2000-05-26 ~ op zee, vanavond komen we aan in Cabinda, Angola
Waar was ik gebleven met het relaas, op Aruba, heel vroeg in de ochtend, de winkels waren nog dicht.
In de zijstraten waren gewone winkels te vinden. Enkele 'bazaars' waar ze vanalles verkopen. Daar heb ik de twee plastic tassen voor de elektrieker gevonden. De Bulgaren hadden ook een haartrimmer gevraagd. Heel die voormiddag heb ik geen haartrimmer gezien. Van klein huishoudelijk elektro waren enkel strijkijzers te koop. Hoe knippen de mensen hier hun haar dan? Met de schaar. Om te scheren gebruiken ze scheermesjes en haardrogers zijn hier niet nodig, daarvoor is het veel te warm, de warme wind is gratis. De gewone winkels zijn hier stijl jaren '50 van bij ons, decors voor 'Are you being served', een verademing na de operettedecors van de hoofstraat. In de gewone winkels is heel veel personeel, de ontvangstbewijzen (kasticketten) worden nog met de hand geschreven. https://nl.wikipedia.org/wiki/Are_You_Being_Served%3F
De zijstraten zijn de coulissen van Aruba. Daar is nog niet alle schade van de laatste hurricane opgekuist. Er zijn tweedehandszaken met spullen die bij ons zelfs niet meer naar spullenhulp gaan. Er lag een kleine oude boom op het dak van een auto die geparkeerd stond op een grasveldje. De boom hangt met zijn takken en met groene blaadjes laag over het voetpad. Hij heeft het voorlopig overleefd. Daaronder staat die auto zachtjes weg te roesten. Op een dag zal de auto door de roest zakken en krijgen we een sculptuur-natuur. Foto Met een gelijkaardige foto heeft iemand ooit een prijs gewonnen, hebben we later in het foldertje gezien: grote cactussen die uit de motorruimte van een autowrak groeien.
Met mijn brieven en zichtkaarten ging ik naar de post. Op de vreemde zelf iets gaan posten is toch zo plezant. Het postkantoor is een grote hall mét airconditioning. Er stond eigenlijk heel veel volk, 50 à 100 mensen (?). Ze stonden in het midden van de hall, ze stonden niet aan te schuiven aan de loketten. Ze stonden in kleine groepjes in het midden en hielden een babbeltje, zoals men bij ons mensen op de markt ziet staan kletsen. Hier doen ze dat in de post, omdat er airco is. De nodige postzegels had ik snel. Toen ik de zichtkaartjes geschreven had stonden ze daar nog allemaal. Koeling is goud waard.
In de vroege ochtend, toen de temperatuur nog houdbaar was, had ik Mainstreet + zijstraten verkend. Er was een oud fortje te bezichtigen maar ik had niet de moed om daar weer naartoe te trekken in deze hitte, zelfs al staat het fort maar enkele straten verwijderd van de post. De boodschappen waren gedaan, 'k moest om 14h aan de pier zijn en het was amper 12h. 'k Heb nog een beetje door het toeristisch gedeelte geslenterd. 'k heb een 'mooie' landkaart van het eiland gekocht, ze een voor toeristen. Er staat een driemaster op en ook het Panamakanaal (?) En een pareo. Wat ik daarmee ga doen weet ik nog niet, maar het is een blauwe en hij was in aanbieding. -Toppié heeft hem nog altijd, Tina had hem buiten mijn medeweten aan haar dochter cadeau gedaan, mijn herinnering aan een bewogen voormiddag in de Antillen, dit moest me efkes van het hart
'k Ging richting Pier. Het Tourist-Info stalletje was nu open. 'k Heb een foldertje gekregen. 'k Zou aan boord wel lezen wat ik had moeten bezichtigen. De markt was ook open, maar het was te heet om daar te gaan rondslenteren. En toen werd het tijd om naar de waterkant te gaan afkoelen in de bries op een terras. Terrassen genoeg, allemaal in de bries. En 2hrs stilzitten in de schaduw zou wel lukken, dacht ik bij mijn eigen zelve. De ch.kok moet hetzelfde gedacht hebben want hij was ook al op de plek van afspraak. De agent had hem laten weten dat we niet op de pier moesten wachten maar zelf naar het dok van het supplyship moesten gaan. 'k Had me 's morgens in het opgaan al afgevraagd hoe een supplyship tussen al die jachten & jachtjes zou geraken op ons van de pier te plukken. Maar eerst wat zitten, uitblazen en vocht innemen in de terrassenzone.
De passagiers van de twee cruiseschepen die we 's ochtends hadden zien aanleggen begonnen het eiland op de komen. Op het heetst van de dag (?) 'k Heb de stroom mensen eens goed bekeken. Ze droegen T-shirts van andere eilanden, Sint Maarten onder andere. Ze waren dus al een tijdje onderweg. Ze zagen er verbrand en verhit uit, niet echt ontspannen, geen vakantiesnuiten, eerder verbeten gezichten. Mensen met een Taak: genieten-want-deze-cruise-heeft-geld-gekost. Geen ontspannen wandelen of slenteren, het was eerder een colonne in marstempo, en sommige mensen strompelden zelfs. Het zoveelste eiland, in hetzelfde klimaat dat hen nu al tien dagen of langer serieuze ongemakken bezorgt. De zon brandt gaten in de droom waarvoor ze zo lang gespaard hebben. En ze hebben hun hoge bloeddruk bij. Die hadden ze moeten thuis laten. Heeft dan niemand deze mensen verteld dat de Caraïben in de TROPEN liggen?
