Ferdinand Porsche (Maffersdorf, 3 september 1875 Stuttgart, 30 januari 1951) was een Oostenrijkse autobouwer.
Porsche werd geboren in Maffersdorf in het toenmalig Oostenrijk-Hongaarse Bohemen (tegenwoordig Vratislavice nad Nisou in Tsjechië).
Hij was een pientere veelbelovende jongen en werd erfgenaam van de metaalsmederijen van zijn familie.
Tot grote teleurstelling van zijn vader gaf Ferdinand weinig om het smeden van metaal.
Zijn talent lag meer op het gebied van de mechanica.
De ouders van Ferdinand stuurden hem naar de Keizerlijke Technische School in Reichenberg.
Daar maakte hij kennis met elektriciteit en rond 1893 had hij een compleet elektrisch systeem ontworpen en in zijn ouderlijk huis geïnstalleerd.
Het werd echter door zijn vader vernield en weggegooid.
Daarna zou Porsche voor verschillende autobedrijven werken, zoals Lohnerwerke, Austro-Daimler, NSU, Zündapp en Daimler-Benz.
Hierna richtte hij zijn eigen ontwerpstudio op.
Porsche was de uitvinder van de hybride auto.
Ferdinand Porsche stond aan de wieg van Volkswagen en het automerk Porsche en behoorde tot de Oostenrijkse school van auto-ontwerpers.
In de Tweede Wereldoorlog ontwierp Porsche een aantal tanks die geen van alle een succes waren, waaronder de enorme Maus.
Daarnaast ontwierp hij ook militaire voertuigen die wél een succes waren, zoals de Kübelwagen, de Schwimmwagen e.d.
Paleis Huis ten Bosch in Den Haag is het woonverblijf van prinses Beatrix.
Het paleis ligt in het Haagse Bos in Den Haag tussen de Bezuidenhoutseweg en de Benoordenhoutseweg.
De hoofdentree bevindt zich aan de Leidsestraatweg, aan de noordwestkant van het paleis.
Aan de Bezuidenhoutseweg bevindt zich ook een entree.
Paleis Huis ten Bosch is eigendom van de Staat (Rijksgebouwendienst) en behoort tot de Top 100 van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg.
Aan het einde van 2013 zal koning Willem-Alexander samen met zijn gezin verhuizen naar Paleis Huis ten Bosch, nadat het paleis is gerenoveerd.
Paleis Huis ten Bosch is gebouwd in de 17e eeuw.
Op 2 september 1645 legde de voormalige koningin Elizabeth Stuart, aangehuwde nicht van stadhouder Frederik Hendrik, die asiel had in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, de eerste steen voor wat de Sael van Oranje moest gaan heten; een zomerverblijf voor Frederik Hendrik en zijn vrouw Amalia van Solms.
De architect Pieter Post maakte het ontwerp voor het verblijf.
Toen Frederik Hendrik in 1647 overleed, maakte Amalia van Solms een mausoleum van het paleis ter nagedachtenis aan haar man.
De centrale koepelzaal (de "Oranjezaal") werd geheel gedecoreerd met schilderingen die het leven en glorie van Frederik Hendrik afbeelden, met onder meer werk van Thomas Willeboirts Bosschaert.
Na het overlijden van Amalia van Solms kwam het paleis in handen van haar dochters.
Albertine Agnes, die als enige in de republiek woonde, kreeg het vruchtgebruik.
Dit vruchtgebruik verkocht ze een paar jaar later aan haar neef Willem III van Oranje.
Toen deze in 1702 kinderloos overleed, kwam het paleis in handen van koning Frederik Willem I de koning van Pruisen, die afstamde van Frederik Hendrik.
Deze gaf in 1732 het paleis terug aan de Oranjes.
Alle andere paleizen hield hij zelf als gevolg van het Traktaat van Partage.
Stadhouder Willem IV was genoodzaakt het paleis grondig te renoveren en uit te breiden.
Zo werden naar ontwerp van Daniël Marot onder andere twee vleugels aan het paleis gebouwd (deze zouden later de Haagse vleugel en de Wassenaarse vleugel gaan heten) en werd het voorhuis vergroot en van een verdieping voorzien.
Zowel Willem IV als Willem V verbleven regelmatig in het paleis.
Onder de bewoning van de laatste stadhouder en zijn vrouw kwam de inrichting van de Japanse zaal tot stand.
Na de Franse inval van de Republiek in 1795 werd paleis Huis ten Bosch in beslag genomen als oorlogsbuit en overgedragen aan de Staat.
Het meubilair werd grotendeels verkocht.
Het gebouw deed dienst als gevangenis tijdens de omwenteling in 1795 en drie jaar later onder het Uitvoerend Bewind.
Vervolgens werd het bestemd als museum, de "Nationale Konst-Galerij" was toegankelijk voor zes stuivers op initiatief van Alexander Gogel.
In dezelfde periode werd een deel van het paleis verhuurd aan een bordeel.
In 1805 was het paleis woonhuis voor raadpensionaris Rutger Jan Schimmelpenninck en vervolgens voor Lodewijk Napoleon, die in 1806 tot koning van Holland werd benoemd.
Hij stond het paleis in 1807 tijdelijk af als noodopvang voor de slachtoffers van de Leidse buskruitramp.
Hoewel Lodewijk Napoleon slechts kort in Huis ten Bosch woonde, had hij een grote invloed op de inrichting van het paleis.
Veel van de meubelen die hij invoerde, bevinden zich tot op de dag van vandaag in het paleis.
De volgende gebruiker was de Franse gouverneur prins Lebrun.
Toen in 1815 Nederland een monarchie werd met koning Willem I aan het hoofd, werd Huis ten Bosch weer woonhuis van de Oranjes.
Bij de scheiding van tafel en bed tussen koning Willem III en koningin Sophie in 1855 kreeg de laatste Huis Ten Bosch toegewezen als verblijf.
Na haar overlijden in 1877 stond het lange tijd leeg.
Koningin Wilhelmina stelde het paleis in 1899 en 1907 beschikbaar voor de Haagse vredesconferenties.
Zelf verbleef ze 's winters op Paleis Noordeinde en 's zomers op Het Loo.
Maar toen ze van 1914 tot 1918 vanwege de oorlog aan de landsgrenzen Den Haag niet kon verlaten, werd Huis Ten Bosch haar tijdelijke zomerresidentie.
Bijna was Paleis Huis ten Bosch in de Tweede Wereldoorlog afgebroken door de Duitse bezetters, omdat er een tankgracht voor de verdediging van Den Haag moest worden aangelegd.
Afbraak kon voorkomen worden, maar wel raakte het paleis tijdens de oorlog zwaar beschadigd.
Na de oorlog werd het gerestaureerd en weer bewoonbaar gemaakt.
Koningin Juliana en prins Bernhard ontvingen van het Nederlandse volk de tuinbeplanting als cadeau voor hun 12½-jarig huwelijk.
In 1981 (een jaar na haar aantreden) betrok koningin Beatrix met haar gezin het paleis.
Zij is er sindsdien blijven wonen, maar het hof heeft begin 2013 bekendgemaakt dat Beatrix op termijn zal verhuizen naar kasteel Drakensteyn, terwijl de nieuwe koning, Willem-Alexander, met zijn gezin zal verhuizen naar Huis ten Bosch.
De privévertrekken van Beatrix bevinden zich in de Wassenaarse vleugel.
De Haagse vleugel wordt gebruikt als gastenverblijf en voor ondersteunende doeleinden.
Het hoofdgebouw heeft een representatieve functie.
Naast Huis ten Bosch gebruikt het staatshoofd Paleis Noordeinde als 'werkpaleis'.
De schilderstukken in de centrale "Oranjezaal" vormen de kern van de nagedachtenis aan stadhouder Frederik Hendrik.
Ze werden van 1648 en 1651 uitgevoerd door een aantal schilders die daartoe waren geselecteerd door Jacob van Campen en Constantijn Huygens in samenwerking met de weduwe van Frederik Hendrik, Amalia van Solms.
De gekozen schilders waren leerlingen van of werkten in de stijl van Rubens en werden beschouwd als de voornaamste destijds levende schilders van historiestukken in de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden.
De opdracht voor het decoreren van deze zaal was een van de belangrijkste uit de Nederlandse Gouden Eeuw en heeft daarom een groot historisch en artistiek belang.
De ontstane 31 werken op groot formaat ,vormen een lof- en lijkrede op haar echtgenoot en zijn een staalkaart van de contemporaire schilderkunst.
Naast Jacob van Campen zelf, zijn de schilders Theodoor van Thulden, Caesar van Everdingen, Salomon de Bray, Thomas Willeboirts Bosschaert, Jan Lievens, Christiaen van Couwenbergh, Pieter Soutman, Gonzales Coques, Jacob Jordaens, Pieter de Grebber, Adriaen Hanneman en Gerard van Honthorst vertegenwoordigd.
Een Japanse replica van dit paleis staat in het attractiepark Huis ten Bosch bij Nagasaki.
De replica huisvest een museum voor Japanse en internationale kunstenaars.
Omdat Koningin Beatrix niet toestond dat het interieur werd gekopieerd, is de replica verfraaid door een team schilders onder leiding van Rob Scholte.
Voorts is de indeling anders, met het oog op de veiligheid.
De locatie wordt regelmatig gebruikt voor huwelijksplechtigheden.
Ongeveer 11 jaar lang was er een kleine dependance van de Universiteit Leiden in het gebouw gevestigd, waar op uitnodiging van het themapark Nederlandse studenten Japanologie onderwijs kregen.
