Ik ben Guilmet Michel
Ik ben een man en woon in Glabbeek (België) en mijn beroep is Accountant.
Ik ben geboren op 29/06/1947 en ben nu dus 77 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Zoals iedereen : lezen, genealogie, fietsen en wandelen en als het mogelijk is met vakantie gaan.
Dit schilderij heeft mijn zus Denise Guilmet van mij gemaakt voor mijn zestigste verjaardag in 2007
Zoeken in blog
Beoordeel dit blog
U kan mij vinden op blogplaats 203
26-05-2014
De melkerij en brouwerij (of molen)
In de Melkerijstraat was er een melkerij en een brouwerij. Van de brouwerij herinner ik mij niets meer. Van de melkerij wel. Die werd uitgebaat door de familie Toeback ?? Volgens de postkaart is het een molen :"Saint Paul", zou logisch zijn omdat de patroonheilige van Geetbets Sint Paulus is.
Ons geheugen is zodanig gemaakt dat wij de slechte herinneringen uitwissen en de overheersend goede herinneringen bewaren, wat ons mogelijk maakt met onze herinneringen te leven, zonder eraan tenonder te gaan.
Op de foto : links eerst de "bascule" of de weegbrug, waar men de vracht op vrachtwagens of paardekarren kon wegen. Dan "de baas " de drukkerij en winkel in bureelbenodigdheden en schoolgerief. Daarnaast de stoffenwinkel van Donders ? (niet zeker). Aan de overkant de ijzerwinkel van "Nand van Pleun". De smidse en de hoefsmederij staat spijtig genoeg niet meer op de foto. Nand Polleunis "van Pleun" was de beste hoefsmid van uren in de ronde en men kwam van ver om de koerspaarden deskundig te laten beslaan. Het was een gewedlig schouwspel om als kind naar te kijken en het stonk naar verschroeid haar (in bets zegt men "versnurkt haar").
Antwoord van Marc Nijns :
Betreft foto 15-04-2014.
Naast ‘Café de la Bascule’ stond de woning van de familie Borgers met omniumwinkel. In de volksmond ‘Bij Lewis van Emmelie’.
Dan volgde de stoffenwinkel van Lucien en Liza Donders. Op de foto herkenbaar aan de vitrine. De Dodge van Lucien staat voor. Daarachter lag en ligt nog de woning van de familie Bottu met ‘in de goei plek’ het postkantoor, waarvan Georges Bottu postmeester.
Aan de 2de telefoonpaal hadden we de schrijnwerkerij van ‘Dollef van Pijpen’ (Pijpops) en de winkel van Henri Carette.
En aan de 3de telefoonpaal lag ‘t geleeg van ‘Staaf Croes‘ en daarachter dat van ‘Boer Cypers‘. Boer Cypers had een dekstier, net zoals Saidjah’s vader, maar die had een buffel. Bijkans ‘t zelfde, ‘t scheelt nie veel. Daar ter plekke hebben René en Mia Vanhove, halverwege de 20ste eeuw, hun eerste unic opgestart.
In ‘t portaal van ‘Café de la Bascule’ staat Roger Vandebon, kleinzoon van ‘De Baas’. Wij zegden ‘De Bawwes’.
Op straat poseert Fons Bottu, zoon van de postmeester, helaas recent overleden.
De 3 zittenden herken ik niet.
Het lokaal tegen de smis van Nand, de hoek dus, was een leslokaal waar de vrouw van Nand, Maria, naai- en snitles gaf aan een vijftal jongedames. Ik denk dat Maria regentes naai en snit was. Braaf mens.
Er waren toendertijd 3 smidsen in, zeg maar, dezelfde straat in Bets : Nand Pleun (Polleunis) aan de statie, Florent Pleun aan de Grootveldweg en er tussenin Milleke de Smed (Thijs) aan de Steenstraat.
Tegen het huis van Nand was de winkel van ‘Jefke van Tilles en Fin’. Jefke verkocht mosselen zoals ze uit de zee kwamen, dikke en dunne dooreen, met zeeschelpen, krabben en zeewier en al, uit ne jutezak die daar in een plas zeewater op de grond stond.
