en toe kwam het dreuntje er zelfs door.

    Dit is maar 1 mening natuurlijk, er zijn er miljoenen andere.
    Op school dreunden wij ook hoor, maar dit is een voordracht door een volwassene die ervaring heeft en
    vertrouwd is met gesproken tekstwerk.

    Toen wij het gedicht op school moesten leren, kende ik de inhoud van het woord drang nog niet.
    Terwijl ik soms toch al de ‘onweerstaanbare’ drang naar een koekje kende en ik met Tina
    soms halsbrekende toeren uithaalde om bij de koekedoos te raken.

    Het is wel de eerste keer dat ik een volwassen bespreking van het gedicht hoor.

    Dat overmoed bestraft wordt … ? Die gedachte weerleggen zou een vertrekpunt kunnen zijn voor

    een aantal romans, novellen en gedegen geschriften over belangrijke uitvindingen die ons nu
    een comfortabel leven bieden, om dat een iemand die drang gevolgd heeft, overmoedig geweest is
    en dat met het leven betaald heeft, maar wij hebben nu wel dat vaccin. Of luchtvaart. Of … enzovoort.
    Er zijn nog voorbeelden van pioniers die het met hun leven bekocht hebben, maar
    waren zij de overmoedigen of waren zij de dapperen op wiens werk anderen konden verder bouwen?

    ’k Ben aan het uitweiden, ’k ga het zo laten.

    Over Tomas de Soete : https://nl.wikipedia.org/wiki/Tomas_De_Soete
    Over Annie M.G. Schmidt : https://nl.wikipedia.org/wiki/Annie_M.G._Schmidt

    15-11-2019 om 07:50 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.028c memorie 03

    over stuurman Knorrepot ~ zomer 1979, Long Beach, Ca.

    Nu noem ik hem wel stuurman Knorrepot, maar hij was een zeer sociaalvoelend mens hoor.
    Niet sociabel in de omgang misschien, geen strijkages,
    maar wel iemand met een zeer fijn gevoel voor wat mag en kan, voor wat billijk en recht is. 

    Zo had hij gedaan gekregen dat de kaptein hem met de lifeboat een veerdienstje liet doen naar de wal.
    We lagen voor twee weken op anker bij Long Beach (Californië), ongeveer anderhalve mijl uit de kust.
    Nu is zoiets totaal ondenkbaar, dat een schip op anker een eigen sloep gebruikt
    om bemanning naar de wal te varen, maar in '79 of '80 kon dat soort dingen nog.
    Mits toestemming van de kaptein natuurlijk, vermits het ging over een sloep van het schip. 

    De stuurman voer op aanvraag om 13h, na het middageten, naar de wal.
    Met de lifeboat. En met als vast bemanningslid de 4de mecanicien, want
    volgens de voorschriften moest er een werktuigkundige aan boord van de sloep zijn.
    Of die jongen met evenveel enthousiasme als de 1ste stuur meedeed weet ik niet meer.
    Waarschijnlijk wel, in een Californische zon tijdens de werkuren zo wat heen en weer tuffen
    en er nog voor betaald worden ook … altijd beter dan in 't Machien staan sleutelen. 

    Vanaf dag 1 stonden Nooke en ik gereed om mee te gaan.
    Niet om aan de wal te blijven, daarvoor hadden we onze twee uren middagrust te zeer nodig,
    maar om te mogen meetuffen met de sloep. Zomaar, gewoon voor de verandering.
    Soms met onze schort nog aan stonden we al te wachten bij de gangway
    want het water vanuit de sloep gezien is veel meer 'water' dan van daar boven aan boord. 

    Soms dook er al eens een zeehondje met mooie ogen op, het kwam piepen en verdween weer.
    Dat boottochtje was voor ons de belevenis van de dag.
    Na de heen en terug van ongeveer een half uur
    konden we met zout op onze huid elk aan onze siëste beginnen.  

    Op een keer
    -'k ging na de middagservice het vuilnisbakje van de pantry naar het achterdek brengen-
    zag ik in de verte dat de sloep aan het terugkomen was. Hoe? Was de stuurman al voor 12h vertrokken?
    Daarom hadden we hem en de 4de mec niet aan tafel gehad!
    Gelukkig stond er voldoende te eten in de frigo van de pantry. 

    Ja, die keer was hij vroeger vertrokken, hij had de helft van zijn matrozen een namiddag vrij gegeven.
    Die mannen stonden te springen en na de douche waren ze vertrokken. 
    Nu was het 13h en de sloep met stuurman en 4de mec lag daar in de verte te dobberen.
    De sloep was nog het open model, in hout, met ook mast en zeil aan boord, in geval. En dit was een geval. 

    Ik zag de 1ste stuur en de 4de mecanicien staan sukkelen met die mast en met de lappen oranje zeil.
    De mast was toen nog in hout. Zwaar spul dus, geen vlot hanteerbare kunststof.
    En het zeil was nog in zeildoek. Ook zwaar spul, geen synthetisch lichtgewicht.
    Stuur en 4de probeerden de mast recht te zetten.
    Toen die met veel comedy-achtige toestanden eindelijk bleef staan,
    moest het zeil nog gemonteerd worden én gehesen. 

    "Zie ze doen, zie ze doen …" dacht ik en ik ging met het leeg vuilnisbakje terug naar binnen.
    Nooke vroeg waar ik zo lang gebleven was.
    "De stuur probeert te zeilen, zei ik, hij denkt dat die houten lifeboat zijn jacht is."
    Wat bleek achteraf : de 4de mecanicien, de junior van de machine-officieren, had sinds dagen
    het dieselreservoir niet bijgevuld en bij het terugkeren naar boord was de sloep zonder brandstof gevallen.
    En de stuurman, die zichzelf een zeiler noemde want hij had thuis een zeilboot,
    stond niet alleen te vechten met het zware zeilmateriaal van de lifeboat, hij kon er ook niet mee zeilen.

    Rond 15h pas waren ze terug aan boord. Uitgehongerd, verdorst, serieus verbrand door de zon
    en in een rothumeur voor twee volle dagen.
    Zo, dacht ik, dat weten we dan ook weeral. ALTIJD drinkwater meenemen.

    HiH-05/2017, bijgewerkt, blog 02-09/2019

    15-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.028b memorie 02

    nog over de vogel en zo

             “Het moet een machtig groot dier geweest zijn met zo een vleugelwijdte.
            Heb je ooit geweten welke vogel het was ?” CvT

    'k Heb op 't Net nog wat verder gezocht over die grote zeevogel van toen aan boord.
    Zijn spanwijdte van 150 cm schatte ik naar mijn eigen spanwijdte.
    Die is nu, van vingertip tot vingertop -nagemeten door LM- 162 cm.
    Misschien was het vroeger een paar cm meer, toen mijn gewrichten jonger waren.

    De fregatvogel heeft een gevorkte staart. Die mogen we uitsluiten want
    ik herinner me geen gevorkte staart en we hadden
    er nochtans goed zicht op, op de achterkant van de vogel want
    'k herinner me wel de spectaculaire spuit ontlasting
    die op de kledij over de benen in de sandalen van de 1ste stuur droop.
    Dat ging zeer plots en zeer snel maar ik herinner me geen gevorkte staart.

    wiki   Afbeeldingsresultaat voor fregatvogel birdbeauty birdbeauty

    Daarom denk ik nu dat het misschien een vogel van de gentensoort was,
    140 tot 175 cm spanwijdte, naargelang de soort.

    vara  Afbeeldingsresultaat voor fregatvogel birdbeauty    Afbeeldingsresultaat voor jan van gent  zoom.nl

    De vogel in kwestie had ook meer wit dan een fregatvogel.
    Het was geen blauwvoet, daar ben ik zeker van, blauwe poten zou ik onthouden hebben.
    Maar hij had veel meer wit dan een fregatvogel, dat wel.
    Daarom denk ik nu dat het mogelijk een vogel van de gentensoort was.
    Jammer dat ik geen eigen foto's van het dier heb.
    Ik besefte toen niet dat we iets biezonders meemaakten.

    PS : achteraf heeft CC me laten weten dat het mogelijk toch een blauwvoet was, maar dan een juveniel, een jonkie.
    De poten worden pas blauw wanneer de vogel volwassen is. Dan zit ik met een nieuw probleem, we vaarden niet
    in het leefgebied van de blauwvoet. https://nl.wikipedia.org/wiki/Blauwvoetgent#Verspreiding

    HiH-05/2017, blog 02-07/2019 - https://nl.wikipedia.org/wiki/Genten_(vogels) , https://nl.wikipedia.org/wiki/Fregatvogels

           “Tegen drieën was alles gewassen en gestreken,
            kwam dat door de wind dat het zo vlug droogde
            of hadden jullie daar materiaal voor?” CvT

    Het was bij de koopvaardij, CvT, vrachtvaarders dus.
    Schepen met een bemanning van 22 of meer mensen. Er is dus wasgelegenheid in het kasteel. 
    Soms één grote laundry, soms twee middelgrote. Daarin staan industriële wasmachines en drogers,
    te vergelijken met de bakbeesten die men in een wasserette ziet, laadvermogen van 7 tot 10 kg. 
    Op sommige schepen is op de woonverdiepingen ook een kleinere laundry voorzien.
    Daar staan de wasmachines en drogers van de gewone huishoudcapaciteit, van 5 tot 7 kg.

    Het hemdje en de short van de stuurman hebben we onder stromend water gespoeld en
    dan op 40° gewassen, kort programma, dat duurt ongeveer 20 minuten.
    Die twee stuks drogen was ook snel gebeurd en strijken was er haast niet aan. 

    De was aan deck laten drogen zou ik niet doen hoor.
    Er hangt zout in de lucht en die zoutkristallen drogen in de kledij. Dat schuurt de huid kapot.
    Binnenschippers doen of deden het wel, de was aan deck drogen.
    Maar zij varen op binnenwateren, op zoet water. Groot verschil. 

    Verder is het deck een werkomgeving. Daar wordt gebikt, geverfd, gevet en met water gespoten.
    Er wervelt ook regelmatig roet naar beneden. Men weet nooit van waar het gevaar komt.
    Beginners doen het wel eens hoor, iets tegen de reling aan het kasteel te drogen hangen.
    Na één keer stoppen ze daar meestal mee. 

    Nu denk ik er ineens aan, dat er ooit schepen geweest zijn -CMB schepen nog wel-
    waar ze een en ander waren vergeten op te nemen in het ontwerp van het schip.
    De OBO- schepen (OBO = Oil Bulk Ore). Drie zusterschepen waren dat.
    Daar was men oa de laundry vergeten in plannen. Tot daar aan toe, zou men denken.
    Maar die plannen werden niet verbeterd, ze werden zo goedgekeurd 
    en die schepen zijn zo gebouwd geworden ook. Alledrié!

    Drié keer over dezelfde steen vallen? Dat kan toch niet?
    Jawel, dat kan wel.
    Ik heb op alle drie die schepen gevaren.
    Ik heb die knoeiboel in de accommodatie elke dag van dichtbij meegemaakt. 
    Da's een verhaal apart. Niet grappig. In tegendeel. 

    HiH-05/2017, nagekeken, blog02-07/2019

    15-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.028a memorie 01

    een vrije vogel


    Ergens in '79 of '80 was een grote vogel aan deck geland.
    Hoe dat kwam wisten we niet,
    oceaanvogels blijven toch maanden lang in de lucht zweven zonder te landen? 

    Matrozen hadden hem in een kruiwagen binnen gebracht
    want de deckplaat buiten kan overdag tot 60°C warm worden.
    Binnen ontfermde de 1ste stuurman zich over het dier.
    De vogel had indrukwekkende zwemvliezen maar zijn poten waren wel zeer kort.
    Duidelijk te kort om met rennen voldoende snelheid te halen en
    zijn gewicht te doen opstijgen van op een vlakke ondergrond. 

    In een afgedekte grote kartonnen doos uit het magazijn liet de 1ste stuurman
    de vogel aan deck rusten in de schaduw van het kasteel.
    Kasteel, zo heette de bewoning vroeger. Nu klinkt het minder groots 
    nu heet de bovenbouw van een vrachtschip gewoon 'accommodation'. 

    's Namiddags zou hij het vogelgevaarte lanceren van op de stuurboordwing.
    De wings zijn de buitenvleugels van het brugdeck, het hoogste werkdek. 
    Dat schip had geen lift en zo'n zware beest via de binnentrappen naar boven brengen,
    daar was geen denken aan. De doos had trouwens niet door de deur van de brug gekund,
    zo groot was de doos met die vogel in.
    En het dier mocht onderweg naar boven zo eens onrustig worden.
    Dat konden we binnen de bewoning niet hebben. 
    Via de buitentrappen kon de doos ook niet mee naar boven, die trappen zijn tamelijk smal. 

            Zet uw handen in de lenden en kijk van ellenboog naar ellenboog, 
            dat is ongeveer de breedte van een buitentrap aan boord van een vrachtschip. 
            Laat nu uw handen zakken, daar staan de leuningen. 
            Die afmetingen en maten hebben een reden, maar de breedte van de buitentrappen 
            is  dus niet voorzien voor transport van grote dozen met daarin zware vogels. 

    Daarom zou de vogel zonder doos naar boven gebracht worden en liefst die dag nog,
    want het dier moest van hoog in de lucht kunnen jagen op vis in het water.
    Zo'n beest moet af en toe kunnen eten of het verzwakt. 

    De 1ste stuur nam de vogel uit de doos en de collega en ik zouden de stuurman begeleiden,
    want wij waren de enigen die vrij hadden tsn 13h en 15h (service coupé).
    Er wachtten ons vier smalle, steile trappen en de 1ste stuur had zijn beide handen nodig om de vogel te dragen. 
    Nooke en ik waren een en al bezorgdheid, de bek van de vogel zag er levensgevaarlijk uit.
    Toen hij de vogel uit de doos wou nemen :
    - Draag hem met de bek van u weg stuurman, zei Nooke.
    - Jaja, met de staart naar u ! zei ik al even bekommerd.
    - Draai hem opzij, weg van uw ogen.
    En andere sombere praat want dit werd waarlijk een expeditie. 

    Nooke zou vóór hem lopen en ik zou achter hem lopen.
    Zij om het pad aan te kondigen,
    want de vogel was zo groot dat de stuurman niet kon zien waar hij zijn voeten zette.
    Ik volgde achteraan, om hem eventueel op te vangen in geval van misstap.
    Alsof ik daar sterk genoeg voor was.

    Zo togen wij in een stoetje van drie de vier trappen op.
    Nooke en ik nog in ons net werktenue van de middagservice, de stuur in short, zomerhemdje en open sandalen.
    Geen van ons drie droeg de werkkledij voor aan deck.  

    En onze begeleidende commentaren gingen verder,
    de man zag niet waar hij liep en wij waren daar toch om te helpen!
    Geheel ten dienste, dat was toen onze slogan.
    Maar dat zag de stuurman anders want hij werd het beu om bij elke stap
    voor en achter waarschuwende woordjes te horen. De ondankbare vent.
    Het is aan boord toch een van de richtlijnen: kijk waar ge uw voeten zet.
    En omdat hij door de grote vogel niet zag waar hij zijn voeten zette
    had hij ons toch meegevraagd in het klimproject?
    Wat deden wij dan verkeerd? Wij deden gewoon wat hij gevraagd had. 

    Halverwege de twee de trap begon de situatie hem op de zenuwen te werken.
    En op mijn zenuwen ook want zijn gevloek stak me al danig tegen.
    Uiteindelijk waren wíj het die hem met die vogel hadden opgescheept … wabliefteru Stuur?
    Waar waren zijn matrozen, nu het er op aan kwam? 
    Maar ik kon het onmogelijk afbollen,
    stel dat hij achterover gestuikt zou zijn bij het volgend stampje van het schip.
    Hij had immers geen hand aan de reling. Zo'n situatie verlaat men niet. Men blijft erbij. 

    Vooraan bleef Nooke hem gidsen, achteraan bleef ik hem steunen,
    in het midden bleef de stuurman vloeken met
    in zijn armen een vogel die zeer rustig bleef.
    Zo hadden we nog een aantal smalle trappen te doen. 

    'k Vond dat hij met zijn gesakker en gevloek wel wat van ons geduld vroeg.
    Maar zo lang we op de trap waren kon ik daar niks over zeggen.  

    Na moeizame minuten kwamen we boven.
    Hij bracht de vogel naar de reling van de stuurboordwing en daar
    zag en rook de vogel zijn eigen leefwereld, de ruime lucht.
    Hij spreidde zijn vleugels, dat was zeer indrukwekkend.
    De spanwijdte was misschien wel anderhalve meter.
    Nog nooit had ik zo'n grote vogel van dichtbij gezien. 

    foto van 't Net Afbeeldingsresultaat voor Jan-van-gent  

    En tegelijk ontlastte de vogel zich, ook zeer indrukwekkend,
    op de kledij, de benen en de sandalen van de 1ste stuur. 

    Weer binnen en beneden gekomen moesten Nooke en ik
    op de vloer gaan zitten om te bekomen van het lachen. Wat een plezante vogel was dat.
    Alsof hij al het gesakker verstaan & begrepen had en No & mij wou laten weten
    dat de 1ste stuur het toch niet in zijn eentje gekund had, hem een lancée bieden. 

    Terwijl de stuurman in de douche stond om de dankbaarheid van de vogel weg te wassen
    zijn No en ik zijn tenue gaan wegplukken, want die vogeldinges zou wel eens gaten kunnen branden in textiel.
    Om 15h lag de kledij van stuurman-knorrepot weer op de plaats.
    Gedroogd en gestreken want 'able and willig' stond hoog in ons vaandel.
    Op het einde van de maand had hij een extra-uur op ons blad genoteerd. 

    Hij was niet veel van zeggen, die stuur, maar dat was die vogel ook niet hé.
    Of dit nu nog echt grappig is weet ik niet,
    maar Nooke en ik hebben toen wel minuten lang beneden op de vloer zitten lachen.
    Misschien was het gewoon decompressie, dat kan ook, opluchting dat de expeditie goed verlopen was.

    HiH-05/2017, bijgewerkt, blog 02-07/2019, https://nl.wikipedia.org/wiki/Jan-van-gent

    15-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.028. schip 04 brief 04

    1980-02-23-za, Long Beach, California

    Dag Make, dag Pake, 

    We gaan vanavond bij zeeboei op anker en morgenvroeg tegen de kaai.
    Ik hoop dat de agent weer heel veel post meebrengt voor mij.
    Met elke brief lach ik mij een kriek of twee en wanneer ik genoeg krieken heb
    draag ik ze naar de 2de kok/bakker en die bakt er dan een taartje rond voor mij.

    Erg lekker, zo vers.
    Bon, ik denk dat ik ook zeekolder krijg.
    Er is hier ene die het nogal erg zitten heeft.

    Zou het besmettelijk zijn? Het is die arme sukkel zijn eerste reis. Het ging allemaal goed
    tot er een paar minder mooie dagen kwamen. Vannacht moet het weeral erg geweest zijn want
    ze hebben een andere wakker gemaakt om zijn wacht te lopen.
    Ik denk niet dat die jongen nog zal (mogen) varen. Niet dat ge om te varen zo’n harde moet zijn hoor.

    Integendeel, ik denk dat ge er verschrikkelijk soepel moet voor zijn.
    Af en toe voel ik eens aan mijn rug of er nog een graat in zit.
    En van dat JA zeggen en NEE doen of denken, waar onze pa vroeger de kripse van kreeg,
    awel hé, daar heb ik hier al heel veel baat bij gehad. De gedachten zijn vrij, ♫ !

    Verder gaat alles zijn gangetje.
    Voor het ogenblik vaar ik op een laag toerental, in een lage versnelling, want
    voor het moment heb ik shiftitis. Dat is een aandoening door het tijdsverschil.
    Op onmogelijke momenten heb ik honger, behalve tijdens het etensuur.
    Op de gekste ogenblikken krijg ik vaak, zonder echt moe te zijn.

    Want vermits we vóóruit shiftten (richting oost varen wil dat zeggen) werd tijdens de oversteek
    om de twee dagen de klok 1h vooruit gezet en dan ben ik een uur vroeger gaan slapen.

    Dat helpt niet.
    Als ze me ’s morgens vragen, zijt ge al wakker, antwoord ik : nee, maar ik ben al op.
    Nu kunt ge zeggen dat ik thuis ook niet de vinnigste was ’s morgens vroeg, maar aan boord is dat wél het geval.
    EN NU NIET LACHEN, WANT DIT IS DE HEUSE WAARHEID.
    Aan boord ben ik des ochtends mee van de vinnigsten. Bon, ik hou er over op want ik hoor ulle denken :
    amai, want moet de rest dan zijn!
    Met ulle is niet te klappen …

    'k Ga nu de tafels dekken want het is 11h20 en mijn etenstijd is dus voorbij. Tot straks.

    Piep, here we are again. 13h03 en de service is voorbij.
    Ik denk dat heel het schip zot is vandaag. Allemaal hebben ze walkoorts.
    Als ze een streep land gezien hebben slaan ze door. Vooral de stuurmannen.
    En de anderen evengoed, eigenlijk.
    De TV stond aan en ze hingen er tegen geplakt. Erg gezellig. En als ge in de mess-matrozen iemand komt zoeken
    of iets komt vragen sist iedereen SSSTTT! Omdat ze zitten te kijken naar tekenfilmpjes van Superman. Móói!

    'k Heb hier juist een klassieke zender gevonden op FM, allemaal violins, 'k ben benieuwd van wie het werk is.
    Nogal romantisch en Slavisch klinkt het.

    De overtocht van Japan naar hier is rustig verlopen, buiten die paar dagen storm.
    Toen waren er golven van ± 15m en ik was efkes zeeziek volgens de regels van de kunst,
    met bleek worden en braken en heel de hutsekluts comme ik faut.
    Maar dat is geleden leed. 

    Ik ga ermee ophouden want ik ga een beetje siësten.
    Slaapwel en tot schrijfs.
     

    15-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    14-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.027. Jitske vd Veire

    te gast bij Wim Helsen ~ Jitske Van de Veire
    met 'Joepie!'  van Marthe Laureys

               ik kleed mijn slaapkamermuur aan met plaatjes 
            om zo mezelf de wereld uit te puzzelen 
            laag over laag over hoge verwachtingen 
            ondertussen strijk ik mijn persoonlijkheid 
            uit over internetquizjes

            ‘zat jij al eens met je benen open voor de spiegel?’ 
            ik durf ze de waarheid niet te vertellen
            en voel het glas weer een beetje breken 
            nog even en ik lig in miljoenen stukjes over de speelplaats verspreid

            op weg naar huis struikel ik over mijn eigen veters
            ik had nog nooit zo graag een slaapkamermuur willen zijn

                Afbeeldingsresultaat voor jitske van de veire   

                De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje! 
            Van de Veire in gesprek met Helsen :
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a10/ 
            09min40

    Ze leest de tekst veel te snel naar mijn zin. Het had iets trager gemogen.
    Gelukkig is het programma ondertiteld!

    Over genderdiversiteit heb ik ooit een documentaire gezien, hoe soepel ze daar mee omgaan in Thailand.
    En die mentale souplesse zou te maken hebben met het Boeddhisme, een zeer tolerante filosofie met
    de bijbehorende gedragscode. In Thailand is 94% van de bevolking boeddhist, zegt wiki.
    Die documentaire kwam niet van dure studies van professoren of universiteiten,
    ze bracht het dagelijks leven in beeld op het platteland.