Dit project is vanwege financiële problemen stopgezet.
De tuin van de Japanse replica is gebaseerd op een afgekeurd plan dat eigenlijk voor het origineel bedoeld was.
De tuin bevat een groot aantal beelden van goden uit de Griekse mythologie.
Ook in het Holland-dorp van de Nederlands-Chinese zakenman Yang Bin bij Shenyang bevindt zich een replica van Paleis Huis ten Bosch.
Bron : - Wikipedia CC 3.0
Artikel overgenomen zonder nazicht op eventuele onjuistheden.
Scheren is het verwijderen van haar op de huid door het af te snijden ter hoogte van de huid.
Manieren van scheren
Met een scheermes. Dit wordt "nat scheren" genoemd, omdat er water en scheerzeep bij gebruikt wordt. Vroeger was een scheermes een scherp mes, tegenwoordig bestaat het meestal uit een houder met kleine scheermesjes. In plaats van scheerzeep wordt tegenwoordig vaak scheerschuim, gel uit een spuitbus of scheerolie gebruikt.
Met een elektrisch scheerapparaat. Dit wordt "droog scheren" genoemd, ook al zijn er scheerapparaten die nat gebruikt kunnen worden.
Met een elektrische tondeuse.
Indien een gezicht zeer gladgeschoren is, zal het niet schuren.
Echter, voor mannen die krullend haar hebben is het belangrijk om niet te glad te scheren.
Het risico bestaat dat het haar naar binnen gaat groeien.
Dit leidt dan tot een aseptische ontsteking en tot littekens.
Voor hen is het nat scheren met moderne dubbele en drievoudige mesjes niet altijd een uitkomst.
Elektrisch scheren kan dan een oplossing zijn.
Droog scheren is een goede optie voor wie zich snel en gemakkelijk van zijn baard wil ontdoen.
In tegenstelling tot nat scheren pas je deze methode best toe voor het wassen.
Waterdamp maakt het haar namelijk te zacht om het goed te kunnen afscheren.
Bij acne gebruik je ook best deze methode.
Droog scheren staat synoniem voor het scheren met een scheermachine. In tegenstelling tot scheren met een scheermesje komt hierbij geen schuim of water aan te pas, vandaar de naam droog scheren.
De meeste mannen die zich droog scheren, bereiden hun huid niet voor op de scheerbeurt. Het is echter wel aangeraden om een preshave olie of lotion te gebruiken. Deze maken de baardharen wat harder en zetten ze ook rechter, hierdoor gaat het scheren zelf een stuk vlotter. Meestal kunnen de haartjes dan ook korter afgesneden worden, waardoor het resultaat beter is. Daarnaast gaat de preshave ook de baard reinigen van zweet en huidvet. Dit zorgt ervoor dat er minder kans is op ontstekingen en huidirritaties. De scheerkoppen van een elektrisch scheerapparaat snijden de haartjes immers niet weg, maar schaaft ze ruw af. Onvermijdelijk dus dat ook deeltjes van de bovenste huidlaag meegenomen worden.
Hoewel je normaal best met de groeirichting van de baardharen mee scheert, gaat het droog scheren beter als je dit niet doet.
Probeer echter zeker ook in de groeirichting te scheren, zo belast je de huid minder.
Houd het apparaat tijdens het scheren loodrecht op de huid voor een optimaal resultaat.
Hard drukken heeft geen enkel nut en gaat je huid alleen maar irriteren.
Maak dus zachte rustige op en neer gaande bewegingen.
Beweeg het apparaat vooral niet in cirkels, dit kan ingroeiende haartjes veroorzaken.
Tijdens het scheerproces worden de scheerkoppen warmer en dat kan op gevoelige plaatsen een geïrriteerde huid opleveren.
Houd daarom altijd deze volgorde aan: eerst de gevoeligste delen zoals de wangen en de hals, daarna je bovenlip, je wangen en als laatste je kin.
Types scheermachines:
Het elektrisch scheerapparaat kan je opdelen in 2 groepen.
De toestellen met een scheerblad (Braun) en de toestellen met roterende mesjes (Philips).
Braun:
Deze groep apparaten heeft mesjes die heen en weer bewegen onder een speciale metaalfolie. Deze folie heeft een speciale structuur die het haar deels uittrekt om het daarna af te snijden.
Voordeel: Je kunter goed de contouren van het gezicht mee volgen.
Aangeraden voor: Mensen met een mager gezicht, mensen die dagelijks scheren.
Philips:
Dit type scheerapparaat is met roterende mesjes, meestal 3.
Voordeel Philips: Je kunt er gerust een baard van een aantal dagen gemakkelijk mee afscheren.
Aangeraden voor: Mensen met een voller gezicht.
Na het scheren:
Na de scheerbeurt kan de huid licht geïrriteerd raken. Om te vermijden dat afgeschuurde haartjes en huidschilfers op de huid blijven liggen en daar verontreinigingen veroorzaken, kun je best de kaalgeschoren delen van je gezicht met lauw water reinigen. Daarna dep je het gezicht droog en gebruik je een aftershave olie of lotion. Als je huid na het gebruik ervan prikt, wil dit zeggen dat het product te veel alcohol bevat voor jouw huidtype en je beter overstapt op een ander product.
De roodheid kan ook opgelost worden door een zachter scheermachine te gebruiken. Het scheren verloopt dan minder snel maar de huid raakt ook minder geïrriteerd.
Voordelen van droog scheren:
Locatie: niet gebonden aan een wasbak, dus overal mogelijk
Duur: afhankelijk van de gewenste gladheid, kan al in een paar minuten
Goedkoper: slechts een eenmalige grote aankoop (scheerapparaat), mesjes zelf moeten maar zelden vervangen worden
Nadelen van droog scheren:
Gladheid: minder dan met een scheermes
Irritatie: kan mits een goede keuze van scheerapparaat beperkt worden, maar meestal toch meer dan met een scheermesje
Bron : - Wikipedia CC 3.0
- www.beautyformen.be/
Artikel overgenomen zonder nazicht op eventuele onjuistheden.
Vrij Nederland is een Nederlands opinieweekblad van linkse signatuur.
Vrij Nederland is ontstaan als verzetskrant tijdens de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog en werd opgericht door protestantse jongeren, onder wie Frans Hofker, Anne Kooistra en Wim Speelman.
De eerste uitgave verscheen op 31 augustus 1940.
Oprichters waren onder meer Anne Anton Bosschart, geboren 5-1-1897, initiatiefnemer en mede-oprichter van Vrij Nederland, in december 1940 gearresteerd, op 29 september 1941 gefusilleerd; Mr. Rudolf Pieter s'Jacob, geboren 8-9-1905 te Almelo, advocaat in Amsterdam, mede-oprichter, in december 1940 gearresteerd, op 29 september 1941 gefusilleerd; Cornelis van der Vegte, geboren 1-2-1900 te Amsterdam, directeur van het advertentiebedrijf van de N.V. De Arbeiderspers te Amsterdam (daarnaast was hij verbindingsman voor de Engelsen), eind december 1940 gearresteerd, op 29 september 1941 gefusilleerd.
Toen de oprichters door de Duitsers werden opgepakt werd aanvankelijk Édouard de Nève (pseudoniem van Jean Lenglet) aangezocht als redacteur.
De Nève, die al tot over zijn oren in het illegale werk zat, werd echter na een half jaar eveneens gearresteerd.
Hij overleefde de oorlog, doordat zijn dossier zoekraakte in de chaos van Dolle Dinsdag.
Hierop zette Henk van Randwijk hun werk voort, met onder andere Jan H. de Groot, Henk P. Hos en Wim Speelman.
Vanaf december 1941 verscheen Vrij Nederland gedrukt.
Deze eerste exemplaren werden gedrukt door Drukkerij Hoekstra in het Friese plaatsje Koudum.
De groep ontkwam tot twee maal toe ternauwernood aan arrestatie.
In 1943 verliet een groep redacteuren onder wie Wim Speelman Vrij Nederland, omdat ze de onder Van Randwijk ingezette koers te veel pro-Sovjet-Unie vonden.
Zij begonnen de verzetskrant Trouw.
Na de oorlog ging Vrij Nederland onder Van Randwijk verder als weekblad. Van Randwijk ageerde tegen de politionele acties in Indonesië.
Hierdoor daalde het aantal abonnees sterk.
In 1950 dreigde Vrij Nederland failliet te gaan.
Het werd overgenomen door De Arbeiderspers.
Van Randwijk moest aftreden als hoofdredacteur en verliet het blad in februari 1950.
In september 1952 beëindigde hij zijn medewerking aan Vrij Nederland volledig, onder meer wegens een niet geplaatst artikel van hem over de pacifistische Derde Weg-beweging.
De tijdschriftenpoot van De Arbeiderspers werd in 1965 verzelfstandigd tot Weekbladpers.
Vanaf de jaren negentig veranderde Vrij Nederland onder invloed van de concurrentiestrijd en het onverwachte overlijden van hoofdredacteur Joop van Tijn (1938-1997) geleidelijk aan van een krant in een tijdschrift.
Bron : - Wikipedia CC 3.0
Artikel overgenomen zonder nazicht op eventuele onjuistheden.
Harley-Davidson is een Amerikaanse producent van motorfietsen uit de staat Wisconsin.
Het merk brak door toen tijdens de Tweede Wereldoorlog grote aantallen motorfietsen werden geleverd aan het Amerikaanse leger, onder de naam Liberator.
Harley-Davidson kent een schare van fanatieke fans - onder wie Hells Angels - die van geen kritiek op hun merk willen weten.