Elke dag komen twee grote cruiseschepen toe. Zij spuien elk 800 mensen aan de wal, dat heb ik uit het folderke. Vandaar die luxewinkels achter nep-historische gevels (Disneyland stijl),de eerste vier blokken van Mainstreet. In heel die opgeklopte commerce-sfeer heb ik één keer een ander klokje horen luiden, heel stil. In een hoekje van een uitstalraam lag één T-shirt met een palmboom en als opschrift: Aruba Same shit Just another island
De mensen die voor een excursie geboekt hadden hebben we niet gezien. De busjes komen pas op het einde van hun toer naar de winkelwijk. Goed, het was tijd om naar het dok te gaan. Traag hoor, want doorstappen is er voor mij niet bij in de tropen. Er was geen spie schaduw. Nergens hoge bomen. Bomen krijgen hier de kans niet om hoog te worden, vanwege de Oost Passaat, die waait continu. verdoken achter de passagierskaai en ver uit het zicht van jachthaven & winkelwijk lagen twee werkdokken. Eindelijk de bekende wereld! Enkele vissersboten en werkboten, een rondvaartboot met 'glazen' bodem om het zeeleven te bewonderen, en supplyships in alle maten. We waren er goed intijds, maar het heeft toch tot 16h geduurd een we weer aan boord waren. De ch.kok liep tussen zijn proviand te redderen als een kloek. De zakken diepvriesvis lagen op het hete cement van het deck te ontdooien. Met de bakken cola hebben we een platformpje gemaakt en de zakken vis erop gelegd. Zo lagen ze toch al van de hete scheepsvloer, werkelijk een ovenvoer. Daarbovenop hebben we aardappelzakken gelegd, zo waren ze uit de zon. Meer konden we niet doen. Tenzij Neptunus verzoeken om het wat vooruit te laten gaan. Waarom vertrokken we niet?
We zijn onder de afdaken (schaduwzeilen voor de rondvaartgegadigden) gaan zitten/liggen wachten tot het camionetjes er waren met de tweede en laatste lading. Toen die lading er was begon de ch.kok naar het een en ander te vragen dat wel gevraagd was maar dat hij niet zag liggen. De schipper (tegelijk ook shipchandler) keek op zijn lijsten en gaf wat uitleg. Ondertussen keek ik ook eens rond : geen chemicaliën en balen met vodden voor het machien. En die waren besteld. Ik had die bestelling zelf getypt. De schipper spreekt behalve Papiamento (de lokale taal, https://nl.wikipedia.org/wiki/Papiaments ) ook Nederlands, maar we hielden het op Engels omdat de ch.kok moest kunnen volgen wanneer het over proviand ging. 'k Vroeg naar de vodden en chemicaliën voor de machineruimte. Misschien moest toch nog een lading komen ...? Nee, dit was het.
Vodden en chemicaliën waren wel gevraagd door het schip, maar niet bevestigd door de rederij : "Same old song ..." zei hij. Daarover was het hele gezelschap, wij drie dus, het eens. Of de captain die dingen dringend nodig had?
Tja, capt VW zelf zo niet, tenzij een poetsdoek om zijn gitaar wat af te stoffen misschien, maar de mensen van deck en machien zitten zo goed als zonder!
"Verschrikkelijk erg nodig" antwoordde ik, nu in het Nederlands. Nederlands verkleint de afstand zo wat. En met een beetje internationale lichaamstaal van mijnentwege (efkes in het haar krabben, naar de vloer kijken, op de onderlip bijten, in de verte staren ...) zag hij hoe verschrikkelijk erg nodig. Hij zou me uit mijn lijden helpen, hij greep naar zijn holster: "Kan ik het schip bereiken?" vroeg hij. "Aub Meneer" 'k Had het telefoonnummer al uit mijn handtas nog voor hij uitgesproken was! Had ik 's ochtends in het buitengaan uit de cargo control room toch een blad met de telefoonnummers van het schip meegenomen zeker! Wat een meevaller dat ik die bladen zien liggen had. De schipper/shipchandler belt met de brug, hij had direct capt VW aan de lijn en er werd iets geregeld voor later op de dag, een tweede levering. Hij moest dan wel twee keer uitvaren, maar ook dat viel te regelen. Daarop ging een telefoontje van capt VW naar de agent, meer was daar niet voor nodig. De agent bevestigt dan telefonisch de bestelling voor chemicaliën en vodden aan de schipper/shipchandler zodat die in gang kan schieten om het boeltje te organiseren. Naar mijn idee zouden er nu sloten chemicaliën komen en bergen vodden, voor LM en alle ander mensen aan boord zouden ook heel blij zijn. Goed gedaan meisje, dacht ik bij mezelf, een beetje intijds rondkijken kan geen kwaad. -vandaag ben ik nóg blij dat ik toen iets in gang gekregen heb
Toen kwam de auto van SAIT toe! De technieker voor de e-mail. Nu komt álles goed ...
(vervolg volgt)
|