Dankwoord en eerbetoon aan Frank Vanheckexml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Van harte welkom aan u allen in dit ICC te Gent, dat voor de meesten onder u stilaan vertrouwd terrein is geworden, vermits het niet de eerste keer is dat we hier verzamelen hebben geblazen. Persoonlijk heb ik hier 17 jaar geleden mijn eerste congrestoespraak gehouden op ons gezinscongres van 12 mei 1991 dat aan de grote doorbraak van 24 november is voorafgegaan. Waarmee ik niet insinueer dat mijn toespraak daar iets mee te maken had.
We hebben sedertdien samen een hele weg afgelegd, opeenvolgende successen geboekt, waarover veel gezegd en geschreven is geworden, maar het is eigenlijk heel eenvoudig : het geheim van ons succes ligt in een herkenbaar programma, maar vooral in de geloofwaardigheid van diegenen die dat programma uitdragen. We hebben in de loop van de jaren de toon soms wat veranderend, de stijl wat aangepast, maar we zijn altijd blijven vasthouden aan de grondslagen, aan ons Vlaams-nationalisme. En ik weet wel dat sommigen zeggen dat het cordon er voor gezorgd heeft dat we nooit de kans hebben gekregen om ons woord te breken. Maar ik zeg u : als wij principieel zijn gebleven, als wij trouw zijn gebleven aan ons programma, is dat niet een gevolg van die uitsluiting, maar omgekeerd.
Wij werden en we worden uitgesloten omdat we principieel zijn en omdat voor ons staatmanschap iets anders is dan de kunst om zijn programma en zijn verkiezingsbeloften overboord te gooien in ruil voor schouderklopjes en eretitels uit Laken, voor postjes en geldgewin. Het is dààrom dat men ons nooit gevraagd heeft om deel uit te maken van een regering of een bestuursmeerderheid. Het is dààrom dat wij nooit op Laken worden uitgenodigd. Omdat wij anders dan de anderen. En dat geldt ook voor onze voorzitters.
Op dertig jaar tijd hebben we mààr twee voorzitters versleten.
Ik gebruik het woord verslijten met opzet.Want vergis u niet : het voorzitterschap van een politieke partij is wel degelijk een slopende bezigheid.
Als u het niet gelooft, ga dan na hoeveel partijvoorzitters het langer dan een jaar hebben volgehouden :
De Gucht ? 5 jaar; Leterme ? 1 jaar; Vandeurzen ? 3 jaar; Vande Lanotte? 2 jaar; Stevaert ? 2 jaar; Dua ? 4 jaar; Geert Bourgeois 1 jaar bij de VU en 3 jaar bij de N-VA; Dirk Sterckx: 4 maanden.
Die kortstondigheid heeft zo zijn redenen.
Twee weken terug zei Frank Vanhecke daarover in t Pallieterke: voorzitter zijn betekent altijd bereikbaar zijn, altijd je telefoon opnemen, altijd je gsm op zak hebben. Dag en nacht bereikbaar en beschikbaar zijn. Voorzitter zijn betekent ondermeer drie keer per week gaan spreken in de afdelingen.
Wie Frank van dichtbij gevolgd heeft weet dat zijn voorzitterschap nog veel meer dan dat inhield. Het overzicht van 12 jaar FVH dat wij hier vandaag verspreiden bevestigt dat. De extra editie van de Eigen Volks Eerst Krant is onze liber amicorum voor Frank Vanhecke.
Maar het is juist : Frank is twaalf jaar lang inderdaad altijd bereikbaar geweest.
Zijn deur stond ook altijd open voor iedereen, zijn GSM stond altijd op, ook voor iedereen : van het gewoon partijlid, over het kaderlid tot de leden van zijn partijbestuur. Hij was nooit te beroerd om te luisteren naar de problemen en probleempjes, naar vragen, opmerkingen, suggesties van wie dan ook in deze partij : of het nu gewone militanten en leden waren, kaderleden of mandatarissen. Het maakt niet uit.
Ik vind dat zijn antwoord op de vraag die t Pallieterke hem stelde over wat zijn beste publiek was, Frank Vanhecke ten voeten uit typeert:
Dat is de trouwe achterban. Ik heb altijd een groot gevoel van dankbaarheid voor die mensen die ondanks de grote moeilijkheden en de boycot, toch blijven volhouden.
Die uit de ziekenkas of de vakbond werden geschrapt omwille van hun lidmaatschap van het Vlaams Belang. Buiten gegooid. Kregen de kans om de partij te verloochenen en dan lid van de vakbond te blijven.