Volgens niet-fans zijn Harley-Davidsons matig ontwikkeld, schieten ze vermogen tekort, laten de prestaties te wensen over en is de wendbaarheid matig.
Toch ziet het bedrijf al twintig jaar op rij zijn omzet en winst stijgen.
Harley-Davidson is de enige overgebleven grote Amerikaanse motorfietsenfabrikant.
De grootste concurrent is het Japanse Kawasaki, dat twee keer zo groot is.
Pogingen om het specifieke geluid van de Harley-Davidson als merk te registreren, zijn mislukt.
Twee jonge engineers, William Harley en Arthur Davidson, vrienden sinds hun jeugd, werkten in hun vrije tijd aan hun eerste motorfiets.
Twee broers van Arthur, Walther en William, voegden zich al snel bij dit duo, maar een onbekend gebleven Duitse immigrant, die de Franse "De Dion" motor kende, gaf de doorslag aan de totstandkoming van hun bedrijf.
In 1903 verscheen een eencilindermotorfiets met een vermogen van 3 pk.
Op 30 augustus van dat jaar werd de Harley-Davidson Motor Company opgericht.
Bill (William) Harley, de ontwerper van de groep, ging verder studeren op zuigermotoren, en in 1909 verscheen de eerste "V-twin", een zuigermotor met twee cilinders onder een hoek van 45 graden.
Deze "V-twin" werd al snel een succes.
De "V-twin" werd uitgevonden door Glenn Curtiss, die in 1904 al menig race record verbrak met een tweecilinder V-twin.
In de jaren twintig stonden de HD's bekend als bijzonder robuust en betrouwbaar op de toen tamelijk ruwe racecircuits.
Aan het eind van de Eerste Wereldoorlog stond er een stenen Harley-Davidsonfabriek in Milwaukee.
In de Tweede Wereldoorlog werd de Harley-Davidson internationaal bekend als motorfiets van de bevrijders.
Ze werden per schip via Moermansk in groten getale naar Rusland verscheept als oorlogshulp, en reden zodoende ook aan het oostelijk front.
Menig verzamelaar heeft later zijn "Liberator" ergens uit een boerenschuur in het Oostblok gehaald en gerenoveerd.
Beroemde typen zijn de genoemde "Liberator", de "Knucklehead" (1936), de "Duo Glide" (het eerste model met voor- én achtervering) en de majestueuze "Electra Glide" (1965) (het eerste model met elektrische startmotor).
Na een periode van samengaan met andere firma's binnen de AMF-groep (American Machine & Foundry), waarbij ook andere motoren werden voorzien van het HD-merk (Aermacchi-HD en HD-Cagiva), kocht een groep van 13 gefortuneerde liefhebbers, waaronder Willie G. Davidson, kleinzoon van de oprichter, in 1981 de naam Harley-Davidson terug voor 75 miljoen dollar ("The Buyback").
Ze kwamen in 1983 met een nieuwe lijn HD-motorfietsen met het zogeheten Evolution-blok, bijgenaamd Blockhead, op de markt waaronder de 833cc-Sportster, een goedkoper maar kwalitatief goed instapmodel dat was bedoeld als concurrent van de vele Japanse motorfietsen.
Velen kochten daarna de grotere V-twins van 1340 cc.
Er zijn vele modificaties bedacht en men ziet HD's zowel in de meest kale, als in bijzonder opgesmukte versies rondrijden.
In de cultfilm Easy Rider speelden HD-motoren van het type "custom", ook wel chopper genoemd, een hoofdrol.
Customs met hun vele chroom en extreem hoge sturen, zijn in de jaren zestig (en lang daarna) een hype geweest.
Veel merken hebben een vergelijkbaar model uitgebracht.
Typen V-twin-blokken: Flathead (Liberator), Knucklehead, Panhead, Shovelhead, Blockhead.
Deze namen verwijzen naar de vorm van het kleppendeksel en zijn in feite bijnamen.
HD zelf heeft steeds een andere typeaanduiding (bijvoorbeeld: model J, F, ..., Evolution²).
Liefhebbers blijven de oudere modellen onderhouden en berijden.
Er zijn veel HD-clubs van enthousiaste mannen en vrouwen.
Enige bekende HD-modellen van de laatste jaren: de "Softail" waarbij de achtervering onderaan het frame is verborgen zodat de motorfiets eruit ziet als een hardtail, zoals in de jaren voor de invoering van de achtervering; de "Fat Boy" die feitelijk een apart model is in de softail-familie; en de "Heritage", een softail in retro-uitvoering; de Sportster-familie; en de Touring familie, waartoe onder meer de "Electra Glide" en de "Road King" behoren.
Meest recent is de ontwikkeling van het "Revolution"-blok in 2001.
Dit is een vloeistofgekoeld 60 graden-V-twinmotorblok dat wordt toegepast in de VRSC-familie.
Het bekendste model uit deze familie is de "V Rod".
Dit hoogtoerige motorblok is nogal een trendbreuk met de luchtgekoelde V-twins, iets waar de overwegend traditionele Harleyliefhebbers vaak aan moeten wennen.
Het blok is ontwikkeld in samenwerking met autofabrikant Porsche.
In 2008 bracht Harley-Davidson de "Rocker" en de "Rocker C(Chroom)" uit naar aanleiding van haar 105-jarig bestaan.
Deze behoren ook tot de Softail-familie.
De twee opvallendste kenmerken aan deze motoren zijn: ze kunnen zowel als mono-zitter alsook als duo-zitter worden gebruikt door een kliksysteem dat zich onder het hoofdzadel bevindt, en ze hebben een brede achterbrug voor een 240mm-achterband (in het dagelijks leven wordt dan ook wel gesproken van een dikke/vette kont).
In 2010 bracht Harley-Davidson opnieuw een retro bike uit, de Forty-eight of 48, die behoort tot de Sportster-familie met een 1200cc-motor.
De naam van deze motor verwijst naar het jaar waarin het het model van de tank, de zogenoemde Peanuttank voor het eerst het daglicht zag.
De motor ziet eruit als een Bobber (zie Chopper).
Kenmerkend is het zeer kleine benzinetankje, vet voorwiel, forward controls en lage zit, waardoor dit model (net als alle Sportsters) aantrekkelijk is voor kleinere personen.
Van 1963 tot 2012 was Willie G. Davidson hoofd van de ontwerpafdeling en hij was onder andere betrokken bij de ontwikkeling van de Super Glide, Low Rider, Heritage Softail Classic, Fat Boy, V-Rod en Street Glide.
Spot- en bijnamen
Spot- en bijnamen voor Harley-Davidson zijn er legio. Soms worden ze zelfs door het merk in stand gehouden:
Harley-Davidson (fabriek): The Company, American Iron, Hog heaven, Milwaukee Iron
Harley-Davidson-raceteam dat in 1921 werd opgeheven: The wrecking crew
Harley-Davidson (motorfietsen): American Iron, Milwaukee Iron, Hog, Help Douwen (HD), Milwaukee Vibrator
Harley-Davidson 350 cc model A, AA, B en BA 1926: Peashooter (naar het geluid)
Harley-Davidson C-serie (500 cc, ca. 1927): Baby Harley-Davidson
Harley-Davidson F-head v-twin 1909: Silent Grey Fellow (deze eerste Harley V-twin was stiller dan de eencilinder en grijs gespoten).
Harley-Davidson Heritage Softail Nostalgia: Cow Glide, Moo Glide (naar de Cowhide-cover van de buddyseat)
Harley-Davidson-kopkleppers vanaf 1966: Shovelhead, Shovel (de kleppendeksels deden aan een kolenschop denken)
Harley-Davidson-kopkleppers vanaf het Model E (1936): Knucklehead (de cilinderkoppen zaten vast met grote moeren die aan de knokkels van een vuist deden denken)
Harley-Davidson-kopkleppers vanaf het model F (1948): Panhead (naar de panvormige kleppendeksels)
Harley-Davidson-modellen met silent blocks: Rubber Glide
Op 29 augustus 1893 werden uiteindelijk de eerste twee patenten op de ritssluiting ("kramsluiter", "clasp-locker") verleend aan Whitcomb Judson.
Een ritssluiting (ook wel rits of treksluiting) is een mechaniek om de randen van twee stukken stof tijdelijk aan elkaar vast te kunnen maken en bestaat uit twee rijen metalen of kunststof plaatjes met aan de ene kant tanden en aan de andere kant inkepingen.
Deze plaatjes kunnen worden samengevoegd of gescheiden door aan een lipje te trekken aan een sluitplaatje.
Bij het sluiten van de rits worden telkens de tandjes over de bovenkant van de tegenoverliggende plaatjes gehaakt.
De inkepingen in de volgende plaatjes houden de rits dicht.
Onder aan het lusje van de glijder zit een klein pinnetje.
Dat prikt zich vast tussen de tandjes.
Dit zorgt ervoor dat de glijder niet vanzelf terugglijdt en de rits weer opengaat.
De ritssluiting werd uitgevonden door Whitcomb Judson in 1893, hoewel het ontwerp van de moderne rits van Gideon Sundback komt.
Op 28 augustus 2013 werd gevierd, dat het Vredespaleis 100 jaar eerder was geopend. Bij de bijeenkomst hiervoor waren onder andere koning Willem-Alexander, Ban Ki-moon, de huidige secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Mark Rutte, minister-president van Nederland en Jozias van Aartsen, de burgemeester van Den Haag aanwezig.