Toevoeging Ida Zurings :
Michel, Ik las zo pas de tekst bij de foto aan de statiestraat van Geetbets, het gaat over de stoffenwinkel Donders...het ging hier over Lisa Donders gehuwd met Andre Zurings en niet met Lucien, deze laatste was de broer van Andre.
Mijn vader zou nu 100 jaar geworden zijn. Hij is geboren te Hulsbeek Geetbets op 9 mei 1914, als jongste zoon van vijf kinderen van Joseph Guilmet en Sidonie Smets. Toen vier maand later de eerste wereldoorlog uitbrak woonden zij op een boogscheut van het slagveld van de Zilveren Helmen in Halen-Velpen. Vanuit Hulsbeek waar zij woonden tot slagveld in Velpen zal hooguit een paar kilometer geweest zijn.
Mijn overgrootvader overleed in augustus 1914 op de kasteelhoeve van het kasteel van Hoen tijdens het uitbreken van de oorlog. Mijn grootvader was ter plaatse toen zijn vader stierf. Zij waren dus niet op de vlucht zoals zovele anderen.
Robert is via facebook op zoek naar de film :"Zoo leeft Geetbets" gemaakt en gedraaid in de jaren stillekens, in de jaren 50 - 60????
Ik herinner mij dat gezien te hebben in de "Palace"
Op de foto zien we links van de kerk de winkel van Stijnke waar wij sigaretten per stuk gingen kopen. Dan rechts van de kerk de bakkerij bij Roggen, daarnaast was een café en later electriciteitswinkel, de naam ontsnapt mij en dan was er de boerderij van Claes of " pa Rei".
Michel, Alexis, Joseph werd op 29 juni 1947 geboren te Geetbets, om ongeveer 15.00 uur, thuis in de Overbeekstraat nummer 15?, in de “winning” zoals men de boerderij tegenover Meester Vanbrabant noemde, en die gehuurd werd. Het was zondag en de warmste dag ooit gemeten ( 38,8 ° in Ukkel), een hitteholf die toen al acht dagen duurde. De “wijze vrouw”, de vroedvrouw, was Fanny (Stephanie) Mertens. Ik ben dus op het warmste moment van de eeuw geboren, op een zondag, drie uur in de namiddag en de eerste zoon na twee dochters, Maria en Madeleine. Van vreugde gesproken!
Vader was Emile Guilmet, geboren te Geetbets op 9 mei 1914 (33 jaar oud), spoorwegbediende en zoon van Joseph Guilmet (°Falais 15/1/1865) en Sidonie Smets (°Schulen 6/3 /1880). Moeder was Bertha Bamps, geboren te Geetbets op 1 januari 1914 (33 jaar oud), onderwijzeres, dochter van Emile Bamps (°Geetbets, 19/2/1873) en Maria Goossens (°Kortenaken 23/4/1871).
2. 1950 : Verhuis naar nieuw gebouwd huis in Overbeekstraat nr 7.
Ik heb hier tot mijn trouw in 1970 gewoond. Het huis is verkocht in 1983 na het overlijden van mijn vader op 2/2/1983 aan Alex, ik ben zijn familienaam vergeten en zijn echtgenote Lammens, haar voornaam ben ik vergeten.
Naar school. Eerste leerjaar was nog in een burgerhuis in het Dorp tegenover de kerk, het latere woonhuis van de familie van meester Journée. Ik herinner mij het klasje en de speelplaats. Na het eerste leerjaar ging het naar de jongensschool, die gevestigd was waar nu de post is. De speelplaats was in twee gedeeld door een stenen muur waar je niet over kon kijken naar de meisjes aan de andere kant. De meisjes dat waren toen nog voor mij mijn twee oudere zussen.
Onze pa, ons ma, mijn twee oudste zussen en ik zijn naar de wereldtentoonstelling geweest. Met de trein, wij reisden gratis als familie van een spoorwegbediende. Elk jaar kreeg onze pa zo ‘n 100 coupons goed voor één gratis reis. Je moest dan het vertrek, de bestemming en de datum invullen en je had zo een geldig vervoersbewijs.
