Van Sibenik tot Dubrovnik is nog enkele honderden kilometers, die we liefst langs de kustweg rijden. Het is erg mooi met prachtige uitzichten op baaien en dorpjes met een blauwe en turkooizen zee als achtergrond, maar het schiet niet echt op. Rond 4 uur kijken we uit naar een slaapplaats en komen terecht op een piepkleine autokamp, we kunnen er net door met de auto, en het is er wel rustig. s Nachts steekt er weer een hevige wind op die de bomen en de camper goed dooreen schudt.
Maandag rijden we verder naar Dubrovnik. Marina had ons een adres bezorgd voor een autokamp een twaalftal kilometer voorbij de stad. We vinden die zonder problemen en kunnen er goed staan en internetten.
Dinsdagmorgen varen we met een boot naar Dubrovnik, het is warm zonnig weer en het is een leuke vaart over het heldere water en spoedig krijgen we de oude stad in zicht. De oude stad Dubrovik is wel de mooiste die we totheden gezien hebben, volledig ommuurd en goed bewaard. De prachtige gebouwen verraden duidelijk een Venetiaanse invloed. Ook de nabijheid van Rome is duidelijk te zien in het grote aantal kerken en kapellen in de stad. De hoofdstraat de Placa is een brede straat, druk bevolkt met toeristen. De zijstraatjes zijn smal en nodigen uit om op ontdekking te gaan. Voor een tocht over de stadsmuren bedank ik wanneer ik de vele en steile trappen zie in de brandende zon. Na een lekkere lunch en nog een terrasje keren we met de boot terug naar de camping.
We willen het natuurpark Krka bezoeken en hebben een adres van een minicamping in Lozovac vanwaar er busdiensten zijn naar het park. De camping heet Marina en Marina in hoogsteigen persoon wuift ons de camping in. De vrouw is erg vriendelijk en behulpzaam, ze vertelt ons dat er vanaf de camping alle dagen een busje een rondrit maakt door het park, vertrek om 9 uur in de morgen voor een schappelijke prijs. We brengen dan de dag door al luierend, s avonds staat er een varken gebraden aan het spit op het menu. We laten ons dat lekker smaken met een halve liter plaatselijke wijn en een slibovic om af te ronden.
Om 9 uur staan we paraat samen met nog zes andere personen gaan we aan boord van een gerieflijke minibus. De baas zelf zit aan het stuur en rijdt met ons in totaal een 140km doorheen het park. Aan de watervallen gekomen wijst hij ons de weg over een grotendeels met plankier afgemaakt pad, dat we in zo een anderhalf uur afwandelen. Het pad voert doorheen de waterwereld van de rivier Krka en overal krijgen we schitterende uitzichten op de ene waterval na de andere. Het heldere water zit vol vis, die niet bevist mag worden.Een prachtige wandeling! Nadien rijden we verder langs diepe ravijnen doorheen een diepe kloof met schitterende uitzichtpunten, optijd wordt er halt gehouden om fotos te maken. s Middags houden we halt bij een leuke eetgelegenheid waar we vergast worden op een lekkere broodmaaltijd met gedroogde ham, worst, spek, kaas, olijven en tomaten, ook weer vergezeld van wijn en kersenlikeur. Na de middag rijden we verder en genieten van de mooie uitzichten, na een bezoek aan een orthodox klooster houden we nog een laatste maal halt om naar weer een prachtig uitzicht op een waterval, waarvan ook keizerin Sissi zou genoten hebben. Moe en tevreden komen we terug op de camping, het was een erg mooie dag.
Sibenik is ons volgende doel. Het is even zoeken voor we een geschikte camping vinden, in Brodarica op enkele kilometers van Sibenik belanden we op een minicamping vlak aan het strand. Het is reeds middag geweest en na onze siësta laten we ons verleiden door het heldere water en trekken onze badpakken aan. De zon brandt, de wind waait hevig en het water is echt nog aan de frisse kant, dus het strand verlaten we na korte tijd. s Avonds genieten we nog van een mooie zonsondergang.
