Moge Allah ‘azza wa djal onze kennis doen vermeerderen, Ameen. Moge Allah ons leiden naar de waarheid en ons weerhouden van het slechte, Ameen. Moge Allah ons sieren met de schoonheid van Imaan & Taqwa, Ameen.
22-09-2010
Het huwelijk bestaat uit geven en nemen
Het huwelijk bestaat uit geven en nemen
Een man kwam eens bij de leider der gelovigen; Omar ibnoe al-Khattaab, om beklag te doen over zijn eigen vrouw. De man wachtte voor de deur totdat Omar naar buiten zou komen, maar hij hoorde dat de vrouw van Omar haar man een grote mond gaf en hem tegensprak, terwijl Omar stil was en niets terug zei. De man vertrok daarop en zei: "Als dit de toestand is van Omar met al zijn kracht en felheid, wat heb ik dan nog te zeggen." Daarna kwam Omar naar buiten en zag de man weglopen, hij zei: "Waarmee kan ik je van dienst zijn?" De man zei: "O leider der gelovigen, ik ben gekomen om mijn beklag te doen over mijn vrouw en haar grote mond. Toen ik bij je voor de deur stond, hoorde ik jouw vrouw zo tekeer gaan tegen je en ik zei tegen mijzelf: ,,Als dit de toestand is van Omar met al zijn kracht en felheid, wat heb ik dan nog te zeggen." Hierop zei Omar: "O broeder, ik verdraag het vanwege de rechten die zij op mij heeft. Zij bereidt mijn eten, bakt mijn brood, wast mijn kleren en borstvoedt mijn kind, terwijl zij niet verplicht is dit allemaal te doen! En zij weerhoudt mij van het begaan van haraam (hiermee wordt bedoeld het neerslaan van de blik en het begaan van overspel)." De man zei: "O leider der gelovigen, dit geldt ook voor mijn vrouw." Hierop zei Omar: "Verdraag haar dan."
Verhaal van de Sahabah - Verhaal: Bilal (radiallaho anho) en zijn beproevingen
Verhaal: Bilal (radiallaho anho) en zijn beproevingen
Bilal (ra) is een van de bekendste uit de schitterende groep van de Sahabah. Hij was bekend als de muadhdhin van de masjid van de Profeet van Allah (sallalaho alaihi wasallam). Hij was een slaaf uit Abysinie van een kafir uit Mekka. Zijn bekering tot de Islam werd vanzelfsprekend niet geaccepteerd door zijn meester en hij werd daarom zeer wreed vervolgd. Umayah bin khalaf, die de ergste vijand van de Islam was, liet hem 12 uur smiddags in het brandende zand liggen en plaatste een zware steen op zijn borst. Hierdoor kon Bilal (ra) niet eens zijn arm of been bewegen. Umayah zei toen:
Verwerp de Islam of stik in de hitte en ga dood.
Zelfs onder deze kwellingen riep Bilal (ra):
Ahad de Ene (Allah) ... Ahad De Ene
In de avond werd hij afgeranseld en met de snijwonden liet men hem de volgende dag weer op het brandende zand liggen en dwongen ze hem om de Islam in de steek te laten of een langzame dood te sterven. De folteraars werden moe en namen beurten (Abu Jahl, Umayah, en anderen) en streden met elkaar wie Bilal het wreedst en ergst kon straffen. Maar Bilal (ra) gaf niet toe. Ten slotte kocht Abu Bakr (ra) zijn vrijheid en werd hij een vrije moslim.
De Islam onderwijst ons de onvoorwaardelijke eenheid van de Almachtige Schepper, terwijl de dienaren van de afgoden in Mekka geloofden in vele goden en godinnen met kleine goden. Daarom herhaalde Bilal (ra) de woorden:
Ahad, Ahad
Moraal:
Dit bewees zijn liefde en toewijding aan Allah. Allah was hem zo dierbaar dat geen enkele marteling hem kon afleiden Zijn Heilige Naam te reciteren. De kwajongens uit Mekka sleepten hem door de straten, terwijl hij de woorden Ahad, Ahad uitriep.
Kijk, hoe Allah zijn standvastigheid beloonde! Hij had de eer de muadhdhinvan de profeet (saw0 te worden. Hij bleef altijd met hem, thuis en daarbuiten, om de adhaan op te roepen. Na het overlijden van de profeet (saw) werd het erg zwaar voor hem om in Medina te blijven. Bij iedere stap en op iedere hoek van de straat zou hij de Profeet (saw) gaan missen. Hij verliet Medina daarom, en besloot zijn verdere leven te wijden aan het Pad van Allah. Eens zag hij in zijn droom de Profeet Muhammad (saw) die tot hem zei:
O Bilal! Hoe komt het dat je mij nooit bezoekt?
Toen hij wakker werd vertrok hij meteen naar Medina. Toen hij Medina bereikte, verzochten Hassan en Hussain (radiallaho anhuma) (de kleinkinderen van de Profeet) hem de adhaan op te roepen. Dit kon hij niet weigeren, omdat hij erg van hen hield. Zodra Bilal (ra) na jaren weer de adhaan opriep, huilden de bewoners van Medina openlijk vanwege de mooie herinneringen aan de goede dagen toen de profeet (saw) nog in leven was. Zelfs de vrouwen kwamen huilend uit hun huizen. Bilal (radiallaho anho) verliet Medina weer na enkele dagen en hij overleed in Damascus (Syrie) in het jaar 20 Hidjrah.