Het Vredespaleis is de zetel van het Permanent Hof van Arbitrage, het Internationaal Gerechtshof van de Verenigde Naties, de Haagsche Academie voor Internationaal Recht, de Bibliotheek van het Vredespaleis en de Carnegie Stichting. Hiernaast is het paleis ook regelmatig de gastheer van diverse evenementen op het gebied van internationaal recht en politiek. Het doel van deze organisaties is om voor geschillen tussen landen tot een vreedzame oplossing te komen.
Het ligt in het zuidoosten van de wijk Zorgvliet in Den Haag.
De grote Praagse toren, met kleine "torentjes" die er op twee niveaus aanzitten, is door de hoogte, en door de vorm van de bovenkant, met een gedeelte dat breder is dan de stam, gemakkelijk te herkennen in de skyline van Den Haag, ook als silhouet.
Het idee van het Vredespaleis kwam voort uit een discussie in 1900 tussen de Russische diplomaat Friedrich Martens en de Amerikaanse diplomaat Andrew Dickson White, over de noodzaak van passende huisvesting voor het Permanent Hof van Arbitrage, dat opgericht was tijdens de eerste Vredesconferentie van Den Haag in 1899. White nam hierover contact op met zijn vriend, de weldoener, Andrew Carnegie. Carnegie was niet meteen enthousiast en wilde in eerste instantie alleen een bijdrage leveren voor het oprichten van een bibliotheek voor internationaal recht. White wist hem echter over te halen, en in 1903 ging Carnegie akkoord met een donatie van 1,5 miljoen dollar (3,7 miljoen gulden) voor de bouw van een vredestempel, waarin het Arbitragehof gehuisvest zou worden, en waarbij ook een bibliotheek zou worden ingericht. In eerste instantie wilde Carnegie het bedrag rechtstreeks aan Koningin Wilhelmina schenken, maar wettelijke beperkingen verhinderden dit, en in november 1903 werd de Carnegie Stichting opgericht tot het bouwen, inrichten en onderhouden van een rechtsgebouw, en een boekerij ten behoeve van het Permanente Hof van Arbitrage. Deze stichting is nog steeds verantwoordelijk voor het beheer en de administratie van het Vredespaleis.
Eén jaar na de opening van het Vredespaleis brak de Eerste Wereldoorlog uit.
Om tot een goed ontwerp te komen, werd een internationale prijsvraag uitgeschreven. Het winnende ontwerp, in de Neorenaissancestijl, kwam van de hand van de Franse architect Louis M. Cordonnier. Om het gebouw binnen het budget te kunnen opleveren, diende het ontwerp echter wel aangepast te worden. Dit gebeurde door Cordonnier en zijn Nederlandse associé Van der Steur. Het paleis was ontworpen met twee grote klokkentorens en twee kleinere torens aan de achterzijde. Eén grote toren, een zogenaamde Praagse toren, en één kleine toren bleven over in het uiteindelijke gebouw. Tevens werd het aparte bibliotheekgebouw in het paleis zelf geïntegreerd. De tuinen van het paleis zijn ontworpen door de Engelse tuinarchitect Thomas Hayton Mawson, die ook enkele beelden en fonteinen uit zijn ontwerp moest nemen om aan de budgettaire eisen te kunnen voldoen.
Het paleis staat vol met geschenken van de deelnemers van de Haagsche Conventie ten teken van hun steun. Onder de geschenken zijn: een jaspisvaas van 3200 kilogram uit Rusland, gietijzeren en koperen deuren uit België, marmer uit Italië, een fontein uit Denemarken, wandtapijten uit Japan, de klok van de klokkentoren uit Zwitserland (de klok wordt draadloos vanuit Zwitserland op tijd gehouden) en hout uit Indonesië en de Verenigde Staten van Amerika. Het hek dat het hele perceel omringt, is een geschenk van Duitsland.
In het paleis staan ook beelden, bustes en portretten van diverse voorvechters van de vrede uit alle tijden.
In 1907 werd symbolisch de eerste steen geplaatst tijdens de tweede Vredesconferentie van Den Haag. De bouw begon enige tijd later en het paleis werd in 1913 opgeleverd en op 28 augustus 1913 officieel geopend door Koningin Wilhelmina, bijgewoond door, onder anderen, Andrew Carnegie.
Begin 2007 is achter het Vredespaleis de nieuwbouw geopend. Hierin zijn de Bibliotheek en de Haagsche Academie ondergebracht.
Op het Carnegieplein, gelegen voor het paleis, wordt regelmatig geprotesteerd tegen internationale misstanden op het gebied van politiek en recht.
De bewoners van het Vredespaleis zijn:
Het Permanent Hof van Arbitrage (PCA) (1913-...) De oorspronkelijke bewoner waarvoor het paleis was gebouwd. Het Hof telde in december 2006, 106 leden.
De Bibliotheek van het Vredespaleis (1913-...) Het oorspronkelijk plan van Carnegie was de financiering van een bibliotheek voor internationaal recht.
De Carnegie Stichting (1913-...)
De Haagsche Academie voor Internationaal Recht (1923-...) Opgericht in 1914, sterk gepropageerd door Tobias Asser. Fondsen voor de Academie kwamen van een ander vredesproject van Andrew Carnegie, namelijk de Carnegie Endowment for International Peace, opgericht in 1910.
Het Permanent Hof van Internationale Justitie (1922-1946) In 1922 werd dit orgaan van de Volkenbond toegevoegd aan de bewoners. Hiervoor moest de bibliotheek naar een dependance verhuizen en het PCA naar de linkerzijde van het gebouw. Dit Hof werd opgevolgd door het:
Het Internationaal Gerechtshof (ICJ) (1946-...) In 1946, met de geboorte van de Verenigde Naties, werd het ICJ opgericht als het rechterlijk orgaan. Vanwege ruimtegebrek wordt voor diverse tribunalen uitgeweken naar andere locaties in Den Haag (zoals voor het Joegoslavië-tribunaal).
De hoven werken onafhankelijk van elkaar, hoewel ze gebruik kunnen maken van dezelfde internationale rechters.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft het verzet in het paleis verzetskranten gemaakt, onder meer de Je Maintiendrai die door Jos Gemmeke en Cock van Paaschen was opgericht. Het verzet had in de toren een grote antenne geplaatst.
In de kelder werden kerkbanken, de preekstoel en een groot glas-in-lood raam bewaard van de Duinoordkerk, die in 1942 moest worden afgebroken om plaats te maken voor de aanleg van de Atlantikwall. Na de oorlog ging dit naar de Kloosterkerk aan het Lange Voorhout.
Op het Carnegieplein voor het Vredespaleis bevinden zich de volgende monumenten:
Het Haags Herdenkingsmonument 1940-1945, een modern oorlogsmonument, in 1992 door Appie Drielsma gemaakt.
Naast de ingang van het Vredespaleis werd in 2002 de eeuwige vredesvlam geplaatst. Sinds 2004 is het monument omringd door het "Wereldvredespad", bestaande uit een rand van stenen en steentjes uit 196 landen.
Op het Carnegieplein, midden voor het hek van het Vredespaleis, was een bloemenperk. Daarin stond tot 2013 een paal met in meerdere talen: Pad naar de vrede.
In 2013 werd het Carnegieplein autoluw gemaakt, de parkeerplaatsen verdwenen en touringcars kregen aan de zijkant eigen parkeerplaatsen. Het plein kreeg ook veel meer ruimte doordat het grote herdenkingsmonument wat verplaatst werd naar de zijkantm waar enkele monumentale bomen nu de achtergrond van het monument vormen. Langs de oostkant van het plein, achter het herdenkingsmonument, is een lange rij banken geplaatst. Het bloemenperk werd vervangen door een groter perk dat met verschillende grassoorten is gevuld.
De Krakatau (Portugees: Krakatao) is een actieve vulkaan in Indonesië, in de straat Soenda tussen Java en Sumatra.
De vulkaan is vooral bekend door de ongekend zware uitbarsting in 1883.
Aan het hof van een Indonesische sultan zijn geschriften bewaard gebleven die vertellen hoe een uitbarsting in het jaar 535 van Sumatra en Java twee aparte eilanden maakte, ze zouden daarvoor dus één eiland geweest zijn.
De naam 'Krakatau' verscheen in het Nederlands voor het eerst in druk in Oost-Indische Voyagie van Wouter Schouten.
In oktober 1658, zo schrijft hij, "passeerden wij het hoge, beboste eiland Krakatau".
Op maandagochtend 27 augustus 1883 knalde de Krakatau uit elkaar.
De berg rees op, scheurde open en stortte in, waarna de zee in het gapende gat stroomde.
Het gevolg was een catastrofale uitbarsting; tot op heden de grootste vulkaanuitbarsting waarvan de moderne mens getuige is geweest.
Er ontstond een tsunami van 30 meter hoog.
Vloedgolven van vele tientallen meters hoogte overspoelden de kusten van Java en Sumatra.
Ruim 36.000 mensen verloren het leven en complete steden en dorpen werden weggespoeld.
Door de hoge golven werden schepen, zoals het Nederlandse marinestoomschip Berouw, vele kilometers landinwaarts geslingerd.
Zelfs op Ceylon, het huidige Sri Lanka, viel nog een dode door de golfslag.
De deining werd tot in het Kanaal tussen Engeland en Frankrijk geregistreerd.
Er rees een aswolk uit de berg die tot 50 kilometer hoogte steeg en zijn omgeving in diepe duisternis dompelde.
Door de enorm grote hoeveelheid stof die in de atmosfeer terecht kwam, daalde wereldwijd het volgende jaar de gemiddelde temperatuur met 1,2 graden Celsius.