We hadden afgesproken met familie in Laken- Brussel niet zo ver van de Heysel. De familie Iliaens, Theophile was een neef van mijn grootmoeder, woonde in de Merodestraat te Brussel. Theophile was de grootvader, zijn zoon was overleden en hij woonde daar met zijn schoondochter en haar vier kinderen : Nicole, Guy, Anette en Monique. Die kwamen ook thuis op vacantie.
Met de tram gingen we van de Merodestraat naar de Heysel en bezochten de werldtentoonstelling. Ik herinner mij de veel van de paleizen : het vliegtuig van Sabena, het amerikaans paviljoen, het frans paviljoen, congo, chocolade Jacques ….. Maar het meest is het attraktiepark bijgebleven. De lachende koe, Mijnheer Atlas een reus die telefoonboeken scheurde en een hele stapel LP’s in zijn ene hand klemde, spiegelpaleis, een doolhof en ga zo maar door. Het was veel te veel om op een dag te zien, maar het was overweldigend. Ik vond die betonnen en glazen gebouwen maar niets, wat vonden de volwassenen daar zo speciaal aan ?
Wij zijn in Brussel blijven overnachten bij de familie Iliaens en ’s anderdaags terug naar huis gespoord. De twee kleintjes Jos (1 jaar) en Denise (5 jaar) denk ik dat thuis gebleven waren met mijn tantes.
1964 : Nu in 2014 vijftig jaar geleden..... In de grote vakantie gingen we met het college op reis naar Engeland. 1964 was het Shakespeare jaar naar aanleiding van de verjaardag, 400 jaar geleden in 1564 was Sir William geboren. Onze leraar engels eerwaarde heer De Backer was een onverbeterlijke anglofiel met een geweldige bewondering voor Shakespeare. Wij hebben toen Londen bezocht : alle bezienswaardigheden zijn de revue gepasseerd : de Tower Bridge, St Pauls Catheral, Picadilly Circus, Marble Arch….. . Toen wij er waren ging de film : ” A hard days night “ van de Beatles is premiere. Wij hebben de ellenlange files die aanschoven gezien en de chaos toen de limousine met de Beatles in levende lijve arriveerden. Na Londen zijn wij met de trein naar Stratford-On-Avon gereisd, het geboortestadje van Shakespeare. Mooi stadje en ’s avonds zijn we naar de voorstelling van Hamlet geweest, in oud engels waar ik geen bal van begrepen heb.
Van Stratford-on-Avon zijn we dan met de trein doorgereisd naar Schotland en met een autobus de Highlands bezocht. Prachtig. Ook Edinburough was de moeite. Mooie tijd, ik was zeventien en de ontvoogding van de jaren zestig bezig. Veel mocht reeds, niet alles. Wij keken onze ogen uit op wat er in Hide Park allemaal aan de gang was. Het strenge katholisime was zijn pluimen volop aan het verliezen. Wij werden opgewonden alleen al bij het zien van al die minirokjes en décoltés, weg met de preutsheid en wij spartelden niet tegen. Wij keken onze ogen uit op "page 3" van de Sun, met voor die tijd zeer gewaagde foto's.
Voor ik met mijn memoires verder ga, eerst iets dat van mijn hart moet :
Hoe serieus zijn de maatregelen die men treft en voorstelt om het fileleed anex luchtvervuiling tegen te gaan ? Gaat men dat oplossen met de richtingsaanwijzers omhoog in plaats van naar beneden te laten wijzen of gaat men echte maatregelen treffen ? Hoe kan men de belg minder met de auto laten rijden ? Juist, door hem in zijn portemonnaie te treffen. Geen rekeningrijden, geen nieuwe belastingen ! Neen gewoon : als een vennootschap een firmawagen ter beschikking stelt als onderdeel van het loonpakket en daar een tankkaart bijvoegt maak deze tankkaart belastbaar bij het personeelslid of schaf ze af, zodat elke km die hij rijdt geld kost.
