Het Bankivahoen (Gallus Gallus) is een vogel uit het geslacht Gallus uit de orde van Hoendervogels en wordt ook wel ook wel rode boshoen of rode kamhoen genoemd. Het Bankiva-hoen is waarschijnlijk de voorouder van de kip.
Het Bankivahoen woont in grote groepen in dichte bossen en is niet groot, ongeveer zo groot als de gemiddelde krielkip. Het Bankivahoen is omnivoor, net zoals de kip. De snavel van het Bankivahoen is vrij scherp, sterk en een beetje krom en het heeft ook scherpe nagels. Daarmee is aangetoond dat het dier ook jaagt. Het Bankivahoen komt in India en Zuidoost-Azië nog steeds in het wild voor. De hen legt zo'n twaalf eieren per jaar.
bankivahoen ( auteur : Karney Lee )
Hoe en wanneer het domesticatieproces precies is verlopen, is niet geheel bekend. Zelfs de invloed van andere in het wild levende hoendersoorten is niet geheel uitgesloten. We weten ondertussen wel dat het Burma-Bankivahoen (G. g. gallus) de belangrijkste voorouder is.
Rond het jaar 3200 v.Chr. werden er al huishoenders gehouden in Azië en vooral in India. Ook zijn er aanwijzingen dat de Egyptenaren en Chinezen reeds kippen hielden vanaf het jaar 1400 v.Chr. In het oude Sumer noemde men het de vogel uit Meluhha. De eerste gedomesticeerde kippen kwamen rond het jaar 700 v.Chr. in Zuid-Europa terecht. Tegenwoordig komen kippen vrijwel overal ter wereld voor.
Gallus gallus nabij Jayanti in het Buxa Tiger Reserve, India auteur : J.M.Garg CC
Ondersoorten :
- Bankivahoen (Gallus gallus) - Burma-Bankivahoen (G. g. gallus) - Java-Bankivahoen (G. g. bankiva) - Tonkin-Bankivahoen (G. g. jabouillei) - Indische-Bankivahoen (G. g. murghi) - Kip (G.g.domesticus)
Een banjo is een instrument uit een reeks snaarinstrumenten met doorgaans stalen snaren en fretten waarbij de kam op een strak gespannen vel (tegenwoordig meestal van kunststof) rust. Deze constructie bezorgt de banjo zijn karakteristieke geluid; het zorgt ervoor dat de energie die bij het bespelen van de snaren wordt toegevoerd zeer snel weg kan en derhalve een kort maar hard geluid produceert.
Het instrument en de naam is afgeleid van de banjar, een Afrikaans snaarinstrument.
Er bestaan een aantal hybride instrumenten waarbij de banjo is 'gekruist' met een ander snaarinstrument. Meestal betreft het hier een combinatie van de klankkast van een banjo (vaak met resonator) met de hals van een ander instrument. Deze waren vooral populair in de eerste decennia van de twintigste eeuw en ontstonden waarschijnlijk om het bespelers van andere instrumenten mogelijk te maken gebruik te maken van het penetrante banjogeluid toen elektrische versterking nog niet beschikbaar was. Er zijn ook combinaties bekend van de hals van een vijfsnarige banjo op een houten klankkast, zoals de bouzouki, maar deze zijn behoorlijk zeldzaam.
Banjo's hebben een tamboerijn-achtige romp die bestaat uit een ronde klankkast die aan de voorkant bespannen is met plastic of perkament. De meeste banjo's worden bespeeld met een plectrum, maar bespelen met met de vingers (gitaarbanjo, bluegrassbanje) gebeurt ook wel. Banjo's worden vaak gebruikt in ragtime, bluegrass en traditionele jazzmuziek.
Sommige banjo's hebben een resonator op de achterkant van de cilinder of een slagplaat aan de voorkant.
Hoofdzakelijk in de Verenigde Staten is er nog een stroming van spelers die nylon-, of soms zelfs darmsnaren prefereert. De instrumenten worden in dat geval ook zonder fretten gemaakt.
De Banierzang was het officiële lied voor de studentenverenigingen die aangesloten waren bij de Unie der Societas Studiosorum Reformatorum, de overkoepelende organisatie voor de verschillende S.S.R.-verenigingen in Nederland. Het lied, dat in 1911 werd geschreven door Jac. Peerenboom, vormt een ode aan het wapen van de vereniging, maar is ook een verwijzing naar het Christendom, die vooral in het derde couplet tot uiting komt.