Donderdagmorgen gaan we met de bus de stad in. Het oude stadsdeel van Sibenik is in zijn geheel erkend door Unesco als werelderfgoed. De stad bezit nog steeds haar middeleeuws stratenpatroon en gemotoriseerd verkeer is er onmogelijk. De smalle straatjes met hun eeuwenoude gebouwen geven een goed idee hoe de mensen hier vroeger leefden. De trots van de stad is de St. Jakova kathedraal, het is een erg mooi gebouw versierd met veel beeldhouwwerk, waaronder een fries versierd met koppen van toenmalige weldoeners uit de stad. Hoog boven de stad waken nog steeds de ruïnes van het kasteel. Na de nodige trappen te hebben beklommen hebben we een schitterend uitzicht over de stad en het water. Onze benen zij aan een rustpauze toe en op een gezellig terrasje nemen we onze lunch vooraleer terug te keren naar de camping, waar we genieten van een rustige namiddag.
De zon schijnt en de temperatuur is terug aangenaam. Met de fiets begeven we ons naar het oude stadsgedeelte van Zadar dat op een landtong ligt aan de zee. Het is prettig fietsen en via een voetgangersbrug belanden we in de stad, waar de voetganger zich thuis voelt. Het is fijn om er te flaneren en al die mooie pleinen en straatjes te verkennen. s Middags na een voorraad vers fruit te hebben opgeslagen op de plaatselijke markt keren we terug naar de camper voor de lunch en de siësta. In de late namiddag keren we terug om de rest van de stad te ontdekken, we hebben het erg naar onze zin en in een gezellig restaurantje genieten we van een heerlijke maaltijd doorgespoeld met enkele glazen Kroatische wijn. Van Zadar hebben we genoten.
Het regent wanneer we uitchecken op de camping in Pula. Het blijft regenen tot voorbij Opatija, waar we de kustlijn zullen volgen tot Dubrovnik. In de namiddag klaart het wat op en we stoppen bij een kleine camping in Divizije. De camping is gelegen bij de zee en ondanks de wind en af en toe enkele regendruppels kan ik me er best vermaken met enkele visjes te vangen. s Nachts blijft het regenen en hevige windvlagen schudden de camper goed dooreen. Wanneer we de camping verlaten is het droog maar de hevige wind blijft en de hemel is loodgrijs en donker. De baan die de kustlijn volgt is erg bochtig, want die volgt de grillige vorm van de bergen. Het blijft hevig waaien en het is goed oppassen voor rukwinden, die voelen we erg op de camper. Door het donkergrijze weer komen de kleuren van de prachtige baaien en dorpjes niet tot hun recht. We komen aan bij Zadar een grote stad, aan de rand treffen we de gebruikelijke winkelcentra aan. We zoeken een camping, want in Kroatië is vrij kamperen verboden. In het stadsdeel Puntamika vinden we een camping, die zoals we al ondervonden redelijk duur zijn en waar het sanitair als gewoonlijk ouderwets en weing comfortabel is. Het is echter een rustige camping waar we leuk kunnen staan.
Het heeft de hele nacht geregend en gestormd, bij het ontbijt is het nog steeds aan het regenen. In de regen rijden we naar Kroatië, het is erg druk op de weg. Wanneer we in Pula aan komen begint een onweer en het water valt met bakken uit de hemel, op sommige plaatsen in de stad moeten we door enorme plassen soms wel een halve meter diep. Op de camping komen we aan in een lichte regen. We trekken met de bus gewapend met onze regenschermen de stad in. Pula heeft nog vele overblijfselen uit de Romeinse tijd, waarvan de arena wel de grootste is. s Avonds trekt de hemel open en kunnen we toch nog wat buiten zitten.