De uitbarsting ging met zoveel geweld gepaard dat de trommelvliezen van zeelui in de buurt barstten.
Het gebrul en geknal was hoorbaar tot in Australië en zelfs op het eiland Rodriguez.
In Atjeh, in het noorden van Sumatra, bracht men troepen in paraatheid wegens vermeend vijandelijk kanongebulder.
De geluidsgolven waren zo krachtig dat ze zeven keer de aarde rond gingen voor de atmosfeer weer tot rust kwam.
De explosie had een geschatte vulkanische-explosiviteitsindex (VEI) van 6 en zou daarmee ongeveer vier keer zo zwaar geweest zijn als die van de Tsar Bomba, de zwaarste tot ontploffing gebrachte kernbom ooit.
De berg verdween voor een groot gedeelte onder het wateroppervlak.
Drie kleine stukken eiland bleven over.
In 1932 verscheen op dezelfde plek een nieuwe berg die as en zwavel spuwde: Anak Krakatau, het "kind van Krakatau".
Sinds de jaren vijftig groeit Anak Krakatau gemiddeld 13 cm per week.
Het nieuwe eiland kan - als de omstandigheden het toelaten - onder begeleiding door toeristen bezocht worden.
Sinds oktober 2007 is de vulkaan vrijwel permanent actief met kleine en grotere erupties, aswolken, aardbevingen en lavastromen.
In 2003 beweerden Amerikaanse astronomen onder leiding van Donald W. Olson, dat de buitengewoon rode hemel op het schilderij De Schreeuw (geschilderd in 1893 door de Noorse schilder Edvard Munch) geïnspireerd was door de uitbarsting van de Krakatau in 1883.
Over de uitbarsting is in 1969 een film gemaakt onder de titel Krakatoa, East of Java.
Ook hier is de naam op zijn Engels gespeld, maar een regelrechte blunder is de plaatsing van Krakatau ten oosten van Java.
De film werd daarom later hernoemd tot Volcano.
Ten oosten van Java ligt het eiland Soembawa met daarop de vulkaan Tambora, die in 1815 uitbarstte.
De ramp van 1883 is in een productie door de BBC en Discovery Channel in 2006 verbeeld als Krakatoa: The Last Days.
Charles Bourseul (Brussel, 28 april 1829 Saint-Céré, 23 november 1912) was een Frans technicus die in 1854 het basisprincipe van de telefoon formuleerde.
Hij wordt daarom soms genoemd als de uitvinder ervan hoewel hij geen werkend toestel wist te maken.
Bourseul was de zoon van een Franse legerofficier.
Hij werkte voor een telegrafiekantoor als civiel-ingenieur en werktuigbouwkundige.
Daarbij voerde hij verbeteringen door op het telegraafsysteem van Louis Breguet (een Franse fijnmechanicus) en de Amerikaan Samuel Morse.
Ondanks dat men met telegrafie nu berichten over lange afstand kon versturen, was er een nadeel: het tijdverlies tussen de telegrafische boodschap en het antwoord daarop.
Het lag dus voor de hand of het mogelijk was om de boodschap mondeling over te brengen.
Bourseul was een van de personen die begon te experimenteren met de elektrische overdracht van menselijk spraakgeluiden over telegrafielijnen.
Hij ontwikkelde zelfs een elektromagnetische "maak en verbreek" microfoon, waarbij het stemgeluid werd omgezet in een pulsvormig elektrisch signaal.
Echter het lukte hem niet om het verzonden signaal terug te veranderen in duidelijk verstaanbare spraakgeluiden.
Rond dezelfde periode dat Antonio Meucci zijn eerste telefoon maakt, schreef Bourseul een artikel over hoe spraak over een lijn verplaatst zou kunnen worden.
Dit artikel werd op 26 augustus 1854 gepubliceerd in het Franse tijdschrift L'Illustration:
"Stelt u zich een man voor die nabij een beweegbare plaat spreekt, die flexibel genoeg is om niets van de geluidsvibraties verloren te laten gaan; dat deze plaat afwisselend de verbinding met een batterij verbreekt en herstelt; dan is het mogelijk dat een soortgelijke plaat op een andere plaats die vibraties exact volgt Het is duidelijk dat, in een nabije of verre toekomst, spraak zal worden verplaatst met elektriciteit. Ik heb experimenten gemaakt in deze richting; ze zijn delicaat en eisen tijd en geduld maar de verkregen benaderingen beloven een gunstig resultaat."
Bulgogi is één van Korea's meest populaire rundvleesgerechten.
Letterlijk vertaald betekent het vuurvlees, en wordt in die zin ook gebruikt voor andere Koreaanse barbecue-gerechten zoals dak bulgogi (kip) en dweji bulgogi (varken).
Het is gewoon om in een Koreaans restaurant het gemarineerde vlees zelf te grillen boven een vuur of te bakken op een hete plaat.
Vaak worden teentjes knoflook, uienringen en gesneden groene pepers meegebakken.
Op tafel zijn ook de nodige bijgerechten, banchan, te vinden en natuurlijk rijst.
De in Zuid-Korea populaire fastfoodketen Lotteria verkoopt ook bulgogi-burgers.
Ook de MC Donalds kent er de bulgogi-burger, als lokale variatie op het menu.
Bulgogi geserveerd op tafel met bijgerechten
auteur : Nate Steiner CC 2.0
Ingrediënten
675g entrecote, in dunne plakjes gesneden
2 eetlepels witte kookwijn
250ml perensap
1 tl gemalen zwarte peper
4 eetlepes sojsaus
1 el witte basterdsuiker
2 eetlepels geroosterde sesamolie
1 eetlepel knoflook, fijngesneden
2 eetlepels lente-ui, fijngesneden
1 eetlepel sesamzaad
250g verse champignons, gehalveerd (optioneel)
1/2 ui, gesnipperd (optioneel)
Bereidingswijze
Leg het vlees in een kom en giet de wijn en perensap en de zwarte peper erbij. Roer om, en laat 30 minuten marineren. Roer de sojasaus, suiker, sesamolie, knoflook, lente-ui en sesamzaad erdoor, en laat minstens 2 uur of een nacht marineren in de koelkast.
De barbecue matig heet voorverwarmen.
Haal het vlees uit de marinade en gooi de marinade weg. Leg een vel aluminiumfolie op de hete barbecue, en leg de plakjes rundvlees afzonderlijk op de folie. Leg de champignons en ui op een ander deel van de folie. Bak de plakjes rundvlees tot ze gelijkmatig bruin zijn, 3 tot 5 minuten per kant. Serveer met de gare champignons en ui.
Bulgarije (Bulgaars: България, Balgarija), officieel de Republiek Bulgarije (Bulgaars: Република България, Repoeblika Balgarija), is een land in Zuidoost-Europa, gelegen in het oosten van de Balkan en ten zuiden van de rivier de Donau.
Het land heeft een bevolking van 7.037.935 (2012) inwoners en een oppervlakte van 110.879 km². Sofia is de hoofdstad en met ruim 1,2 miljoen inwoners de grootste stad van het land.
Andere belangrijke steden zijn Varna en Boergas (de belangrijkste havens van Bulgarije aan de Zwarte Zee), Plovdiv en Roese.
Engels : Bulgaria Duits : Bulgarien Frans : La Bulgarie
Bulgaarse steden
auteur : Central Intelligence Agency's (CIA) World Factbook - vrije foto
De Donau-Bulgaren, ook wel Protobulgaren genoemd, een Turkse stam uit Centraal-Azië en de lokale Slavische bevolking vormden onder leiding van kahn Asparoech in de zevende eeuw het Eerste Bulgaarse Rijk.
In de veertiende eeuw werd het land veroverd door het Ottomaanse Rijk.
Tussen 1762 en de onafhankelijkheid in 1878 was er sprake van de Bulgaarse Renaissance.
Op 3 maart 1878 herkreeg Bulgarije zijn zelfbestuur als zelfstandig vorstendom binnen het Ottomaanse Rijk, en op 22 september 1908 werd het een volledig onafhankelijk koninkrijk.
Het won en verloor gebied gedurende de Balkanoorlogen en de Eerste Wereldoorlog.
Na de Tweede Wereldoorlog kwam Bulgarije in de invloedssfeer van de Sovjet-Unie en werd een communistische volksrepubliek.
In 1989 ontvluchtten honderdduizenden Turken en Pomakken Bulgarije vanwege de zware repressieve houding van de regering ten opzichte van de islamitische minderheden.
Zo werden Turkse namen in 1984 verboden en werden moskeeën gesloten.
Na een paleiscoup door de minister van Buitenlandse Zaken in 1989 werd het land een democratische meerpartijenstaat en kon het zich langzaam richting de EU bewegen.
Ook werden in 1989 de repressieve maatregelen tegen de minderheden opgeschort.
Bulgarije werd op 29 maart 2004 officieel lid van de NAVO en op 1 januari 2007 trad het toe tot de Europese Unie, nadat eerst in 2004 de boot van de uitbreiding van de EU werd gemist.
Het associatieverdrag was op 25 april 2005 ondertekend.
Al eerder, op 7 mei 1992, werd Bulgarije lid van de Raad van Europa, en daarmee van de OVSE.
Bulgarije heeft in het oosten 378 km kustlijn aan de Zwarte Zee.
Verder wordt het land begrensd door Roemenië in het noorden (608 km), door Servië (318 km) en Macedonië (148 km) in het westen, door Griekenland (494 km) in het zuiden en door Europees-Turkije (240 km) in het zuidoosten.
Centraal-Bulgarije wordt van oost naar west overgestoken door waaiers van het Balkangebergte.