Toen de Unie in de jaren 60 uit elkaar viel, betekende dit niet het einde van de banierzang. Van de zes verenigingen die de letters "SSR" nog in hun naam dragen, worden het eerste en het laatste couplet nog gezongen door S.S.R.-N.U. en SSR-Leiden, en zingen de leden van SSRA, S.S.R.-Rotterdam, SSR-W en SSRE nog het eerste couplet.
Overigens is een veelgemaakte fout het spellen/zingen van "ijdele klanken" in de derde regel van het eerste couplet. De oorspronkelijke versie (onder andere afgedrukt in oude Unie-almanakken) vermeldt "klanke" - enkelvoud dus.
Banierzang
Societas hef omhoog uw banier Uw vrijheidsleuze zo schoon en zo fier Geen ijdele klanke, geen valse schijn Maar heerlijk wezen moet zij ons zijn Libertas ex Veritate! Libertas ex Veritate!
Societas heft omhoog uw banier, Met d'Unie-jonkvrouw, zo rein en zo fier, Haar reinheid, haar fierheid, zij zijn ons een beeld Van 't schone leven hun toebedeeld: Die vrijheid uit waarheid verkregen! Die vrijheid uit waarheid verkregen!
Wij socii blijven trouw deze vaan, Waarlangs de weg van ons leven moog' gaan. Want Eén is de Waarheid, de Weg en 't Leven, Hij Zelf heeft ons als leuze gegeven: Libertas ex Veritate!
De volksrepubliek Bangladesh (Bengaals: বাংলাদেশ,Urdu: بنگلہ دیش) is een land in het zuiden van Azië dat ligt op het Indische subcontinent. Het land grenst voor het grootste gedeelte aan India en voor een klein stukje aan Myanmar (voorheen Birma). Het land is gelegen ten noorden van de Golf van Bengalen en omvat voornamelijk de delta van de rivier de Ganges. Bangladesh is een van de meest dichtbevolkte landen ter wereld. Door de ligging zijn er vaak overstromingen in het land. De hoofdstad van het land is tevens de grootste stad, Dhaka (Dacca).
kaart van Bangladesh
Bangladesh heeft een kustlijn van 575 kilometer langs de Golf van Bengalen. Bangladesh is in feite één grote delta van de rivieren de Ganges (lokale naam Padma) en de Brahmaputra (lokale naam Jamuna); zij stromen hier samen in de rivier de Meghna, ook zijn er vele aftakkingen van deze rivieren die apart naar de golf stromen. Het land is door de afzettingen van de rivieren zeer vruchtbaar, maar ook erg vatbaar voor zowel overstromingen als droogtes. Alleen in het zuidoosten langs de grens met Myanmar ligt het land hoger en is het heuvelachtiger. De hoogste berg van Bangladesh ligt hier, de Keokradong met 1230 meter. Deze ligt in de Chittagong-heuvels in de Sylhet bibhag. Cox's Bazar ten zuiden van de stad Chittagong is het langste natuurlijke strand ter wereld.
Jatiyo Sangshad Bhaban (het parlementsgebouw van Bangladesh ) ( foto : Karl Ernst Roehl ) CC
Bangladesh ligt vlak ten zuiden van de Kreeftskeerkring en heeft een tropisch klimaat met milde droge winters van oktober tot maart waarin de wind uit het noorden waait, een hete vochtige zomer van maart tot juni en een vochtig en warm regenseizoen (moesson) van juni tot oktober. De koudste maand is januari met temperaturen onder de 20 graden en de heetste maand is april waarbij temperaturen hoog in de 30 graden kunnen voorkomen.
Natuurrampen zoals overstromingen, tropische cyclonen, tornado's en vloedgolven treffen het land bijna ieder jaar, de effecten van deze natuurrampen worden versterkt door ontbossing, bodemuitputting en erosie. Deze rampen komen meestal voor in de moesson.
