Foto
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Inhoud blog
  • praktisch
  • bloemen
  • vogel
  • de jonge
  • lied
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Altijd in beweging met van alles en nog wat...

    13-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de dragers
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Salomon Bonn 1881-1930

    De dragers

    De dragers, de dragers treden zo hard.
    Hoe vaak droeg ik u in mijn sterke armen
    als een vogel verschrikt, in netten verward,
    met bang fluiten en schriklijk alarmen.

    Nu, vreemdige kerels, voor een slok en een munt
    sjorren, sjokken, en stappen hoogluid,
    als slagers versjouwen gespleten rund
    en dragen 't de slachtplaats uit.

    Wee! dat mij niet blijft nu, dit zacht kleinood,
    dat zacht voorhoofd, die dode ogen,
    blanke handen, met als een kleen vlamke, rood,
    de ring, nauw aanvaard, diep bewogen...

    Zo zwart is de wereld nu buiten voor u
    zo zwart en donker en koud:
    en ik ga bukkend en ween om u,
    mijn hart is droef en oud.

    13-03-2011 om 14:44 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    12-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.herfsteinde
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Helene Swarth 1859-1941

    HERFSTHEIDE

    Vol grijze dreiging hangt het zware zwerk
    Op 't rossigbruin van de uitgebloeide hei.
    Langs 't bleke zandpad zeult een kar voorbij
    Een donker schonkig paard. Eén tengre berk
    Rijst rank op 't grauw met siddrend bladgesprei.
    En plechtig ruist, 'lijk 't orgel in een kerk,
    De wind door 't woud van sparren lenig sterk
    En sombre beuken, 't heideveld terzij.

    'k Vlij me in een kuil en dek mijn leden moe
    Met geurend blad en ros ruig heikruid toe
    En luister, oor en hart aan heideschoot.

    Nu waar 't wel zoet, terwijl ik d' aardgeur dronk,
    Zo stil dit hart werd en hier zacht verzonk
    In 't lang verlangd mysterie van den dood.

    Natuurpoëzie, J. H. Kok, Kampen(1930)

    12-03-2011 om 19:50 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    11-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.park
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Jan Jacob Slauerhoff 1898-1936

    Uyemo Park, Tokio

    De kindren lopen uit hun kleurig spel
    En laten 't park schuw en verwaarloosd achter.
    De vogels zwijgen om een oude wachter,
    Alleen de krekels sjirpen snel en schel.

    Het groene en rode loof wordt even vaal.
    Een flakkerlicht ontwaakt in bronzen lampen.
    De avond komt gedempt, gehuld in dampen
    Nader, als een sluipmoordnaar in een zaal.

    Maar plechtig aangetrokken klokken tampen
    En langgerekte heilige tonen gonzen
    Boven het dor en streng gebed der bonzen,
    Beveiligd voor de nacht in 't heiligdom.

    Verzamelde gedichten

    Illustratie: Shinto poorten in Uyemo of Ueno Park in Tokio (Japan)

    11-03-2011 om 10:39 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    10-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.liefste
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Salomon Bonn 1881-1930

    Mijn liefste.

    Mijn liefste waar zal ik
    slapen
    vannacht?

    De nacht is zo zwart
    en de winden gieren
    en voor mijn voet, bange geesten,
    slieren
    tak en takken, in knakken
    verward.

    Mijn liefste waar zal ik
    slapen
    vannacht?

    Als een lam, moegedwaald
    van de kudde verlaten,
    dat dwaalt en dwaalt,
    jammerend loopt te blaten,
    zo dwaal ik, en donker
    donker zwart is rondom;
    de winden gieren,
    vallend lof ritselt om.

    Mijn liefste
    uw armen zijn van mij gegaan
    uw ogen gesloten, uw adem ruist niet
    als een teder moederlijk sluimerlied
    zacht tegen mijn voorhoofd aan.

    En uw boezem, een kussen
    zo zacht, voor mij
    is nu koud en ver, ver heen,
    in de plaats van uw monklende
    ochtendlach
    vind ik tranen
    en kermend gesteen.

    Mijn liefste
    waar zal ik nu
    slapen
    vannacht?