Geen tien hebben dat gedaan. Honderden zijn bij ons gebleven. Kleine lieden, vaak moediger dan de groten. Daar ben ik trots op.
Welnu Frank, het gevoel is wederzijds : wij zijn trots op de man die twaalf jaar lang onze voorzitter was. De voorzitter van niet zomaar een partij en van niet zomaar partijleden.
De leden en mandatarissen van deze partij zijn mensen die weten wat ze willen, mensen die hun gedacht durven te zeggen, koppige mensen, recht door zee mensen.
En dus niet altijd gemakkelijke mensen om leiding aan te geven.
Als Frank Vanhecke en Karel Dillen het zo lang hebben volgehouden dan is dat omdat ze lééfden in functie van dat ene doel : het tot stand brengen van een eigen staat voor dit volk, een staat waar dit volk zich thuis, geborgen en veilig kan voelen.
Een eigen staat, omdat zoals uitgerekend Rik Coolsaet het vorige week in DS nog stelde- de staat een cruciale rol te spelen heeft om de mensen een toekomst te verzekeren.
Dààr is het deze partij en haar voorzitters altijd om te doen geweest : een staat tot stand brengen om de mensen een toekomst te verzekeren. Dàt en niets anders heeft Frank Vanhecke tijdens zijn 12 jaar voorzitterschap gedreven.
En ik herhaal vandaag met evenveel overtuiging als bij de herverkiezing van Frank Vanhecke: Karel Dillen had gelijk, toen hij 12 jaar terug Frank Vanhecke tot zijn opvolger aanstelde.
Ik denk (ik weet zeker) dat Karel Dillen zich die keuze nooit beklaagd of in vraag gesteld heeft. Want Frank Vanhecke is in de loop der jaren uitgegroeid tot een voorzitter van formaat: een uitstekend redenaar, een goed debater, een correcte spelverdeler, iemand die ook de anderen het licht van de zon gunde. Kortom : een bezieler, zoals ook Karel Dillen een bezieler was. Een voorzitter die het respect, de waardering en de vriendschap van zijn leden en kiezers op een natuurlijke wijze heeft weten af te dwingen.
Ik weet dat heel wat mensen onder u graag hadden gehad dat Frank zou zijn aangebleven.
En ik weet dat heel wat mensen verwonderd waren toen Frank naar aanleiding van zijn nieuwjaarstoespraak aankondigde dat hij zijn mandaat niet wenste te hernieuwen.
Wij kunnen die beslissing betreuren, maar we moeten ze ook respecteren.
Net zoals velen onder ons 12 jaar terug de beslissing van Karel Dillen betreurden om de fakkel door te geven, maar die beslissing toen ook respecteerden, om achteraf tot de vaststelling te komen dat het een wijs besluit van Karel was geweest.
Onder Karel Dillen zijn we er in geslaagd om uit te groeien van een marginaal partijtje waar meewarig op werd neergekeken, tot een flink uit de kluiten gewassen oppositiepartij die in 1991 echt goed is doorgebroken en waar men argwanend naar keek. Herinner u de fameuze kloof tussen burger en politiek en de nieuwe politieke cultuur waar men de mond van vol had.
Onder Frank Vanhecke hebben we die partij verder uitgebouwd en versterkt, om in 2004 uit te groeien tot de grootste fractie in het Vlaams Parlement en vandaag tot de grootste oppositiepartij in het federale parlement : tégen politiek correct Vlaanderen in, tégen de media in, tégen de zuilen in, ondanks het ostracisme waar we al zon twintig jaar het voorwerp van uitmaken. Maar een partij waar in binnen- en buitenland wordt naar opgekeken, waar rekening mee wordt gehouden.
Onder Frank Vanheckes voorzitterschap zijn wij uitgegroeid van een lastige luis in de pels tot een partij die staat voor wat de meerderheid van de Vlamingen denkt: over het recht van Vlaanderen om plaats in te nemen tussen de andere staten van deze wereld, over de nood aan waarden en normen, over de veiligheid, over immigratie, over vakbonden, over propere handen, over vrijheid van meningsuiting.
Vandaag is een nieuwe mijlpaal in ons bestaan.
Vandaag vatten we de derde fase aan : de consolidatie van onze stellingen, het voorbereiden van een verdere groei en het doordrukken van ons programma.