Tussen de Balkan en de Donau ligt een vruchtbaar plateau.
Dit vlakke gebied in het noordoosten van het land heet de Dobroedzja.
Het loopt door in Roemenië.
De Donau vormt het grootste deel van de noordelijke grens.
In het zuiden ligt het Rodopegebergte. Verder zijn er in het westen de Rila met het hoogste punt van Bulgarije (en het Balkanschiereiland), de berg Moesala (2925 m), en in het zuidwesten de Pirin met als hoogste berg de Vichren (2920 m).
Ten zuiden van de Balkan en ten noorden van de Rodopegebergte is het land vlak.
Het zuidoosten van Bulgarije wordt Thracië genoemd, naar de Thraciërs die er in de oudheid woonden.
De stad Plovdiv ligt in de Thracische vlakte.
Dit gebied zet zich ten zuiden van Bulgarije voort.
De Donau, de Iskar, de Maritsa en de Strimon zijn de belangrijkste rivieren.
Het noorden en oosten van het land wateren, al dan niet via de Donau, af op de Zwarte Zee.
De Maritsa en de Strimon en hun zijrivieren wateren af op de Egeïsche Zee.
Het centraal gelegen plaatsje Kalofer en omgeving
auteur : Kempfjs09 - vrije foto
Bulgarije heeft een Midden-Europees landklimaat met warme zomers en koude winters.
Ten zuiden van het Balkangebergte heerst een zachter klimaat met mediterrane kenmerken.
De gemiddelde zomer-dagtemperatuur ligt in het binnenland rond de 24°C.
Juli en augustus zijn de warmste maanden van het jaar.
Het is dan gemiddeld circa 27°C warm; langs de Zwarte Zeekust lopen de temperaturen op tot 30°C en meer.
De neerslag bedraagt gemiddeld 600 mm per jaar, maar in de bergen valt vaak meer dan 1000 mm per jaar, vaak in de vorm van sneeuw.
De meeste regen valt in de zomer, in het zuiden is dit in de herfst.
Hoofdstad Sofia, het financiele hart van het land
auteur : N.Lazarov CC 2.5
In Bulgarije wonen 7.364.570 mensen volgens een telling in 2011.
De meeste inwoners van Bulgarije zijn etnische Bulgaren (83,9 procent).
Er is een aanzienlijke minderheid van Turken (9,4 procent) en kleinere groepen Roma (4,7 procent), Russen (0,2 procent), Armeniërs (0,1 procent) en Macedoniërs.
Bulgarije, met zijn historische claims in Macedonië, beschouwt de Macedoniërs niet als een aparte bevolkingsgroep en ziet hun sterk aan het Bulgaars verwante taal als een Bulgaars dialect.
De officiële taal van het land is het Bulgaars, dat met het cyrillische alfabet wordt geschreven.
Minderheden spreken Turks en Romani.
Traditioneel is Bulgarije een landbouwland.
Na de Tweede Wereldoorlog is het land door de communisten echter aanzienlijk geïndustrialiseerd.
De belangrijke industrieën zijn de machinebouw, metaalbewerking, voedselverwerking, techniek en de productie van chemische producten, textiel en elektronica.
De belangrijkste mineralen van Bulgarije zijn bauxiet, koper, lood, zink, steenkool, bruinkool, ijzererts, olie en aardgas.
De landbouw vertegenwoordigt meer dan 20 procent van het bruto nationaal product en stelt hetzelfde percentage van het aantal arbeidskrachten te werk.
De belangrijkste gewassen zijn tarwe, koolzaad, graan, gerst, groenten en tabak.
Druiven en ander fruit, evenals rozen, worden ook gekweekt, en de productie van wijn en brandewijn is belangrijk voor de economie.
Meer dan 80 procent van de handel van Bulgarije vindt plaats met de vroegere landen van de Sovjet-Unie.
Tot 1989 had het land een economie in de Sovjetstijl waarin bijna alle landbouw en industriële ondernemingen door de staat beheerd werden.
Een stagnerende economie, tekort aan voedsel, energie, en consumptiegoederen, een enorme buitenlandse schuld, en verouderde en inefficiënte industriële complexen spoorden pogingen aan tot marktgerichte hervorming in de jaren 90.
De economie van Bulgarije zakte na 1989 door het uiteenvallen van de Sovjet-Unie aanvankelijk sterk in.
De levensstandaard daalde 40 procent.
De Bulgaarse munteenheid is de lev, die een vaste koers heeft ten opzichte van de euro: 1 euro = 1,95583 lev.
Bulgaarse folklore, het ensemble "Dunav" uit Vidin
foto op www.hofenhiem.nl
De Bulgaarse muziek is onder liefhebbers van wereldmuziek of volksmuziek zeer geliefd vanwege het voorkomen van zeer onregelmatige maatsoorten.
De Bulgaarse muziek heeft al heel veel moderne muziekstijlen beïnvloed.
Bulgarijes voornaamste (klassieke) componist was Pancho Vladigerov, wiens werk grote populariteit geniet.
Het Conservatorium in Sofia is naar hem genoemd, alsmede een tweejaarlijks terugkerend muziekconcours in Sjoemen.
Een aantal operazangers (Nicolai Ghiaurov, Boris Christoff, Raina Kabaivanska, Ghena Dimitrova), Anna Veleva, de wereldberoemde harpist Anna-Maria Ravnopolska-Dean en succesvolle kunstenaars (Christo, Pascin, Vladimir Dimitrov, Boyan Kirkov) hebben de cultuur van Bulgarije in het buitenland populair gemaakt.
De Bulgaren gebruiken het cyrillisch alfabet.
Methodius en Cyrillus van Saloniki die het alfabet ontwikkelden zijn belangrijke personen in de geschiedenis van Bulgarije.
Ze kwamen uit Thessaloniki, dat destijds tot het Bulgaarse rijk behoorde.
Het gebouw van de Nationale Vergadering
auteur : Radi Sadek CC 3.0
Bulgarije is een parlementaire democratie met als staatshoofd een president die elke vijf jaar direct wordt gekozen.
Sinds januari 2012 wordt deze functie bekleed door Rosen Plevneliev.
De volksvertegenwoordiging bestaat uit een eenkamerparlement, de Nationale Vergadering (Narodno Sobranie).
Deze bestaat uit 240 leden die gekozen worden via algemeen en enkelvoudig kiesrecht voor een periode van vier jaar.
De verkiezing van de Nationale Vergadering verloopt via het stelsel van evenredige vertegenwoordiging.
Sinds 1999 bestaat Bulgarije uit 28 oblasten, die alle zijn genoemd naar de regionale hoofdstad.
De nationale hoofdstad, Sofia, vormt een eigen district.
Tussen 1987 en 1999 was het land onderverdeeld in negen grotere oblasten.
De oblasten zijn onderverdeeld in gemeenten (obsjtina, meervoud: obsjtini).
Bulgarije is een belangrijk doorvoerland tussen Midden-Europa en Turkije.
Het land ligt aan vier pan-Europese transportcorridors.
Tot corridor nr. IX behoort de enige brug over de Donau naar Roemenië, de Vriendschapsbrug uit 1954.
Een tweede brug, de Donaubrug 2, nabij Vidin is in aanbouw.
Bulgarije beschikt over 4294 km spoorwegen: de eerste spoorlijn werd in 1866 aangelegd.
De frequentie van de treinen is echter laag en voor het interlokale verkeer is de bus doorgaans sneller.
Het plaatselijke busvervoer is in onafhankelijke stadsmaatschappijen ingedeeld; een kaartje van de ene stad is in de andere niet geldig.
Er zijn vier internationale luchthavens: in Sofia, Varna, Boergas en Plovdiv.
De instellingen van hoger onderwijs zijn de universiteiten van Sofia, Plovdiv, Veliko Tarnovo en Varna.
Bulgarije beschikt met Varna en Boergas over twee zeehavens aan de Zwarte Zee.
De grootste binnenhaven bevindt zich bij Roese aan de Donau.
Bulgarije is op dit moment bezig met de aanleg van een autosnelwegennetwerk, dat alle grote steden met elkaar zal verbinden.
De Bulgaarse heremiet vliegt bij hellingen die begroeid zijn met struiken en kleine bomen en bij steile, rotsachtige hellingen.
Komt voor in gebergten in ZW-Bulgarije (Pirin-gebergte) en in N-Griekenland.
Vliegt van 800-1800m.
Pseudochazara orestes a(m), b(v), c(m)
foto op users.auth.gr
Het vrouwtje legt de eieren op grassen, vaak op grassen die in de schaduw van rotsspleten groeien.
De soort heeft één generatie per jaar.
De vliegtijd is juni - augustus.
Soort is thans niet bedreigd in Europa.
Omdat nog weinig bekend van deze soort, is meer onderzoek naar de verspreiding en ecologie nodig.
Geschikte habitats moeten worden beschermd en adequaat beheerd.
De effecten van het behoud acties moeten worden gecontroleerd door een vlinder Monitoring Scheme.
In Bulgarije, komt de soort alleen voor in beschermde gebieden.
Windows 95 (versie 4.00.0950) is de eerste 32 bitconsumentenversie van Microsofts besturingssysteem Windows.
Het werd op 24 augustus 1995 uitgebracht, ondersteund door een gigantische reclamecampagne (Start me up), die ertoe leidde dat klanten in rijen de nacht doorbrachten voor de winkels waar Windows 95 werd verkocht.
Met Windows 95 werden de startknop en taakbalk geïntroduceerd.
De startknop werd in de reclamecampagne gebruikt om aan te geven dat het opstarten van programma's nu gemakkelijker was.