    Zo moe is mijn hart
    en het kan niet rusten,
    wijl uw lippen mij altijd
    te slapen kusten,
    en uw lippen zijn weg nu
    en ach... hoe zwart.

    Mijn liefste
    waar zal ik
    slapen vannacht?

    O een droom! van nog eenmaal
    met u te zijn:
    in uw harenvacht
    in uw ogenschijn;
    en dan niets meer te weten
    en te sterven, zacht.

    Immortellen

     

    10-03-2011 om 11:58 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    09-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.herinneringen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Frans de Cort 1834-1878

    Herinneringen

    Ach, laat ons van 't verleden spreken...
    Gij luistert immers gaarne, vrouw?
    'k herinner mij, hoe lang verstreken,
    Mijns levens lentetijd getrouw.
    Toen had ik appelrode wangen,
    Mijn baard was blond, gekroesd mijn haar;
    En 'k zag vol fierheid allegaar
    De meisjes me aan de slippen hangen!

    Brunetten, zwarten of blondinnen,
    Mij waren alle liefjes goed,
    Maar geen en wilde ik ernstig minnen...
    De vrijheid scheen mij veel te zoet!
    't was echter in de wind gesproken:
    Eens had ik u gezien, vriendin,
    En 't frisse bloemeke der min
    Was in mijn hart opeens ontloken!

    Ik mocht ten outer u geleiden...
    De spaarpot schudde vader om.
    Dit nette huiske werd ons beiden
    Ten zoete liefdeheiligdom.
    Wat sleten wij genoeglijke uren
    Hier hand in hand en hart aan hart!
    Ach, nooit, vrouw lief, bezocht de smart
    Ons binnen deze zalige muren!

    De tranen staan me nog in de ogen,
    Als ik herdenk de blijde stond,
    Toen ik, van 't werk naar huis gevlogen,
    Een zoontje aan uwen boezem vond...
    Hoe mild heeft ons het lot bejegend!
    Nog negenmalen bovendien
    Mocht ik een pasgeboorne zien,
    Waarmede ons huwlijk werd gezegend!

    Nog zijn zij alle tien in 't leven,
    En mannen zijn 't naar geest en lijf.
    Nog heeft geen hunner ons begeven,
    Al worden wij wel oud en stijf!
    Doch komt de liefde ze ons ontstelen...
    Wel doet het scheiden lijden; maar,
    Gaat, kinders lief, 't geluk is daar,
    Waar kleintjes bij de haard spelen!

    Liederen (1868)

    09-03-2011 om 09:44 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    08-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.verlangen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Salomon Bonn 1881-1930

    VERLANGEN

    Verlangen is een vuur dat niet en dooft,
    't is als 'n zwaan klapwiekend, kan niet sterven:
    de Dood komt om het hart, in 't jonge hoofd
    droomt nog 't verlangen in parelmoeren verven.

    Mijn broeder, ons verlangen is sterker dan de wil
    de strijd is als 'n bloemknop om 't verlangen
    het dunne hulsje houdt 't gloeiend blad gevangen,
    dan breekt het uit! en in de zonne stil

    bloeit het omhoog! omhoog! Mijn broeder,
    uw verlangen overwint de dood, want als
    zijn donkere arm zich wringelt om uw hals,
    dan is het blank verlang' in u nog levend:

    en als gij op zijn vleuglen, door hooge heemlen zwevend,
    de englen zingen hoort uw doods,-en hemellied,
    staart gij zoekend naar uw lief, hoort en begrijpt hen niet.

    08-03-2011 om 11:54 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    07-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.traan
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van van Isaac da Costa 1798-1860

    De traan

    De traan, die opbruist naar onze ogen,
    In liefde en vriendschap, vreugde en smart,
    Die is de ware tolk van 't hart!
    Wie door een mond ooit werd bedrogen,
    Die een geveinsde glimlach plooit,
    Een traan!..... een traan misleidde nooit!

    De traan, naar boven opgedreven
    Bij 't heimlijk slaken van een zucht,
    Geeft de geperste boezem lucht!
    Men ziet hem als een nevel zweven:
    Maar door die nevel speelt de gloed
    Van 't weder ademend gemoed!