Ik moet geen tekening hierbij maken en iedereen reageert hetzelfde. Als autorijden, privé of voor het werk mij 0,00 euro kost dan zou ik gek zijn om het openbaar vervoer te nemen zelfs al sta ik uren stil, het kost niks. En het weekend : als ik 100 euro kan uitsparen met 100km gratis te rijden...... Waar denk je dat al dat verkeer in het weekend vandaan komt. Neem de firmawagenwagens weg en je hebt de weg voor u alleen bij wijze van spreken.
Als men serieus is en met het milieu, bezoedeld door de uitlaatgassen van het overdadige verkeer, wil helpen moet men het autorijden ontmoedigen. Niet met het duurder te maken, het kost nu al genoeg, maar degenen die gratis rijden te laten betalen. Je zal het resultaat wel zien. Nu probeert men de auto's te promoten met een lage CO2 uitstoot. Dat zal wel helpen voor het milieu maar haalt geen enkele auto van de weg. Het probleeem zijn niet de vuile auto's maar wel het aantal.
Zonnepanelen op de daken van privéhuizen is nog zoiets. Er is niet alleen het feit dat energievoorziening niet de taak is van privépersonen maar dat men het de mensen verkocht krijgt als een goede belgging dat begrijpt Michel niet. Je moet eerst minimum 14.000 euro op tafel leggen en na 10 jaar heb je het kapitaal terugverdiend, geen winst, en dan zou je opbrengst beginnen maar ondertussen is die rommel op je dak wel 0,000005 euro waard en ik durf er mijn hoofd op verwedden dat fotografische cellen niet naar het container park mogen als eenmaal de problemen beginnen. Zijn er technische of milieuproblemen, de producent die zo gul een rendementsverzekering gaf is lang failliet. Voor het milieu moet je het ook niet doen, de productie van de panelen is een sterk vervuilende industrie, terugverdientijd voor de vervuiling schijnt acht jaar te zijn. De enigen die goed verdiend hebben aan de zonnepanelen zijn de producenten en installateurs. Amai nog niet.
Tot op heden heb ik altijd gedacht dat ik een serieuze krant had maar nu begin ik te twijfelen. Twee berichten vandaag doen mij geloven dat het een humoristisdh tijdschrift is. "Le standard enchainé"
1. Richtingaanwijzers op de autostrade waar de pijltjes naar boven wijzen in plaats van naar beneden gaan de files oplossen. Echt waar. Ik dacht te dromen. Heeft karnaval Aalst de redactie van de krant overgenomen ? Een april is al lang voorbij. Maar ze schijnen het echt te menen.
2. De Euro is te duur. Hoe kan de euro te duur zijn? Het brood is te duur, het bier is te duur ... maar de euro kan niet te duur zijn, de euro kan te duur zijn voor de dollar of de yen. Afin, Michel jaag u niet op, haal eens diep adem.
Sint Maarten verdeelt mantel tussen twee bedelaars. Blijkbaar hangt dit schilderij in de Sint Martinus kerk in Zaventem volgens het boek van Stefan Hertmans "Oorlog en terpentijn". Een bezoekje waard !!.
Eerste wereldoorlog : Oudstrijder 1914 - 1918 Désiré Iliaens
Désiré Iliaens Oudstrijder 1914-1918
Désiré Iliaens is mijn grootoom en achterneef. Hij was gehuwd met zijn nicht Eugenie Smets, de zus van mijn grootmoeder Sidonie Smets. Zij bleven kinderloos en hebben hun ganse leven bij rijke families “gediend”. Nonkel Désiré was een rasechte “butler”, zijn kleding en voorkomen was altijd tot in de puntjes verzorgd en hij bewoog zich langzaam en statig. Alles deed hij volgens de etikette. Hieronder de onverkorte inhoud van zijn doodsbrief die een echte levensbeschrijving is. Ik weet niet exact waar “5 DA/EM Rgt” voor staat. Ik veronderstel : 5 de Divisie Artillerie – Etat Major.