    Op YouTube staat van alles over gender diversiteit,

    maar niks van de documentaire die ik bedoel.
    Wat ik wel gevonden heb is een artikel in Wikipedia waarin alle gendercategorieën een definitie krijgen.
    Het woord categorie is waarschijnlijk fout, want het staat daar nogal vastomlijnd en
    in de dagelijkse werkelijkheid blijft allemaal zeer fluïde, als ik me goed herinner.
    https://en.wikipedia.org/wiki/Gender_identities_in_Thailand

    Over Jitske Van de Veire - onder elke foto verder lezen hoor :
    https://zizomag.be/interviews/peter-en-jitske-van-de-veire-zo-vader-zo-dochter-angst-om-jezelf-te-zijn-helemaal-niet-nodig
    Over het thema : https://en.wikipedia.org/wiki/Non-binary_gender
    Over het tijdschrift : https://nl.wikipedia.org/wiki/Joepie

    14-11-2019 om 07:39 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.026. ship 04 brief 03b

             nog altijd vierde schip, derde brief, vervolg

    1980-02-09-za, Chiba, Japan - vervolg

    Vandaag wisten mensen hier te vertellen dat er dingen aan de gang zijn tsn Rusland en de USA.
    Er waren hier betogingen maar wat er precies gebeurt weet niemand.
    De Japanners hier spreken bijna geen Engels en niemand van ons spreekt een letter Japans.
    (behalve ene, die was hier in zijn jonge jaren bijna getrouwd)

    Plezant is dat, ik voel mij hier een analfabeet, want door het schrift worden we niks wijzer.
    Moesten we het schrift kunnen lezen, zouden we al rap leren van de opschriften en de reclames.
    Dat was in Algerije en Egypte ook een probleem. Ge weet nooit wat er op de deur staat:
    uitgang of wc of verboden toegang. Zo moeten de gastarbeiders bij ons zich ook voelen.

            Toen werd het woord gastarbeider nog gebruikt?

    Winkelen hier is een marteling. Geef mij maar meer westerse landen.
    Nuja, varen is ook niet dé manier om een idee te krijgen van een land.
    Wij doén landen, maar wij zién er geen.  

            Die visie heb ik achteraf ook moeten bijstellen hoor.
            We werden niet afgeleid door de façades van een land, door de toeristenfuiken.
            Wij zaten midden in de coulissen! En daar valt veel te zien en te beleven.

    Als ge nu van mijn cabine buiten kijkt zouden we evengoed in Bremen kunnen liggen.
    Enkel de opschriften, daaraan ziet ge dat het Oosterse graansilo’s zijn.
    Ik wou dat we naar Zuid-Amerika gingen.

    We hebben sinds een week een nieuwe ouwe. (ergens in een Japanse haven aan boord gekomen?)
    De vorige was een neurotisch geval, een detailmaniak. En over de grote problemen mocht hij vallen,

    hij zag ze nog niet. Un précieux ridicule, een snob van het poverste soort
    met een schrijnend gebrek aan savoir-vivre en savoir-faire.

    De kaptein is weg, lang leve de kaptein.
    De vorige is waarschijnlijk vertrokken met het idee dat de bemanning hem mist. Dat ook nog.
    Hij heeft teveel boekskes gelezen denk ik.
    Môja, met zo’n Russische naam en met een kleine d … hij heeft waarschijnlijk nog niet van de Potemkin gehoord.
    De deze is een kwieke democraat. Heeft op een week tijd het boeltje gereorganiseerd.
    Hij heeft de chef (die van ons) de sleutels van de bierlocker doen afgeven. Hij controleert alles,
    tot groot ongenoegen van die van ons. En wat een opluchting voor ons hé, nu is er tenminste iemand
    die weet dat het werk goed gedaan wordt en als er iets niet of slecht gedaan wordt, WAAROM dat zo is.
    Tot hiertoe waren wij de wezenkindjes aan boord. Iedereen heeft een baas, behalve wij, wij hebben een kwal.
    Ik moet ophouden met zagen over die sukkel. Hij is onbekwaam en hij weet het.
    Dat zijn de gevaarlijksten. (De gefrustreerden, de nijdigaards bedoelde ik toen waarschijnlijk).

    Ik zal eens optellen hoeveel keer ik in vier maanden tijd aan de wal geweest ben. Dan hebt ge een idee.
    3x in Egypte, één keer naar Luxor en 2x gaan zwemmen.
    4x in Canada. Daar lagen we vlak tegen het stadje.
    3x in New Orleans.
    1x in Japan.
    Dat is 11 maal en ondertussen moet het werk gedaan zijn. Dat zijn dus geen 11 verlofdagen.
    Telkens maar voor een paar uurkes. Ofwel tijdens de siëste, ofwel ’s avond na de werkuren.
    Qua vrije tijd zijn wij het slechts bedeelde departement. Niet omdat we niet weg mogen,
    maar door de aard van het werk kunnen we gewoon niet. Eigenlijk vind ik dat niet zo erg hoor.
    Als ge ziet wat anderen doen met hun vrije tijd: geld gaan wegsmijten door de ramen van bordelen.
    Nu hebben di allemaal wel hun ramen en gordijnen goed toe.
    Ten eerste is het hier winter,
    ten tweede om al dat geld binnen te houden natuurlijk en
    ten derde om geen last te krijgen met de buren.

    Zeg, ik stop ermee. Ik ga de brief naar de marco dragen en dan ga ik mijn haar nog maar eens wassen
    om de fritgeur er uit te krijgen.
    Ik ben verdikt, het eten is hier te vettig. Mijn vel lijdt er ook onder.
    ’k Kan in de helft van mijn kleren niet meer in. Plezant is anders. Ik kom net de week rond.
    Als er vanzeleven weer waterbezuiniging afgekondigd wordt is bibi de peer.

    Ik heb al wat kledij bijgekocht en bijgekregen, maar het blijft nipt.
    Ik zal in de States eens wat losse flodders gaan kopen. (losse flodders = oversized T-shirts)

    Dag, veel kusjes en tot schrijfs in de volgende poort. m.

    14-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    13-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.025. Fatinha Ramos

    te gast bij Wim Helsen ~ Fatinha Ramos
    met Invictus van William Ernest Henley 

              Out of the night that covers me,
            Black as the pit from pole to pole,
            I thank whatever gods may be
            For my unconquerable soul.

            In the fell clutch of circumstance
            I have not winced nor cried aloud.
            Under the bludgeonings of chance
            My head is bloody, but unbowed.

            It matters not how strait the gate,
            How charged with punishments the scroll,
            I am the master of my fate,
            I am the captain of my soul.

               de derde strofe is hier van tussen gelaten? 

               Afbeeldingsresultaat voor fatinha ramos      Afbeeldingsresultaat voor fatinha ramos

               De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            Ramos in gesprek met Helsen :
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a9/
            11min14

    Wat een sterke uitzending. Het gedicht had voor mij op geen beter tijdstip kunnen komen in dit blog.
    Nu hebben Ramos en de dichter Henley het wel over fysiek lijden maar volgens mij
    kan het ook dienen in geval van psychische ellende. En toen had ze het ineens over Mandela, tja,
    dat was dan plots extréém psychische ellende.

    De slotzin vind ik zeer bruikbaar : I’m the captain of my soul. Al is het bij mij eerder de ruggegraat,
    ik blijf baas over mijn ruggegraat. Ik buig wel maar ik breek niet, want hij is gemaakt van riet.
    Veerkracht. 

    Zoiets kende ik vrij jong al, dank zij een van de fabels van Lafontaine : Le chène et le roseau, De eik en het riet.

    Buiten de prent hierboven, die vrolijke stad, vind ik Ramos' tekeningen niet echt aantrekkelijk,
    maar dat is een persoonlijke visie. Wél interessant is een geschreven interview, tweede link onderaan,
    daarin staat een zeer bruikbare gedachte die ik ondertussen al een eigen verwoording gegeven heb :
    'ik stop pas met bijleren wanneer ik stop met ademen'.
    Die zin zou op mijn gedenkplaatje mogen staan, gesteld dat ik zo'n plaatje nodig zou vinden.

    Over Fatinha Ramos : https://nl.wikipedia.org/wiki/Fatinha_Ramos  
    Interview
      : https://www.charliemag.be/mensen/fatinha-ramos/#0  
    Werk gevel stadhuis Antwerpen : https://www.youtube.com/watch?v=L1OACGy_R5E , 02min13 
    Over William Ernest Henley : https://en.wikipedia.org/wiki/William_Ernest_Henley 
    Over het gedicht : https://en.wikipedia.org/wiki/Invictus

    13-11-2019 om 17:35 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.024. schip 04 brief 03

    nog altijd vierde schip, derde brief 

    1980-02-09-za Chiba, Japan

    Duur’bren,

    ’k Heb t/m brief nr 12 ontvangen, een gele envelop, waarop geschreven staat: -12- of 11?
    Awel, dat is nr 12. Maar ik vind nr 1 niet. Ofwel heb ik die nooit ontvangen,
    (en er staat me iets van voor dat ik me toen afgevraagd heb waarom ons ma bij 2 begint te nummeren)
    ofwel ligt hij ergens in mijn schuif en dan moet ik hem vinden als ik bij gelegenheid eens opruim.
    ’k Ga hem nu niet zoeken, want deze brief moet morgen ten laatste afgegeven worden,
    bikoos wir fahren nach San Francisco. Mooi, zult ge zeggen, maar zo mooi is dat niet,
    want ik heb een paar foliekes gedaan en kan geen voorschotten op mijn loon meer krijgen de eerste maand. 

    Die foliekes waren drie blauwe parels voor mijn ma. Twee oorbollekes en een ring.
    Maar dat kon ik onmogelijk in die brief zetten hé, dan was de verrassing er af.
    Ze had blauwe ogen, dus vond ik dat het blauwe parels moesten zijn.

    Al goed dat ik het grootste deel naar huis stuur (op de bank laat zetten, wil dat zeggen)
    en dat de rederij het ander deel spaart. Ik had gehoopt dat we een lange overtocht zouden maken,
    desnoods naar Jakkamakka, zodat ik daar wat kon doen met poen,
    maar nu zijn we al binnen twee weken in San Fran en word ik gestraft met
    ‘aan boord blijven wegens geldgebrek’. Enfin,

    -hier laat ik een lege spatie voor een diepe gedachte- 

    wie … euh … moet op de blaren zitten.

    Ik zal wat trager poetsen en zeggen dat ik er niet kom met mijn werk en dan krijgen we weeral overtime.
    Leest ge dat goed, jaja dat is uw dochter die zo denkt. Bijna gelijk een echte werknemer.
    Want het is hier niet met meer te werken dat ge meer verdient. Ô kontrijr en ter contrarie.
    (Ik kan ook veel typfouten typen hé. 'Just gelijk haar moeder').

    Zeg pa, dat van alle dagen een stukske schrijven is goed gevonden hoor. Hebt ge alleen gevonden zeker?
    Awel hé, ik was al zoiets van plan, maar het is absoluut ondoenbaar.
    Schrijven wordt hier alleen gedaan als, ga nu zitten :
    - als het schip niet rolt (de helft van de vaardagen)
    - als we niet moeten uitgaan aan de wal (op de pare dagen)  larie
    -
    als we niet op bezoek gaan bij iemand in de cabine (2x per week)

    - als we niet omvallen van de vaak (als ge moest weten hoe dikwijls ik hier 
      om 20h30 in mijn bed lig, ge zoudt me niet geloven)
    - als ik mijne was niet moet doen (het lukt niet altijd om die tijdens de dag te doen)
    - als ik mijn nagels niet moet lakken (op de onpare dagen)  larie, complete larie
    - als ik geen volk op bezoek heb (gebeurt zelden, meestal ga ik ter plekke)
    - als ik geen zin heb om te lezen ( en lezen is de enige manier om met de gedachten van boord te geraken.
      Lezen doe ik zeker en vooral als er overdag ambras geweest is. En vermits hier nen truter rondloopt
      heb ik onder mijn hoofdkussen een boek gereed liggen). 

    Die truter is toevallig de chef-kok, tijdens de services onze baas. Gelukkig zijn er altijd bazen boven de baas.
    Tot zijn groot ongenoegen red ik mij nogal goed en Nooke nog beter.
    Maar ik word doodmoe van die vent. Ge moet constant op uw hoede zijn, anders krijgt ge het mes in de rug.
    ’k Zal er maar over ophouden. We maken er een sport van hem voor te zijn, en zo blijft het houdbaar.
    Alle geluk dat Noo en ik aan hetzelfde zeel kunnen trekken. Dat zeel is al versleten van er aan te trekken. 

    Ha ja, denk niet dat in niet over het schip wil schrijven maar sinds de boots van het eerste schip
    die 40 bladzijdes 'verloren' is betrouw ik niemand meer en vermits deze brief
    via mensen van het schip van boord gaat (bemanningsleden), blijf ik liever voorzichtig.
    Wat ik niet schrijf vertel ik later wel.

    Wanneer post via de scheepsagentuur van boord ging, betrouwde ik het wel.
    De situatie met de verdwenen 40 blz brief en die bootsman van het eerste schip schiet me nu weer te binnen.
    Dit verhaal gaat eigenlijk over het allereerste schip, niet over dit vierde schip.

    Kijk, voor mij is post heilig, en zeeliedenpost is absolúút heilig.
    Nu had dat vent me in het voorbijgaan al een aantal keren gevraagd wat ik toch altijd zat te typen.
    Of naar wie, of zoiets. Achteraf bekeken leek het meer op platte nieuwsgierigheid dan op welgemeende belangstelling.
    Maar er ging toen bij mij geen belletje rinkelen, ik was nog bleu op dat eerste schip. 

    Toen hij afmonsterde gaf ik een aantal enveloppen mee, met ruim voldoende geld voor de postzegels,
    en die brieven zijn nooit toegekomen. Op geen enkel adres.
    Nu, als een brief ergens niet toekomt, dat kan,
    maar als op geen enkel adres geen enkele brief toekomt, dan is er iets loos.
    En zo zijn er toen 40 blz verdwenen. 

    Toen ik dat ineen gepuzzeld had, dat niémand een brief ontvangen had, was ik witgloeiend.
    Ik met de trein naar Antwerpen, naar de Pool der Zeelieden. Ik vraag die boots zijn adres. Ik krijg dat adres.
    Er werd toen nog niet moeilijk gedaan over privacy en zo. Ik naar de Lijnwaadmarkt (binnenstad).
    In Antwerpen moest ik alles te voet doen, dus ik had de tijd om te bekoelen en mijn aanpak te overdenken. 

    De fluwelen aanpak (uit de lessen van Yvonne).
    Ik bel aan dat appartementsgebouw en hij zou naar beneden komen, zei hij door de parlofoon.
    Hij was zeer verbaasd me daar te zien staan. Toen ik hem voor mij had vroeg ik na de inleidende blabla
    of hij in de travel naar huis soms bagage kwijt geraakt was. Nee, niks kwijt.
    Geen handbagage ookni? Nee, ookni.
    "Dat is eigenaardig want mijn brieven zijn niet toegekomen. Bij niemand."

    En toen begon zijn blik te vluchten van links naar rechts en kon ik ongeveer vermoeden wat hij gedaan had.
    Platte nieuwsgierigheid hé! Hij had de brieven geopend en gelezen. En dan wordt er niks meer verzonden natuurlijk.
    Hij probeerde er zich nog uit te praten dat hij ze van uit de States verzonden had.
    "Van uit de luchthaven ginder? Met Belgisch geld?" Hij kon geen kant meer op.

    Ik heb hem recht in de ogen gekeken en alle minachting die ik in mijn lijf had lag in mijn blik.
    En had ik gedurfd dan had ik hem nog luidop een sukkel genoemd en
    een pft-spuwgebaartje naar zijn schoenen gemaakt. Helaas ben ik relatief goed opgevoed.

    13-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    12-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.023. Ilja L Pfeijfer

    te gast bij Wim Helsen ~ Ilja Leonard Pfeijffer
    met een tekst uit Habitus van Radna Fabias

              reisgids v

            de smakelijkste leugen is grootsheid er is
            de jachtclub er zijn
            cubaanse sigaren er is
            middelmatige doch vanwege de import prijzige whiskey en
            er is cognac

            de met overdadige hoeveelheden gezuiverd zeewater onderhouden golfresorts
            liggen als littekens
            in het natuurlijk landschap

            rode mensen en zij die daarbij willen horen
            worden in golfkarren rondgereden door volgens hun functie-eisen breed glimlachende
            negers

            voor de allerrijksten is er ook de leugen
            dat dat genoeg is
            die leugen moet u blijven kopen
            het raakt snel op het vult nooit echt
            maar omgekeerd naar uw valuta is dat geen geld

                Afbeeldingsresultaat voor ilja pfeijffer  

                De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            Pfeijffer in gesprek met Helsen : 
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a8/
            13min31

    Een fantastische voordracht, vind ik. Nuja, Pfeijffer is ook niet gelijk wie hé.
    In 2017, op vr-27/01 om precies te zijn, was Pfeijffer al eens te gast bij Winteruur.
    Hij bracht toen Awater van Martinus Nijhoff. 

    Wat hebben ze ginder bij Panenka, beginnen ze te recyleren ? (Panenka = het productiehuis)
    Waarom laten ze ons huidig nationaal monument, Jan Decleir eens niet komen?

    Toen hij Marc Van Eeghem verving en diens tekstkeuze bracht, omdat Van Eeghem overleden was,
    heeft Decleir duidelijk gezegd dat hij zeer graag wou komen als studiogast ‘en zelfs morgen al’.
    Dat was in 2018, op vr-22/12 om precies te zijn. In het derde seizoen.
    Nuja, misschien komt hij dit vijfde seizoen wel. Afwachten. 

    De datums zijn natuurlijk de datums dat ik die teksten op het blog geplaatst heb, de ochtend ná de uitzending.

    Een zeer interessant artikel is de tweede link onderaan, voor wie tijd heeft.
    Pfeijffer heeft het over Venetië en Amsterdam, maar het scenario kan ook dienen voor Brugge, bvb.

    Over Ilja Leonard Pfeijffer : https://nl.wikipedia.org/wiki/Ilja_Leonard_Pfeijffer ,
    https://www.hospitality-management.nl/ilja-leonard-pfeijffer-over-massatoerisme-airbnb-moet-verboden-worden-in-de-hotellerie-schuilt-de-oplossing 
    Over Radna Fabias : https://nl.wikipedia.org/wiki/Radna_Fabias 
    Over haar bundel : https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2019/03/18/radna-fabias/ !!!

    12-11-2019 om 09:32 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.022. schip 04 brief 02

    nog altijd vierde schip, tweede brief

                en deze brief is handgeschreven, mogelijk omdat het schip 
            tijdens de oversteek teveel rolde om te typen. 
            En aan mijn geschrift te zien is deze brief geschreven tegen de kaai, 
            ja, dat blijkt ook uit de tekst.
     

    1979-12-79, Port Alfred, Canada

    Dag Make,

    ’k Heb tot en met brief 6 ontvangen, met alle letters er nog op.
    Ik schrijf groot dan is het een vol blad dat ge van mij krijgt.
    Het schip heeft ± 7 dagen (en nachten) gerold. Amai wat een toestanden toen.
    We hebben hier servies en andere spullen zien 'vliegen'.
    Echt, de Noord-Atlantic in de winter is een belevenis.
    Enfin, nu gaan we naar New Orleans of zo (in alle geval de Golf van Mexico).
    Daar rolt het minder zeggen ze, Noord Atlantic of ni.
    Dan vind ik misschien de toetsen van mijn schrijfmachine.
    Deze brief moet nog mee met de 2de stuur die afmonstert, dus ik ben gehaast, want
    seffens gaat die brave jongen naar huis.
    Hij komt ulle allemaal drie kussen geven, dus ge weet het he.

             Ja natuurlijk rolt het in de Golf van Mexico minder, buiten het hurricane seizoen bedoel ik. 
            Al eens gezien hoe de schiereilanden Florida en Yucatan de golf afschermen van oceaangeweld?  
            Iedereen naar Google Earth nu, om die natuurlijke afscherming te bekijken.
            Het hurricane-geweld komt er uit de lucht, niet zozeer van de oceaan.

    Van mij alvast ook veel kussen.
    1 klein kusje voor onze pa, rap, want die heeft het zo vreselijk druk weer
    dat ge hem niet te lang moet bezig houden of storen met kussen van één die daar ergens rond zwalpt.
    Mama krijgt veel grote kussen. m.                                                                                          

                Vandaag vraag ik mij af waarom ik op 27-jarige leeftijd nog zo loyaal bleef tegenover die twee. 
            Ze hadden mij uitgebuit, allebei, en toen ik 20 was ben ik het thuis afgebold, om van hen weg te kunnen wonen.
            Daarbij liet ik mijn zussen in de steek. Vooral Laura, want Tina had zelf al iets bekokstoofd.
            Dat ik Laura toen in de steek gelaten heb, daar heb ik nu bij momenten nog diep, diep spijt van.

            Van zodra ze 20 was ben ik haar daar gaan buitenhalen.
            Toen was ik 27 en verdiende relatief goed mijn brood, dank zij de koopvaardij.
            Ik kon haar kost en inwoon garanderen en met haar studies vlotte het ook weer.

            Omdat men toen pas meerderjarig was op 21 jaar, moest ik garant staan.
            Natuurlijk stond ik garant! Ik had haar zeven jaar alleen gelaten bij die twee.
            Want Tina was ondertussen ook al weg, zij het op een totaal andere manier dan ik,
            meer woelig, meer drama.

            En toch schreef ik nog vriendelijke brieven naar die twee daar, naar père en mère.?
            Waarom snap ik nu niet meer. Echt niet.

            Later heb ik meer afstand genomen. En nog later, nog meer afstand.
            Ik heb een paar zwaar markante verhalen over het waarom & hoe maar
            'wat men oogst heeft men mogelijk zelf gezaaid' en dat hebben die twee 
            blijkbaar nooit willen onder ogen zien
            Zelf noemde ik het afstand nemen ‘psychologische zelfverdediging’. 

            Tja, met al mijn herinneringen bij dit ogenschijnlijk vriendelijk briefje 
            is deze tekst nu tóch wat zware kost geworden …

    12-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    11-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.021. schip 04 brief 01

    vierde schip, Safaga, Egypte, Rode Zee-zijde

     1979-10-16-di

    Piep!

    Ik kom juist uit de douche en ik zie dat Aline (niet die van vorig schip)
    nog altijd ijverig en blijkbaar geïnspireerd zit te schrijven. Toen dacht ik : ikke ook.
    Ijver genoeg en nu het papier in het machien zit heb ik geen inspiratie.
    Misschien moet ik haar gaan vragen of ze me een beetje wil helpen. 