    De traan van 't smeltend mededogen,
    Dat in des naasten lijden lijdt,
    En hem eens broeders zorgen wijdt,
    Verkondigt in de glinstrende ogen
    De Godlijke afkomst onzer ziel,
    Hoe diep zij van zich zelf verviel!

    De traan des zeemans, die gevaren,
    Noch 't naderende doodsuur vreest,
    Is 't afscheidsteken van de geest
    Aan vrouw en kind, wanneer de baren
    Van d' opgeruide Oceaan
    Het dobbrend schip verzwelgen gaan!

    Waar Roemzucht, wederzijds ontstoken,
    D' onmenselijke kampstrijd mengt,
    Ook daar wordt vaak een traan geplengd!
    En 't recht der mensheid is gewroken,
    Wanneer hij 's winnaars oog ontvloeit,
    En 't vijandlijke lijk besproeit!

    Of, als wij 't dierbaar oord begeven,
    Dat onze eerste kinderlach,
    Dat onze eerste bloeitijd zag,
    Om dieper in te treên in 't leven;
    Dan staren wij 't weemoedig aan,
    En 't droef Vaarwel spreekt door een traan!

    Maar gij, vooral, gevoel van liefde!
    Uw alveroverende tocht
    Wekt stromen van dit balsemvocht!
    Voor wie uw gloênde pijl doorgriefde
    Zijn tranen wellust van het hart,
    In liefdes vreugd, in liefdes smart!

    Ook wie de geestdrift heeft bevangen,
    Die 't moedig hart, waarin zij blaakt,
    Tot aller harten meester maakt,
    Die verft een gloeiend rood de wangen,
    Die wemelt in het oog een traan,
    Die meer dan woorden doet verstaan.

    Wie eerbied ooit de ziel vervulde
    In 't brandend tijdperk van de jeugd,
    Voor mannenmoed, voor mannendeugd;
    De traan is 's harten eêlste hulde,
    En die de nagedachtenis
    Van grote namen waardig is!

    Zo wekken Cesars lauwerkronen,
    Zo Alexanders fiere moed,
    Zo Maurits grootheid, waard zijn bloed,
    Diep uit het hart der heldenzonen
    Een traan op, die voor 't oog verraadt
    Van welk een zucht de boezem slaat!

    Het marmer is een koude hulde!
    Mijn vrienden! welle een enkle drop
    Uit uw gevoel'ge harten op,
    (Is slechts de geest die mij vervulde
    Zo liefelijk een hulde waard)
    Wanneer 'k zal rusten onder de aard!

    Da Costa's kompleete dichtwerken (1861)

     

    07-03-2011 om 11:18 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    06-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.oplossing
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Johannes Immerzeel 1776-1841

    OPLOSSING

    Is 't wonder dat de mens, in 't leven,
    Het beste spoor zo moeilijk vindt?
    Twee gidsen, die hem voort doen streven,
    En beurtlings wenk en spoorslag geven, —
    Fortuin en Min, zijn beiden blind!

    06-03-2011 om 11:06 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    05-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.slaap

    Een gedicht of vers bekend bij velen...

    Slaap, kindje, slaap!

    ‘Slaap, kindje, slaap,
    daarbuiten loopt een schaap!’
    je hartje tegen mijn harte aan
    ik voel het kloppen, voel het slaan.
    ‘Slaap, kindje, slaap!’

    Daarbuiten gaan geen mensen meer,
    de huizenogen loken neer,
    de straatlichtjes zijn uitgedaan,
    boven gingen de sterren aan
    en 't is heel stil: alleen de wacht
    trommelt, hol stappend, door de nacht:
    ... slaap... kindje... slaap!...

    Je neusje zo gebogen, fijn,
    dringt zich of 't in mijn borst wil zijn,
    je oortje, als een bloem ivoor,
    drong zwarte lokjes door naar voor,
    je hoge hoofdje in mijn arm
    duikt zich en schut zich warm.

    Daar komt omhoog de witte maan
    uit wolken zwart, en ziet mij aan
    en kijkt mij door mijn ogen heen
    en in mijn ziele, of ik ween!
    als zij dan glanst op jou mijn kind,
    is 't of je 'n zilv'ren kindje bent.