Frank Vanhecke heeft net zoals zijn voorganger in 1996, geoordeeld dat we dit moment, die nieuwe fase best met een nieuwe voorzitter aanvatten. Hij laat zijn opvolger een partij na die nog kan groeien. Dat is althans mijn oprechte overtuiging. Er zijn nl. geen geloofwaardige alternatieven meer, noch ideologisch, noch partijpolitiek. België dat museum van surrealisme- zit op zijn tandvlees (net zoals het SMAK hiernaast) :
Het besef is er vandaag dat alleen in Vlaanderen een democratische besluitvorming nog mogelijk is, dat we alleen in Vlaanderen nog een toekomst hebben. En het besef groeit dat alleen het Vlaams Belang de juiste weg wijst naar dat vrije Vlaanderen.
Vandaag zijn we de grootste Vlaams-nationale partij, de sterkste identitaire partij in Europa.
Wij zijn dus geen liberalen, maar in het Vlaanderen dat wij voorstaan zal het bedrijfsleven kunnen bloeien en zullen de gedachten ècht vrij zijn. Wij zijn geen socialisten, maar het Vlaanderen dat wij voorstaan zal over een sterke sociale zekerheid beschikken en zal niemand aan zijn lot overlaten. Wij zijn geen christendemocraten, maar in het Vlaanderen dat wij voorstaan zullen er nog waarden en regels zijn en zullen gezinnen nog meetellen.
En wij zijn op een punt gekomen waarbij de verwezenlijking van dat Vlaanderen dat wij voorstaan en samen met ons zoveel andere Vlamingen, kiezers en toekomstige kiezers- geen droom meer is maar een bijna tastbare en grijpbare realiteit. Een realiteit die de Belgische partijen ongetwijfeld nog een tijd voor zich zullen trachten uit te schuiven, maar hoe dan ook een onafwendbare realiteit.
Laat de anderen dus maar beweren dat de bevolking niet geïnteresseerd is in staathervorming en communautaire dossiers, maar in hun pensioen, hun sociale zekerheid en hun koopkracht.
Ik zeg u : het zal de zorg om de dag van morgen zijn, om het pensioen, het zal de vraag zijn of de dokter morgen nog zal kunnen betaald worden en of de kinderen nog in staat zullen zijn om een huis te kopen, het zal die zorg zijn die de vorming van een Vlaamse staat en de verwezenlijking van ons programma uiteindelijk onafwendbaar maakt.
Ik heb persoonlijk begrip voor diegenen die hun hoop hadden gesteld in een stap voor stap strategie naar onafhankelijkheid. Ik heb begrip voor diegenen die vorig jaar eens op een andere manier een middenvinger hebben willen opsteken naar de traditionele partijen.
Ik begrijp de redenering die hen heeft gedreven.
Maar vandaag moet iedereen inzien dat het belangrijk is dat de Vlaamse kiezer uit één mond spreekt om zijn afkeer te uiten van de tragikomedie waarvan we het jongste jaar getuige zijn geweest en waar dat is ondertussen ook wel duidelijk- geen einde aan komt en waar nooit een einde aan zàl komen, tenzij Vlaanderen wéér eens capituleert. Vandaag moet iedereen inzien dat onze strategie de enig mogelijke is : vasthouden aan onze doelstellingen en aan ons programma, het been stijf houden, desnoods dertig jaar lang vanuit de oppositie.
Regering na regering, jaar na jaar, dag na dag aantonen en blijven aantonen dat er maar één weg is naar een veiliger Vlaanderen, naar een welvarend Vlaanderen, naar een Vlaanderen waar de Vlamingen zich thuis blijven voelen en waar nieuwkomers zich moeten aanpassen en niet omgekeerd, een Vlaanderen dat territoriaal niet langer wordt belaagd.En die weg, dat is een onafhankelijke staat voor deze natie. Het is de strategie die Karel Dillen ons heeft voorgehouden,
Het is de strategie die Frank Vanhecke zonder aarzelen heeft voortgezet en die ook door de volgende voorzitter op zijn beurt zal worden voortgezet. Daar gaan we niet van af. Daar geven we nooit op toe. Altijd recht door zee.
Misschien en wellicht komen er nog stormen op ons af, zeker komt er nog veel tegenwind.
Maar ik zeg u : ooit varen wij met dit schip de veilige haven van het onafhankelijke Vlaanderen binnen. Dit schip, waarvan Frank Vanhecke de voorbije 12 jaren aan het roer heeft gestaan, en dààrvoor, beste Frank, kunnen wij u niet dankbaar genoeg zijn.
Bedankt Frank !
En toen kreeg Frank Vanhecke een minutenlange staande ovatie van een bomvolle zaal.
|