Dhaka
Het grootste gedeelte van het land in Bangladesh is door de hoge bevolking in gebruik. Bossen bedekken ongeveer 16% van het land. Onder andere bamboebossen in het noordoosten en mangrove in het moerasachtige gebied van de Sundarbans in het zuidwesten.
Bangladesh heeft een rijke regenwoudfauna. Zo komt de bedreigde (koninklijke) Bengaalse tijger nog voor in het zuidwesten van het land in de Sundarbans-regio.
De belangrijkste religie is de islam die door 83% van de bevolking beleden wordt. Het hindoeïsme is met 16% de andere grote godsdienst. Ook zijn er kleine groepen boeddhisten, christenen en animisten.
De Bengali spreken het Bengaals (ook wel Bangla) dat geschreven wordt in een schrift dat lijkt op het Devanagari. Het Bengaals is ook de officiële taal van het land. Het Engels wordt ook nog gebruikt, voornamelijk in de opleidingsinstituten en in de regering. Verder spreken de meeste niet-Bengali moslims het Urdu.
Volgens het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties leeft in Bangladesh 49,8% van de bevolking onder de armoedegrens.
De populairste sport in Bangladesh is cricket. Het nationale team is bekend onder de naam "The Tigers". Het team is volwaardig lid van de International Cricket Council.
Bandy is een balsport die op het ijs wordt gespeeld en is de voorloper van het ijshockey. Bandy wordt gespeeld op een grote ijsvloer, met 2 teams van 11 personen en een grote bandybal en sticks. Het veld is 90 tot 110 meter in de lengte, en 45 tot 65 meter breed. De sport is niet heel groot in de wereld, maar wordt vooral gespeeld in het noorden van Europa. Het is het meest populair in Zweden, Noorwegen, Finland en Rusland. De 27 bandylanden zijn verenigd in de Federation of International Bandy, waarin Nederland ook zit.
bandy spel
Bandy is in het midden van 19e eeuw uitgevonden in het noordoosten van Engeland en is zo over de hele wereld verspreid geraakt. Het bandy is de favoriete sport van het Zweeds koningshuis.
De bandy wereldkampioenschappen voor mannen werden voor het eerst georganisseerd in 1957. Daarna vanaf 1961 tweejaarlijks en jaarlijks vanaf 2003. Momenteel nemen er 13 landen deel aan de wereldkampioenschappen.
Het WK moet niet worden verward met de jaarlijkse WK in Ljusdal, Zweden, dat is de grootste Bandy toernooi voor clubteams op elite niveau. Met wedstrijden gespeeld dag en nacht, wordt het toernooi gespeeld in vier dagen eind oktober.
bandy speelballen van vroeger (kurk links) tot nu (rood rechts) ( auteur : Liftarn ) CC
De bandwilg (Salix 'Sekka', synoniemen: Salix sacchalinensis 'Sekka' en Salix udensis 'Sekka') is een plant, die behoort tot de wilgenfamilie (Salicaceae). De oorspronkelijk uit Japan afkomstige struik is in Nederland aangeplant en in het wild opgegroeid uit op de grond liggende takken.
bandwilg in bloei ( auteur : F.Zuidersma )
De struik wordt 3-9 m hoog en heeft bandvormige en gedraaide takken. De takken zijn glanzend bruinrood. De bladeren staan verspreid en zijn aan de onderkant kaal.
De bandwilg bloeit in april. De bloeiwijze is een katje. De meeldraden staan vrij of zijn aan de voet vergroeid en hebben gele helmknoppen. De vrucht is een doosvrucht. Engelse naam : Japanese Fantail Willow, Dragon Willow .
De bandvink (Amadina fasciata) beschreven door Johann Friedrich Gmelin ( natuurwetenschapper, botanicus, malacoloog en entomoloog ) in 1789, is een tot de familie van de prachtvinken (Estrildidae) behorend zangvogeltje dat in Nederland vaak in gevangenschap gehouden wordt. De herkomst is Noord- en Oost-Afrika en Transvaal.
bandvink mannetje rechts( auteur : William Kreijkes )
De kop en de nek zijn lichtbruin gestreept; bovenzijde bruin, donkerbruin gestreept; de staart is donkerbruin met wit; de vleugels zijn dofbruin zwart en roodbruin getekend. De wangen en de ogen, keel en kin zijn wit. Van hals naar keel heeft de bandvink een karmijnrode band, daaronder geelbruin, van af de borst is hij iets gestreept. Het vrouwtje is minder gestreept dan het mannetje en mist de rode band. De totale lengte van kopje tot staartpuntje is 11 tot 13 cm.