    Die hoge maan die ziet zo ver
    en wijst daar aan die goudenster,
    zo blinkend op het glaskozijn,
    waar of de dode mensen zijn:
    de dode mensen zijn heel wijd,
    nog verder dan de maanglans glijdt.

    Daar zit in lichte nis een vrouw,
    zo mooi als jij en droomt van jou;
    haar witte armen saamgevouwen
    om een kindeke er in te houden,
    lonkt ze en lacht en zingt dan teer
    - haar teerte deinend heen en weer -:
    ... ‘slaap... kindje... slaap!’...

    Hoe heerlijk tikkert in de slaap
    je hartje slagjes op het mijne
    en starend in het maneschijnen
    zing ik van 't arme dwalend schaap,
    ... ‘slaap... kindje... slaap!’...

    Immortellen

    05-03-2011 om 17:36 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    04-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vrouw

    Een gedicht van Dop Bles 1883-1940

    Ik ben een vrouw

    ‘'k Ben een vrouw, als alle vrouwen,
    waarom wilt ge mij omhangen
    met het kleed van Uw verlangen
    en mijn lichte lach vertrouwen?’
    ‘Om de zucht, die ik eens vond,
    om d'onuitgesproken woorden,
    die verdoolden op de boorden
    van tomatenrode mond.’

    ‘'k Weet mijn ogen zijn mijn machten,
    waarom wilt gij, dat hun stralen
    dieper zin U zal verhalen
    dan de heugenis der nachten?’
    ‘Om de schemerstille schijn
    van een nauwelijks gebeuren,
    dat ik heimelijk zag treuren
    door het wimpren kantgordijn.’

    ‘'k Zie de schoonheid van mijn leden...
    waarom wilt ge, dat mijn leven
    niet zal stralen in zijn streven,
    waar mijn lichte voet zal treden?’
    ‘Om het lusteloos gebaar,
    dat U bleef van alle lusten,
    om Uw hart, dat niet kan rusten,
    wijl Uw wanhoop is te zwaar.’

    ‘'k Hoor de woorden van de monden,
    waarom naar het hart te luistren,
    als mijn minnaars mij toefluistren,
    dat hun heilig zijn mijn zonden?’
    ‘Om de uren, die gij ducht,
    om de dwaling te genezen,
    dat gij van U zelf zoudt wezen,
    nu ge mij, in U ontvlucht.’

    ‘'k Ben een vrouw, als alle vrouwen,
    waarom wilt ge mij dan minnen,
    nu geen hart is te gewinnen,
    dat zich zuiver laat doorschouwen?’
    ‘Om de folt'ring, die gij lijdt,
    om het brandend heet begeren.
    dat door mij, gij nu moet leren
    dragen in verwachte tijd.’

    Parijsche verzen (1923)

     

    04-03-2011 om 16:34 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    03-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.stem

    Een gedicht van Salomon Bonn 1891-1930

    IK HOORDE UW STEM

    Stemmen spraken tot mij,
    ik hoorde ze niet,
    ik hoorde uw stem
    als 'n lied, als 'n lied!

    Zoals 's avonds laat
    wen de wereld zwijgt
    over wateren, stil,
    'n boot ver tijgt.

    De wereld is stil
    de wereld is donker,
    alleen leeft de maan
    en wat stargeflonker

    Haar stem is muziek
    in de stille oren,
    zo kan ik maar niet
    uw stemme horen.

    Mijn land ligt zo ver
    en uw stem is zo zacht,
    en geen enkele ster
    schijnt mij in mijn nacht.

    03-03-2011 om 11:00 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    02-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vrouw
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Eduard Brom 1862-1935

    Aan mijne vrouw

    Je fijne gratie mij omwevend
    Als geuren delicaat,
    Je geest zo lichtend en zo levend
    Mijn geest omzwevend, saâm opstrevend .....
    Je tere vrouwlijkheid, mij gevend
    Een nieuw geluk nog laat
    Maar jong en lichtend als een avend
    Van droom en kleur en koelte lavend,
    Een avond die héél langzaam duistert,
    Maar door geen duister wordt ontluisterd .....
    Want de avond-Schoonheid wil niet marren:
    Uit dage-scheiden Zij ontluikt
    In mane-glans en gouden starren,
    In blijheid die de vogel tjuikt:
    Een avond die de nacht weerstaat
    Tot aan de nieuwe dageraad!