Daarom werd de song Start me up van de Rolling Stones in die reclame gebruikt.
Pikant detail is dat de song de tekst "You make a grown man cry" ('Je maakt een volwassen man aan het huilen') bevat.
Windows 95 bracht vele verfijningen en uitwerkingen aan Microsoft's besturingssysteem, zoals aanzienlijk verbeterde multitasking en lange bestandsnamen.
Wellicht de grootste verbetering was de integratie van MS-DOS, waardoor Windows 95 een onafhankelijk besturingssysteem geworden was.
Windows 95 vormde een nieuwe mijlpaal voor de evolutie van Windows.
Windows 95 werd ontwikkeld onder de codenaam Chicago.
Het oorspronkelijke doel was Windows 95 al eerder (voor 1994) uit te brengen, intern bij Microsoft ging Windows 95 daarom door het leven als Windows '94 Dat doel werd niet gehaald, wat later leidde tot de uiteindelijke naam Windows 95.
Over de steeds verder vooruitschuivende einddatum van Windows 95 zei ex-Microsoftprogrammeur Marlin Eller: "Om een nieuwe datum van uitkomst te bedenken, gebruikten ze [het ontwikkelingsteam] historische gegevens en vulden het wat op.
Uiteindelijk kwamen ze op 24 augustus 1995, een volle zeven maanden later".
De laatste versies van Windows 95 hadden ondersteuning voor USB.
Dat kon in de praktijk echter nauwelijks gebruikt worden, omdat programma's en drivers van apparatuur er geen rekening mee hielden dat Windows 95 ook USB zou ondersteunen.
Het bureaublad werd nu gebruikt, terwijl dat bij Windows 3.1 nog slechts de achtergrond was.
De eerste versies van Windows 95 hadden een icoon voor "Deze computer", "Prullenbak" en het netwerk.
De gebruiker had geen vaste plaats om de bestanden neer te zetten.
Daarom kwam er later de map "Mijn documenten" bij.
Het idee achter het bureaublad was om een kantooromgeving na te bootsen.
Als een brief in de prullenbak werd gegooid, leek dat enigszins op hoe dat in het echt gaat.
Het was ook de bedoeling om een icoon van een printer op het scherm te zetten.
Een brief afdrukken was dan mogelijk door het bestand van de brief naar het printer-icoon te verslepen.
Ruim 6 jaar later heeft Microsoft dit idee verlaten met Windows XP en de opvolgende versies.
Daar is de standaard instelling zonder "Deze computer" en zonder de eigen map.
Toch kan nog steeds een icoon voor "Deze computer" en een map voor de eigen documenten op het scherm geplaatst worden.
De ondersteuning voor Windows 95 werd beëindigd per 31 december 2001.
Windows 95 werd opgevolgd door Windows 98, een versie gebaseerd op Windows 95.
Nieuwigheden waren o.a een geïntegreerde AGP-ondersteuning, functionele USB-drivers, ondersteuning voor meerdere beeldschermen en de integratie van Internet Explorer.
De Bulgaarse glanslibel (Somatochlora borisi) is een libellensoort uit de familie van de glanslibellen (Corduliidae), onderorde echte libellen (Anisoptera).
Deze soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Marinov in 2001 en vernoemd naar zijn zoon Boris.
Engels : Bulgarian Emerald Duits : Bulgarische Smaragdlibelle Frans : Libellule émeraude (Somatochlora)
De Bulgaarse glanslibel bereikt een lichaamslengte van ongeveer 50 mm en een spanwijdte van de achterste vleugel is bij de mannetjes 31-33 mm en bij de vrouwtjes 33-34 mm.
De lengte van de buik is 34-37 mm voor beide geslachten.
De ogen zijn helder groen van kleur, de tussenliggende hoekpunten (hoekpunt) en het voorhoofd (frons) zijn donker metaalgroen met opvallende gele patches.
De prothorax (het eerste segment van het borststuk (thorax) van geleedpotigen) is zwart en geel, de tussensegmenten, glanzend metaalgroen.
De paring begint boven het water, dan paren ze waarschijnlijk verder over de boomtoppen.
De eitjes worden afgezet in gebieden onder water tussen wortels of in het midden van het vrije water.
De Bulgaarse glanslibel staat op de Rode Lijst van de IUCN als kwetsbaar, beoordelingsjaar 2009, de trend van de populatie is volgens de IUCN dalend.
De soort komt voor in Bulgarije, Griekenland en het Europese deel van Turkije.
Het beeld van de kleine zeemeermin is een wereldberoemd standbeeld in de Deense hoofdstad Kopenhagen.
Het stelt de hoofdpersoon voor in het sprookje van De Kleine Zeemeermin van Hans Christian Andersen.
Het beeld van de zeemeermin werd gemaakt door Edvard Eriksen (18761959), in opdracht van Carl Jacobsen, de oprichter van de Carlsberg brouwerij.
Het is 1,25 meter groot en werd op 23 augustus 1913 op een rots in de haven gezet.
Het is uitgegroeid tot een van de belangrijkste toeristische attracties in Kopenhagen.
Op 24 april 1964 werd het beeld onthoofd.
Deze daad werd later opgeëist door de kunstenaar Jørgen Nash.
Sinds die tijd is het beeld vaker beklad en beschadigd door vandalen.
Een kort overzicht van vandalistische handelingen:
1 september 1961 beschilderd met bh, voorzien van een onderbroek en rood haar
28 april 1963 besmeurd met rode verf
24 april 1964 onthoofd
15 juli 1976 met verf besmeurd
22 juli 1984 rechterarm afgebroken
5 augustus 1990 poging tot onthoofden
6 januari 1998 onthoofd
11 september 2003 met explosieven van rots geblazen
8 maart 2006 besmeurd met groene verf, dildo aan hand bevestigd
3 maart 2007 besmeurd met roze verf
Verder is ze verscheidene keren aangekleed.
Al minstens twee keer heeft ze een boerka aangehad en in mei 2007 werd ze uitgedost met een hoofddoekje.
Wellicht wordt het beeld verder in het water geplaatst zodat het lastiger is het te bereiken.
Trivia.
Deze zeemeermin heeft tot aan de enkels twee duidelijk te onderscheiden benen en heeft twee staarten.
In 2010 werd het beeld naar de Chinese stad Sjanghai getransporteerd om daar te worden tentoongesteld op de Wereldtentoonstelling. Dit leidde in Denemarken tot veel verontwaardiging. Veel Denen lieten weten dat de zeemeermin thuishoort in Kopenhagen en nergens anders. Het Deense Natuurhistorisch Museum plaatste bij wijze van grap een zeemeerminnenskelet op de lege sokkel.
De Kleine Zeemeermin is het meest gefotografeerde standbeeld ter wereld. Een mooie foto van het beeld maken zonder al te veel in de weg lopende toeristen is vooral het hoogseizoen een lastige opgave.
Het Rode Kruis is een wereldwijde hulpverleningsorganisatie waarvan de werking in zeven basisbeginselen is gegoten: menslievendheid, neutraliteit, onpartijdigheid, onafhankelijkheid, vrijwilligheid, eenheid en algemeenheid (ook wel universaliteit genoemd).
Deze beginselen vormen de grondslag voor alles wat het Rode Kruis doet en worden weerspiegeld in alle acties van de vrijwilligers van het Rode Kruis.
Het Rode Kruis is met ruim 97 miljoen vrijwilligers in 186 landen de grootste humanitaire organisatie in de wereld.
Op 29 oktober 1863 eindigt een conferentie van vertegenwoordigers van veertien Europese staten in Genève.
Ze keuren het voorstel van Henri Dunant goed om verenigingen van vrijwillige hulpverleners op te richten.
Deze datum kan beschouwd worden als de geboortedag van het Internationale Rode Kruis.
Op 22 augustus 1864 werd het Rode Kruis formeel opgericht.
Aanleiding was de veldslag van Solferino tussen het Savoyaardse leger dat een pact had met het Franse leger onder Napoleon III en het Oostenrijkse leger in 1859.
Na de veldslag bleven 40.000 slachtoffers op het slagveld achter, zonder dat iemand naar hen omkeek.
Jean Henri Dunant (1828 - 1910), een Zwitserse bankier, kwam toevallig een dag na de veldslag aan in Solferino.
Dunant was zo gechoqueerd over wat hij zag dat hij zelf het initiatief nam en de bevolking opriep, speciaal de vrouwen, om snel hulp te verlenen aan de gewonden en de zieken.
Toen Dunant terugkeerde naar Genève, besloot hij een boek te schrijven over zijn ervaringen in Solferino.
Dit boek, genaamd "Un Souvenir de Solferino" (een herinnering aan Solferino), werd gepubliceerd in 1862 op Dunants eigen kosten.
In het boek beschreef hij zijn ervaringen van de veldslag en de omstandigheden daarna.
Hij beschreef ook het idee om in de toekomst een neutrale organisatie op te richten, die de gewonden verzorgde als er oorlog plaats vond.
De Internationale Rode-Kruisbeweging bestaat uit drie onderdelen:
nationale Rode-Kruis- en Rode-Halve-Maanverenigingen (onder meer het Nederlandse Rode Kruis en het Rode Kruis België die de eerste Rode-Kruisvereniging in een land oprichtte)
Internationaal Comité van het Rode Kruis of ICRC
Internationale Federatie van Rode-Kruis- en Rode-Halve-Maanverenigingen of IFRC
Binnen elk land kan één nationale Rode-Kruis- of Rode-Halve-Maanvereniging worden opgericht.