bandvink mannetje ( auteur : David Boettger )
De vogel is heel goed geschikt voor een buitenvolière en kan ook het best met grotere vogels samen gehouden worden. Ze gaan over het algemeen gemakkelijk over tot broeden. Ze kunnen lastig zijn voor andere soorten in de volière. Ze stelen namelijk nestmateriaal uit nesten van andere vogels, zelfs als deze eitjes en of jongen hebben. Zijn menu bestaat uit milletzaad, kanariezaad, groenvoer, een gritmengsel en in de winter wat levertraan.
Een Bandurria is een mandoline-achtig snaarinstrument afkomstig uit Spanje. Het instrument is gestemd in kwarten, en wordt bespeeld met een plectrum.
De oorsprong van de naam bandurria is de oude Soemerische naam pan-tur, de naam van hun snaarinstrumentje zo een 4000 jaar geleden! In het Latijn werd de naam pandura. Het instrument werd door de Romeinen verspreid in Zuid-Europa.
bandurria
Met in de Middeleeuwen nog met drie snaren, 4 snaren in de Renaissance en 5 dubbele snaren in de barokperiode (met plectrum bespeeld) werd het de Spaanse tegenhanger van de Milanese mandoline met 6 dubbele darmsnaren. Alleen de vorm van de klankkast is anders, de bandurria heeft niet die bolle rug van de mandoline maar een platte rug zoals bij de gitaar. De bandurria is meegeëvolueerd met de tijd en kreeg er in de 19e eeuw nog een zesde paar snaren bij. Ook werden de darmsnaren vervangen door metalen snaren. Er zijn ook heel wat instrumenten gemaakt geweest met zes enkele snaren net zoals bij de Milanese mandoline.
Fillipijnse bandurria
De laatste verbeteringen dateren van begin 1900 en werden door de befaamde gitaarbouwer José Ramiréz gerealiseerd (Calvete-model). De bandurria is vandaag nog steeds vrij populair in de volksmuziek, niet alleen in Spanje zelf maar ook op de Filipijnen en in sommige Latijns-Amerikaanse landen. De speelwijzen zoals ze in de volksmuziek gangbaar zijn, zijn wel enigszins anders dan de klassieke speeltechnieken zoals ze onderwezen worden in de academies, onder andere het Liceo de La Musica in Barcelona.
De bandrob (Histriophoca fasciata, synoniem Phoca fasciata) beschreven door Eberhard August Wilhelm von Zimmermann (Duits geograaf, zoöloog en filosoof) is een zeehondensoort uit de familie Phocidae. Het hele leven brengt hij door op en rond het pakijs en de open wateren van de Beringzee. Hij kan bijna een half uur onder water blijven. Zijn voedsel bestaat uit verschillende vissoorten, als pollak, puitaal en poolkabeljauw, alsmede inktvis en garnalen. De belangrijkste vijanden zijn orka's en haaien.
bandrob op ijsschots auteur: Michael Cameron, NOAA National Marine Fisheries Service CC
De naam is te danken aan de sterk afstekende gebandeerde tekening met een bruine tot donkerbruine basiskleur en meestal drie witte tot gele banden op het lichaam. De meeste dieren hebben een tekening als volgt;
- een verticale band om de nek; - een lange ronde band rond de voorpoot; - een bredere verticale band rond de staartwortel.
De vlekken smelten op de buikzijde vaak samen, en de tekening kan afwijken. Jonge dieren zijn wit en worden later blauwgrijs.
bandrob met unieke tekening auteur: Michael Cameron, NOAA National Marine Fisheries Service CC
Er is niet veel bekend over bandrobben, ondanks dat ze niet erg schuw zijn. De functie van de luchtzak die ze aan de rechter borstzijde hebben bijvoorbeeld is nog onbekend. Omdat die van een mannetje veel groter is, dient deze waarschijnlijk om (lok)geluiden mee te produceren.
Een Bandrem is een ouderwets remsysteem van motorfietsen waarbij een blok (vaak van hout) tegen de band werd gedrukt om zodoende te remmen.