    Laat dan mijn avondbeê je danken
    In zacht koraal van morgenklanken,
    Alsof mijn ziel pas werd gewekt
    En nu opééns zichzelve ontdekt,
    Als zon uit wolken openbrekend,
    En met een vreemde stemme sprekend,
    Aan lang verzaamde zingens-stof
    Ontlenend plots der Liefde lof!


    20 juli 1932

    02-03-2011 om 16:48 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    01-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.lindeboom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Frederik Hemkes 1854-1887

    DE LINDEBOOM

    Er stond bij gindse molen
    Een linde, zwaar en groot,
    Die vaak bij 't ommedolen
    Mij dak en schaduw bood.

    Veel heb ik in haar lommer
    Gezongen en gedicht,
    En drukte me elders kommer,
    Dáár scheen mij 't leven licht.

    'k Ben laatst, toen zorgen kwamen,
    Naar de oude plek gesneld;
    Maar ach, mijn hart kromp samen:
    De linde was geveld.

    'Men heeft u omgehouwen,
    Mijn trouwe lindeboom!
    Wie zal ik nu vertrouwen,
    Waar ik al peins en droom?'

    Ik wilde een takje breken
    Van 't stervend lindehout,
    Een woord tot afscheid spreken;
    Daar rilde ik bang en koud.

    De linde hoorde ik klagen
    In felle stervenspijn:
    'Ik zal na luttel dagen
    Uw laatste woning zijn.'

    Veertig gedichten.(1882)

    01-03-2011 om 16:15 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    28-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.sterfbed
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Hendrik Marsman 1899-1940

    Sterfbed

    Ik zie de zon nog in het venster staan
    maar reeds vervaagt de schemering de uren.
    ik weet dat het niet lang meer duren kan,
    totdat ik met de dood alleen zal zijn.
    gij hebt mij lief; ik heb vergeefs getracht
    u zo volledig lief te hebben als gij mij;
    vergeef het mij: ik heb het slecht gedaan,
    en bid voor mij en ga dan van mij heen;
    hoe teer en machtig het ook is geweest
    het heeft voor mij nu alles afgedaan.
    schrei niet, ik zal u nazien totdat gij
    de deur volkomen achter u zult hebben afgesloten
    en mij alleen gelaten met de dood;
    ik heb een leven lang in lafheden verdaan, en groot
    zal het ook in het eind niet zijn,
    maar ik wil in het enige gevecht
    dat er op aan komt, trachten geen knecht te zijn.
    kom, ga nu heen, slechts dan heb ik de kracht
    dit laatste te doorstaan zoals gijzelf
    dit laatste tussen u en mij doorstaat:
    zonder veel tranen,
    woordenloos en recht.

    Verzamelde gedichten (1941)

     

    28-02-2011 om 11:53 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    27-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.verloren
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een hartenkreet van Elsa voor mij een onbekende maar wel iemand met gevoel

    Een verloren wereld

    Een wereld vol oorlog en haat,
    Weten we nog wel waar het om gaat?
    Oorlogen om geloof, macht en geld,
    Om nog maar te zwijgen van al het zinloos geweld.
    Waar is de tolerantie en de verdraagzaamheid,
    Vanwaar al deze agressie en boosheid?
    Kindsoldaten, moord en doodslag zijn heel gewoon,
    Wanneer staan verdraagzaamheid en vrede weer eens centraal?

    27-02-2011 om 13:14 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    26-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ochtendzon
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Jan Jacob Slauerhoff 1898-1936

    De ochtendzon

    De flamboyants ontluiken groen en rood;
    Onder hun lommer zal de markt beginnen.
    Wijdbeens gaand, balanceren negerinnen
    De vruchten op haar hoofd en van haar schoot.

