ik zit alleen in de avond van mijn leven te denken aan God. ik vroeg me af wat God voor mij nog betekent.
de God van mijn jeugd is verdwenen. ik heb hem lang vervangen door mezelf. tot ik ontdekte dat er niets overbleef dan stapels vraagtekens zonder antwoorden.
God is niet te vatten met woorden. dus elk woord dat ik nu schrijf kan wel eens overbodig en nutteloos lijken. maar ik heb niets anders
dan woorden om mijn denken uit te drukken. dus toch maar woorden. ik begin aan een zoektocht waarvan ik de wegen niet ken.
ik kan alleen willen beginnen. waar ik terechtkom ontmoet ik misschien pelgrims die ook op weg zijn naar een antwoord