Deze vervult humanitaire taken die beantwoorden aan de specifieke behoeften van de bevolking in haar land.
Trivia.
De vlag van het Rode Kruis mag niet worden verward met het kruis van St. George, dat de vlag is van Engeland, Barcelona, Freiburg en een aantal andere plaatsen. Het rode kruis van St. George loopt door tot de rand van de vlag, in tegenstelling tot die van het Rode Kruis.
Tijdens de reddingsoperatie van Íngrid Betancourt in juli 2008 maakte een Colombiaans soldaat gebruik van het teken, uit vrees voor zijn leven. President Álvaro Uribe gaf dit voorval openlijk toe. Volgens de Verdragen van Genève is een ongeoorloofd gebruik van het symbool een oorlogsmisdaad.
In 2007 heeft farmaceutisch bedrijf Johnson & Johnson het Amerikaanse Rode Kruis aangeklaagd. Beide organisaties gebruiken al ruim honderd jaar hetzelfde symbool, maar het Rode Kruis gebruikt dit sinds enkele jaren ook op de producten die ze verkopen. Volgens Johnson & Johnson was dit een schending van het handelsmerk. De partijen hebben uiteindelijk in 2008 in goede verstandhouding het geschil bijgelegd.
De Belgische afdeling van het Rode Kruis is de oudste Rodekruisvereniging. Het Belgische Rode Kruis werd opgericht op 4 februari 1864 kort na de Internationale Conferenties van Genève, onder impuls van Dr. A. Uytterhoeven. Op 14 oktober 1864 bekrachtigde de Belgische regering de stichting
De Lange Jan was een van de markantste herkenningspunten van Heerlen.
Deze 135 meter lange schoorsteen van de Oranje-Nassau I was, samen met zusterschoorsteen Lange Lies, jarenlang beeldbepalend voor de stad.
De twee schoorstenen waren in die tijd de hoogste torens van Europa.
Lange Jan werd in 1937/38 gebouwd als schoorsteen van de elektriciteitscentrale van de Oranje Nassaumijn I.
In 1953 werd een tweede schoorsteen (Lange Lies) er naast gebouwd.
Nadat de Oranje Nassaumijn in 1974 was gesloten, werd Lange Jan op 21 augustus 1976 opgeblazen.
Dit karwei verliep niet helemaal volgens plan: De kolos viel verkeerd en nam in zijn val een hoogspanningsleiding mee, zodat een groot deel van de stad zonder elektriciteit kwam te zitten.
Behalve de leiding verpletterde de Lange Jan een leegstaand, voor sloop bestemd kantoorgebouw.
In dit gebouw was - ironisch genoeg - onder andere het bureau voor mijnschade gehuisvest geweest.
Ook enkele woonhuizen werden beschadigd.
Tegenwoordig staat op het terrein waar vroeger beide schoorstenen stonden het oude gebouw van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
De nieuwbouw staat hier thans naast.
Op het voormalige mijnterrein herinnert weinig meer aan de vroegere steenkoolmijn.
Een uitzondering is het schacht- en ophaalgebouw waarin thans het Nederlands Mijnmuseum is gehuisvest.
Dit is duidelijk herkenbaar aan de stalen schachtbok met de neonletters 'ON' van 'Oranje Nassau' erop.
De Heerlense dialectzanger Wiel Knipa schreef in 1950 een carnavalshit met Lange Jan als onderwerp.
Er zijn plannen om in Heerlen wolkenkrabbers te bouwen die de naam Lange Jan en Lange Lies zullen dragen.
De Bulgaarse bergerebia (Erebia orientalis) is een dagvlinder uit de familie van de Nymphalidae, de vossen, parelmoervlinders en weerschijnvlinders, onderfamilie Satyrinae.
Deze soort werd voor het eerst wetenschapelijk beschreven door Elwes (Henry John Elwes, een Engels botanist en entomoloog) in 1909.
Engels : Bulgarian Ringlet Duits : Erebia orientalis Frans : Erebia orientalis
Bulgaarse bergerebia
foto op www.butterfliesofbulgaria.com
De Bulgaarse bergerebia komt lokaal voor in Bulgarije en Servië.
De vlinder vliegt op hoogtes van 1800 tot 2600 meter boven zeeniveau op subalpiene en alpiene graslanden vaak in de buurt van bossen.
Erebia orientalis
foto op www.theinsectcollector.com
De soort vliegt in een jaarlijkse generatie in juni en juli.
Bulería is flamencoritme, een twaalftels compás met nadruk op de 3, 6, 8, 10 en 12.
Omdat er zo weinig gedocumenteerd is over flamenco wordt er over de herkomst van de naam "bulerias" ook weer veel gespeculeerd, net als bij alle andere flamencostijlen.
Gezien het karakter van deze stijl, vrolijk, uitbundig en speels, lijkt de verklaring dat het woord bulerias hoogstwaarschijnlijk samenhangt met het woord "burla" -burlesque- wat spot, plagerij betekent, het meest logisch.
Engels : Bulería Duits : Bulería Frans : La bulería
Flamenco Bulerías compás [12] 1 2 [3] 4 5 [6] 7 [8] 9 [10] 11
auteur : wikipedia CC 3.0
Over het ontstaan van deze stijl bestaat ook weer onduidelijkheid en er gelden ook hierbij weer verschillende opvattingen.
Een van de meningen is dat de bulerias zich ontwikkeld zou hebben uit de alegrias, deze hebben hetzelfde twaalftels compás (ritmestructuur) en geleidelijk aan zouden de liederen van deze bulerias de drieregelige coupletten van de soleá corta overgenomen hebben.
Een andere mening is dat, voordat de bulerias als geheel opzichzelfstaande stijl bestond, het een onderdeel van de soleares geweest zou zijn, namelijk het afsluitstuk, de remate, van deze stijl.
Er bestond behoefte om de soleares, die smartelijk van aard is, op een vrolijke toon af te sluiten zodat er een soort bevrijding, opluchting ontstond na de dramatische soleá.
Bulería twaalftels compás
afbeelding www.josetanaka.com op http://alwaysbdancing.blogspot.be/
Onder de verschillende flamencostijlen nemen de bulerias de plaats in van de meest feestelijke.
In deze stijl vormen gitaar, zang en dans een perfect samengaan, waarbij geleidelijk aan en keer op keer naar een hoogtepunt toegewerkt wordt.
Het is de feeststijl bij uitstek en iedereen in de dans en zang is vrij om zijn eigen interpretatie uit te voeren; kalm, beheerst, nauwelijks met voetenwerk, heftig ritmisch of met veel gecompliceerd voetenwerk, alles kan en mag maar je moet je wel houden aan de regels van het compás.
Iedereen rond de uitvoerende artiest speel een rol, waardoor palmas en jaleo heel belangrijk bij het uitvoeren van bulerias; dit alles verhoogt de beleving van deze bijzondere vorm van flamenco.
Vaak wordt de buleria aan het einde van de samenkomst gespeeld (dus ook bij ' gewone' optredens), waarbij de gitaristen door de dansers worden uitgenodigd tot een dansje...
Hoewel de teksten van de liederen van de bulerias in het algemeen de vrolijkste en luchtigste zijn kan men toch een onderscheid maken tussen twee verschillende vormen: de meest feestelijke variant, de bulerias para el baile (voor de dans), zijn het snelst en het meest uitgelaten, en de bulerias om te luisteren, deze zijn langzamer gezongen en hebben wat meer inhoud.
De bulerias wordt op de gitaar (meestal) "por medio" (A [groot]-frygisch) gespeeld.
Ondanks dat er verschillende stijlen binnen de zang van de bulerias bestaan, ingedeeld naar plaats van herkomst (Utrera, Alcalá, Triana, Jerez, Los Puertos en Cádiz) worden de bulerias de Jerez toch als de meest toonaangevende beschouwd.
Buldogmier is een naam voor soorten mieren uit het geslacht Myrmecia die bekendstaan om hun agressieve gedrag en pijnlijke steek.
De soorten komen voor in Australië en Nieuw-Caledonië en leven in grote groepen.
Een aantal soorten kan dankzij de geveerde achterpoten een sprong maken van enkele centimeters.
Engels : Myrmecia, bulldog ants, bull ants, inch ants, sergeant ants, jumper ants Duits : Myrmecia, Bulldoggenameisen Frans : Myrmecia
Buldogmieren behoren tot de giftigste mieren ter wereld.
Als men allergisch is kan een anafylaxie optreden, waarbij eerst de huid opzwelt en men in een levensbedreigende shock kan raken.
Het toedienen van adrenaline kan de allergische reactie verminderen of stoppen.
Myrmecia
auteur : fir0002 / flagstaffotos.com.au CC 3.0
Buldogmieren hebben een duidelijk in drieën verdeeld lichaam.
Typisch zijn de grote ogen waarmee de mier uitstekend kan zien.
De kop is klein en omdat de achterzijde vaak groter is en een andere kleur heeft wordt vaak het achterlijf voor de kop aangezien.
Ook heeft de buldogmier opvallend lange, tang-achtige kaken of mandibels.
Buldogmieren worden vaak vrij groot, 1 à 2 cm, en zijn zeer alert en agressief bij verstoring.
vrouwelijke gevleugelde buldogmier
auteur : JamesDouch at en.wikipedia CC 3.0
Hun dieet is gebaseerd op kleine insecten, zaden, paddenstoelen en fruit voor de larven, die vooral vlees nodig hebben om verder te ontwikkelen, terwijl de volwassenen honingdauw en nectar eten.
De werksters kunnen voedsel consumeren om die dan uit te braken in het nest.