Izola is een aardig stadje en we kunnen op de plaatselijke markt lekker fruit en groenten kopen. Portoroz is de grootste badplaats van Slovenië en is erg druk en mondain. We fietsen er door op weg naar Piran, een schitterend plaatsje op de punt van het schiereiland. De centrale plaats is erg mooi met leuke terrassen. Door de nauwe straatjes en steegjes, waar het lijkt of je in de middeleeuwen bent, klimmen we omhoog naar de oude stadsomwalling vanwaar we een adembenemend overzicht krijgen over het stadje en de baai. Terug beneden komen we op adem op één van de leuke terrassen, en fietsen dan terug naar Portoroz om te overnachten.
Na ons bezoek aan Venetië wenden we ons naar Punto di Sabio, de uiterste punt van het schiereiland tegenover de Doge stad. De camperplaats waar we terecht komen is een uiterst verzorgde plaats aan de redelijke prijs van 17, er is een gebouwtje met zeer verzorgde toiletten en douches. Het is gelegen nabij de afvaartplaats voor de ferry naar Venetië, waarvan we aan de overkant het silhouet kunnen zien. Morgen verwachten we Natascha, Pieter en Mischa die er op een nabij gelegen camping hun vakantie willen doorbrengen. Het is een hartelijk weerzien, jammer genoeg is het ondertussen gaan regenen maar we hebben toch gezellig samen kunnen eten in het plaatselijk restaurant. Woensdag regent het nog steeds en we besluiten dan maar om verder te rijden. Vooraf gaan we samen nog eten in Lido de Jesolo in een leuke trattoria. We worden daarna door de ganse familie uitgezwaaid en rijden we richting Triëste. Voor we Triëste bereiken blijven we overnachten op de parking van een warenhuis.
Donderdag 17 Juni
Even voorbij Triëste komen we bij de grens van Slovenië, onze eerste halte daar is in Koper, de belangrijkste havenstad van Slovenië dat maar een kort stuk strook bezit dat aan de zee ligt. In de stad zijn nog enkele bezienswaardige bouwwerken te zien die de invloed van het nabije Venetië verraden. Buiten het centrum vinden we een standplaats nabij het water. We trekken er met de fiets op uit en belanden in Izola waar we een beter onderkomen vinden, dus halen we de camper op en overnachten in Izola.
Wij laten de camper achter op de parking San Guiliano op een achttal kilometer van Venetië en rijden er met de fiets naar toe. Het is gloeiend heet en van op de brug die Venetië met het vasteland verbindt hebben we reeds een blik op de skyline van de stad. Het is erg druk nabij het station waar we onze fietsen achter laten en we wandelen richting San Marco. Het gaat door smalle straatjes, onderbroken door kanaaltjes waar we telkens trap op en trap af dienen te gaan over de pittoreske bruggetjes. In de vele kanaaltjes varen de typische gondels met toeristen. Op de Realto brug is het erg druk met de vele bezoekers van de stad en het is drummen om een foto te kunnen nemen. Op het Canal Grande varen de waterbusssen en taxis kris kras door elkaar. Overal in de stad komen we zangkoren tegen die het beste van zichzelf geven, vaak in mooie klederdracht. Er wordt beslist een wedstrijd voor zangkoren gehouden. Op het San Marcoplein, ook weer overspoeld door een massa toeristen van alle nationaliteiten, bewonderen we de pracht van alle gebouwen en monumenten. We hebben ondertussen al heel wat kilometers afgelegd en we beginnen het te voelen in de benen. We keren terug naar de Piazzale de Rome. We fietsen terug naar de camper en verlaten Venetië, terug naar onze vorige slaapplaats.
Via Vicenza bereiken we Padova. Het plein, waar we reeds eerder stonden en ook aangegeven is als camperplaats, is ingenomen door een grote kermis. We zoeken dan maar een parkeerplaats langs de straat. We willen een bezoek brengen aan het graf van de heilige Antonius, het is er zoals immer zeer druk met bedevaarders. Op het plein nabij de parking is een grote markt waar het gezellig wandelen en kijken is. Fruit in overvloed en we doen ons tegoed aan de lekkere verse kersen. We kunnen hier echter niet blijven om te overnachten en rijden verder richting Venetië, onderweg stoppen we in de plaats Uriago en vinden er een geschikte plaats nabij het plaatselijk rugbystadion.