+
Bid voor de ziel van zaliger
DE HEER
Jozef Désiré Iliaens
echtenoot van Mevrouw
Eugenie Smets
Lid van meerdere godvruchtige genootschappen. Oudstrijder 14 – 18 met 8 frontstrepen van het 5 DA/EM Rgt. Bestuurslid N.S.B. Linkhout. Herinneringsmedaille 14-18 Oorlogskruis met palm 14-18. Overwinningsmedaille – Kruis van de Ijzer. Ridder in de Leopold II orde met zwaarden. Ridder in de Kroonorde met zwaarden. Ridder in de Leopoldsorde met zwaarden. Herinneringsmedaille der regering van Z.M. Leopold II. Herinneringsmedaille van Z.M. Koning Albert I. Erekruis met Rozet van de Nationale Strijdersbond van België.
Geboren te Linkhout de 27 Juli 1886 en aldaar godvruchtig in de Heer overleden de 19 februari 1965, gesterkt door de genademiddelen van onze Moeder de H. Kerk. De plechtige uitvaartmis heeft plaats gehad in de parochiekerk op 25 februari1965 te 10u 30.
Nauwelijks de jeugdjaren ontgroeit wanneer de eerste wereldoorlog uitbrak. Hij, die dacht zijn plicht gedaan te hebben na drie jaar soldatendienst, werd terug opgeroepen voor een nieuwe plicht die vier jaar zou duren. Als voorbeeld van nederigheid en stiptheid kende hij weldra niets dan vrienden wapenbroeders. Na een jaar doorgebracht te hebben in de eerste loopgrachten met steeds de dood voor ogen , werd hij teruggetrokken naar de bevoorradingskolonnes. Alzo moest hij zowel bij dag als bij nacht naar de eerste linies over wegen doorheen het water, maar steeds in het bereik van het moordend kanonvuur. In 1918 verhuisde hij opnieuw naar de eerste linie om ingezet te worden tijdens het eindoffensief. Waar vele zijner wapenbroeders bleven in de IJzervlakte, keerde hij zonder veel lichaamsletsel terug in zijn familie in 1919. Vele onderscheidingen, waarvan de hoogsten : Ridder met zwaarden werden hem toegekend; dewelke hij met fierheid droeg op alle feestelijkheden. Samen met zijn echtgenote verbleef hij vele jaren in goede kringen, doch steeds met nederigheiden plichtsbesef wist hij ieders vertrouwen en vriendschap te winnen. Met dezelfde nederigheid kwam hij terug in ons midden in 1934 en maakte iedereen tot vriend. Dierbare echtgenote, mijn innige dank voor de tedere zorgen die ik ik steeds heb mogen genieten. Beste bloedverwanten, ook de besten dank voor de grote genegenheid waarmede U mij omringde, ook aan mijn vriend August. Broeders oudstrijders, het vertrouwen dat U steeds in mij stelde heeft mij gesterkt, mijn beste krachten waren steeds voor U, gaat eensgezind verder. Gij allen : bemind God, elkander, ook uw evenaaste, gedenk mij in uw dagelijkse gebeden, ik zal uit de hemel over U blijven waken. Diep getroffen door de blijken van genegenheid en kristelijke deelnemen.
DANK U OPRECHT
De families: ILIAENS, VANBRABANT, SMETS, ILIAENS
Tot zover de integrale tekst. Ik wil alleen nog toevoegen dat ik mijn grootoom altijd zal herinneren als een fiere man met een voornaam voorkomen, die niets kwijt wou over de oorlog, zelfs niet tegen zijn echtgenote, die er naar gevraagd zei :” hij heeft de meest gruwelijke dingen gezien en meegemaakt en kan er niet over spreken, hij wil de gruwel vergeten”.
Ge mot oer hoar nog weiren !En dan oere jager enschieten. Kom es hieropens of goit mer daoeropens.Zoeë ne platte en moeë zen de vuurstekskes. Moet ich och ins inkappen? In de rutpoel zitten klabotskoppen en stekelboaskes. En in ne ves zitten vlummen!
Slag der Zilveren Helmen - Halen 1914 - Herdenkingsversje
Omdat het bijna honderd jaar geleden is wil ik dit nog eens vanonder het stof halen. Als je het niet kan lezen weet het dan mij te zeggen dan zal ik een vertaling maken.
Dit wil ik niemand onthouden.... Het heeft de verdienste oud te zijn en anoniem. Hij had waarschijnlijk een beetje teveel jeneverkes gedronken in café "bij de Slachter", het café tegenover de militiare begraafplaats in Velpen-Halen.