    We zitten hier vlak tegen de woestijn (zandwoestijn) . Hier is niks. Nooit geweest ookni.
    Zelfs het landschap kan me niet imponeren want dat-heb-ik-al-gezien (Algerije). (steenwoestijn) 
    Zo jong en al blasé, tss, tss …

    Bon, ik zal maar al beginnen met die memorabele woensdagmorgen toen ik om 7h ben opgestaan.
    Ik heb gedoucht, ik het een volle pot koffie gezet, eventueel voor Kris V erbij.
    Toen heb ik al mijn was uit de wasmand genomen, heb dat keurig in plasticzakjes gepropt, mijn schoenen
    er bovenop gesmeten en daarna al mijn kleren en prullen die ik denk eventueel nodig te hebben,
    voor het geval het hier zou beginnen vriezen. Tussendoor heb ik nog een tweede kop koffie gedronken
    maar dat was de laatste want de pot heb ik omgestoten en alles lekte op de bureau en op de vloer
    en ik heb dus nog veel gekuist.
    Toen pak en zak gereed stonden heb ik alle kleren van de gangkast maar aan de kapstok gehangen
    want ik kreeg de koperen stang niet weer op zijn plaats. Elke keer dat ik dacht dat hij goed zat
    en er kleren begon aan te hangen, kletterde hij er terug uit. Na veel keer bedacht ik
    dat ik het in alle gemoedsrust zo mocht laten.

    Toen wou ik nog een afwasje doen, bedacht dat ik misschien nog meer schade zou aanrichten
    en besloot dat het veiliger was dat afwasje te laten staan : dat loopt niet weg.

    Dat is een van de weinige keren dat het bagage maken zo chaotisch verlopen is hoor.
    ’k Had liefst dat ze drie dagen tevoren al kant-en-klaar gereed stond, zodat ik
    een tijdsbuffer had voor de eventualiteiten van de laatste minuut. Want die zijn er. Altijd.

    Kris V was er om 09h30 stipt, dat wel, maar een beetje vloeibaar nog. Ze waren die namiddag blijven zitten
    tot het avond en nog later was geworden. Gelukkig had hij dat bierkaartje op zijn dashboard zitten,
    anders was hij zeker zonder mij naar Zaventem gereden. We staan daar om 09h45, een uur te vroeg.
    Ik heb voor 400 fr boeken gekocht en ben beginnen lezen.
    Maj Sjöwall en Per Wahlöö, het was zo spannend dat ik de groep bijna miste.
    Kris V was al lang naar zijn werk. (Sabena)

    We beginnen daar aan te schuiven, 15 man onder wie 3 vrouwen.
    De enigen die ik kende waren Aline van op de Pool der Zeelieden en Fernadez van op vorig schip.

    In de taxfree shop koop ik 1 slof sigaretten en een flesje Saint Laurent. Een paar dagen later merkte ik
    dat de marconiste (zij is de derde vrouw aan boord) hetzelfde merk op haar tabletje heeft staan.
    Miljaar, en ik vond al een paar dagen dat ze een verschrikkelijk opdringerig geurtje verspreidde.

    Hopelijk wandel ik niet zo te walmen door de gangen. Alleyways, bedoel ik.
    Ik heb het scheepsjargon nog niet helemaal weer onder de knie.

    Nuja, zij gebruikt een spuitbus deodorant en ik den authentieke parfum.
    Het verschil zit hem in de kwaliteit. Ik kan het mij vanavond permitteren
    zo pretentieus te doen binnen de beslotenheid van mijn schotten, omdat ik mijn teennagels gelakt heb.
    Baccararood. Ziet er ook duur uit.

    Dat 1ste contract daar aan boord heeft 5 maanden en 17 dagen geduurd,
    en in al die tijd heb ik dat parfum niet meer gebruikt.
    Toen het schip in Rotterdam kwam heb ik een tweede contract getekend,
    dat heeft 4 maanden en 29 dagen gelopen. Toen hadden we een andere marco en
    vond ik dat ik het parfum mocht gebruiken, het was Rive Gauche. 

    De reis hierheen : Vliegtuig naar Rome. Overstappen, sleuren met bagage.
    Athene. Braaf blijven zitten, niet roken in Athene. Triestige stad.
    Cairo. Om middernacht lag ik in bed.
    Om 04h werden we gewekt, om 07h opstijgen en om 12h waren we in Safaga.

    Allemaal den Atlas pakken nu. En zoek gelijk op waar Luxor en Karnak liggen
    want volgende zondag maken we een uitstap.

    A propos, we liggen hier nog een maand, zegt den ouwe. Maar ja, ouwes zeggen soms zoveel.
     
    1979-10-24-wo

    Verder ben ik nog niet geraakt, we weten geeneens waar de reis naartoe gaat.
    We liggen hier nu al 14 dagen tegen de kaai.
    Lang leve Zuid-Amerika, hier is niks. Ginder wel!

    Dat er 'niks' te zien was in Safaga (zandwoestijn) heb ik vrij snel moeten herzien.
    Toen ik aan het landschap begon te wennen
    zag ik dingen die ik tevoren niet zag omdat ik er over keek.

    https://nl.wikipedia.org/wiki/Sj%C3%B6wall_%26_Wahl%C3%B6%C3%B6

    11-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    10-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.020. overspoeld

    overspoeld door herinneringen

    Mensen Lief,

    ’k Zou gisteren over het derde schip nog wat uitleg schrijven, maar dat is anders uitgedraaid.
    Dat is eigenlijk grandioos mislukt. Voorlopig. De teksten die tussen 019 en 020 staan zijn geantidateerd.
    Daardoor lijkt tekst 20 nu in feite naast de kwestie, want het hiaat wordt/is opgevuld.


    Door die ene brief uit 1979 kwamen zoveel herinneringen boven dat het tolde in mijn bovenkamer.

    Mooie herinneringen en donkere. En het zijn er vooral véél. En die vechten allemaal om voorrang.
    Uiteindelijk is er stof om een 20-tal teksten te schrijven over dat derde schip.
    Bestaat dat, een omgekeerde writer's block? Niet het gebrek aan materiaal, maar een teveel aan materiaal.

    LM gisteren was blij dat hij voor een ganse namiddag de deur uit kon -hij ging naar een bijeenkomst- want
    ik babbelde de ene herinnering na de andere aan mekaar, ik ratelde maar door en die staccato stoorde hem.
    Toen hij de deur uit was beterde het niet, ik liep hier te ijsberen met de handen in het haar (letterlijk)
    om mijn gedachten op orde te krijgen. Wat natuurlijk niet lukte. Teveel hooi op mijn vork. 

    En vannacht scheen het licht in die duisternis, in die chaos : een beetje afstand nemen.
    Het hoeft niet elke dag over een schip te gaan, anders wordt dit blog een blog-aan-mijn-been
    en daar wordt niemand blij van, van zo’n dwangmatig parcours.
    Well, ik alleszins niet. En de lezer/correspondent ook niet, want die voelt dat. 

    Nu ben ik blij dat gisteren voorbij is.
    Dit is echt een moeilijk blog hoor. Bij de vorige twee had ik een strak schema en een al even strakke methode,
    dus de teksten en de ochtendmail werden intijds geserveerd. Nu niet meer, nu is alles meer fluïde
    en ik weet nog niet of ik mezelf daarmee kan verzoenen. Afwachten.
    Gelukkig is er het Winteruur met Wim Helsen, de tekst-hapjes, de woorden-tapas
    die ons naar een nieuw denk-decor brengen. Toch fijn dat die verbindingsstreepjes bestaan he.

    Over decor gesproken, is het u ook opgevallen hoe ongemakkelijk de mensen zitten op die sofa?
    De zitting is te groot, te ver van de ruggesteun. Iemand daar heeft die ergens van de zolder bij oma gehaald
    en naar de studio gebracht. Het decor heeft iets weg van een studentenkot uit de jaren 70.
    Het programma is namelijk een low-budget productie.
    Dat vind ik prima, en van mij mogen ze zo nog 100 jaar doorgaan,
    maar ze zouden een meer comfortabele sofa moeten vinden,
    want ik krijg plaatsvervangende rugpijn wanneer ik een aflevering bekijk.
    En ik kijk elke aflevering minstens drie keer. Ge moet niet vragen hoe na 3x mijn rug zich dan voelt.
    Bij de Kringwinkel staan toch goedkope sofa's, mét zitcomfort !

    https://en.wikipedia.org/wiki/Writer%27s_block

    10-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    08-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.019g memorie 07

    Na de stop in Antwerpen was er een hoop nieuwe bemanningsleden & een lading nieuwe passagiers aan boord
    en ik was blij verbaasd dat de man van de Duitse recherche en zijn Indonesische dame weer een reis meegingen.
    Dat ze een zwak hadden voor Zuid-Amerika hadden snap ik wel, maar er waren toch andere, betere schepen in de vaart,
    schepen met meer personeel, dus meer service en vooral meer comfort? 

    Eindelijk was chef steward ofte maître d’hôtel GB er! Na ongeveer tien weken met AK was zijn aanwezigheid alleen al
    voor mij een verademing op voorhand, en we hadden nog geen centimeter gevaren.
    Zoals Yvonne had Claire me verteld dat men van GB veel kon leren. En ik geloofde haar, want
    zij kende wel zeven of tien manieren van servietten vouwen. Allemaal van GB geleerd.
    Dat was al de tweede aanbeveling, ik had er werkelijk goede moed in. 

    De vervangster van Claire was Eline. Bij haar had ik direct mijn bedenkingen. Ze was klein en rank van gestalte.
    Bij iemand van die gestalte zou men een bepaald soort vinnigheid verwachten, maar ze had iets over zich dat ik
    loom & sloom zou noemen. Alsof de job geen inzet vereiste. Oelala, dan wist ze nog niet op welk schip ze beland was.
    In haar manier van praten ook, een beetje krachteloos. Alsof ze al wist wat het leven haar nog zou aandoen.
    Op een of andere manier kwam er bij mij geen sympathie voor Eline, het leek wel of ze niet van 't vak was … 

            In het begin van de tweede reis op dat schip, had ik een eigenaardige droom. Die hield geen steek en ging zo: 
            Er was iets gebeurd met een van mijn zussen. Daardoor moest Claire afmonsteren. 
            Ilse (de stewardess van bij de officieren) kwam bij de cabine en zei 
            "Ik heb wat boterhammekes voor u gesmeerd, want het zal nog lang duren eer ge eten krijgt."
            Een dwaze droom weeral. Met mijn zussen was niks aan de hand en Claire was al vervangen door Eline. 

    Op een keer zat Eline bij mij in de cabine en toen ik mijn kleerkast opende zei ze : amai, gij hebt veel truien bij.
    Het zou toen mei geweest zijn, volgens mijn officieel zeevaartboek.
    Ja, ik had een paar truien bij, want dit was lijnvaart en de lijn was Zuid-Amerika, daar zou het in mei herfst worden 
    en bij aankomt in de meest zuidelijke havens zou het al winter zijn.
    "Hoe, zei Eline, we gaan toch naar het zuiden?"
    De moed zakte mij in de slippers en verdampte en verdween via de ventilatie.
    Wee mij, Poseidon en Neptunus, wat hebt gelle nu aan boord gegooid!
    Niet alleen was ze traag in doen en praten, maar in denken ook nog? Getver, getver …
    Volgens Eline was het : hoe meer zuid, hoe warmer. Punt.
    Jahaa! Dan zou op de Zuidpool geen ijs liggen, zouden er geen pinguïns wonen,
    dan zou het daar twee keer zo warm zijn als op de evenaar, een vlammende hel? Welwelwel!

    'k Heb voorzichtig geprobeerd haar uit te leggen dat het 'hoe dichter naar de evenaar, hoe warmer' was.
    Die formulering geldt zowel voor het noordelijk als voor het zuidelijk halfrond.
    Maar het kopke moet nog meewillen ook hé, en daar lag de knoop.

    Op het zuidelijk halfrond richting ZUID varen, betekent richting koude varen. KOUDE. Naar de Zuidpool.
    Op het zuidelijk halfrond richting NOORD varen, betekent richting warmte varen. WARMTE. Naar de Evenaar.
    Mogelijk heb ik het toen zo gelaten want ik … ja waarschijnlijk heb ik het toen zo gelaten. 
    Hoe de samenwerking tijdens de service-uren verliep weet ik niet meer en
    tijdens onderhoudsuren werkten we afzonderlijk.

    Op een dag tijdens de kleine reis, waarschijnlijk in Bremen, stond ik de laundry van de passagiers
    te schrobben en ineens hoorde ik een luid scherp geluid komen van elders,
    een geluid dat zich ritmisch bleef & bleef herhalen. Het was geen van de alarmen die ik kende,
    en ik kende ze allemaal, want de alarmen worden op elk schip elke week getest.
    't Zou dus wel iets voor de mecaniciens zijn. 'k Sloot de deur van de laundry en werkte verder.

    Na een tijd stond chef GB daar :
    - Ha! Hiér zijt gij! Hebt ge dat niet gehoord?
    - Dat alarm? Ja Chef, was dat voor ons misschien?
    - Nee! Dat was Eline. Haar jongste broer heeft zelfmoord gepleegd.
    Ah bon, dat was dat ritmisch geluid, het was gegil. Dat had ik niet herkend als gegil.
    De akoestiek aan boord haalt soms rare toeren uit.  

    Voor de avondservice stonden de chef en ik er alleen voor.
    Hij had Ilse naar boven gesommeerd voor de afwas. Wéér gesakker in de pantry,
    terwijl ze daar toch twee overuren mee verdiende. Maar 't ging over het prestige.
    Toen ik aanmonsterde had ze gehoopt dat zij wegens haar anciënniteit aan boord
    naar boven zou 'gepromoveerd' worden en dat ik als nieuwkomer een deck lager
    bij de officieren zou gezet worden, samen met een cabineboy als collega.
    Chef AK moet daar op voorhand al anders over gedacht hebben,
    welke maatstaven hij daarbij hanteerde weet ik niet, en
    chef GB volgde die lijn,
    waarom weet ik ook niet. Daardoor stond Ilse nog altijd downstairs.

    Wat ze mij kwalijk nam. Zodra ik tijd had tussen twee gangen kwam ik braaf mee afdrogen.
    Maar afdrogen was blijkbaar niet braaf genoeg, het gesakker ging door. Tot chef GB in de pantry kwam
    om via de parlofoon de volgende gang te bestellen aan bij de keuken. Toen viel Ilse telkens stil. 

    Chef GB zei bij elke bericht tegen kok GR : "Quand vous voulez chef!" Dwz : laat maar komen.
    En kok GR antwoordde dan "Oui, patron". De dialoog bestond uit vaste verbale signalen.

    Het had iets van een ritueel, het was haast rustgevend. 

            Die avond heb ik voorgesteld aan chef GB om met Ilse van job te veranderen,
            maar daar was geen sprake van. Terwijl ik zo graag van die betalende cliënten en hun loetekes
            weg geweest was. Ik werk best voor mensen die werken, dié hebben recht op mijn diensten.
            Dát was mijn job. Niet die chichi in de vervallen glorie van een armtierig interieur.
     

    08-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.019f memorie 06

    Het vervelende aan herinneringen is dat ze niet in chronologische volgorde komen.

    Hier nog een herinneringetje over dat 3de schip. In een van de Zuid-Amerikaanse havens,

    ik denk dat het Buenos Aires was, hadden we op de verdieping van de passagiers een watchman. Een wachter.
    Niet een gewapende militair, maar een nette oudere heer in pak, die rustig de drie alleyways op en af wandelde
    en regelmatig maté liep te zuigen uit een kleine mooi bewerkte calebas met een elegant zilveren rietje.
    Eerder een gastheer dan een veiligheidsagent.
    Of hij gewapend was weet ik niet, daar was ik toen nog niet bekommerd om.
    Over maté + foto calebas : https://nl.wikipedia.org/wiki/Mat%C3%A9_(drank) 

            Die man liep daar wel rond maar hij kon niet in de drie alleyways tegelijk zijn. En ik was door de aard van mijn job
           ongeveer overál tegelijk, bij wijze van spreken. Regelmatig zag ik een foreman de trap opkomen en
           die vroeg dan telkens naar el capitano. Waarop ik hem de weg wees naar de cabine van de kaptein.
           Een foreman is de ploegbaas van een ploeg dokwerkers. En er waren verschillende ploegen aan het werk.
           Zo ging het misschien een keer of zeven of acht die dag. ’s Avonds hoorde Claire tijdens de service dat de kaptein
           verwonderd was dat hij zoveel foremen aan de deur van zijn cabine gehad had, terwijl die toch een trap lager,
           bij de 1ste stuur moeten zijn. Claire vroeg mij of ík het was die al die mannen naar de kaptein gestuurd had.
           Ah ja, natuurlijk, die mannen vroegen toch naar el capitano …
           Ow, ow, ow, El Capitano betekent daar de 1ste stuurman! De kaptein wordt er El Commandante genoemd.
           Tja, het werd hoogtijd dat ik eens Spaans ging leren, maar wélk Spaans?

    Dat ik gisteren die uitleg over de woontorens van Santos gevonden heb, 40 jaren nadat ik ze gezien heb,
    daar ben ik vandaag nog blij mee. Als een mens maar tijd van wachten heeft hé. Vroeg of laat wordt iets wel duidelijk.
    In dit geval 40 jaar na datum. Ja, sinds gisteren nog altijd een beetje blij.
    Na Santos vaarden we naar Rotterdam. Twee of drie dagen voor aankomst werd het hondje ziek van het rauw vlees
    dat die twee verlichte geesten haar gegeven hadden. In R’dam mocht ik direct naar de dierenarts, veel werk of niet.
    Die cdt moet nogal zijn hand boven mijn hoofd gehouden hebben, dat ik zomaar de faciliteiten kreeg
    om tijdens de werkuren naar de dierenarts te gaan …

               Er schiet me plots nog iets te binnen over de vrouw van de 2de stuur, de mislukte Maryline Monroe.
            In Santos was ze naar de ochtendmarkt gegaan en had er voor haar en haar man (en haar kat)
            scampi’s of gamba’s gekocht en daarna was ze gaan winkelen, of gaan wandelen met haar honden.
            Met die scampi’s. In de blakke tropenzon. 
            Toen ze ermee aan boord kwam waren die beestjes al lang bedorven natuurlijk,
            maar de enige die dat niet door had was zij. Heel de alleyway stonk naar rottende zeewaren,
            en het rook er zo al naar haar honden en de kat. Iemand moet er haar toch op gewezen hebben
            dat er iets loos was en dat die rotte beesten overboord moesten. (Wat eigenlijk niet mag in haven.) 
            Jamaar, zei ze achteraf met een pruillip en op een jammertoontje, ze had ze toch direct in de frigo gelegd.
            Direct na aankoop? Zo vlug mogelijk weer aan boord met bederfbare waren?
            Of eerst nog enkele uren gaan flaneren in de tropenzon …

    In R’dam gingen de passagiers definitief van boord en werd er schoonschip gemaakt. Wat een rust. Een schip zonder
    menselijke lading, enkel de bemanning en de staff. Een zee van poetsuren en maar vier mensen te bedienen aan tafel.
    Schoonschip maken was werkelijk grote schoonmaak. Schotten afwassen, kasten uitwassen, matrassen eruit,
    beddebakken stofvrij maken, de ganse grote kuis dus. Zalig, zonder het tijdrovend gedoe van apéritief en pousse-café.
    De staff at veel soberder wanneer de lading naar huis was. De gewone scheepskost lijk wij allemaal. Maar wel
    opgediend met tafelzilver natuurlijk. The show must go on.

    In die week werd ook alle tafelzilver gepoetst. Wat een corvee. En zeggen dat er zoveel mooi inox bestek op de markt is.
    Maar de containerschepen waren aan het opkomen, en de schepen die stukgoed vervoerden, de schepen van het type
    general cargo dus, waren aan het verdwijnen. Daar werd niks meer geïnvesteerd, tenzij de hoogstnoodzakelijke dingen.
    En tafelzilver hoorde daar niet bij. Vandaar die vergane glorie in het armtierig interieur ook.
    Kok GR kwam opnieuw helpen met het zilver. Dat gaf moed, we hielden het tempo er in.

            Als dank voor zijn hulp gingen Claire en ik later die week mee poetsen in de koelkamers. 
            Voor mij was dat heel interessant, want ik was al wel vaak in koelkamers geweest, 
            maar ik had er nog nooit in gewerkt. 
            Bij die temperaturen werken was een aparte ervaring die later nog vaak van pas gekomen is. 

    De dag erna was álle tafelzilver volledig zwart. Er was die nacht aan deck een vat gevallen en lek geslagen.
    Welk vies product er in dat vat zat weet ik niet, maar ik weet wel dat ik de bootsman vervloekte.
    Waarschijnlijk zijn die vieze dampen via de ventilatie naar binnen gekomen, en gezond zullen ze niet geweest zijn.
    Met de moed der wanhoop zijn Claire en ik voor een tweede keer aan het zilverwerk begonnen.
    Kok GR kwam ons uit eigen vrije wil weer helpen, de goeie ziel.
    Denkt ge dat chef AK eens de handen uit de mouwen zou gestoken hebben? Denk dan maar vlug wat anders.
    Hij heeft Ilse, de collega van beneden bij de officieren naar bij ons boven gestuurd, en wij drie hebben haar gesakker
    enkele uren moeten aanhoren. Zoiets werkt op het gemoed natuurlijk en ik dénk dat er toen woorden gevallen zijn. 

    De volgende haven was Antwerpen. Daar gebeurde de crewchange, de bemanningswissel. Claire monsterde af.
    Persoonlijk vond ik dat erg. Maar ze had al twee contracten achter de rug en wie moe is moet naar huis.
    Ze had gezegd dat ze voor mij nog wel een reis wou blijven, en daar schrok ik van. ’k Heb geantwoord dat ze
    voor mij niet moest bijtekenen, want als er in die negen of tien weken van de komende reis iets zou tegenslaan,
    dan kon ik dat niet opvangen voor haar. Ik wou die verantwoordelijkheid ook niet, dat iemand voor mij zou bijtekenen.

    Het was er hard werken, vermoeiend ook. Door die vermoeienis verdween onze zonnige kant soms.
    Om de kameraadschap te bewaren, en de goede herinneringen, raadde ik haar aan om af te monsteren.
    Wat ze dan blijkbaar opgelucht deed. En in Antwerpen was ik haar kwijt.
    Maar daar was dan weer zoveel drukte en gedoe, dat ik pas op zee beseft heb dat Claire er niet meer was. 

    In Antwerpen werden we een dag of wat vervangen door de shoregang,
    ik bracht Pinjoef naar Laura, kwam terug aan boord en de volgende reis kon beginnen.
    Dit keer met Chef GD, de chef van wie men veel kon leren volgens Yvonne.
    Claire werd vervangen door Eline. Beneden in de keuken waren er ook vervangingen,
    de enigen die van de vorige ploeg overbleven waren kok GR en ik.

    08-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.019e memorie 05

            het strand van Ipanema, Rio

    Aan de Braziliaanse kusten heerst een strandcultuur,
    die eigenlijk een wandelende strandeconomie is, vooral een subcultuur.
    Claire en kok GR kenden de weg. En Pinjoef, als autochtoon, mocht ook mee.
    Ik droeg haar in een handdoek, want ze was nog te klein voor lange wandelingen en
    ik wou haar niet alleen aan boord laten terwijl ik vrij was. Die handdoek kwam van pas
    om haar te beschermen tegen het zeebriesje. 

    's Avonds togen wij in Rio opgetipt naar het strand van Ipanema. Hoe? Waren wij dan niet moe?
    Mogelijk wel, maar ik wou absoluut Ipanema gezien hebben omdat, eigenlijk stom hoor,

    omdat Cornelis Vreeswijk daar iets over zingt, als een inwoner van de achterbuurten, de Favelas.
    In die tekst vond ik toen zo'n rauwe passage in een ogenschijnlijk opgewekt liedje. Nu nog vind ik die lijnen grauw.