De camperplaats in Peschiera del Garde vinden we op de opgegeven plaats. Het is gloeiend heet maar we kunnen onze luifel uitdraaien voor wat schaduw een licht briesje brengt wat verkoeling. Na de siësta fietsen we naar het stadscentrum. Het is een typische vakantieplaats aan het Garda meer. Aan de bolwerken te zien moet het ooit een strategische betekenis gehad hebben. We kuieren wat door de smalle straatjes en zoeken dan het strand op. Het water is lekker fris maar het is een keienstrand en erg moeilijk op blote voeten. Hopelijk koelt het van avond wat af maar op dit moment is het nog 32°C.
We hebben onze zinnen gezet op een camperplaats in Sulzano aan het Iseo meer. Op de ingestelde coördinaten is niets te vinden noch op het adres. De plaats is gelegen tussen de bergwand en het meer en er is weinig plaats beschikbaar, laat staan voor campers. We stellen dan een ander doel in maar door een verkeerde afslag te nemen moeten we ettelijke kilometers omrijden vooraleer we kunnen terugdraaien. We mikken dan maar op Peschiera del Garda, het is wel te ver om daar vandaag nog aan te komen, maar onderweg zullen we wel een slaapplaats vinden. In het stadje Passirano vinden we een mooie parkeerplaats nabij het gemeentehuis. Aan de parkeerplaats staat een fonteintje met drie kranen waar men van 8u tot 22uur fris bronwater kan tappen en er komen zo wat de hele tijd mensen aan en af met kratten en zakken plastiek flessen om water op te halen. We hebben natuurlijk ook alle lege flessen gevuld en het is echt heerlijk fris natuurlijk bronwater.
Na een rustige nacht worden we wakker met mooi weer, maar het blijft heiig. We laden de fietsen af en beginnen aan onze ronde van het meer van Verena. De route verloopt voor het overgrote deel over een vrij liggend fietspad dat op en neer golft, het is prettig fietsen af en toe nemen we een kleine pauze om te genieten van de blik op het meer. In de namiddag rijden we dan verder richting Como. Langs de oostelijke boord van het meer gaat er een smalle weg langs de berg met een voortdurend schitterend uitzicht over het meer. Bij Bellagio ronden we de punt en gaat het verder naar Lecco. Het meer heet daar dan ook Lago di Lecco. Het is tijd om halt te houden en we vinden een kleine camping aan het meer waar we dankbaar stoppen. We kunnen er ook internetten, want bij Mc Donald lukt het niet zonder een Italiaanse Sim-kaart voor de GSM.
Erg rustig was onze slaapplaats niet want we stonden vlak bij een spoorweg waar bijna ononderbroken treinen over raasden. We maken een wandeling door het oude stadsgedeelte en over de promenade langs het meer. Jammer genoeg is er weinig zon te zien en komen de kleuren van de prachtige omgeving niet tot hun recht. In de namiddag rijden we verder in westelijke richting en komen langs één van de kleinere meren het Lago di Varese. Volgens een informatiebord ligt er een fietsweg rond het meer van ca.28km. Dat lijkt ons wel wat en aan de boord van het meer vinden we een geschikte camperplaats hopelijk blijft het morgen droog zodat we kunnen fietsen.
Het is bewolkt in Grimentz en niet erg uitnodigend voor een wandeling, het is anders een leuk stadje met nog typische oude houten chalets. We dalen terug naar het dal maar onderweg moeten we een omleiding volgen die ons langs smalle bergstraten voert, langs steile afgronden. Aan de andere zijde van het dal moeten we onze laatste plaats aandoen Leukerbad een echt wintersportcentrum. De opgegeven coördinaten brengen ons tot aan de ingang van een chique hotel waar natuurlijk geen camperplaats is. We vinden ook niet waar het kan zijn en keren dan om, opdracht volbracht. Via de Simplonpas rijden we naar Italië. Op de top van de pas nog een laatste blik op Zwitserland en dan naar beneden. Aan het Lago Maggiore houden we halt in de plaats Baveno.