Omdat het systeem net als alle remmen met wrijving werkte, werd het ook wel frictie-bandrem genoemd. De bijnaam van het systeem was bandenschraper. Dit systeem wordt ook vaak gebruikt bij zeepkisten.
Bandparodie is een haast vergeten komisch genre waarbij artiesten zorgvuldig aan elkaar gemonteerde geluidsfragmenten playbacken en voorzien van komische mimiek en/of lichaamsbewegingen. De geluidsfragmenten zijn een bonte aaneenschakeling van heel veel verschillende soorten geluidsfragmenten die zorgvuldig op de "band" zijn gemonteerd. Bij een bandparodie-act wordt er gebruik gemaakt van vele geluidsfragmenten. Deze zijn zo verknipt en verplakt dat er een komisch geheel aan muziek, cabaret en andere fragmenten ontstaat. Zo wordt een muzieknummer moeiteloos afgewisseld met een fragment uit het achtuurjournaal, een roep van een uil of een lachsalvo.
Een van de bekendste bandparodie-acts is een act van André van Duin waarmee hij in 1964 de talentenjacht "Nieuwe Oogst" van de Vara wist te winnen.
Er zijn geen richtlijnen voor de lengte van een act, maar de meeste artiesten hebben acts van ongeveer 20 minuten.
Een bandoneon is een harmonica-achtig muziekinstrument, dat door Heinrich Band in 1854 uit de Duitse Konzertina ontwikkeld is. De bandoneon heeft een uitzonderlijk lange balg die door de bespeler als het ware 'gebroken' wordt op de knie om zeer felle accenten te krijgen. De klank van de bandoneon is warm en wollig en dat maakt het instrument uitstekend geschikt voor het spelen van melancholisch getinte muziek, zoals de Tango.
Bandoneon 'Cardenal' omstreeks 1920 auteur: Pavel Krok CC
De bandoneon verschilt wezenlijk van de accordeon en trekzak omdat elke afzonderlijke toets aan beide kanten van het instrument een afzonderlijke toon geeft, in plaats van een akkoordmogelijkheid onder een knop aan de linkerhand. De bandoneon is wisseltonig; duwen en trekken geeft een verschillende toon, net als bij de trekzak en mondharmonica. Door de indeling van de knoppen (op het eerste gezicht bijna willekeurig) is het instrument niet makkelijk bespeelbaar.
Alfred Arnold Bandoneon, ca. 1949 auteur: Theodore Kloba CC
Aan het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw was de bandoneon in Duitsland een populair instrument (meer dan 1000 bandoneonverenigingen!), maar door toedoen van het Nazisme, WO II en door de groeiende populariteit van de makkelijker bespeelbare accordeon raakte het instrument daar in onbruik.
De bandoneon werd in de 19e eeuw steeds in omvang uitgebreid, zodat hij nu een bereik van bijna 5 octaven heeft. Men zegt dat het instrument rond 1880 door de Ier Thomas Moore werd geïntroduceerd in Argentinië. Hier werd het een van de populairste volksinstrumenten en het ontwikkelde zich tot het kenmerkende instrument van de Argentijnse tango.
Onderdelen van de bandoneon auteur: Oscar(eigen werk) CC
De bekendste bandoneonspeler (tevens componist) wereldwijd is Ástor Piazzolla. Deze nuevo tango-bandoneonist maakte met vele kamerorkesten en grotere orkesten tal van bekende nuevo tango's zoals Adiós Nonino, die gespeeld werd op het huwelijk van Prinses Máxima en Prins Willem-Alexander. De bekendste Nederlandse bandoneonspeler is Carel Kraayenhof.
De Bandit is een houten achtbaan in het Duitse attractiepark 'Movie Park Germany'. Hij is gebouwd in 1999 door de Roller Coaster Corporation of America. De minimale lengte om in de Bandit te mogen is 1,40 meter. De achtbaan ligt in het themagebied 'The Old West'. Van 1999 tot en met 2004 heette de Bandit: 'Wild Wild West'. 2005 werd de naam veranderd in 'Bandit'.