             "Tussen de Playa de Flamenco en het strand van Ipanema 
             wonen alle rijke mensen. Maar de arme lui van Rio 
             wonen hoog boven de rijken, ik woon op de hoogste berg. 
             De zon verbrandt, 't windje koelt. Daar is verdriet dat je niet voelt."

    Klank aan voor Samba de Maria, 1972 : https://www.youtube.com/watch?v=-6So3p9Ifds , 02min54
    Nog iemand die de berg afgaat naar het strand en daarbij óók recht voor zich uit blijft kijken, is
    The girl from Ipanema, 1962 : klank aan, https://www.youtube.com/watch?v=sVdaFQhS86E , 03min01

    Ik wou niet enkel naar Ipanema omdat ik die twee nummers kende,
    ik wou ook zien welke mixture van volk daar liep te flaneren en te floreren.
    Noem het een studie-uitstap naar een mensentuin. Eh?

    Gelukkig was GR er bij, een kleine potige kerel, want Claire en ik kregen als blonde bleke Westerlingen
    voorstellen van gigolo's bij de vleet. Dit was geen wandelen of flaneren of mensjes-kijken meer,
    dit had een sociologische documentaire kunnen zijn. Dus tóch een studie-uitstap in een mensentuin hé.
    Claire wou wat foto’s maken en toen ik aan de beurt was stelde ik voor om met mijn voeten in het water te gaan staan.
    Omdat het strand daar zo zacht afhelde bleef het water ondiep en trok ik verder & verder naar achter, tot ik
    kniehoog in het water stond. Dat was oké, maar eer Claire klaar was met het afstellen van haar fototoestel
    kwam er weer zo'n stille golf aan en plots was ik nat tot aan mijn middel en hoger, want ik had me voorover gebogen
    om Pinjoef te beschermen. Mijn haar was nat, kleren nat, de make-up leek op een clownsmasker zag ik later aan boord,
    maar de pup was droog gebleven.

    Zo nat kon ik niet blijven rondlopen, ik had droge kleren nodig, dus ging ik maar terug naar ’t schip.
    Alles bijeen was ik een uurtje van boord geweest, waarvan misschien 20 minuten op het strand van Ipanema.
    Of Claire die foto toen gemaakt heeft, heb ik eigenlijk nooit geweten. En ik ben het vergeten te vragen
    toen we mekaar tegen het lijf liepen in Antwerpen. Er kwamen toen andere herinneringen aan bod op dat terrasje. 

             "De benaming Ipanema komt van de indianen die daar vroeger woonden.
             Vrij vertaald betekent het 'vuil water'. Doordat de golven aan het strand van Ipanema pas laat breken,
             jaagt het de vissen weg waar de indianen toentertijd naar kwamen vissen. Vandaar de benaming 'vuil water'."

    Ongelukkige vertaling, vind ik. 'Lastig water' is even duidelijk en klinkt minder vervuild,
    want in de eeuw van die naamgeving was het water daar waarschijnlijk nog niet vervuild.
    En dat het lastig water was, daar kan ik van meespreken.

                 het strand van Santos

    Daar is niks speciaals gebeurd maar daar was wel iets opmerkelijks.
    Scheefgezakte woontorens die bewoond werden / worden. Akelig om zien hoor.
    'k Dacht eerst : dit gelooft toch niemand, weeral zo’n zeeverhaal, een strandverhaal in dit geval.
    Want als ik het niet kan staven dan krijg ik het gevoel dat ik aan het overdrijven ben.
    Nu overdrijf ik wel eens graag, maar niet wanneer het over de koopvaardij gaat. 

    Gelukkig wees LM mij op het bestaan van Google. En na enige tijd en veel klikken
    verscheen op het scherm wat ik zocht, een artikel over de ongeveer 100 scheve woontorens in Santos
    mét foto’s en mét uitleg! Lang leven Google! Voor meer foto's kijk hier :
    https://www.amusingplanet.com/2013/04/the-leaning-buildings-of-santos-brazil.html  

             santos-leaning-buildings-1

    En dan nu de uitleg : de woontorens zijn beginnen scheef zakken al van bij de bouw waarschijnlijk.
    De ondergrond bestaat uit 7m zand, daaronder ligt een laag natte gladde klei van 30 tot 40m diep.
    Die modderlaag is absoluut niet geschikt om het gewicht van hoogbouw te dragen.
    Vaste ondergrond, grondgesteente, vindt men er pas op 50m diep. 

    Tot 1968 voorzagen de bouwvoorschriften niet in een regulering wat de funderingen voor hoogbouw betrof.
    De woontorens aan de waterlijn hebben funderingen die maar tot 4 of 5m diep gaan.
    Maw, die buildings zijn gebouwd op zand, en dat zand ligt op malse modder.
    De funderingen hadden tot 50m diep moeten gaan, tot op het grondgesteente, tot op vaste ondergrond.

    Nadat de eerste torens duidelijk zichtbaar begonnen te hellen, besefte men
    dat het voor hoogbouw niet verder kon met ondiepe funderingen. 

            Toen pas? De samenstelling van de ondergrond moet van in het begin toch al gekend geweest zijn?
            Hadden ze daar geen bouwkundig ingenieurs of stabiliteitsingenieurs, of hoe dat beroep ook heet. 
            Bouwen op zand en modder … volgens mij was er snel gewin mee gemoeid, willens en wetens gesjoemel.

    Daarbij komt dat veel buildings vlak naast mekaar staan.

    Het plaatsen van een nieuwe toren nabij een bestaande toren,
    heeft waarschijnlijk bijgedragen tot het overhellen, tenminste in sommige gevallen.

            Door de trillingen die tijdens het bouwen door de ondergrondse modderlaag gaan?

    De positie van de buildings heeft de stadslegende doen ontstaan dat het omvallen van één building

    een domino-effect zou veroorzaken en een reeks volgende buildings zou doen omtuimelen.
    Specialisten ontkennen die geruchten, omdat hoogbouw gewoonlijk verticaal instort.

            Hier heb ik twee bedenkingen:
            - een hoogbouw die scheef staat, zal wanneer hij ongecontroleerd instort
              op een groter oppervlak puin verspreiden dan een hoogbouw die rechtop staat.
              En de brokstukken zullen de naburige toren raken, eventueel destabiliseren.
            - Die ’specialisten’ zijn met hun verticaal instorten de mensen aan het sussen ipv te informeren.
              Misschien zijn die specialisten wel de zonen en de dochters van de generatie specialisten
              die daar op zand en modder gebouwd hebben …

    De woontorens hellen van 0,5m tot 1,8m uit de loodlijn.

    Verbazend genoeg blijven mensen daar wonen, ook al moeten ze onder alle meubelen voldoende wiggen plaatsen,
    en krijgen ze te maken met wegrollend schrijfgerij en speelgoed.
    En het vraagt behendigheid om er zonder morsen of ongelukken (hete) vloeistoffen te gebruiken. 

            Verbazend genoeg ? Maar nee, niks verbazend. Toen het zichtbaar werd dat de woontorens overhelden,
            doken de prijzen van de eigendommen naar beneden. De gegoede burgers trokken weg en  
            de minder gegoede burgers namen hun plaats in. Dat is toch een gekend scenario!
            Bij elke heraanleg van een verkeersader of een plein hebben we dat hier zien gebeuren.
            De Leopold II laan in Brussel ooit, de Turnhoutsebaan in Borgerhout, het Sint Jansplein in Antwerpen,
            de Bredabaan in Merksem, en nu de Leien … wanneer de prijzen van de eigendommen
            en dus ook de huurprijzen een duik nemen, wijzigt de plaatselijke bevolking van samenstelling. 
            Het juiste woord is 'omvolking' denk ik.
            Dat zoiets de schrijver van het artikel verbaast (ene Mr Patowary), verbaast mij dan weer.

    Er werd ooit een poging ondernomen om sommige buildings weer recht te krijgen, maar de kosten waren zeer hoog.

    Slechts één woontoren werd voldoende geholpen, de Núncio Malzoni. En dat heeft 1,5 mio USD gekost. 

          
    Afbeeldingsresultaat voor nuncio malzoni 

    Het artikel dateert van 2012. Hoe de toestand van de andere woontorens vandaag is weet ik niet.
    'k Heb niet verder gezocht naar meer actuele berichten. 'k Was al blij dat ik iets gevonden had,
    met voldoende fotomateriaal, om te staven wat ik zei : dat ik ginder iets eigenaardigs gezien had.
    En ik niet alleen natuurlijk. Van elk schip dat er langs vaart ziet de bemanning die rare situatie. 

    https://nl.wikipedia.org/wiki/Ipanema_(Rio_de_Janeiro) ,
    https://muzikum.eu/nl/123-39-18948/cornelis-vreeswijk/samba-de-maria-songtekst.html#ixzz68fRXWdRC ,
    https://www.lyrics.com/lyric/15680092/Astrud+Gilberto/Girl+from+Ipanema,

    https://www.amusingplanet.com/2013/04/the-leaning-buildings-of-santos-brazil.html ,

    08-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.019d memorie 04

    hieronder een hernomen tekst, hij komt van blog 02, een vervolg over Pinjoef

    want de hond mocht mee

    Ergens in de jaren 70 kwamen in het Brusselse de Chinese restaurants in beeld.
    In en rond Antwerpen waren ze er al langer.
    Voor de verworpenen der Culturele Revolutie duurde het blijkbaar iets langer
    om Brussel te bereiken dan om Antwerpen te vinden.

    Die eethuizen waren relatief goedkoop en lekker en werden onmiddellijk populair.
    Ook al waren ze in achterafstraten gevestigd,
    de adressen werden doorgegeven en binnen afzienbare tijd waren in die straten
    parkeerproblemen. Populair dus.

    Zo was er een nieuw gedoe in de Timmermansstraat in Jette en
    dat restaurant moest uitgeprobeerd worden natuurlijk.
    Wie heeft er al gegeten? Niemand? Zullen we die nieuwe Chinees dan eens proberen?
    Allen daarheen en de hond ging mee. Dat kon toen nog, met een hond op restaurant gaan.

    De hond heette Pinjoef, was zwart, iets kleiner dan middelgroot, had slimme oogjes
    en ondanks haar temperament wist ze zich bij momenten welopgevoed te gedragen.
    Wat zeer vreemd was, want niemand had haar opgevoed. Zo bedelde ze bvb niet, zelfs niet aan tafel.
    Straatadel. Ze was een beetje nuffig ook.

    Het restaurant was ingericht met veel rood en zwart, aan de muur taferelen met draken,
    en op de vensterbanken stonden vazen met bloemen óp ipv ín.

    We waren met veel en we werden naar de grote ronde tafel geleid.
    We waren de eerste klanten. Dat is oké, een rustige moment,
    dan hebben de mensen van de zaal en van de keuken geen coup de feu,
    de service verloopt vlotjes. (weet ik)

    Er kwam een aperitief, de kroepoek was toen nog gratis, en de bestellingen werden genoteerd.
    Voor een groot gezelschap is een ronde tafel zoveel plezieriger
    dan een rij rechthoekige tafels die bijeen geschoven worden.
    Men ziet iedereen, men hoort ook alle anderen, iedereen is opgenomen in de kring.

    Pinjoef had zich onder de tafel geïnstalleerd en lag daar met het kopje op de poten
    te genieten van het feit dat zoveel mensen met haar meegekomen waren naar die fijne plek.

    Het eten werd geserveerd en ten gerieve van ons werd de muziekinstallatie geactiveerd.
    Uit de luidsprekers kwamen tokkelinstrumenten en hoge vrouwenstemmen die melodieën
    produceerden. Toen nog niet echt voor ons Westers oor, maar goed,
    we leefden in een sfeer van verdraagzaamheid.
    Het eten was lekker en tolerantie was het modewoord.
    De term multicultureel moest nog uitgevonden worden.

    Wij aten en wij praatten en wij dronken en alles was goed en aangenaam
    behalve dat hoog gemiauw van de Chinese zangstemmen uit de luidsprekers.
    Tolerant of niet, trop is teveel. Pinjoef dacht daar anders over. Zij genoot.
    Het duurde efkes eer ik begrepen had dat een bijgeluidje van onder de tafel kwam
    en niet uit de luidsprekers. Ik keek en daar lag ze, oogjes toe, muiltje ook toe,
    daar lag ze te genieten van de Chinese muziek en ze piepte/miauwde mee.
    Waarschijnlijk was ze de enige van het gezelschap die de muziek wist te waarderen.
    Iemand van de bediening kwam met een blij gezicht zeggen :
    'dog music oké!' = zelfs de hond vindt de muziek mooi.

    Yes, zei ik, verschrikkelijk gegeneerd dat die mensen zo Oosters beleefd waren.
    'k Had onder de tafel willen kruipen van schaamte.
    Maar daar lag dat zelfgenoegzaam hondje al, te miauwen.

    m – HiH-10/2016, blog 02

    08-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.019c memorie 03

    ossestaartsoep

    Of chef AK het doorhad waar ik plots mijn Duits vandaan haalde weet ik niet. Waarschijnlijk wel.
    Hij mocht dan wel een krapuul zijn, maar hij was geen uil.
    Hij zal wel iets aan de weet gekomen zijn, want tijdens de oversteek viel er weinig te beleven en
    dan werd het minste feitje een evenement dat moest besproken worden. Zo bvb mijn plotse vorderingen in Duits.
    Een schip was toen eigenlijk een roddelgehucht op het water. 

    De Indonesische dame had me dan wel gered, maar het nors gemompel van AK was ik nog niet vergeten.
    En op een dag … op een dag was het míjn beurt.
    "Zeg, gij!" Mijn voornaam gebruikte hij niet, ik heette 'zeg, gij!'
    "Ja Chef?" Altijd met twee woorden spreken, ik ben min of meer goed opgevoed.
    "Gij spreekt zo wat Engels hé."
    "Ja Chef." Zo wat, ja, hij moest het weer bagatelliseren natuurlijk.
    "Hoe zegt ge Potage Oxtail in het Engels?" En –tail sprak hij uit als taille. 

    'k Herinner me niet of ik toen op mijn lip moest bijten om niet luidop te lachen,
    of dat mijn mond openviel van verbazing.

    Het vent was al 30 jaar of langer chef steward, pardon, maître d’hôtel
    en hij wist nog altijd niet dat oxtail gewoon ossestaart betekent? Dacht hij dat Oxtail een recept was dat ooit
    opgedragen was aan iemand? Zoals Potage Dubarry, Tournedos Rossini, Pêche Melba …

    "Da's oxtail soup hé Chef, oxtail is gewoon het Engels woord voor ossestaart. Ox-tail, osse-staart."
    Het stak hem natuurlijk dat hij zoiets simpel niet wist, na een hele carrière in de voeding en de service.
    Natuurlijk zette men niet Potage Queue de Boeuf op het menu. Bij het woord queue zouden sommige mensen al afhaken,
    daarom werd het een beetje versluierd door de Engelse benaming te gebruiken.
    Maar men zou toch mogen verwachten dat iemand van het vak zoiets futiel wéét. 

            Vandaag vraag ik mij af waarom hij die vertaling toen nodig had. Vreesde hij dat de twee Braziliaanse echtparen 
            oxtail niet zouden begrijpen. Als er één woord was in heel het menu dat ze begrepen, dan zou het toch wel 
            dat Engels woord zijn, waarvan hij niet wist dat het een Engels woord was.
            Die oxtail was mijn stil momentje van glorie en voor Duits had ik hem ook niet meer nodig. Er kwam ademruimte.  

            En achteraf bekeken meen ik te weten waarom Claire niet mee deed met Duits leren.
            Ik ben was nogal extravert en daarbij ook leergierig. Zodoende trok ik wel een en ander over mijne kop, ja.
            Terwijl zij rustig in de pantry kon blijven stond ik bij de bar om beleefd te zijn met de passagiers, omdat die mij 
            ongeveer in de rol van gezelschapsdame gedouwen hadden. En dat had ik ongeveer zelf veroorzaakt.
            Het is me bij de volgende lading klanten niet meer overkomen, ik werd voorzichtiger in dat soort zaken.

    het hondje

    In Santos (Brasil) waren Claire, de chef kok GR en ik aan de wal
    om in het dichtstbijzijnde barreke onze gedachten te verzetten.
    Een kroeg bestaat ginder niet, een volkscafé evenmin. Een drinkibar was wat het dichtst in de buurt kwam.
    Elke wijk had wel een drinkibar. Iets verderop was een pompstation en daar zag ik een magere moederhond
    vermoeid langssjokken met een kleintje dat omhoog wipte om te kunnen drinken. De moeder ging niet liggen om het
    jong te voeden. Mij leek ze heel moe en veel te mager. Ik nam het jong weg om haar rust te gunnen.
    Ze sjokte gewoon voort, waarschijnlijk haar uitputting tegemoet. Daar stond ik dan, met mijn impulsief gedoe …
    Ik had het hondje in mijn handen en daardoor was ik plots verantwoordelijk voor het beestje. 

    We gingen bij het pompstation vragen van wie het hondje kon zijn. Schouderophalen.
    Wie bekommert zich om een straathond, enkel sentimentele Europeanen natuurlijk.
    In de drinkibar stelde ik de vraag al niet meer. Het hondje lag in mijn schoot te slapen. 'k Had een brede jeansrok aan,
    en in die wieg van textiel lag dat klein zwart mormeltje. Slapen is krachten opdoen, maar eten moet ook natuurlijk.
    Het hondje ging mee naar boord. Dat dierf ik wel, omdat de kaptein zelf zijn hond aan boord had, een zwarte labrador
    die Settil heette, genaamd naar Sept Îles, de streek in Canada waar hij ooit die hond cadeau gekregen had.
    En de vrouw van de tweede stuur had twéé hondjes aan boord. En een kat ook, als ik me goed herinner.

    Zelfs met gesloten deur rook die cabine naar dieren wanneer men er langs liep. Hoe die 2de stuur het daar uithield,
    hoe die twee daarin konden slapen, snap ik nog altijd niet. Het verhaal gaat dat de rederij dieren aan boord
    verboden heeft door toen die situatie met de vrouw van de 2de stuur. Bijna hadden ze de aanwezigheid van echtgenotes
    ook afgeschaft, want terwijl haar man aan het werk was liep zij te flirten met al wat daar losliep aan mansvolk.
    Nee, dat afschaffen fantaseer ik erbij, maar men zou haar type 'une allumeuse' kunnen noemen. 

    Kok GR heeft nog wat melk of bouillon gegeven voor het hondje. Hoe dat afgelopen is weet ik niet meer.

    's Anderendaags om 06h trok ik naar boven, voor het dagelijks onderhoud van de cabine van Capt R.
    Zijn hond Settil stond al in de deur te kwispelen, zijn staart tikte telkens tegen het deurpaneel.
    Niet omdat hij zo blij was mij te zien, maar omdat hij bij het zien van een witte schort wist dat de baas hem dan
    zou laten loslopen op de wing. En zo vertrokken ze dan naar de brug, de hond en zijn baas.
    De baas met een rol WC papier onder de arm voor het hoopje van de hond, dat met een zwierige zwaai overboord ging.

    Die ochtend kwam ik binnen na een aai over de bol van Settil en ik zei "Bonjour Cdt, ik heb gisteren aan de wal
    een klein hondje gevonden. Mag het aan boord blijven?" Hij hield zijn hand voor de ogen, met gespreide vingers.
    Hij zou het dus door de vingers zien. Én hij zou zorgen dat het hondje gevaccineerd werd en de nodige papieren kreeg
    om België binnen te mogen. Merci beaucoup Commandant! 

    Tijdens of na het ontbijt kwam chef AK briesend de pantry binnen. "Weé eedier nen ongd?" Wie heeft hier een hond?
    'k Zal wat schaapachtig zitten kijken hebben want hij wist toch zelf wie er een hond had aan boord.

    Claire was rap van snap die dag: "Gíj, zei ze tegen mij, gíj hebt  toch een hond."
    "Chot ja! Ik heb gisteren een hondje gevonden Chef, maar ’t is in orde, het mag …"
    "Om negen uur klaar staan voor de taxi, vétérinaire!" De kaptein had hem gebeld om te zeggen dat
    de stewardess zich moest gereed houden, maar hij had er niet bij gezegd wie van de stewardessen.
    Om 09h? Oei, dat viel midden in de onderhoudsuren. Claire deed teken dat ze mijn resterende cabines zou overnemen.
    Kijk, op zo'n moment voelt men wat kameraadschap is. Ik smolt ongeveer van dankbaarheid.
    Claire, als ge dit ooit leest, ik sta nog altijd bij u in het krijt. Mail mij, dan gaan we ergens eten. Churrasco.

    'k Kwam terecht in een dierenkliniekje, bij twee Japanse dierenartsen. Het voelde vreemd aan twee Aziaten rad Portugees

    horen praten. Gelukkig voor mij spraken ze ook Engels. De nodige prikjes werden gegeven, ik kreeg een certificaat,
    nog wat vitaminen en andere dingen en ook raadgevingen ivm de voeding. Géén rauw vlees, nóóit!
    Dat laatste heb ik heel goed in mijn oren geknoopt en dat heeft later nog voor tamtam gezorgd aan boord.

    Achteraf heb ik begrepen waarom AK zo brieste over dat hondje : hij voelde zich gepasseerd.
    'k Had het eerst aan hem moeten melden en dan zou hij wel eens zien wat hij kon doen.
    Maar hij sliep tot 07h. En mijn werkdag begon om 06h bij de kaptein. Daar was ik omzeggens kind aan huis.
    De kaptein had eens gevraagd of ik het hondenhaar in zijn cabine niet te erg vond.
    Maar nee kaptein, wij hebben thuis ook altijd honden gehad … en sindsdien lag ik bij hem in de goei schuif.
    Het lag voor de hand dat ik de kaptein zou inlichten over het hondje, en niet zou wachten tot mijn baas wakker werd.
    Als het huishoudpersoneel begint om 06h en zelfs de kaptein start om 06h, dan is de dag toch aan de vroege vogels en niet
    aan knorrepotten die vinden dat ze tot 07h mogen blijven liggen. 

    Het hondje had eten en onderdak, maar het kreeg natuurlijk geen nestwarmte, ik was aan het werk van
    06h tot 14h en van 16h tot 20h, soms tot 22h. Vreemd genoeg was het mormel vrij vlug zindelijk.
    De boodschapjes werden achtergelaten op een groot stuk bruin pekpapier dat ik elke dag verving en
    waarvan voldoende rollen aan boord waren. Tijdens onze etensuren ging ik haar halen en vertroetelde ik haar,
    maar dan had ik niet gegeten, en dat bleek op de duur ook geen oplossing, 3 x per dag niet eten. 

    Chef kok GR stelde voor om haar overdag in zíjn cabine te zetten, zijn cabine lag vlak bij de keuken,
    hij kon gemakkelijker tussendoor van zijn werk naar zijn cabine wippen dan ik. En aldus geschiedde.
    Elke ochtend werd het hondje samen met een lap bruin pekpapier naar beneden gebracht.
    GR voelde zich een beetje de peter van het hondje, want hij was erbij geweest van in het begin.
    Én hij zette mijn ontbijt klaar in zijn cabine zodat ik het mormeltje op de schoot kon houden. 

    Op een dag merkte ik een brede ring opgedroogde bruine vloeistof op zijn schrijftafel.
    De ring had de diameter van een mok. 'k Haalde mijn vileda uit de zak van mijn schort en wou die ring wegwrijven.
    Mijn vileda hield ik op zak want die was persoonlijke eigendom, die bracht ik mee van thuis. 