De temperatuur is s morgens al hoog, het is echt zomer. We fietsen naar de stad Sion. Van ver zien we reeds twee toppen waar respectievelijk een kasteel en een kerk op staan die over de stad uitkijken. De straten lopen weer flink omhoog zoals in al die steden in de valleien. We klimmer verder omhoog naar de top met de kerk, vanwaar we een schitterend uitzicht over de vallei hebben. Het oude stadscentrum is mooi om te zien, op een zondag ligt het er wel wat verlaten bij. We keren terug naar de camper en rijden naar onze volgende bestemming. We schieten weer een zijdal in en langs vele haarspeldbochten leidt de weg omhoog langs diepe afgronden tot Grimentz op 1570 meter hoogte. Daar zullen we de nacht doorbrengen, het is inmiddels beginnen te regen en het is frisser geworden.
We worden wakker onder een stralende hemel en maken een wandeling door Martigny dat ooit een Romeinse nederzetting was. In de stad treffen we hier en daar nog fundamenten van hun gebouwen aan. Boven de stad torent nog een burcht die neerkijkt op een mooie houten brug. Nadien nemen we onze ronde weer op en bezoeken in de zijdalen weer enkele plaatsen. Onderweg is het weer genieten van de prachtige uitzichten. s Avonds blijven we in Saint Léonard bij de laatst te bezoeken plaats van de dag en kunnen genieten van een mooie zomeravond met mooi uitzicht op de wijnbergen.
Voor we onze trip verder zetten willen we nog even over de wekelijkse markt van Montreux lopen. Niet onaardig maar we hadden er meer van verwacht, op de promenade ontdekken we een standbeeld van Freddy Mercury, we kunnen het nog net fotograferen voor het omringd wordt door een schare toeristen. We rijden dan verder richting Simplonpas, maar onderweg gaan we nog enkele plaatsen inspecteren, we moeten daarom enkele passen op, links en rechts van de hoofdweg. Door schilderachtige dorpen en valleien met schitterende uitzichten slingeren we op en neer. In Martigny maken we halt dicht bij een Romeins amfitheater om er te overnachten.
In de folders over de streek leek ons een uitstap met de tandradtrein naar de Rochers de Naye een leuk idee. Om kwart voor tien vertrekken we vanuit het station van Montreux de berg op. Het gaat echt steil de hoogte in en we genieten van spectaculaire uitzichten. Jammer genoeg zitten we boven in de wolken en het zicht is zeer beperkt. Er is echter van alles te zien en te leren over marmotten die nog in deze streken huizen. Na de lunch klaart het weer enigszins op en maken we een wandeling tot boven aan de top op 2045m. vanwaar we een mooie blik op het meer hebben. Met de trein gaat het terug naar het dal. Beneden schijnt de zon en is het lekker warm. Op de camping genieten we van een mooie zomerse avond.
Montreux ligt aan een uiteinde van het meer van Genève, daar is een gedoogplaats met service. De parking kunnen we echter niet gebruiken wegens een manifestatie, en om enkele dagen te blijven ziet het er ook niet echt aantrekkelijk uit. Enkele kilometers voor Montreux ontdekken we een kleine maar erg mooi gelegen camping aan de rand van het meer. Ook daar krijgen we pasjes voor openbaar vervoer, met dit pasje krijgen we ook nog 50% korting op toeristische treinen en musea. Even voorbij Montreux ligt het kasteel van Chillon op een rots in het water. Het zou het meest bezochte kasteel van Zwitserland zijn. Het is erg goed gerestaureerd en een bezoek meer dan waard. We lopen er gedurende een tweetal uren trap op en trap af en hebben heel het kasteel gezien. Moe en voldaan keren we terug naar Montreux voor enkele aankopen en bussen dan terug naar de camping, waar we in onze zetels vallen met een frisse pint in de hand en zicht op het meer.