De houten Bandit
De Bandit heeft een baanlengte van 1099 meter. Hij is 27,8 meter hoog en de hoogste daling is 24,9 meter. De maximale snelheid van de achtbaan is 80 kilometer per uur en de rit duurt in totaal 90 seconden. Op de Bandit rijden twee treinen, per trein zitten er vijf karretjes met plek voor 6 personen per karretje.
Indrukwekkende konstruktie van de Bandit auteur: Jonas Lange CC
De Bandini 1000 turbo,ook bekend als de "Bandini Berlinetta" is een handgebouwde sport coupé van 1992 door Ilario Bandini. Ingenieur Ilario Bandini noemde deze wagen "il mio fiore all'occhiello" "mijn trots en vreugde". De Berlinetta is de nieuwste creatie geboren uit zijn handen en vormt de ultieme evolutionaire stap uit de lange carrière van de "uitvinder van de auto" zoals hij werd omschreven in het Italiaanse tijdschrift Autosprint in 1981.
Bandini 1000 turbo op de Bandini dag 2002 Foto personale Forlì 2002 CC
Het ontwerp en de bou van de berlinetta nam de laatste zes jaar van zijn leven in beslag. Ondanks zijn 80jaar was dit het bewijs van zijn voortdurende inzet voor verbetering van zijn technische en stilistische 'uitvindingen'. Deze sedan is getuige van zijn creatieve genie, vaardigheid en vakmanschap.
Bandini 1000 turbo coupé Foto personale Forlì 2002 CC
Het koetswerk van deze twee-zitter werd gemaakt uit aluminium en is een synthese van alle ervaring uit het verleden, origineel en modern. De hellende voorkant,het rooster en de inklapbare koplampen zijn een verwijzing naar de Bandini 750 sport. De strakke lijnen van de zijkant, doen denken aan de eerste Bandini auto's met de motor achteraan, evenals de zitplaatsen dicht bij de vooras. De vlakke achterkant is een aërodinamisch uitloopsel van deze wagen.
Bandini 1000 16V turbo Foto personale Forlì 2002
De aluminium 1000 turbo maakt gebruik van indirecte mechanische injectie. Dubbele bovenligende nokkenassen, vier kleppen per vertikale cilinder en titanium drijfstangen. Cilinderinhoud is 929cc en draait maximum 10.000rpm. Een gesynchroniseerde 5-versnellingsbak + achteruit.
Ilario Bandini met "zijn" 1000 turbo motor tratto da Libro: Bandini (storia della vita e automobili di Ilario Bandini) CC
Ilario Bandini begon als race piloot, en nam met zijn wagens deel aan meer dan 60 wedstrijden, zowel 'hillclimbs', track racen als de 1000mijlen. Hij behaalde 19 eerste en 18 podiumplaatsen in de klassen 750cc en 1000cc. In de verenigde Staten wonnen Bandini wagens verschillende wedstrijden in de SCCA divisie. Er bevinden zich nog 10 Bandini's in het Bandini museum in Forli. Verder zijn er nog 46 geregistreerde wagens wereldwijd, voornamelijk in de VS en Japan. De "draak van Forli" stierf op 12 april 1992 aldaar.
De Bandini 1300 was een racewagen gebouwd in 1980 door Bandini Cars in Forli ,Italië. In 1980 werd deze wagen voorgesteld als een nieuw prototype in de kleuren rood en blauw,afgelijnd met een goudkleurige boord. Later besloot Bandini het blauw te vervangen door wit. Het was de laaste wagen waarmee, organisator, Ilario Bandini in 1981 de uphill-race "Predappio-Rocca delle Camminate" opende, welke ze reeds meermaals hadden gewonnen. De innovatieve vernieuwingen van deze wagen zijn voornamelijk te zoeken in de 1300cc-motor.
Het koetswerk bestaat vooral uit composiet materialen, glasvezel en epoxy. Behalve twee zij-panelen uit aluminium welke kunnen dienen als ballast bij het verminderen van het gewicht. De luchtinlaten zijn minder uitgesproken, maar er werden opzij ellyptische luchtinlaten voorzien voor het koelen van de banden en de schijfremmen voor- en achteraan. De verstelbare spoiler achteraan werd vergroot.