    De ring liet zich niet zomaar wegpoetsen. Daardoor wist ik dat het geen koffie was, het was een dikkere vloeistof

    die daar opgedroogd was, welke wist ik toen nog niet. Later op de dag kreeg het hondje buikloop.
    Het diertje was zo ziek dat ze haar papier niet meer intijds bereikte. Ik vreesde werkelijk voor haar leven.
    Ik had toch alle instructies van de dierenartsen opgevolgd, medicijnen op tijd en stond, voedselvoorschriften …
    Die bruine ring op GR zijn bureau! Dat was opgedroogd bloed geweest … 

    Ik pakte GR bij zijn nekvel en ik vroeg waarom hij het hondje rauw vlees gegeven had.
    De dierenartsen hadden toch gezegd : nóóít rauw vlees!
    Oui mais, euh… de vrouw van de 2de stuurman (de flirt) had gezegd dat rauw vlees voedzaam is en dus …
    Het gesprek verliep in het Frans en nu is Frans toevallig mijn favoriete taal om ruzie te maken en /of
    iemand omver te babbelen :
    dat die mislukte Maryline Monroe uit de provincie niks kende van honden want haar dieren
    zagen er helemaal niet gezond uit en dat hij moest leren nadenken met zijn hersens ipv met zijn lul.

    Vanaf toen bleef het hondje weer boven in mijn cabine want ik betrouwde GR zijn oordeelvermogen
    voor geen millimeter meer. En Maryline Monroe met haar expertise kreeg het beestje niet meer te zien,
    godweet hoe lang hadden die twee het diertje al rauw vlees gevoerd.

    Elke ochtend vroeg Capt R hoe het met het hondje ging, het diertje heette ondertussen Pinjoef.
    In mijn ellende flapte ik er alles uit. Over het rauw vlees en de vrouw van de 2de stuur en de chef kok,
    en hoelang kreeg het diertje al rauw vlees, en over de buikloop en dat ik vreesde voor haar leven.
    Hij had direct een oplossing : binnen twee dagen (of drie?) zouden we in Rotterdam zijn,
    daar zou bij aankomst een wagen op de kaai staan om mij met Pinjoef naar een dierenarts te brengen.
    - Maar kaptein, mijn werk …?
    - Niet aantrekken, zei hij. Wéér een engelbewaarder, iemand die mij uit de nood hielp! Merci Commandant!
    Waar heb ik zoveel geluk verdiend …

    Verdomme, ik zag het gezicht van maître AK al. ’k Bracht alvast Claire op de hoogte, want zij zou weer eens
    moeten inspringen voor mij, dubbele job voor haar. 

    In Rotterdam stond ik al op de kaai nog voor de taxi er was, Pinjoef in een badhanddoek gewikkeld onder mijn jas.
    Het was half april zegt mijn zeemansboek, maar danig koud want de wind heeft daar vrij spel, aan het water.
    Hoe het bezoek bij de dierenarts verliep weet ik niet meer, maar Pinjoef heeft het overleefd en is nog lange jaren
    gelukkig geweest met haar maatje Kreoon, de boerenfox bij Laura.

    08-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.019b memorie 02

    het ‘Restaurant’ & het ‘Salon’

    Nu naar de mess. Bij de passagiers heette die ruimte het Restaurant. Die benaming was puur chichi.
    Het meubilair was uitgeleefd, de vloerbekleding was versleten, het geheel oogde afgemat. Puur tristesse.
    En in dat decor liep men dan met zijn allen een beetje precieus te doen.

    Aan de rechthoekige tafel zaten twee Braziliaanse koppels, taal was er geen probleem, we spraken Engels.
    Aan de andere rechthoekige tafel zaten de vier leden van de staff, dat was evenmin een probleem, NL/FR.
    Aan de ronde tafel zaten acht Duitstalige passagiers. En mijn Duits was zero, mijn Duits was van campinggehalte.
    Met die woordenschat kon ik onmogelijk service doen aan tafel. Daarom vroeg ik vóór elke service,
    met het oog op het menu van de dag, een aantal vertalingen aan chef AK,
    want de menu’s waren in het Frans opgesteld en ik wou kunnen antwoorden op de vragen van de Duitstalige passagiers.
    Zijn antwoord kwam telkens zuchtend of neerbuigend.
    "Oe? wettegadani?" Hoe? Weet gij dat niet?
    "Als ik het wist zou ik het niet vragen hé chef!"
    En dan produceerde hij nors een Duits woord, mompelend, zodat ik het amper verstond en drie keer
    wablieft moest vragen, waarop hij dan weer of ik geen oren aan mijn kop had.

    Hij had ook kunnen blij zijn dat ik een inspanning deed voor de service, dat ik de job au sérieux nam.

    Maar nee, meneer verkoos het andere pad, bazig doen ipv chef zijn.
    Nu ben ik opgegroeid met een bullebak in huis en was ik in '79 al lang niet meer zo mak of gedwee als ik er uit zag.
    Ik was gelaarsd en gespoord, zeg maar. Hoe of waar kon ik zo snel mogelijk Duits leren, zodat ik
    die sukkel niet meer nodig had. Geen literatuur-Duits, aan Goethe zou ik niks hebben wanneer het
    over spruiten of schorseneren ging. Werk-Duits had ik nodig, en liefst zo snel mogelijk. Maar waar?
    Op een gegeven moment wist ik het : de vrouw van de rechercheur! Een ingeving, van waar die kwam weet ik niet.
    Lag het aan mijn cabine waar ook Y ooit gewoond had? Waakte zij nog over mij? Een drupje bijgeloof is nooit weg …

    Aan de ronde Duitstalige tafel zat een man die in zijn beroepsleven een hoge piet bij de Duitse recherche geweest was.

    Zijn echtgenote was een dame van Aziatische afkomst. In de gesprekken aan de bar of aan tafel had ik haar al eens
    Java en Sumatra horen vermelden. Mogelijk was zij een Indonesische? Als zij van Indonesische afkomst was,
    en gezien haar leeftijd, had zij waarschijnlijk de koloniale periode meegemaakt. En daar lag mijn hoop op redding:
    mogelijk sprak die mevrouw Nederlands.

    Toen ik haar tegen kwam in de alleyway sprak ik haar aan en het gesprek ging ongeveer zo:
    - Mevrouw, mag ik u vragen, spreekt u Nederlands?
    - Ja natuurlijk, was haar gracieus antwoord.
    - Zou u voor mij een aantal zinnen in het Duits willen vertalen, zinnen die ik nodig heb voor het werk?
    Dat zou zij met plezier doen. Die dame straalde zo’n rust uit dat ik haar als chef gewild had.
    Iemand die iets ging oplossen voor mij! Iemand die mij onder haar vleugels nam!
    Ze was klein van gestalte, een elegant popje van seniorenleeftijd. 'k Wou dat ik kon boetseren.
    Veel later ben ik nog zo’n dame tegen gekomen, aan de wal in Singapore, maar dat is voor later.

    In de loop van de voormiddag bracht ik haar discreet de lijst met zinnetjes die ik nodig had om
    de ontbijtservice te kunnen doen. Het waren er veel meer geworden dan ik gedacht had.
    En ik voelde me een beetje schuldig, want ik had gezegd
    dat het maar een paar zinnetjes zouden zijn.
    Enkele uren later kreeg ik even discreet de Duitse vertaling van al die lijnen.
    Ja, als die vertaling er zo snel lag, dan moest ik ook een inspanning leveren.
    Ik offerde de heilige siësta op en blokte die zinnen, ik leerde ze uit het hoofd alsof het voor een examen was,
    want ik wou die mevrouw niet teleurstellen.
    's Anderendaags deed ik de ontbijtservice in het Duits. Zonder aarzelen, zonder haperen. Wel, bijna zonder haperen.
    Af en toe keek ik zijdelings naar haar en dan neeg ze zachtjes met het hoofd en sloot traag haar ogen als ja-teken.
    Zeer onopvallend. Een ruggesteun zonder betutteling.

    Zo ging het ook met de lijst zinnen die ik nodig had voor de middagservice en de lijst zinnen voor de avondservice.
    Na twee dagen kon ik de ronde tafel bedienen zonder dat ik die ouwe gluiperd nog nodig had. Wat een rust!
    Ik werkte eens zo graag want mijn engelbewaarder zat mee aan tafel!

    Alles samen waren het een 700 zinnetjes. Zij heeft nooit laten horen dat ze het teveel vond.
    Nu vraag ik mij ineens af, waar was Claire in heel dat het verhaal over Duits leren?
    Vond ze het niet belangrijk? Of was het voor haar oké dat ík in de frontlinie stond? 

    Het aperitief werd in de bar geserveerd. De bar bevond zich in de doorloopruimte tussen
    het Restaurant aan stuurboord en het Salon aan bakboord. Het Salon was een groot woord voor
    de gemeenschappelijke woonkamer, een zitkamer. Dat salon zag er even treurig uit als het Restaurant.
    'k Vond het een eigenaardige situatie want aan de bar waren maar vier barkrukken.
    Een aantal van de dames kon dus niet zitten. Daarbij komt dat barkrukken voor mensen op leeftijd
    niet het meest comfortabele zitje zijn. Het aperitief werd volgens mij beter in het Salon geserveerd,
    zodat alle passagiers konden zitten. Dat was een zeer stille bedenking want suggesties waren niet welkom bij AK.
    De bar bedienen deed chef AK zelf.
    Achter de doorloopruimte die de bar was, lag onze pantry. Elke avond was iemand van ons twee van dienst
    om ijsblokjes, citroenschijfjes en desgewenst ook appelsienschijfjes te brengen. Kaasblokjes, pindanootjes …

    De twee Braziliaanse koppels spraken mij soms aan, kwestie van een praatje te maken. Dat was niet naar de zin van
    chef AK, maar zelf sprak hij geen Engels, daardoor moest hij mij wel laten begaan.
    De Duitstalige mensen mengden zich ook in het gesprek en zij spraken blijkbaar meer Engels dan ik gedacht had.
    Waarom een jonge vrouw wou gaan varen? Of ik al veel landen gezien had? Of ik kinderen had? Dat soort vragen.
    Kermille, gvd … na verloop van tijd stond ik in de frontlinie en dat was niet aangenaam.
    Ik wou tussen de ijsblokjes van het aperitief en de avondservice die ging komen
    in de pantry mijn benen nog efkes rust gunnen, want die service duurde, met de afwas erbij, twee volle uren.
    Waar was Claire in heel dat gedoe aan de bar? Ik kan het mij niet herinneren. 

    08-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.019a memorie 01

    LM was blij dat ik de herinneringen aan het eerste schip achter de rug heb, want mijn gedoe over Yvonne
    begon hem tegen te steken. Dan heeft hij wat vroeg gejuicht, want het derde schip was een schip
    waarover zij zeer vaak vertelde. In de douches recht over de cabines kleefde zelfs nog haar naam op een van de deuren.
    En ik meen te weten waarom. Als haar collega niet wekelijks haar douche schrobde en Yvonne wel,
    dan wou Yvonne een eigen douche. Simpel. Toen ik haar naam daar zag staan werd mijn hart warm en
    ik heb die klever laten hangen. 

    "Ge zet haar op een voetstuk" vindt LM. Natúúrlijk zette ik haar toen op een voetstuk!
    Zij was mijn enige bron van informatie over wat en hoe! Mijn enig houvast.
    En omdat haar kennis en kunde een stevig houvast was, een fundering,
    zet ik haar vandaag nog altijd op een voetstuk. Lastig manneke, die LM van mij.
    Goed, oké! Ik zal haar naam niet meer voluit schrijven! Vanaf nu is het Y.
    Niet veel namen beginnen met een Y, en gij-&-ik weten wie er bedoeld wordt hé.

    Ik wist dat er passagiers waren aan boord van dat schip, dank zij Y.
    Ik kende ongeveer de schikking van ons werkterrein, dank zij Y.
    Én ik wist wie de chef stewards zouden zijn, ofwel AK ofwel GB.
    Voor AK moet ge opletten, had ze gezegd, dat is een smeerlap eersteklas.
    GB is ne goeie, van die kunt ge veel leren. Als aanbeveling kan dat tellen, dus ik keek uit naar chef GB.
    'k Viel natuurlijk bij chef AK, dat soort malchance heb ik wel meer. Chef GB was met verlof.

    Het schip was een vergane glorie. Op de verdieping van de passagiers werd nog wel chic gedaan, chiqué eigenlijk,
    want het laagje vernis was zeer dun. In feite werd daar dag in dag uit toneel gespeeld.
    De passagiers waren welgesteld maar waarom zij genoegen namen met dít schip, heb ik nooit begrepen.

    Daarbij komt dat de bewoning nog op 110 volt stond. Dwz: géén stofzuigers aan boord.
    Begin maar, in een huishouding met 16 passagiers, 4 leden van de staff, 3 personeelsleden
    en nog wat loslopende passanten van andere verdiepingen. Dat alles op witte linoleumvloeren.
    Het poetswerk werd daardoor loodzwaar, door het ontbreken van stofzuigers vanwege die 110 volt.
    Dat alles went is larie. Mijn ruggegraat, mijn schouderbladen, mijn nek dachten er anders over.

    En dan nu de luchtiger dingen. Dat chef AK een krapuul was, was waar. Zo waar als een klontje.
    Hij deed stroperig tegenover de passagiers en de staff, nors tegenover het personeel.
    Dat is geen leiding geven, dat is baas spelen. Zo’n soort chef, als ge ziet wat ik bedoel.

    Y had me de accommodatie zo goed beschreven dat ik er mijn weg al kende nog voor ik aan boord was.
    Over de cabine van chef AK had ze verteld dat hij een ronde spiegel op zijn bureau had staan.
    Die spiegel diende om te kijken wie er achter hem aan zijn deur stond, want passagiers hebben altijd wel íéts nodig.
    Passagiers zijn voor mij de moeilijkste lading. Bauxiet, kolen, ijzererts, ik kon het allemaal baas,
    maar zet me niet op een schip met mensen die zich lopen te vervelen terwijl ik aan het werk ben.
    Chot, wat had ik graag beneden gestaan, bij de officieren. Werken voor mensen die werken, dát was mijn job!

    Goed, die spiegel dus. Y had me gewaarschuwd dat AK de spiegel op zijn slaapkamerdeur richtte
    terwijl men het bed opdekte. Het bed was een hoge beddebak waar men moest inklimmen
    om het werk iet of wat fatsoenlijk gedaan te krijgen. Op een dag zat hij aan zijn bureau
    terwijl ik het bed aan het opdekken was. Ineens kwam er van uit mijn achterhoofd, of van uit mijn ruggemerg
    een waarschuwing : AK + spiegel …

    Jawel, hij had zijn spiegel gedraaid en zat naar mijn achterwerk te gluren. Een achterwerk in een witte werkschort.
    Ik kreeg de slappe lach. Waar zat die sukkel nog op te hopen?
    Dat er onder zijn broeksriem nog iets zou gaan wriemelen eer hij met pensioen ging?
    Dat lachen heb ik achteraf moeten bekopen, maar het kwam vanzelf en het gaf me toch zoveel voldoening.
    En terwijl ik dit typ weer eens. ’k Zit hier weer te lachen met die zielepoot.

    Claire wist niks van dat gluren met de spiegel, zij deed de cabines aan stuurboord.
    Ze wist wel dat AK een klotige chef was. En als de koopvaardij dat nog niet wist dan zou ik daar wel eens voor zorgen
    via de tamtam op de vloer van de wervingszaal in Antwerpen, dé plek om weetjes & nieuwtjes door te geven.
    Dat kon ik rustig doen, want dat gluren was geen eenmalig gebeuren, dus géén inbeelding van mijn kant.
    Het vent zat ziek in mekaar. Hij kon me niet uitstaan en toch moest hij gluren?

    Nu naar de mess. Bij de passagiers heette die ruimte het Restaurant. Die benaming was puur chichi.
    Het meubilair was uitgeleefd, de vloerbekleding was versleten, het geheel oogde afgemat. Puur tristesse.
     

    08-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.019. schip 03 brief 01

    Van het tweede schip bestaan geen brieven, ik ben er maar een 14 dagen aan boord geweest,
    de zogezegde 'kleine reis', gaan laden en lossen in enkele Europese havens en dan weer Antwerpen.
    Eens denken, Rotterdam, Hamburg, Bremen, Southampton, Le Havre, zoiets is de Kleine Reis.
    Vermits het schip weerkeerde naar de thuishaven mocht men dan afmonsteren.
    Die mogelijkheid was contractueel voorzien door de CAO.
    Ik zag me daar niet blijven voor de 'grote reis', de oceaan over,
    want het was een akelig schip, op teveel punten om mezelf daar een paar maanden vast te zetten.
    Dus bibi verliet het schip. En waarschijnlijk zo komt het dat ik nooit in Peru en Chili geraakt ben.
    Achteraf heb ik vreemd genoeg nooit aangemonsterd op een schip dat daar heen ging.

    En dan nu van het derde schip, eerste en énige(?) brief,
    hoewel ik er toch 4 maanden en 19 dagen aan boord geweest ben, zegt mijn zeemansboek


    1979-03-09-vr, op zee

    ’k ben moe en ik klop meer naast de toetsen dan er op, (draagbaar typmachientje toen)
    Dag lieve mensen allemaal,

    We werken hier elf uur per dag en soms dertien,
    wanneer er een dineeke is of er alleyways moeten gekuist worden.
    Hier zijn ook passagiers aan boord en bibi zit dus midden in de chichi,
    maar dat had ik in een vorige brief al geschreven zeker?
    (géén vorige brief van dit schip te vinden in het klassement)

    Bon, ik heb sindsdien nog geen woord op papier gekregen, zo moe ben ik elke avond.
    En de siësta is heilig, dan ga ik in de zon liggen of ik maf in mijn kotje, mijn cabine is al ingericht,
    dus dat is hier best oké. En alles, de hele zever, wordt hier gecompenseerd door Claire.
    Wij krijgen hier minstens drie keer per dag een schaterlach en om de twee dagen
    de slappe lach voor een half uur. Ik voel mij terug zo jong als in ’t middelbaar.
    precies of Claire en ik zijn hier op schoolreis.

    Een week geleden ongeveer, toen was het zo warm nog niet, vraag ik haar
    of ze op de middag mee aan dek gaat, frisse lucht happen,
    we waren sinds aanmonstering nog niet buiten geweest, dus al meer dan 10 dagen zonder buitenlucht.
    Op de middag wil zeggen na de middagservice, om 14h was dat daar aan boord, passagierstafels, vandaar.

    - Bôf, nee, zegt ze, ik ga slapen.
    - Maar allez Claire, we moeten toch een béétje frisse lucht hebben.
    (Het was echt nodig want we begonnen er vaal uit te zien)
    - Bôf, zegt ze, -op zo’n traag toontje van 'eigenlijk wel, maar feitelijk niet'-
       frisse lucht … ja … ik zal mijn patrijspoort wat open zetten.

    Toen plooide ik traagskes dubbel van het lachen. Alles wat we buiten de uren doen gebeurt TRAAG
    en ik raakte nog niet zo direct weer recht. Gelukkig zijn er op een schip overal relingen om u aan vast te houden.
    Haar antwoord leek me zo in de stijl van die mop:
    - Gaat ge mee naar de bibliotheek?
    - Nee dank u, ik heb al eens een boek gelezen.
    Toen waren we weer vertrokken natuurlijk.

    En toén schoot me te binnen dat als onze pa nog eens vraagt om mee te gaan wandelen in de frisse natuur,
    we ook kunnen antwoorden : Och papa, ik zal mijn venster een beetje open zetten.
    Met dat al was er weer een half uur van onze kostbare siësta voorbij.
    Ondertussen waren we al op de vloer gaan zitten, geen van de twee kon of wou nog haar kot in.
    Dat stukske alleyway is nu wel van ons, maar soms moet daar toch een mecanicien door.
    Er passeert ene, dan nog ene, dan twee. Waarop Claire, droogweg : "Hier zit zeker een ganse nest?"
    Het lachen hield niet op. En die mannen maar gapen : wat zitten die twee hier op de vloer te gibberen,
    te gieren en te snikken van het lachen, zo midden in de alleyway.
    En we hadden geen kracht meer om het nog eens uit te leggen ook.

    Bon, nu ben ik mijn draad kwijt. ’k Ben moe zenne.
    Daarstraks hebben we over muziek en cabaret en kleinkunst gebabbeld en ik had ineens zo’n zin in muziek.
    Het zijn études van Chopin geworden (Pollini). En de sonates van Beethoven, dé sonates.
    Vandaar die draad kwijt.

    Claire en ik spreken hier nadrukkelijk ABN (zo heette Algemeen Nederlands toen nog)
    puur en alleen om de chef steward te pesten. En ons prestige stijgt bij de passagiers.

    Vooral wanneer Ilse erbij is. Ilse = de stewardess beneden bij de officieren. Zij is fotografe van opleiding.
    Wij zijn hier geen van de drie stommelingen. Ook zelfs eventueel ik niet.

    Dan krijgt die pee het (de chef steward, bij de passagiers heette die functie maître d’ hôtel)
    Hij spreekt Antwerps, Brussels, Portugees, Frans en Duits, dat alles zeer vlot, en voldoende Engels,

    maar géén ABN. Daardoor zijn al serieuze misverstanden ontstaan:
    tijdens de service praat hij veel stiller en daarbij articuleert hij niet.
    Probeer dat maar ne keer te verstaan, zo van dat stil gemompel.
    Precies of de passagiers vinden het een schande dat het personeel praat.
    Per slot moeten wíj zorgen dat de service vlot verloopt en 14 man aan 4 tafels is geen lachertje.
    Toch niet met de passagiersmenus van toen.
    Vooral niet wanneer er speciale etentjes zijn. Als ge dat in stilte moet organiseren gaat alles mis.

    Mogen de mensen niet horen dat hij een sauslepel vraagt?

    Bij deze brief hoort een flink woordeke uitleg, maar dat is voor een volgende tekst.

    https://nl.wikipedia.org/wiki/Etudes_(Chopin) , klank aanzetten voor virtuoze vingeroefeningen : https://www.youtube.com/watch?v=nMM6h9Yf348&list=PL7D2B9689AF8360A7 

    08-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    07-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.018. Clara Cleymans

    te gast bij Wim Helsen ~ Clara Cleymans
    met een tekst van Edna St Vincent Millay, vertaald door Herman De Coninck

                Deze deur zou je nooit openen, en toch heb je het gedaan.
            Kom nu maar binnen, kijk maar, niks hier aan de hand.
            Je treft hier geen verborgen schatten aan,
            geen heksenketel en geen spiegel-aan-de-wand
            die zegt dat ik de mooiste ben van heel het land;
            geen vrouwenhoofd door een of andere reus
            ooit afgehakt. Een kamer slechts, beneden jouw stand,
            vol spinnewebben, erg onluxueus.

            En toch was dit het enige uit heel mijn leven
            dat ik je nooit of nimmer prijs wou geven.
            Een kamer voor die twee-drie dromen
            waar jij nu eenmaal buiten stond. Die je mij hebt ontnomen.
            Laat je dus nooit meer zien. Verrek.
            Dit is van jou. Ik zoek een andere plek. 