    In het goedkoop hotel van Boabdil
    Blijven de blinden dicht, de gangen stil;
    Alleen een boy gluurt door de gescheurde deuren,
    Maar ziet - het is te vroeg - nog niets gebeuren.

    Eindlijk, aan 't hoogste raam rekt zich, nog loom en
    Voor veertien jaar en een creoolse, groot,
    Dolores, in 't halfdonker, schouderbloot,
    En doet haar haren in de ochtend stromen.

    Serenade (1923)

    Illustratie: De flamboyants ontluiken groen en rood

    26-02-2011 om 12:37 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    25-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.interwieuw
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Hein Boeken 1861-1933

    INTERVIEW

    Een interview? Waartoe? 'k Beeld nu al jaren,
    — En 't laatst wel 't meest en nooit zo ongestoord -
    In rijm, onrijm, met 't uitgezochtste woord
    De stemmingen, die door mij henen varen;

    En al de beelden grijp ik bij de haren,
    Die 'k kan verpraaien van mijn kapersboord,
    En ook begint — onlangs heb ik 't gehoord —
    Mijn duistre Stijl, goddank! wat op te klaren.

    Nu wilt gij van mij horen. 'Die of die,
    Mijn meester is 't'. ''k Heb alles uit mij zelven'.
    Of. 'Dichters moeten leren mythlogie,
    Historie, Grieks'. Of: 'Laten zij maar delven
    in 't eigen hart'. Neen, vriend, ik zie u garen
    Eens bij geval, 't examen wil mij sparen.

    Verzen (1920)

    25-02-2011 om 13:42 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    24-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.poëzie
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Alica Nahon 1896-1933

    M'N POEZIE

    O! Snaren van m'n jonge ziel
    Ik voel uw trillen zacht,...
    Wijl 't woordje op u nederviel,
    Dat door m'n tranen lacht

    O! Zacht en zangerige woord
    Waarin ik peerlen vind,
    Hebt ge m'n vreugde niet gehoord
    Toen 'k worden mocht uw kind ?

    O Gij, die m'n gedachtjes kust
    En wiegt m'n droefenis
    't Is of m'n innerlijke rust
    Door u beveiligd is.

    O lieflijkheid! o zanggetril!
    Verwarm het harte mijn
    Dat arm... verlaten hart, en wil
    M'n eeuw'ge rijkdom zijn.

    Vondelingskens

    24-02-2011 om 19:30 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    23-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.gekrenkt
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Willem de Merode 1887-1939

    De gekrenkte jongen

    Meen niet, dat hij te schreien stond,
    Toen hem het giftige antwoord stak.
    Hij voelde, dat iets in hem brak,
    Maar hield de glimlach om zijn mond.

    Even vertroebelde zijn oog,
    Maar daadlijk keek hij strak en koel.
    En sterk hield hij het lauw gevoel
    Ten onder, dat zijn hart bewoog.

    Hij zal de eerste stap niet doen.
    Zijn fierheid, ten begeerde zoen,
    Weigert het goede woord te spreken,
    Al zou zijn hunkrend hart ook breken.

    Maar toen hij zich vol stugheid wendde,
    Snikte hij zacht van ellende.

    23-02-2011 om 11:05 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    22-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zwane
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Albrecht Rodenbach 1856-1880

    DE ZWANE

    Des hemels spiegel, mild en fris,
    de lucht in 't ronde lavend,
    daar ligt de vijver maagdelik schoon
    in stille zomeravond.

    En kalm in hare avondlust,
    bij 't zoet gesching der mane,
    ligt langzaam drijvend op het meer
    de dromerige zwane.

    De dichterlike vogel mint
    het maagdelike water,
    en baadt wellustig, spiegelt, drinkt,
    aanhoort het lief geklater.

    En onbewust bemint hem 't meer
    en streelt zijn blanke veder,
    en klatert zacht en spiegelt hem
    zo teer zijn beeldnis weder.

    Doch weiger en bescheiden in
    bewondering verslonden,
    nooit heeft des vogels reine min
    die maagdelikheid geschonden.

    --------------------------------
    weiger - omzichtig

    22-02-2011 om 13:17 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per maand
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!