Bandini 1300 achteraan met verbreedde spoiler Foto personale alla presentazione a Terra del sole (Fo) CC
De 4-cilinder in lijn motor achteraan in de lengterichting. De motor had een cilinderinhoud van1289cc. Na voorgaande ervaring met het Fiat monoblok werd hij door Bandini volledig vervaardigd uit aluminium. Een dubbele bovenliggende nokkenas, 16 kleppen met indirecte mechanische injectie.
Bandini 1300 16V motor Foto personale Forlì 2002
Het frame was een evolutie van het 1000 sport prototype. Onafhankelijke ophanging voor- en achter. 2x40liter brandstoftanks.
De Bandini 1000 sports prototype was een racewagen gebouwd in 1972 door Bandini Cars in Forli. Deze wagen zorgde voor enkele belangrijke veranderingen bij Bandini. Na een ongeval tijdens de "Targa Florio" in 1972 en na reparatie van de wagen besloot Ilario Bandini de normale oranjegele kleur te vervangen door blauw. Bij de presentatie had de wagen aluminium Campagnolo velgen. In 1975 werden deze vervangen door de nieuwe Bandini velgen met centrale moer. Ook de lage spoiler achteraan werd vervangen door een verhoogd en breder model.
Bandini 1000 sport prototype (1975) in de nieuwe kleuren rood en blauw Foto personale 2003 CC
Het frame van speciale stalen buizen onderging een grote wijziging. Door het gebruik van nieuwe materialen voor de banden kreeg de wagen steeds grotere torsie-krachten te verwerken zodat de ganse struktuur van het frame moest worden gewijzigd. Vanaf nu werd er gebruik gemaakt van zowel vierkante, ronde als rechthoekige buizen. Ook de bestuurder kreeg een meer liggende houding.
Bandini 1000 sport prototype (1972) Foto personale alla presentazione a Terra del sole (Fo) CC
Het koetswerk werd grotendeels vervaardigd uit glasvezel en epoxy harsen, de bestuurdersruimte werd ommanteld in aluminium. Alle delen werden ook voorzien van een snel-wisselsysteem. Een grote en verlaagde rechthoekige luchtinlaat vooraan en later voor het eerst een verstelbare spoiler. Het frame van de Bandini s.p. 1000 werd later gebruikt voor het testen van de eerste versie van de 1300cc-motor gebaseerd op een fiat-monoblok.
Bandini 1000 sp (team Scuderia Jolly Club) tijdens oefenrit in de "Targa Florio" in 1972
Op het chassis werd de Bandini 1000cc-motor gemonteerd, welke zijn kracht en betrouwbaarheid reeds had bewezen. De motor was nu opgevoerd tot 118pk bij 8000rpm.
De Bandini 1000/70V was een racewagen gebouwd in 1970 door Bandini Automobili in Forli. Deze tweezitter vertegenwoordigde de evolutie maar niet de vervanging van de 1000/66.
De nieuwe motor werd volledig ontworpen door Ilario Bandini. Deze 1000cc-motor was volledig in aluminium en had vertikale(acroniem met de "V") Solex carburatoren (zie foto verder). Geheel nieuw zijn ook de grote luchtopeningen voor de motor achter de deuren.
Bandini 1000 V Foto tratta dal libro: Bandini (storia di Ilario Bandini e delle sue auto) CC
Het frame van speciale stalen buizen is gebaseerd op de 1000/66. Deze eliptische en ronde buizen kwamen zoals voorheen uit de luchtvaartindustrie en hebben bijgedragen tot een licht maar sterk chassis. Het aluminium koetswerk had een afneembaar front voor snelle vervanging. Midden 1972 werd het middengedeelte aangepast om een betere doorstroming te krijgen naar de luchtinlaten en voor meer neerwaartse druk.
Bandini 1000 V Foto tratta dal libro Bandini (storia e automobili di Ilario Bandini) CC
De motor was 987cc en leverde 115 pk bij 8000tr/m. Een Bandini DOHC 1000 vier- cilinder motor. Een gesynchroniseerde Colotti 5-versnellingsbak. Schijfremmen voor- en achteraan. Een benzinetank met 40l inhoud. Aluminium Campagnolo wielen. Totaalgewicht >400kg.
Bandini motor met vertikale carburatoren Foto tratta dal libro Bandini (storia e automobili di Ilario Bandini) CC