            Afbeeldingsresultaat voor clara cleymans          

            De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            Cleymans in gesprek met Helsen :
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a7/
            11min43

    Toen ik het gesprek voor een eerste keer beluisterde,
    -telkens met de ondertitels geactiveerd want er zou me zo eens een woord kunnen ontsnappen-
    vond ik dat het niet per se over een man-vrouw of een partnerrelatie moet gaan.
    De indringer kan gelijk welke dominante figuur binnen het persoonlijk leven zijn,
    iemand die de grenzen van de privacy overschreden heeft. Een moeder of een zus, bvb.

    De slotlijn vind ik heel sterk : 'Dit is van jou. Ik zoek een andere plek.'
    Ik heb die reactie al vaak gehad, wanneer iets ontwijdt werd door ongewenste belangstelling
    of door platte nieuwsgierigheid. Zo'n moedeloze 'Weet ge wat …, ge moogt het hebben. Hou maar!'

    Daar zal wel een vakterm voor bestaan, voor die reactie.
    De ogenblikkelijke onthechting, noem ik het. Met de nadruk op ogenblikkelijk.
    Als een guillotine valt dat mes : onthechting.
    Misschien is het een soort emotionele zelfverdediging?

    Over Clara Cleymans : https://nl.wikipedia.org/wiki/Clara_Cleymans 
    Over Edna St Vincent Millay : https://nl.wikipedia.org/wiki/Edna_St._Vincent_Millay
    Originele tekst = Bluebeard : https://www.bartleby.com/131/23.html

    07-11-2019 om 05:57 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.017. schip 01 brief 10

    1978-07-24-ma, op zee, veel water

    Dag mensen altegader, 

    De 12de of de 13de van deze maand ben ik van 13h tot 16h op Braziliaanse bodem geweest. Drié volle uren.
    We hebben daar op ongeveer 24 hrs geladen en dan waren we weer weg.
    Braziliaanse bodem wil zeggen, een strand.
    We lagen daar in een of andere lokaliteit aan een enorme pier met zo’n moderne rolband installatie
    die veels te vlug laadt naar mijn zin.
    Yvonne en ik zijn gaan zwemmen naar het strand. Dat deed deugd.
    Van aan boord kunnen we naar de golven alleen maar kijken. 

    Het landschap was typisch Braziliaans hé : geel-wit strand met zand van eigen bodem,
    donkerblauw-groene zee met witte schuimkoppen. Zo wit vindt ge ze alleen maar onder deze zon.
    Zee-egels en krabben, wier, rotsen, alles heeft iets Atlantisch. Niks Mediterraan, bvb.
    Zoals ik het beschrijf is het niet duidelijk natuurlijk, maar toen ik het zag was het direct duidelijk.
    Verder heb ik via een visser kunnen kennismaken met den Braziliaansen Volksaard, hij zat namelijk
    in stilte te vissen. Ook een typisch Braziliaanse bezigheid, vooral aan de kust. 
    En ze hebben hier nogal wat kust. We varen er nu al tien dagen langs, terug richting noord, naar de Golf v Mexico.
    De grondigheid en de volharding waarmee hij zijn lijn in het oog hield zou door een oningewijde alras verkeerdelijk
    geïnterpreteerd worden, maar ik -die er geweest ben- kan u verzekeren dat het vissen hier
    een ernstige aangelegenheid is. Deze ernst zou men bij een Zuid-Amerikaan, en dan zeker een Braziliaanse visser,
    niet verwachten moest men blindelings praatjes geloven en doof blijven voor mensen die
    u de ogen willen openen en u met handen en voeten op het hart willen drukken dat, datteu, eh, het niet zo is.

    Ik bedoel: geloof het allemaal niet zomaar. Bvb dat verhaal dat ze in Brazilië niks anders doen dan samba dansen.
    Kletskool! Apelarie! Ik heb in al die tijd dat ik er geweest ben niet één mens zien samba dansen.
    Zelfs niet verstolen in de handen klappen of met de vingers knippen, laat staan neuriën. Geen één! 

    En van dat overdreven karnaval vieren, dat de pastoors daar nog maanden later
    zonden aan het vergeven zijn, tussen twee doopsels in, zal ook wel overdreven zijn.
    Ik heb nergens een toeter of bel gezien. Misschien wordt er met karnaval wel gevierd,
    maar buiten het seizoen is er beslist niks om over te biechten te gaan. Tot zover wat ik weet over Brazil, en dan nu
    rap weer naar de bewoonde wereld.

                Van de laatste zes weken in deze contractperiode vind ik geen brieven terug.
            Waarschijnlijk omdat we toch richting Europa vaarden, daar zou ik dan afmonsteren en
            ik zou het ze thuis allemaal wel vertellen ipv te schrijven. Dat maakt dat ik niet kan achterhalen
            en me ook niet kan herinneren hoe mijn eerste kennismaking met New Orleans was.
            Ik herinner me wel veel over New Orleans, leutige dingen, maar dat was later, op andere schepen.

            Volgens mijn zeemansboek duurde deze 1ste contractperiode, waarvan de briefwisseling nu ten einde is, 
            6 maanden en 16 dagen.  

    m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden - tekst uit de scheepscorrespondentie van toen -

     

    07-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    06-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.016. Sam De Bruyn

    te gast bij Wim Helsen ~ Sam De Bruyn
    een tekst van Austin Kleon

                Pas goed op jezelf.

            Ik ben een saaie man met een baan van negen tot vijf,
            die met zijn vrouw en hond in een rustige buurt woont.
            Dat hele romantische idee van het creatieve genie dat aan de drugs is,
            van hot naar her rent en met iedereen naar bed gaat, is achterhaald.
            Dat is voor supermensen en voor mensen die jong willen sterven.
            Creativiteit kost namelijk een hoop energie.
            Die energie heb je niet als je die verspilt aan andere zaken. 

                Afbeeldingsresultaat voor sam de bruyn

              De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            De Bruyn in gesprek met Helsen :
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a6/
            10min56

    Wat een geestige man is die Sam de Bruyn. ’k Zou hem direct adopteren als mijn ideale schoonzoon,
    gesteld dat LM en ik kinderen zouden hebben.
    ’k Heb het gesprek nu al 3x bekeken en elke keer
    ben ik opgetogen over telkens andere rake dingen die daar gezegd worden.
    Wie bovenstaande link niet aanklikt doet zichzelf tekort!

    Wat ook moet gelezen worden, moét zeg ik, is het artikel over het boek, geschreven door ene Johan.
    Die link staat gans onderaan, bij de documentatie, de kleine grijze lettertjes.
    Onderschat nooit de kleine lettertjes …

    Wat in daar staat kan dienen in denkelijk alle gebieden van het bestaan :
    wanneer een idee op uw pad komt moogt ge dat gebruiken.

    Of het nu over een meubelschikking in de woonst gaat, of een keukenrecept,
    of een kleurencombinatie voor kledij, of tekstschrijverij, of ernstige dingen …
    wanneer het leven u iets aanreikt, moogt ge dat gebruiken.
    Dat laatste lijntje komt van Christine Hemmerechts.
    Wat ik zeggen wou, de onderste link aanklikken, gauw!


    Over Sam De Bruyn : https://nl.wikipedia.org/wiki/Sam_De_Bruyn
    Over Austin Kleon : Austin Kleon is een bestsellerauteur van de New York Times van drie boeken: Steal Like an Artist, Laat je werk zien! en Krantenuitval.
    De werken van Kleon richten zich op creativiteit in de wereld van vandaag. https://en.wikipedia.org/wiki/Austin_Kleon
    Over het boek ‘Steal like an artist’ : https://www.proximus.be/nl/id_b_cb_steal_like_an_artist/zelfstandigen-en-kleine-bedrijven/discover/news/inspiratie/boek-steal-like-an-artist.html

    06-11-2019 om 07:48 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.015. ship 01 brief 09b

    1978-07-29-za, Golf v Mexico

    Dag Lieve Mensen, ik denk dat er naar één plaats op de wereld is waar zoveel
    lieve mensen bijeen wonen en dat is thuis. (Wat krijgen we nu, ze wordt sentimenteel?) 

    We zijn de tropische gordel uit en sinds gisteren is het leven weer leefbaar. Een mens kan weer eens buiten komen nu.
    Want amai dat klimaat in de tropen, voor mijn part mogen ze het afschaffen.
    Warm is niks maar de vochtigheid erbij maakt het vreselijk vermoeiend. Vooral wanneer ge moet werken.
    Ik kan me wel voorstellen dat er mensen zijn die genieten van dit soort weer maar
    die zitten in een stoel op een terrasje of liggen in een hangmat op hun veranda. Zo zou ik er misschien ook van genieten,
    als passagier op een (houten) deck en me laten serveren door dravende stewards. De stewardessen zou ik wat ontzien.
    Alle geluk dat we hier geen passagiers hebben. Mensen wat heb ik gezweet.
    Ze nemen hier allemaal zoutpillen om niet teveel vocht te verliezen. (minerale zouten, wil dat zeggen)
    In het begin dacht ik dat het troela was. Maar na een week zweetpareltjes over heel het lijf werd ik wat slappekes.

    En toen ik eens voor de zoveelste keer het zweet van mijn bovenlip likte, smaakte het niet eens zout meer.
    Goed, dan heb ik ook maar zoutpillen genomen, gelijk alle grote mensen. ’t Was hoog tijd want ik had al febbeltes.
    Wat? FEBBELTES. Dat is de Antwerpse vertaling van, denk ik, FAIBLESSES.
    Zoiets als slaptitudes ongeveer, maar dan in de tropen. (en in het Antwerps)

    Hier hangt zoveel vocht in de lucht dat het zweet niet opdroogt, dat ge u niet afgedroogd krijgt na de douche tenzij
    ge u eerst insmeer met odeklonje maar daar droogt dan het vel van uit. En zo is ’t altijd iet.
    Want tisaltijtietoor! Hier wordt veel en dikwijls drukte gemaakt, meestal om niks, om bezig te blijven,
    om gespreksonderwerp te hebben. Sinds het 'verblijf' in Brazilië heb ik niet veel meer meegemaakt.
    Een paar dagen geleden zijn we langs Jamaïca gevaren. Mooi.
    Vooral met de verrekijker. Dan ziet ge nog eens iets van de wereld. Join Ahlers and sea the World.

    Sinds Henri chefkok is blijft het eten goed, dus de stemming aan tafel ook, behalve voor de mensen die van roddel
    hun reden van bestaan gemaakt hebben en niet gelukkig kunnen zijn zonder een of ander malheur. En eigenlijk
    zijn die tevreden met hun eigen gejammer, dus alles gaat goed hier aan boord.
    LANG LEVE DE KOOPVAARDIJ. KOM ER BIJ. KOM ER BIJ. 

    De nieuwe eerste stuurman houdt nog altijd zijn manieren, dus wij ook. Geslaagde baas, we zien hem maar af en toe.
    En zagen doet hij niet, dus van mij mag hij blijven.
    Hij heeft zelfs al eens gegaasd. (gazen = gas spuiten tegen kakkerlakken)
    De vorige wou dat niet doen omdat het gas tegen de kakkerlakken te duur is.

    Op drie maanden tijd is er geen enkele keer gespoten. Ge kunt denken hoe het hier krioelde.
    Wat hij gaan vertellen is op den bureau weet ik niet. Waarschijnlijk dat het ‘niet nodig’ was,
    zoals hij ons eens met het afwasmiddel heeft liggen gehad. Maar deze stuur gaasde er nogal op los hoor!
    Tot hij er van wegdraaide want hij had het gasmasker niet opgezet. En dat spul pakt naar de keel.
    Precies of ze nijpen uw strot toe. Heel gek, want er nijpt niemand, en ge ademt toch gewoon verder?
    En dan is het alsof uw ogen uit hun kassen willen.
    Ik ben maar gauw buiten verse vochtige warme lucht gaan ademen (niks fris). En mijn plantjes heb ik ook buiten
    gezet want die hebben maar fijne strotjes. En oogskes hebben ze al niet, ocharme.
    Dan kan ik ze toch niet in het gas laten staan he.
    Toen de stuurman dan toch zijn gasmasker opzette was hij precies zelf een grote kakkerlak.
    Het heeft hier twee dagen gestonken en al het voedsel dat onbedekt blijven liggen was kon weg gegooid worden.
    Maar dat is niet erg want hier wordt zoveel weg gegooid dat het niet eens opvalt. 

            Als ik er op terug kijk, en wetende wat ik nu weet, heeft die eerste stuurman in als zijn ijver
            een paar serieuze procedure fouten gemaakt. En dan vragen ze zich af hoe zeevarenden een aandoening 
            aan de luchtwegen kunnen oplopen … op zee is toch altijd gezonde lucht! Ja, misschien,  
            maar daarom nog niet aan boord.

    Nu stop ik er mee, want seffes moet ik herbeginnen met werken.

    Dag, kusjes, de groeten, let goed op ulle zelf en op mekaar allemaal. 

    PS: 1/ Wie gaat wanneer op vakantie en waarheen? 
          2/ Er was geen ene brief in Brazilië. Misschien in volgende haven. Het is ulle geraden potdorie of ik
             laat ook niks meer van mij horen. Ik zwijg als een graf. Als een zeemansgraf, dat is nog vele stiller!

    m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden - tekst uit de scheepscorrespondentie van toen -

    06-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    05-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.014. Michèle Cuvelier

    te gast bij Wim Helsen ~ Michèle Cuvelier 
    met een tekst van Lucebert 
             
               Er is alles in de wereld

            ik tracht op poëtische wijze
            dat wil zeggen
            eenvouds verlichte waters
            de ruimte van het volledig leven
            tot uitdrukking te brengen

            ware ik geen mens geweest
            gelijk aan menigte mensen
            maar ware ik die ik was
            de stenen of vloeibare engel
            geboorte en ontbinding hadden mij niet aangeraakt
            de weg van verlatenheid naar gemeenschap
            de stenen stenen dieren dieren vogels vogels weg
            zou niet zo bevuild zijn
            als dat nu te zien is aan mijn gedichten
            die momentopnamen zijn van die weg
            in deze tijd heeft wat men altijd noemde
            schoonheid schoonheid haar gezicht verbrand
            zij troost niet meer de mensen
            zij troost de larven de reptielen de ratten
            maar de mens verschrikt zij
            en treft hem met het besef
            een broodkruimel te zijn op de rok van het universum
            niet meer alleen het kwade
            de doodsteek maakt ons opstandig of deemoedig
            maar ook het goede
            de omarming laat ons wanhopig aan de ruimte
            morrelen

            ik heb daarom de taal
            in haar schoonheid opgezocht
            hoorde daar dat zij niet meer menselijks had
            dan de spraakgebreken van de schaduw
            dan die van het oorverdovend zonlicht

                Afbeeldingsresultaat voor michèle cuvelier                            

                De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje. 
            Cuvelier in gesprek met Helsen,
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a5/
            12min42

    "Lucebert betekende een revolutie in de Nederlandse letteren.
    Hij was de meest vernieuwende dichter van zijn generatie en
    voegde onsterfelijke regels toe aan de Nederlandse poëzie.
    Voor een nieuwe generatie behoort hij tot de voorbeelden, getuige bijvoorbeeld Ilja Leonard Pfeijffer,
    die een keuze maakte uit het oeuvre van de door hem zo bewonderde dichter.
    In zijn inleiding gaat hij in op de betekenis van het werk, voor hemzelf en voor de lezer van nu." Google Books

    Dat kan allemaal goed zijn maar ik zal vooringenomen zijn -en blijven- door het feit
    dat Lucebert nazi sympathieën had,
    en zelfs vrijwillig bij de Duitse Arbeidsinzet gaan werken is.
    https://nl.wikipedia.org/wiki/Arbeitseinsatz


    Er zijn mensen die roepen dat zoiets niet mag, dat men het werk van een kunstenaar

    niet mag beoordelen naar zijn persoonlijk leven. Klimt (schilder) en Rodin (beeldhouwer)
    waren toch ook geen doetjes!
    Dat waren regelrechte loeders!
    Ja, denk ik dan, en toch is er voor mij nog een verschil tussen een loeder-leven en nazi-sympathieën.
    En dat laatste kleurt voor mij de naam Lucebert, vernieuwende dichter of niet, onsterfelijke regels of niet.

    Over Michèle Cuvelier : https://nl.wikipedia.org/wiki/Mich%C3%A8le_Cuvelier 
    Over Lucebert : https://nl.wikipedia.org/wiki/Lucebert#Levensloop  

    05-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (1)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.013. ship 01 brief 09a

    1978-07-08-za, op zee

    Dag Laura, dag Dee, hoe istermee? En met de vakantie? En met de Kreoon? (de hond)
    Het lijkt alsof ik ulle gisteren nog gezien heb maar dat kan niet, want het is al 8 juli vandaag.
    De tijd vliegt hier nogal. Ginder ook? Hoe is ’t met uw nieuw kleed? Hebt ge dat V-kraagje al aangepast?
    De chief eng (een Duitser) vroeg of ik my nice dress nog had om eens to show to de captain.
    - I gave it to my sister, zei ik.
    - But it was a nice dress! riep hij uit.
    Precies of ge moogt alleen maar mottige dresses aan uw zuster kadoo doen.
    - That’s why I gave it to my sister, chief, she’s a nice girl. So I’ve put two things of beauty together.
    Daar moest hij over nadenken blijkbaar, want hij zei niks meer.
    Nu hoop ik maar dat ge uw thing of beauty draagt, my beauty, of ik val in affronten bij den chief.

    Binnen een maand of twee zijn we weer in de buurt. Als gellie zin hebt kunt ge komen.
    Als ge niet met vakantie zijt natuurlijk. Ik laat wel tijdig weten waar en wanneer.
    Moest het Hamburg of Rotterdam worden, maak er maar een weekendje van, ge kunt aan boord blijven eten en slapen.
    Als ge de afwas doet kan den ouwe er niks op zeggen. Hij kan op zijn kop gaan staan draaien.
    Dat zou hem trouwens deugd doen, misschien wordt hij er redelijk van.

    En tussendoor trekt ge weg, de stad in.
    Enfin, als er iets af te spreken valt dan doen we dat later wel, te gelegener tijd.
    Als ge bij Tina langs gaat, vraag haar of ze mijn telegram met verjaardagwensen ontvangen heeft.
    En of hij toegekomen is, dat eerst en vooral. 

    Dit is nu mijn tweede reis op dit schip, sinds twee weken, en ik heb al meer last gehad van heimwee
    dan de vorige maanden samen. Is het omdat ik efkes thuis geweest ben, ik weet het niet.
    Hoe zit het met Tina, spreekt zij nog niet over huiswaarts keren?

            Tina was toen samen met Toppiéke bezig aan een lange reis, nu het nog kon.
            Het jaar daarop werd de kleine zes jaar en dus schoolplichtig.
            Alles samen heeft die reis zeven maanden geduurd.
     
    Enfin, heimee is een te sterk woord, maar ik denk plots : was ik nu maar bij Jeanneke, of in de huizekes, of bij SW.
    Alles is goed, de KeizerKarellaan aflopen zou al volstaan. Of door de frisse regen lopen op de Adolf Max.
    Want friste is hier ver te zoeken. Kijk eens mee op de kaart: na Antwerpen gingen we langs
    - Madeira, ten westen van Marokko, dus warm
    - Kaap Verdische eilanden, nog meer zuid, nog meer warm
    - Fernando de Noronha, Eiland tsn Kaap Verdische Eilanden en Zuid-Amerika, nog warmer
    - voor het ogenblik varen we ter hoogte van Recife, 
       het meest oostelijke punt van Brazilië en tegelijk ook van Zuid-Amerika.
    - daarna is het nog 240 zeemijl naar Ubu Point, een nieuwe laadhaven voor ijzererts, ten zuiden van Vittoria, Brasil
    Waarschijnlijk zien we in Porto de Ubú geeneens bewoonde wereld wat het is er een doods gedoe zeggen ze hier aan boord.
    We gaan direct tegen de pier en in 24hrs zijn we geladen en weer weg, naar de States, gaan lossen in Port Arthur.
    Dat ligt iets ten zuiden van New Orleans, over de grens in Texas. Dus niet op de Mississippi.

    Wat Zuid-Amerika betreft vang ik achter het net he. Het continent van Mordillo.
    Er is hier uit een of ander oud tijdschrift een mooie Mordillo tevoorschijn gekomen De 4de mecanicien
    heeft die in zijn cabine hangen en wanneer hij afmonstert krijg ik die voor Dee zijn collectie.
    Het is een prent van een Mexicaantje dat met gitaar en sombrero ayayay staat te zingen, zoals Mexicanen dat kunnen.
    Op het eerste zicht staat hij boven op de heuvels maar als ge een tweede blik werpt (zachtjes werpen) dan ziet ge
    dat hij met blote voeten op héle grote cactussen staat. Vandaar de aïeaïeaïe.
    Mooi en om de slappe lach van te krijgen, zoals van de meeste Mordillo’s.
    Binnen enkele maanden is de cartoon voor u hoor Dee.

    Ik heb die twee Dorothy Sayers gelezen, aan deck, in de zon, toen het nog niet zo moordend heet was.
    Ze zijn alletwee heel goed, die Lord Wimsey is een sympathieke knul, lijkt mij.
    Eerst leekt de verhouding tsn Wimsey en zijn butler Bunter nogal op de toestanden bij Woodhouse,
    maar dat was ik rap vergeten. Wimsey zegt op een bepaald moment zelfs tegen Bunter:
    'Hang zo de Jeeves niet uit.' Duidelijker kan het niet he. Sayers kan zoiets toen al te horen gekregen hebben,
    dat het op een kopie/plagiaat leek en dat heeft ze dan tof weerlegd. Die Wimsey is niet dwaas ookni.
    Het is de eerste keer dat ik een detectieve lees die zich bezint over zijn job = hobby voor Wimsey,
    want hij laat zich niet betalen. Eigenlijk heeft hij principiële bezwaren tegen zijn eigen motivaties.
    Goed gevonden van Sayers. Het maakt Wimsey wat menselijker.
    Maar goed, ik ga er geen boekbespreking van maken. Hebt gellie ze gelezen? Doen, Het is de moeite.
    Bon, ik stop ermee kinders, het is al laat en ik moet er morgen vroeg uit. De groetjes aan Tina & Toppié en
    geef de route door aub. Dag tweetjes & een goei vakantie.

    m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden - tekst uit de scheepscorrespondentie van toen -
    https://nl.wikipedia.org/wiki/Guillermo_Mordillo , https://nl.wikipedia.org/wiki/Dorothy_L._Sayers, https://nl.wikipedia.org/wiki/Lord_Peter_Wimsey,

    05-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    04-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.012c memorie 03

    de reputatie van de allereerste stewardessen

    Wanneer juist de koopvaardij ook met stewardessen begon te werken en niet met enkel stewards weet ik niet,
    ergens in de jaren zestig als ik me goed herinner, maar er werd gezegd dat de eerste stewardessen
    prostituees fin de carrière waren.
    Mogelijk om nog iets of wat sociale zekerheid te verwerven, denk ik nu, achteraf bekeken.
    Hun taakomschrijving aan boord vonden ze niet bindend, of op zijn minst bespreekbaar.
    Met alle gevolgen voor het onderhoud binnen het kasteel, de huishouding en de sfeer aan boord natuurlijk. 

    Achteraf bekeken vraag ik me af waarmee ze betaald werden. Op zee hadden de zeevarenden weinig baar geld
    en in haven waren er jongere dames beschikbaar aan wie ze het voorschot-in-haven zouden besteden. 

            ’k Zag al een huishouding met twee Zwarte Lola’s ipv twee stewardessen.
            Daar had ik niet bij willen zijn. Nog niet als vlieg aan de wand. 