Deze losse velletjes papier heb ik gevonden in het missaal van mijn grootmoeder. Van mijn naaste familie is er niemand gesneuveld. Altijd enorm veel chance gehad. Ik zou zeggen met de helm (zilveren) geboren.
Dit is een speciaal doodsprentje, niet omdat het in het frans is, mijn overgrootvader was een waal die op 37 jarige leeftijd van Fallais, bij Huy naar Halen verhuisd was. Nee, het is speciaal omwille van de data : "Décédé à Rummen le 11 Août 1914...... Les Funérailles ont eu lieu en église paroissiale de Rummen; le 14 Août 1914 dans le plus stricte intimité. Le service funèbre ..... aura lieu .... le mardi 14 Octobre 1915." Hij is pas veertien volle maanden na zijn overlijden officieel begraven. Dit kwam omdat hij overleden is midden het in uitbreken van de eerste wereldoorlog. De voorposten van de duitsers waren reeds tot het oosten van Rummen doorgestoten. Op de dag van zijn overlijden hebben de belgische strijdkrachten de brug over de Gete tussen Rummen en Geetbets opgeblazen. Mijn overgrootvader woonde in de kasteelhoeve van Hoen op een boogscheut van de brug over de Gete. Het gebied moest helemaal ontruimd zijn, maar men heeft blijkbaar toch een stervende man thuis gelaten. Men heeft hem de 14 de augustus voorlopig "tussen vier planken" begraven en dan pas veertien maand later officieel op passend kerkelijke wijze.
In 1905 verhuisden Alexis Guilmet, zijn dochter Valérie en haar echtgenoot Dionysius Jacobs en kinderen naar de kasteelhoeve van het kasteel van Hoen in Rummen. Het kasteel stond er toen nog en ligt enkele honderde meter over de Gete langs de weg Geetbets- Rummen. Mijn overgrootvader is er in 1914 gestorven toen het duitse leger oprukte. Op 11 augustus 1914, de dag dat hij overleed is de brug over de Gete tussen Rummen en Geetbets door de belgische troepen opgeblazen. Zijn zoon Louis Guilmet die in Kortenaken woonde was op weg om bij het sterfbed van zijn vader te zijn, maar werd door de belgische soldaten tegengehouden, niemand mocht nog in de richting Rummen, en de hele omgeving werd ontruimd. Louis heeft gesmeekt en gebeden toch door te mogen en uiteindelijk kreeg hij de toelating, na plechtige belofte binnen het uur terug te zijn dan werd de brug onherroepelijk opgeblazen. Louis was tijdig terug maar was niet bij het sterfbed van zijn vader. De verdedigingslinie van de belgische troepen was de Gete tussen Drieslinter en Halen. Alle bruggen over de Gete werden hier opgeblazen in de hoop hier de duitse troepen te stoppen, Veel heeft het niet uitgehaald, de volgende dag hadden de duitse genietroepen al een noodbrug klaar en werd de Slag de Zilveren Helmen in Velpen - Halen geleverd (12/8/1914). Op 18/8/1914 werd de Slag der Zeven Zillen in Sint Margriet Houtem geleverd en Tienen ingenomen. Snel volgden Leuven, Mechelen .... De verdedigingslinie van de Gete tussen Drieslinter en Halen werd nog eens gebruikt bij het begin van de tweede wereldoorlog. Toen blies men de bruggen niet op maar probeerde in analogie met de ijzervlakte in WO I, de ganse getevallei onder water te zetten door de sluizen te sluiten. Er werden zandzakjes aan de bevolking uitgedeeld om hun woning tegen het water te beschermen. Ik herinner mij nog de groene zandzakjes die bij mij thuis na de oorlog nog bewaard gebleven zijn. Weer was het een verdienstelijke poging want de duitse troepen reden met hun pansterwagens op rupsbanden en lichte artillerie niet vast in het water en de modder zoals de zware artillerie van WO I. Deze keer werd de opmars van de duitse troepen zelfs niet vertraagd.
Tot zover de verhalen die mijn grootouders in mijn jeugd vertelden.