    Maar dat verhaal nam ik toen voor echt want het was vóór mijn tijd en alles wat voor mijn tijd gebeurd was
    én waar mondelinge getuigenissen van circuleerden hoorde bij de Kleine Geschiedenis van de Gewone Mensen.
    Dat was toen al mijn dada. Ik ging ’s avonds soms naar de mess-matrozen om verhalen van anciens te horen.
    Als de mannen aan het kaarten waren verdween ik weer,
    als ze niet kaartten kreeg ik er soms ene op zijn praatstoel en dat was genoeg.
    Zijn verhaal maakte andere los en ik hoorde van die paar veteranen onder de matrozen verhalen en verhalen,
    waarover ik dom genoeg niks genoteerd heb. Geen letter. 

            Al die verhalen gingen over schepen die tot het type General Cargo hoorden. 
            Dwz dat de lading bestond uit stukgoed, gemengde lading, 
            zakken, kratten, vaten, kisten, paletten, rollen staalplaat, bobijnen staaldraad …
            die lading zeevast zetten was de job van de stouwer. Heel belangrijke job. Hij was de man die moest zorgen
            dat de lading niet begon te schuiven op zee. Zelf vaarde de stouwer niet mee, hij was havenarbeider.
            Een general cargo ligt natuurlijk langer in haven dan een bulkcarrier of een tanker of een containerschip.
            En veel van die verhalen speelden zich in verre havens af. Verhalen om met gespitste oren naar te luisteren.

            https://nl.wikipedia.org/wiki/Havenarbeider 

    Nu, om over de eerste stewardessen verder te vertellen. Of Yvonne ze ooit meegemaakt heeft weet ik niet,
    maar zij hamerde er wel op dat we de juiste werkkledij moesten dragen. En het juiste schoeisel!
    Schorten en lage schoenen, beroepskledij. Dat tenue was inderdaad gemakkelijk en dus belangrijk, heb ik later
    op andere schepen gemerkt aan de collega’s die er anders over dachten. En ooit schoot me ook een raad van
    een lerares Frans te binnen: met de juiste BH en met het juiste parfum kan men alles dragen. En dat is ook zo,
    dan lijkt zelfs de meest vormeloze overall op een drapage.

            ’t tenue van een kok

    Toen Yvonne na vier maanden afmonsterde en vervangen werd, zag ik bij Henri iets veranderen.
    Hij bleef soms dagen ongeschoren, in een tijd dat de stoppelbaard nog niet in de mode was.
    Hij droeg niet meer de witte bakkerspantalons waar Yvonne haar fierheid uit haalde,
    maar de grijs-witte pied de poule broeken die na verloop van tijd een beetje vormeloos om zijn lijf hingen.
    En zijn schorten, de voorbinders, wisselde hij niet meer tweemaal per dag.
    Kortom, als zijn vrouw weg was, vielen haar maatstaven ook weg.
    Eigenlijk zag hij er uit als een doorsnee scheepskok, maar dit was mijn eerste schip dus kon ik nog niet vergelijken.
    Tot dan toe dacht ik dat alle koks, door de aard van het beroep, er dag-in-dag-uit netjes en zelfs picobello uitzagen.
    Latere schepen heb ik gezien, beseft en begrepen dat het zeer zelden zo was.
    Chefs die de netheid in de keuken doortrokken naar netheid op hun persoon waren eerder uitzonderingen.
    Jammer dat ik dit er moet bij vertellen, maar het is zo. 

            de vervangster, mijn tweede collega

    De nieuwe collega hanteerde absoluut niet dezelfde maatstaven, de criteria die ik ondertussen
    als de maatstaven ‘van het huis’ was gaan beschouwen. Bleuke dat ik toen nog was.
    De nieuwe collega was ook vooraan in de 50, dus van dezelfde leeftijdscategorie als mijn enig en uniek voorbeeld,

    maar ik stond vrij vlug alleen met de maatstaven.

    Een voorval dat me bijgebleven is, is de boter. 
    Tot dan toe werden de blokje boter van 250 gr in drie gesneden, en per vier personen
    werd zo’n reep van ongeveer 80 gram op tafel gezet in een rechthoekig schoteltje.
    Na elke maaltijd werd de boter afgeruimd en in de frigo gezet, zo wordt ze minder snel ranzig.
    De restanten werden in een rechthoekig schoteltje verzameld en de volgende maaltijd werden
    werden nieuwe reepjes boter op tafel gezet. Ongeveer 20 minuten voor de service kwam iemand van ons
    die schaaltjes op de tafels zetten, zodat de boter smeerbaar was wanneer de service begon.
    Er moest trouwens toch brood gesneden worden ook, dus dat ging in één moeite door.

    Na een aantal dagen vulden de restantjes het rechthoekig schoteltje. De inhoud van dat schoteltje
    werd opnieuw in drie reepjes van 80gr verdeeld en zo op tafel gezet. Dus geen verspilling,
    bij ons werd geen boter ranzig!

    Een van de eerste dagen met de nieuwe collega merkte ik dat de boter van het ontbijt
    nog altijd op de tafels stond, ze was niet afgeruimd. Een verstrooidheid natuurlijk, dacht ik.
    Neenee, geen verstrooidheid. Medam vond het niet nodig om de boter af te ruimen en later weer op tafel te zetten.
    Dat was dubbel werk. En zij sneed de boters ook niet in drie repen, zij legde in elk botervlootje
    een pak boter van 250g. Met alle verschillende messen die aan tafel in elk botervlootje gingen
    zag het klompje er uit als een terrein dat gebombardeerd was door broodkruimels.
    Smakelijk.
    Het mens had gewoon geen notie van service, van dienstverlening. Het was om van te huilen.
    En dit ging nog enkel over de boter. 

    Op een dag had ik haar nodig omdat ik wou vragen of ze efkes kon komen helpen met iets, iets dat ik
    waarschijnlijk niet alleen kon, een matras omdraaien of zo. ’t Waren toen nog van die zware matrassen hé.
    ’k Vond haar niet, ik liep alle cabines langs, ook die in mijn sector, en ik vond haar in de cabine van de 3de mecanicien.
    Daar zat ze boven op de schrijftafel, een sigaret in de ene hand, een glas whisky in de andere en de blik op oneindig …

    Ten eerste : men gaat niet zitten in een cabine die werkterrein is. En al zeker niet bovenop een tafel.
    Ten tweede : whisky in de voormiddag? De eerste service moest nog beginnen! Het was nog geen 11h20, wil dat zeggen.
    Ten derde : wat deed ze in een cabine die in mijn sector lag?

    En toen vielen een aantal puzzelstukken op hun plaats. Het verhaal was waar.
    Dat geverfd haar, sigaret, whisky, bovenop een tafel gaan zitten … zij was een Zwarte Lola.
    Ik was zwaar teleurgesteld. Niet omdat zij nog ergens een broodwinning zocht, ik was zwaar teleurgesteld dat
    na Yvonne het leven zo iemand op mijn pad gebracht had. ’k Herinner me zelfs haar naam niet.
    Met het poetswerk en de boter en al die andere dingen zou het dus nooit goed komen.
    Haar idee van dienstverlening situeerde zich op een gans ander plan dan de koopvaardij bedoelde.
    Tot zover de feiten.  

    Iets later kwam de schok van het besef : niet iedereen in deze wereld is een Yvonne.
    Dat ik vanaf nu zonder haar zou verder moeten. Dat ik er alleen voor stond, alle komende schepen, alle komende jaren.
    Het was een enorm verlaten gevoel. Wat moest ik doen? Wat moest ik doén?
    We zien wel. Rug recht, diep ademhalen, vooruit kijken en verder werken. Meer kon ik niet doen. 

    In 1992 heb ik haar nog eens opgebeld, 14 jaar later. Toen ik mijn naam zei wist ze onmiddellijk wie ik was.
    ’k Moest zelfs de naam van het schip niet vermelden. Ik belde haar om te zeggen dat ik ging trouwen (met LM)
    en om haar te bedanken voor de ‘stage’ die ze mij had doen doorlopen, dat zij aan de basis lag van mijn beroepsleven.
    Want dat was mijn broodwinning ondertussen geworden, mijn beroep.

    04-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.012b memorie 02

    de welopgevoede aspirant

    In '78 was ik op een schip waar ene BDS aangemonsterd werd als aspirant.
    Aspirant deck, een stuurman in spe op Zijn Eerste Schip.

    Hij zette de eerste morgen zijn patrijspoort open, omdat dat iets is
    dat welopgevoede jongemannen doen: raam openzetten zodra ze opgestaan zijn.
    Jawel.
    Maar-in-'s hemelsnaam-niet-op-een-schip-dat-steenkool-aan-het-lossen-is!

    Alles in zijn cabine zat onder zwart vettig kolenstof.
    Alles. Plafond, wanden, meubels en beddengoed, alles.
    Zwart en vettig. Alles vettig en zwart.
    Tot zelfs de kraantjes in de badkamer, en die deur was nochtans gesloten gebleven.

    Ik bleef daar kalm onder, zij het met een zenuwlachje, omdat ik me kon voorstellen
    dat hij dat op pensionaat zo geleerd had en vermits hij aan boord een goede indruk wou maken,
    had hij dus braafjes zijn 'raam' open gezet.
    "Dat heet patrijspoort jongen!"

    Yvonne en ik hebben een onvoorzien aantal uren gewerkt
    om die cabine uit te wassen en weer leefbaar te krijgen.
    De slungel wou helpen, maar met al zijn armen en benen liep hij danig in de weg.
    Zitten en braaf zijn. Hij moest ons vooral laten werken.
    Dus zat hij op zijn seat schaapachtig te kijken hoe wij in uptempo opkuisten wat hij veroorzaakt had.
    Hij bleef stil, wij vergaten ongeveer dat hij er was en praatten over job en werkschema.
    De uren die hij daar gezeten heeft, hebben wel opgebracht.
    Het vent zag ons doende en had ook oren aan zijn hoofd.

    Wij hebben daarna, voor de rest van ons contract de meest
    vriendelijke, beleefde, behulpzame aspirant gehad die een mens zich maar kan indenken.
    In die paar uurtjes zitten & luisteren had hij een zicht op onze job gekregen.
    Hij had niet alleen oren aan zijn hoofd maar ook hersens in zijn kop.
    Hersens zaten in de familie, zijn pa was de walkaptein.
    Nu zou men zeggen de CEO van de firma. Toen was een rederij nog een rederij. Walkaptein dus.

    Negen jaar later moest ik monsteren in Durban.
    Op mijn contract stond dat het schip als kaptein BDS had.
    Ach ja, sommige aspirantjes worden ooit kaptein. Zo is dat.

    Toen ik aan boord kwam, doodmoe van de 36hrs onderweg
    en van de bruuske klimaatovergang,
    ging ik me boven melden, zeemansboek en contract in de hand.

    Hij zou het allemaal niet meer weten, na negen jaren andere en belangrijker dingen aan zijn kop.
    Ik klopte.
    - Binnen.
    - Dag kaptein, ik ben de nieuwe …
    - Waar waart gij al die jaren, m? onderbrak hij met een vage glimlach.

    En ineens herinnerde ik me dat men het Eerste Schip
    eigenlijk nooit vergeet. Hij dus ook niet.

    Waar waart gij al die jaren, m?
    Dát, lieve mensen, was een verpakt compliment.
    Hij had in die negen jaar tussentijd al andere dingen
    in de huishouding van een schip meegemaakt/moeten meemaken.

    In drie weken tijd had ik dat kasteel zoals hij het hebben wou : shipshape.

    m – nu zou me dat niet meer lukken, met mijn stramme gewrichten - EZW-05/2013, HiH-07/2016, en blog 02

    04-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.012a memorie 01

    een paar losse herinneringen bij het eerste schip

               Tekst 008 is de laatste over dat fameus allereerste schip, dus als ik nog
            anekdotes wil vertellen over dat schip dan moet het nu gebeuren. 

    Op de foto in tekst 008 herkende ik zo'n beetje vanalles, maar niet direct duidelijk of precies.
    Maar nu zijn er toch al een paar memories. 

             de beroepseer van Henri 

    Op de foto in tekst 008 ziet ge onderaan het kasteel (de bewoning)
    vier rechthoekige patrijspoorten (ramen) naast mekaar. Daar was de keuken.
    Er was ook een deur naar het achterdek en langs daar gingen de vuilbakken buiten.
    Die deur staat links van de patrijspoorten, maar ze is niet duidelijk te zien,
    ze wordt verborgen door de winch. 
    Bij die winch hoort een aantal andere halfhoge bouwsels, de bolders en fairleads,
    om trossen en springs (metalen kabels) aan vast te maken.
    Trossen en springs moeten het schip tegen de kaai houden.
    Champignons noemde ik die half-hoge dingen toen.

    Op een van die champignons had chef-kok Henri (de man van Yvonne) een lage houten krat met
    perziken of abrikozen in de zon gezet. Hij wou ze nog wat laten rijpen om ze die avond of 's anderendaags als dessert te geven.
    Ze waren rijp, maar ze waren nog niet echt tafelklaar, ze mochten nog wat zon hebben.
    's Avonds stapt hij buiten om het kratje binnen te halen en van de 24 of 25 stuks die hij te zonnen gelegd had
    lag er nog eentje. Als de rest was verdwenen in de monden van de mensen van deck.
    Henri wou de vruchten kunnen serveren in prima staat -beroepsfierheid kan men zoiets noemen-
    maar de matrozen namen genoegen met iets minder dan prima en
    in het langskomen hadden een aantal van hen zich alvast bediend. Dubbel bediend, want
    de perziken voor de officieren en de staff waren ook verdwenen.

    We hoorden Henri van op het achterdek vloeken tot in de pantry, met gehuil van woede.
    Ik begreep zijn colère toen niet helemaal -er was toch nog ander fruit beneden in de koelkamers-
    maar ik voelde wel dat men het werk van een ander niet saboteert.
    En ik snapte het zinnetje van Yvonne, dat ze gebruikte wanneer er volgens haar
    iets ontoelaatbaars gebeurd was: "Amai, d'er is ooit voor minder gevochten geweest zenne …"

    Als daarna nog iemand van de matrozen iets speciaals wou van de keuken zou die lang kunnen wachten
    eer daar gevolg aan gegeven werd: morgen pannenkoeken als dessert? In Antwerpen! Eerder niet.
    In Antwerpen had iedereen verlof voor een paar dagen, de shoregang kwam het werk doen,
    dus 'pannenkoeken in Antwerpen' wou zeggen 'vergeet het'.

    En of het schip naar Antwerpen ging was ook niet zeker. Dus, vergéét het. Er werden geen
    speciale verzoekjes meer ingewilligd. Het bleef vrede tussen de keuken en de mess-matrozen,
    maar het was wel gewapende vrede. Henri had het laatste woord, want híj was baas over de koekepannen.
    En over alle andere potten en pannen. En over de voedselvoorraden. Een soort machtspositie dus hé.
    Van die perziken hadden ze moeten afblijven … 

             druppels, waterspoor, gladheid en smos

    Er was voor de officieren één enkele wasmachine voor de gewone kledij aan boord en die machine zwierde niet.
    Het was een model met opstaande trommel waar onderin een pulsator die het water met de was deed bewegen.
    Het ding deed me denken aan een wasmachine die we ooit thuis hadden in de jaren 60. Een wasmachine die niet zwiert.
    De kleddernatte was moest overgebracht worden naar de zwierder en daar met kennis van zaken
    verdeel worden in de trommel. De zwaarste stukken onderin langs de rand gelegd. 

    Er stond geen zwierder naast die overjaarse (nieuwe) wasmachine. Dat betekent dat de officieren
    hun kleddernatte was in hun emmer mee naar hun cabine moesten nemen en daar in de douche ophangen.
    De snuggersten onder hen wrongen hun was ter plaatse uit, propten hun was dan pas in de emmer en
    brachten die zo naar boven. De minder snuggeren onder hen kledderden hun druipend wasje in hun emmer
    en vroegen zich af waarom die was er niet in ging. Met druipende was in een druppelende emmer togen ze vervolgens
    naar een verdiep hoger, naar hun cabine om daar dan de was op te hangen in de douche of te laten staan in de emmer
    tot ze beseften dat ze geen propere kledij meer hadden. Navenant hun temperament. Of hun opvoeding.
    Verbaast het u dat de grootste praatjesmakers aan tafel de grootste sloddervossen waren hun cabine ? 

    Nu stond die wasmachine in de toiletruimte op het maindeck -het gelijkvloers in woorden voor walmensen-
    Om het gedruppel en het gelek op te vangen had ik een dweil bij die vermaledijde wasmachine gelegd
    en ook een of twee aan de deur van de toiletruimte. Het onderhoud van die ruimte viel in mijn sector. 

    Op een dag kom ik er langs, iets voor 11h, ik was in de mess de tafels gaan dekken, en ik zie
    een waterspoor in de alleyway. Geen druppels, maar een druipend, lekkend waterspoor.
    Iemand had het niet nodig gevonden een emmer te gebruiken,
    iemand was met zijn druipend wasgoed zo naar elders getogen.
    Water in de bewoning wordt onmiddellijk opgekuist, daar zijn een aantal goede redenen voor.
    'k Neem een emmer en een dweil en ik droog dat waterspoor, tot achter de hoek, de trap op,
    weer een stuk alleyway, tot aan de deur van de 3de stuur. Die deur was dicht. Dicht?
    Die had ik niet dicht gedaan want een deur moet men laten openstaan wanneer een cabine bediend is.
    'Daarbinnen bekijk ik het morgen dan wel', zal ik gedacht hebben. En verder vroeg ik mij niks af.
    Aan tafel vertel ik waarom ik zo laat ben. Yvonne vroeg waar dat waterspoor naartoe geleid had.
    Naar de cabine van de 3de stuur. Waarschijnlijk voelde ze toen al nattigheid.

    Jaa, ik weet het, waterspoor en nattigheid … het ligt teveel voor de hand hé.

    Na de service spreek ik de 3de stuur daarover aan, dat men geen water morst in de gemeenschappelijke ruimtes,

    kwestie van veiligheid en ook kwestie van properheid. Het larf ontkent in alle toonaarden dat hij het was.
    's Anderendaags spreek ik daar de 1ste stuur over aan.
    Bij die rederij was de 1ste stuur onze baas, er was geen chef steward meer wegens bezuinigingen.
    De 1ste stuur was tegelijk ook de baas van de stuurlieden.
    Wat doet de 1ste stuur? Hij trekt mijn woorden in twijfel.
    De veiligheid en de properheid binnen de bewoning werden in het ongelijk gesteld.
    Nu hoop ik dat het larf in privé een draai om de oren gekregen heeft van de 1ste stuur.
    Sommige jonkies moeten echte leren wat leven in groep betekent.

    'k Liep met mijn ziel onder mijn arm omdat mijn baas mijn woorden in twijfel getrokken had.
    'k Vertelde de waarheid en toch werd ik niet geloofd? Die situatie deed sterk denken aan de nonnenschool.
    Yvonne hielp mij uit mijn droom: 

            Om hoe laat had ik die watersmos gezien? Om 11h.
            Naar welke cabine leidde die watersmos? Naar de cabine van de 3de stuur. 
            Wel, een 3de is van wacht op de brug van 08h tot 12 h. Hij had nóóit de brug mogen verlaten
            voor het einde van zijn wacht. Die was zwaar in fout! Natúúrlijk liegt het manneke, en natuurlijk
            kiest de 1ste voor zijn stuurman en niet voor iemand van bezem&dweil. 

    Ziezo, hiërarchie garandeerde dus ook geen ademruimte. Was dit occasioneel of was dit het systeem?
    Wat bleef er dan over? Waar moest ik naartoe om een beetje rustig te kunnen leven. In peis en vree.

    04-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.012. schip 01 brief 08

                Tussen de vorige brief en deze is een gaping van meer dan zes weken. Schreef ik in die periode niet meer?
            Zijn die brieven verloren geraakt? Heeft Ma ze niet geklasseerd? Dat is niet meer te achterhalen.
            Ergens in een haven (ik denk dat het in de States was, mogelijk Newport News)
            heb ik een draagbaar typmachientje gekocht, want de brieven die volgen zijn getypt.
            Zeer waarschijnlijk heb ik dat toen gekocht omdat na een ganse dag handenarbeid
            de fijne spiertjes van de vingers niet meer zo goed mee willen
            en ik al schrijfkramp kreeg nog voor ik uitverteld was. 
            En nu herinner ik mij dat het een qwerty-klavier was! Horreur!

    1978-07-07-vr, op zee, op weg naar Brazilië 

    Duur’bre ouders, Wanneer ging gellie weer op vakantie? Ik weet het niet meer.
    Toen ik in juni terug kwam van de wal lag er voor mij een brief van Ma, nagestuurd van uit New Orleans.
    wat er in stond weet ik niet meer precies. ’k Zou natuurlijk de data kunnen nagaan en exact vertellen welke brief,
    maar dan begin ik ze weer allemaal te lezen en dan moet ik weer hard lachen en dan
    komen ze weer kijken of alles oké is met mij en ik vind mezelf al onnozel genoeg zonder dat.
    Het is 21h voorbij en ik zou al in mijn nestje moeten liggen, maar de boots naast mij
    is van zijn cabine weer een dancing aan het maken. Wacht tot ik mijn grote cassette-installatie heb,
    dan maak ik van mijn cabine een concertzaal. Klassiek keihard luid en dan ga ik
    zwemmen of buurten of wandelen om mijn eigen lawijt niet te horen en af en toe
    kom ik terug om de cassette te keren. Goed he. 

    Vader, ik heb u nodig. Mijn strijksonates van Rossini zijn kapot. Finaal versleten.
    Het is de versie van St. Martin-in-the-fields olv Nonkel Neville. -dirigent Neville Marriner, geen familie hoor 
    Ik heb het cassetje al twee jaar, minstens. Nu komt mijn vraag:
    hebt ge nog ergens eentje liggen, of kunt ge die versie kopiëren voor uw kleinste dochter, AFTEBLIFT ?

    Moest dit nu in België gebeurd zijn dan zou ik gedacht hebben: Tja, ’t is versleten. Dat overkomt ons allemaal,
    vroeg of laat. Heel filosofisch en evenwichtig en volwassen en zo, gelijk gij het graag hebt.
    Maar hier kán ik geen andere cassette bekomen en dan wordt een geknapte band plots een ramp natuurlijk.
    Die ramp levert weeral conversatiestof in de pantry natuurlijk, zo van: nú heb ik wat voorgehad zie!

    Doe ne keer uw best Pa, stop met handtekeningen uitdelen en zorg dat ik de cassette heb tegen dat ik thuis kom.
    (dat is binnen 3 maanden fluisteren ze hier) dan vind ik u een brave vader. En een goeie ook.

    Wie af & toe tijd heeft, klank aanzetten voor Strijksonates Rossini / Marriner https://www.youtube.com/watch?v=5vL3fcoXR_U , 55min12

    Mama, dat kleed van u zal niet gereed zijn tegen de 12de (dan komen we aan).
    Ik had gehoopt het vanuit Brazilië te kunnen versturen, maar ik heb hier zoveel werk gehad om het vuil van de lading
    uit het kasteel weg te krijgen dat dat ik in mijn vrije uren geen inspanning, hoe licht ook, nog kon doen.
    Nu is het

    1978-07-09-zo, op zee, op weg naar Brazilië 

    Wat het op de vorige blz was weet ik niet meer hoor. En waarom ik eergisteren die brief
    zo onbeleefd abrupt afgebroken heb weet ik ook niet meer.
    Er zal weer iets te doen geweest zijn. De dagen vliegen hier om. En ze lijken zo erg op mekaar. Als ge me zoudt vragen
    wat ik gisteren gedaan heb, zou ik al erg moeten nadenken om mijn dag te kunnen reconstrueren.
    Daarstraks zat ik te tellen hoe lang ik al aan boord ben. Meer dan 3 maanden al. De tijd vliegt hier.

    In die drie maanden heb ik nog geen ene brief naar Tina geschreven.
    Het is alsof ik haar gisteren pas gezien heb, dus waarom zou ik schrijven.
    Maar toen ik klaar was met tellen, leek 3 maanden me toch wat veel. 

    Het schip rolt. Mijn kleren aan de kapstok wiegen met de regelmaat van een metronoom telkens 50 cm van het schot af.
    Ik vraag me af hoe de mensen op de hogere verdiepingen slapen. Zij hebben geen beddebak maar een gewoon open bed.
    ’k Wou dat de ouwe er ne keer uitrolde of er een blauw oog aan overhield. Of een heup uit het gelid, dan zou hij wel
    ophouden met zijn gesluip. Het is ongeveer een sport geworden voor ons, ons door hem te laten betrappen
    op het feit dat we aan het werk zijn. 

    Met de ditjes en datjes die hij nodig heeft, onderbreekt hij dan wel het werk natuurlijk.
    Die man zou een lakei of twee voor zijn persoonlijke dienstverlening moeten meebrengen aan boord.
    Met noest doorwerken ontnemen we hem de gelegenheid om te zagen.
    Dat pakt twee keer maar de derde keer begint hij over n’ importe quoi, omdat hij nu eenmaal een zagevent is.
    En dan antwoorden we: straks commandant. Of: Je suis occupée commandant. Of : Dès que j’aurai le temps commandant.
    En wanneer hij écht overdrijft : Demain à 11h. Dat wil zeggen flut en foert, als ik goesting heb
    zal ik er eens over nadenken of ik het doe. 11h is namelijk het Heilig Uur van ons middageten. Tot 11h20 zijn we
    vrij om te eten of te douchen of een plons in het zwembadje te nemen. Of als dat beter uitkomt met het werk,
    dan pas de tafels te dekken. Om 11h20 gaat de eerste service.

    Het is hier zo’n rustig en regelmatig leven dat het soms doet denken aan een klooster.
    Ik vind het nog altijd niet vervelend, maar misschien komt dat nog. 

    Brazilië zal een flop worden. We gaan niet op anker maar direct tegen de kaai in 24 hrs geladen en weer weg.
    Waarschijnlijk kunnen we niet eens van boord.
    Ik heb het idee dat varen reizen betekent al opgegeven, zonder veel moeite. Het is een manier van werken
    waarbij het privéleven verandert omdat het zo nauw bij de job betrokken is. Meer is dat niet.
    En af en toe komt men ergens omdat het schip vaart. Daar dienen schepen voor, om al varend te vervoeren. 

            Die 'meer is dat niet' ben ik dan wel 31 jaar blijven doen.
            Terwijl ik de brieven herlees en intik vraag ik me nu af, 41 jaar na datum, 
            hoe ik toen na drie maanden al iet of wat inzicht en doorzicht had, en tegelijk
            toch zo bleu bleef voor sommige dingen … niet te geloven.

    Heeft de rederij ulle het postadres in Brazilië al bezorgd? Nu ja, dat zie ik ginder wel.
    Groetjes.   

    m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden - tekst uit de scheepscorrespondentie van toen - https://nl.wikipedia.org/wiki/Neville_Marriner

    04-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    03-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.011. schip 01 brief 07

    1978-04-23-zo, op anker, Bagnoli bij Napels

    Lieve allemaal, ik heb gisteren niet geschreven want ik was pompaf moe.
    We zijn naar Napels, Pompeï en de Vesuvius geweest. Vandaag ben ik ook doodmoe. Slaapwel.

    1978-04-24-ma, tegen de kaai, Bagnoli

    Vannacht zijn we tegen de kade gaan liggen. Op ± 500 m van de bewoonde wereld. Dat valt dus mee.
    Zaterdag zijn we naar Pompeï geweest. Dat viel enorm tegen. (een toeristenfuik heet zoiets nu)
    Eigenlijk zoudt ge zoiets in ’t putteke van de winter moeten gaan zien, dan zijn er het minste toeristen.

    En eerst een boekske kopen, twee dagen voorzien om het allemaal tegoei te lezen en wanneer ge
    alles weet, dan pas gaan kijken. Want iets opzoeken terwijl ge er voor staat is ondoenbaar.

    Al die kwetterende Italianen met hun krijsende kinderen, ge kunt u met moeite inbeelden dat daar 2000 jaar geleden
    andere mensen rondgelopen hebben. Neenee, ik ga dat eens over doen op het gemakske, wanneer het er stil is.
    Zo stil dat de spoken van vroeger terug durven komen. Dan heb ik er tenminste wat aan.

    We zijn gaan eten waar de gids voor ons gereserveerd had. Oerstom natuurlijk, maar FarFigura (2de mecanicien)
    was de baas en liet dat gebeuren en wij moesten wel mee natuurlijk.

    Ze stonden daar met een 7derangs orkestje van drie man te kwelen van
    sole mio & bella napoli & arrivederci roma en ander kul. We konden mekaar niet meer verstaan.
    Toen heb ik mijn postkaarten maar geschreven. Zijn ze toegekomen? En mijn vorige brief?
    Dat restaurant zat vol autocar-mensen. Vol = ± 300 mensen. Never again. Blèrk.

    De gids had ons in Napels zelf al laten uitstappen bij een camee-atelier. Hij heeft daar een percentje natuurlijk.
    ’t Was wel interessant om zien hoe camee gemaakt wordt.

    Na het middageten gingen we naar de Vesuvius. Yvonne heeft een ambetante voet, dus zij bleef beneden.
    De matrozen trokken elk met een fles ongekoelde witte Lacrima Christi naar boven & rolden strontzat terug naar beneden.
    Ik ben tot helemaal boven geraakt en de deckboy ook. Die zweeg tenminste.
    Zo heb ik Meneer Vesuvius op mijn dooie gemakske kunnen bekijken. Prachtig hoor.
    Maar als ik dat begin te beschrijven ben ik morgen nog niet aan het einde van mijn brief.
    Om 17h wij terug het buske in & naar ’t bootje dat ons terug naar het schip moest brengen.
    Die twee zatte spagnolen kotsten hun zetel onder. Wij allemaal een kop als vuur natuurlijk,
    het was een gloednieuw en kraakproper buske. De chauffeur heeft een serieus drinkgeld gekregen van de marco,
    maar ondertussen stinkt het hé. Zijn buske bedoel ik, niet het geld. Geld stinkt niet. Geld stinkt nooit.

    Eén zatte spagnool viel bijna tussen het bootje en de gangway toen we aan boord klommen.
    De cdt ziet dat van daarboven allemaal gebeuren.
    Yvonne en ik gaan aan de middagafwas en FarFigura gaat de mess binnen.
    Gaat dat stuk folie de grandeur toch niet vertellen dat we last gehad hebben met twee van de matrozen!
    Den uil! De volgende dag konden die twee bij de cdt komen.
    Maar de chef mecanicien heeft FarFigura zijn saus gegeven he: hij had het niet aan cdt moeten vertellen.
    Ten eerste, die komt dat zo ook wel te weten.
    Ten tweede, FarFigura moest nog 6 maanden of langer werken met de spagnolen.
    Nu kan hij zich verwachten aan pesterijen natuurlijk. Daar geef ik ze gelijk in. ’k Zou ’t misschien ook doen.
    Maar FarFigura is een kaffer. ’k Zal hem wel eens beschrijven wanneer ik geen nieuws heb, op volle zee of zo.

    Gisteren was het zondag en waren we vrij van 13h tot 17h. ’k Begin na een week zon al wat kleur te krijgen.
    Op weekdagen is het maar twee uurkes per dag. Dat is rap om. Gisteren was het 2x zo lang. Zalig die zon,
    maar ik word er wel doodmoe van. Ge slaapt niet echt en loom dat een mens wordt! Mijn hersens kookten bijna.
    Alles is van metaal. Dat voelt ge nogal. Daarna een koude douche en een ijskoude pint. Goed. 

    ’s Avonds zat ik bij Henri & Yvonne en de marco was daar ook. Ze praatten over de moeilijkheden en de perikelen
    die een mens heeft bij het naar huis bellen. Zun maar kletsen over telefoneren. En ineens moest en zou ik naar huis bellen.
    Goed, de marco en ik naar zijn station. We lagen gisteren nog op anker, het kon dus nog. Lijn bezet.
    Ik bel naar Lieve, ik maak een afspraak om vanavond te bellen en nu is de marco er niet, hij is aan de wal. *
    En zonder hem gaat het niet, mag het niet.
    Het gaat via Radio Napels naar Radio Oostende en dan over telefoon naar Brussel. Merde die rotte marco!
    Nu zit gelle ginder te wachten op foon en ik zit hier te schrijven. 

    Vanmiddag ben ik met een paar mensen aan de wal geweest, naar ’t centrum. Goedkoop vervoer,
    2 fr (= 50 lires) voor de tram heen en 62 fr (= 1600 lires) voor een taxi terug.
    Ik moest eerder terug naar boord dan zij en ik vroeg waar ze nog zoal dachten henen te gaan.
    - Naar ’t museum.
    - Welk museum?
    - ’t Museum van Napels.
    - Wat staat daar allemaal te bezien?
    Toen werden ze heel, héél vaag.
    - Opgegraven dingen van Pompeï en zo … enne schone kunsten en zo …
    En ik moest vanavond voor hen geen tafel dekken. Ze aten niet aan boord.
    - Marco, en mijn telefoontje vanavond? vroeg ik.
    - Morgen, zegt die smeerlap, of vanavond, misschien. *
    Ik denk dat ze naar het museum van blote kunsten zijn. En zo …
    En de marco kan het syf krijgen! Het is nu 22 h en hij is nog niet aan boord.

    Mijn inkopen waren niet veel zaaks. De meeste winkels waren dicht tsn 14h & 16h wegens siësta.

    ’k Heb wel een parfumerieke open gevonden en daar heb ik mijn reserfke deo gekocht. Hier aan boord hebben ze enkel
    spuitsprays & dat is slecht voor onze ozonlaag he mensen, dus die gebruiken we niet meer he.
    Zo zijn wij nu zie. Is da ni wel da? En in rollerkes of sticks hebben ze ook frisse snufkes.
    En 5 aanstekers (blauwe) en reserve mascara en ik ben een cynar gaan drinken. Allemaal helemaal alleen,
    gelijk een grote meis en in het Italiaans want in Bagnoli spreken ze geen noot Engels. 

    Over die Hitalianen (rokkenjagers) overdrijven ze nogal hoor. Dat zijn beleefde mensen met grote boulevards.
    Sinds rue des Chandeliers (Brussel) blijf ik graag op de grote boulevards. Er zijn geen, nul, noppes warenhuizen.
    Allemaal kleine winkels in Bagnoli.

    Napels is een mooie stad, tegen heuvels opgebouwd. Veel balkonnetjes, planten, wasgoed en snotneuzen.
    Steile, smalle straatjes om het zonlicht van de gevels weg te houden. De geur van verse vis en fruit.
    Allemaal fletse roze, gele of turkooise gevels afgewisseld met vaalbruin of lichtgrijze. Kleur is er genoeg.
    Da’s eens iets anders dan alleen maar water. Amaai, ik zaag nu al over monotonie op zee,
    wat gaat dat zijn wanneer we aan de grote oversteek beginnen. Dan is het voor écht.

    Het is hier nu 23 h, dus 22h in België. De marco kwam er juist door.
    We hebben 3 x geprobeerd maar we krijgen géén contact * met Radio Napels. (hier staan dan drie krachttermen)

    Morgen schrijf ik misschien over de shipchandler en bijverschijnselen. Dag brave kinders allemaal.
    En schrijven naar mij he, of ik geef geen vat wanneer ik thuiskom. Na!
    PS: ik heb voor mijn plantjes hangers gemaakt in touw. Zo zijn ze ook scheepsvast. 

    * Bij heel dat telefoonverhaal hoort nu een woordeke uitleg, maar dat is voor later misschien.

    m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden - tekst uit de scheepscorrespondentievan toen - https://nl.wikipedia.org/wiki/Lacryma_christi , https://en.wikipedia.org/wiki/Cynar

    03-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (1)
    02-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.010. schip 01 brief 06

    1978-04-20-do, 20h15 – Middellandse Zee

    Dag grote lui en kleine lieden.

    De zee is kalm vandaag. Nergens een schuimkopke te zien. Precies olie. Er zitten veel zwaluwtjes op ’t schip.
    Die moeten aan boord gekomen zijn toen we langs Gibraltar vaarden. Nu varen ze mee.
    We geven ze eten en drinken, anders sterven ze. Yvonne heeft er al eentje dood gevonden. 

            Eten geven? Zwaluwen zijn insecteneters en op zee vliegen geen insecten … 

    Er zitten ook 2 roodborstjes bij. Die zitten hier al sinds Rotterdam. Slapend mee uitgevaren

    en nu reizen ze gratis mee. Volgens Yvonne weten die beesten dat en profiteren ze ervan. Mon oeil!
    Zij kent een st’ss die eens een zieke duif verzorgd heeft. Ze vaart al 5 jaar met haar duif. Tof he!

            Dat zal wel een kwakkel geweest zijn waar toen zelfs Yvonne ingetrapt is. En ik erbij. 

    Geen meeuwen hier. Da’s eigenaardig. We varen toch in de buurt van land.

    In de Noordzee zat het vol meeuwen. ’k Zal dat eens aan een stuurman vragen, morgenvroeg, hoe dat komt.
    Het is gek hoe iedereen hier er op gespitst is grappen uit te halen. Volgens Yvonne is dat op de meeste schepen zo.
    Het is een manier als een ander om sleur te voorkomen. Ik heb er al een paar staaltjes van gezien hoor.
    Van dat gedoe krijg ik inspiratie voor deugnieterij natuurlijk. Jammer dat de bedden hier met donsdekens uitgerust zijn.
    Ander zouden we afspreken, Y en ik om op dezelfde dag alle bedden op te dekken in enveloppe.

    Wanneer we liggen te zonnen verzinnen we grappen. Meestal zijn die onuitvoerbaar omdat we
    met den état-major en de officieren zitten en we mogen ons niet te ver riskeren.
    Maar ’t gedacht alleen al is lollig.
    Ze stonden in de keuken weer eens te kletsen.
    Ze = Henry, chef kok en echtgenoot van Yvonne met de 2de kok/bakker en met de 2de mecanicien (die Italiaan).
    Gewoonlijk roept ze dan door het doorgeefluik dingen als
    Verdiengde gelle zoë ulle broëd? / Eddewernikstedoeng? / Sjauwelèrs! (= babbelaars)/ En? En Ahlers ze geld?

    Die dag, ipv iets te roepen zwiert Y via het doorgeefluik een inox serveerschaal op de stenen keukenvloer.
    Het plots gekletter deed de drie babbelaars nogal schrikken. Maar toen zagen we
    dat er een bluts gekomen was in de schotel en toen stonden zij te lachen. Dus wij ook weer.
    Kortom, ik moet hier 2 x zo dikwijls pipi gaan doen als thuis, van het lachen. 

    De cdt heeft een tafelbelletje. Da’s voor ’t geval hij iets extra nodig heeft.
    Die mess (het salon) is maar op twee stappen van de pantry maar door een vreemd soort akoestiek
    hoort men daarbuiten niks. Het enige geluid dat scherp genoeg klinkt is die bel. 

    De etensklok hoort men gemakkelijk tot op de brug (vier hoog) maar om
    met mekaar te praten door het trapgat -met maar 1 trap verschil- dat gaat niet. Dus als Y en ik mekaar nodig hebben
    fluiten we een melodietje van vier tonen. Fluitgeluid klinkt ook ver. En het klepperen van de houten zolen van Henry.
    Wanneer dan iemand op zachte binnenhuisschoenen binnenkomt en vraagt 'is er nog koffie?' dan springen wij nogal hoor. 

    Nu verder over de tafelbel van de cdt. Soms zit hij met de klepel te spelen dan denkt Y dat ze geroepen wordt en ze
    is al verschillende keren naar ’t salon gegaan voor niks, omdat meneer de cdt aan die bel zit te prutsen.
    Dat is dan tijdverlies en een geloop voor niks en daar heeft zij een hekel aan, dus ik ook.

    We zijn vol op aan het afwassen, dus moeten ze niet zeveren. Die afwas is enorm.
    9 personen in mijn mess (officieren) en 3 in die van Yvonne (de état-major).
    Dat is borden voor soep en hoofdgerecht + een bordje voor de sla, bordje voor het dessert,
    tas en ondertas voor de koffie + bijbehorend bestek voor alle gangen + de nodige glazen
    want als ’t salon Irish koffie wil is dat ook weer zo. Ik kan nu al een boek schrijven over afwas.
    Wat wordt dat na 6 maanden … een encyclopedie?
    Nota bene, die afwas is er 2 x per dag en ’s ochtends natuurlijk de ontbijtafwas. 

            Zojuist heb ik nog eens uitgerekend hoeveel stuks afwas dat was per persoon en per dag.
            Per persoon voor de drie maaltijden, 8 + 10 + 13 = 41 stuks per persoon / per dag 
            Voor 12 personen is dat 12 x 41 stuks = 492 stuks per dag, gespreid over de drie maaltijden. 
            En dat gedurende een contract van zes maanden, ofte contractueel minimum 180 dagen. 
            Wie wil uitrekenen hoeveel dat is, die mag. En toch werd ik daar vaardig en snel in. 
            En als bleuke dacht ik de eerste weken dat we veel werk hadden. Daar moet ik nu mee lachen, want
            later heb ik wel andere situaties meegemaakt. Maar later had ik gelukkig al meer routine. 
            En nog later kwamen de industriële vaatwassers (die van Hobart zijn de beste!).
            Goed, nu verder vertellen over die bel.

    Voor het middageten hebben we de bel aan de stormhaak onder zijn stoel gehangen.
    Hij schuift zijn stoel van onder tafel, er gebeurt niks.

    Hij gaat zitten en dan schokt hij met stoel en al naar voor, de bel klingelt. Goed gelukt!
    Zijn gezicht was lires waard.

    Lires krijgen we morgen. En binnen drie dagen kunnen we aan de wal, hopelijk.
    Kusjes allemaal, m is moe.

    1978-04-21-vr, 09h15, op anker in Italiaanse wateren

    We liggen op anker in de Baai van Bagnoli, in de Golf van Napels, op de wreef van de laars, dus in de Tyrreense Zee.
    Ik ga deze brief gauw afgeven bij de marco. Wanneer de agent van de rederij aan boord komt
    neemt hij onze brieven mee om ze te posten. 

    PS: Het is niet waar hoor dat Italië de vorm van een laars heeft. Gelogen. Prietpraat.
    En ik kan het weten want ik zienetnuzellef dat ’t niwaar is. Poeh.

    m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden - tekst uit de scheepscorrespondentie van toen-

    02-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    01-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.009. A. Van Ombergen

    te gast bij Wim Helsen ~ Angelique Van Ombergen
    met een tekst van Siel Verhanneman , 'Gesloten Ogen'.

                Ik weet 
            dat je er niet zult zijn 
            wanneer ik mijn ogen 
            open 
            dus 
            doe ik het niet. 
            Want met gesloten kun je zien wie je wilt.


                Afbeeldingsresultaat voor Angelique Van Ombergen                             

                De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            Van Ombergen in gesprek met Helsen, 
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a4/ 
            10min03

    “Ik weet dat ge er niet zult zijn …”
    Wanneer ik door omstandigheden niet direct mee kon aanmonsteren met LM,
    of vroeger moest afmonsteren dan hij, dat vond ik verschrikkelijk.
    Uiterlijk was er aan mij niks te zien maar binnenin was het dan weer één brij.
    Hier thuis liep ik verloren in een leeg kot. Mijn thuis is waar LM is. 
    Om te slapen had ik er iets op gevonden: ik sliep aan zijn kant van het bed.
    Wanneer ik dan wakker werd, dan zag ik mijn lege plek, niet te zijne.
    Een beetje zielig hé. Maar het hielp. Heel efkes.
    En dan begon weer een dag zonder hem. 

    Over Angelique Van Ombergen : https://nl.wikipedia.org/wiki/Angelique_Van_Ombergen , zie verder ook google !
    Over Siel Verhanneman : https://www.demorgen.be/nieuws/na-de-dood-van-haar-papa-en-zus-vecht-dit-kortrijkse-instagram-idool-voor-geluk~b8878cb1/

    01-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.008. schip 01 brief 05

    1978-04-19-wo, op zee

    Gisteren en vandaag hebben we gezonnebaad. Tof hoor. Op de voorpiek.
    Daar hoort ge de machine niet draaien. Alleen met het klotsen van de zee.
    Als ge uw oor tegen het dek legt (op een handdoek natuurlijk!) hoort ge het water langs de romp ruisen. 

    Zo’n opstaand ding waaraan ze de stalen kabels (en ook trossen) vast make heet BOLLARD.
    Yvonne spreekt Engels op z’n Antwerps en Nederlands ook. ’k Kan toch moeilijk elke keer vragen:
    spreek dat nu eens tegoei uit. Alleyways noemt ze ollewees, switchen spreekt ze uit als sjwitse …
    en eps en zo. ’k Begin al vlot Antwerps mee te praten, acchetmorwet! En wattoedena, zeenaïs. Eddedagezing?
    Sinds gisteren dragen we enkel nog het minimum: slip, BH en schort erover. (witte stofjassen waren dat)
    Licht en luchtig. Het is snikheet op het schip (aan deck). Als ge uw schoenen durft uit doen brandt ge uw pootjes en

    als ge een reling vastpakt brandt ge uw pikkels, dat is te zien aan mijn geschrift he. 

    De Straat van Gibraltar is 15 à 16 km op het smalste punt. ’k Heb het vanmorgen nog eens gevraagd.
    Rond 22h passeren we Sardinië. Daar wacht ik niet op. Bibi gaat maffen. Dag schatjes allemaal. m 

    PS: Da’s ook een woord van Yvonne. Die noemt me nu schatteke. Een woord waar ik niet tegen kan.
    Behalve als het op zijn Antwerps uitgesproken wordt en komt van een collega. Dan klinkt het minder vulgair.
    Sloppel.

            Dit is de enige foto van het schip die ik kunnen vinden heb op het Net. Zelf heb ik er geen. 
            In welke haven het schip ligt heb ik niet kunnen achterhalen. Van wanneer die foto dateert evenmin. 
            De twee grote 'wagons' zijn stuurcabines horen bij de installatie van de wal, 
            om het schip te laden of lossen met grijpers die hier niet duidelijk in beeld zijn. Was het een zondag?
            Nu is het ondenkbaar maar ooit was het gebruikelijk dat het werk in haven stil lag op zondag.


    http://www.shipspotting.com/gallery/photo.php?lid=1480741
     


    m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden  – uit de scheepscorrespondentie van toen - https://nl.wikipedia.org/wiki/E.R._Antverpia_(schip,_1968)

    01-11-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)



    knop om mij te mailen.


    Archief per maand
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!