Vergevend zijn Toen de profeet Mohammed (vrede zij met hem), aan zijn metgezellen vroeg: "Wensen jullie dat Allah jullie vergeeft?" Antwoordden zij: "Natuurlijk, boodschapper van Allah." Hij (vrede en zegeningen zij met hem), reageerde: "Dan vergeeft elkaar."
Een van de hoofdbestanddelen voor een gelukkig huwelijk is dat de echtgenoten in staat zijn elkaar te vergeven, en dat ze geen wrok koesteren of veroordelend zijn tegenover elkaar. Het is te verwachten dat wanneer we samenleven met iemand, er situaties ontstaan waarin we iets zeggen of doen waarmee we onze echtgenote(s)n kwetsen. Het is de uitdaging om niet in deze situaties te blijven hangen en elkaar te beschuldigen, maar om er over heen te stappen. Dit kan alleen gebeuren wanneer we niet te trots zijn om vergeving te vragen en wanneer we niet zuinig zijn met het geven van vergeving. Als we hopen dat Allah ons vergeeft, dan moeten we leren elkaar te vergeven.
Bereid zijn te vergeten Wanneer we constant onze echtgenoten blijven herinneren aan alle keren dat zij ons kwetsten of ons niet hebben gesteund, dan hebben we niet echt vergeven. Dingen die in het verleden zijn gebeurd moeten we daar laten en niet gebruiken als nieuwe munitie in nieuwe situaties. Paren die dit doen, raken meestal in een sleur en worden slachtoffers van hun eigen kleinzieligheid en zijn niet in staat om hier uit te komen.
Flexibel zijn Veel paren maken het zichzelf onnodig moeilijk, omdat ze niet bereid zijn om compromissen te sluiten. We moeten niet verwachten van onze echtgenoten(s) dat ze een verlengstuk zijn van onszelf; ze zijn een eigen persoon, met een eigen persoonlijkheid en goede en minder goede eigenschappen. We moeten respecteren dat ze het recht hebben om zichzelf te zijn, zolang het niet strijdig is met hun geloofsbeleving (deen). Koppigheid en een niet flexibele opstelling ten opzichte van individuele verschillen, lijdt tot een stressvolle en een gespannen sfeer thuis.
Trouw zijn Het is bevolen door Allah (SWT) dat we trouw moeten zijn aan onze echtgenote(s)n. Overspel is een misdaad in de Islam. Er zijn echter verschillende vormen van ontrouw. De meest voorkomende vorm is het houden van vriendschappen met het andere geslacht, die de vastgestelde grenzen van de Islam overschrijden. De toenemende trend van Internet relaties is dan ook strijdig met islamitisch gedrag en waarden en normen en geeft steeds vaker serieuze problemen binnen huwelijken. Wanneer eenmaal een vermoeden van ontrouw is ontstaan, is het moeilijk het vertrouwen weer volledig te herstellen. Een andere vorm van ontrouw is, wanneer paren elkaars vertrouwen beschamen door vertrouwelijke informatie aan derden door te spelen. Dit is een vertrouwens kwestie en van zo groot belang, dat wanneer deze eenmaal is beschaamd, het het hart van het huwelijk kan aantasten.
Eerlijk zijn Gewoonlijk hebben we de neiging, wanneer we boos of ontevreden zijn om niet eerlijk te zijn. We proberen onszelf te overtuigen dat, omdat we onrechtvaardig behandeld zijn, het oke is om eveneens onrechtvaardig in ons gedrag en uitingen te zijn ten opzichte van de ander. Allah (SWT) zegt in de koran, wees niet onrechtvaardig in welke omstandigheid dan ook, zelfs niet tegenover je vijand. En besef dat we hier praten over onze levenspartners en over de ouders van onze kinderen. Woorden zoals "nooit" of "altijd" te gebruiken, wanneer we het gedrag van onze partner beschrijven, is oneerlijk en drijft de ander in de verdediging.
Flirten Een goede tip om romantiek in het huwelijk te houden, is om te flirten met elkaar. Veel succesvolle huwelijken hebben hun spanning behouden door liefdevolle namen voor elkaar te bedenken en door een geheime manier van communiceren met elkaar. Het is van essentieel belang dat onze echtgenoten zich altijd speciaal en begeerd voelen.
Openhartig zijn Misverstanden kunnen ontstaan, wanneer paren niet openhartig zijn tegen elkaar. In een huwelijksrelatie moeten de partners zich vrij voelen om hun gedachten uit te spreken, met inachtneming van de gevoelens van de ander, maar zonder dat hij/zij zijn/haar eigen denkbeelden compromitteert. Wanneer de communicatie niet openhartig is hindert het de ontwikkeling van intimiteit en het diepgaand begrip van het innerlijke van de ander.
Ondersteun elkaar in het geloof Wanneer we onze levenspartner kiezen, moeten we zoals de profeet (vrede zij met hem) adviseerde, kijken naar een vrome moslim. De reden daarvoor is dat hun eerste en voornaamste doel is, om Allah te behagen. Deze toewijding tot Allah, maakt hen een uitstekende ondersteuning voor het versterken van de spirituele ontwikkeling van hun partners. In wezen ondersteunt en versterkt het paar, zichzelf en hun familie, in het geloof en de toewijding tot Allah.
Vleiend zijn Het schenken van complimenten en het verwennen van elkaar, is een eerlijke vleierij en is een erg makkelijke manier om het hart van de echtgenoot te winnen. Iedereen houdt ervan om gewaardeerd en opgemerkt te worden. Dus gierig zijn in het geven van complimenten is in werkelijkheid jezelf de waardering ontnemen die je er voor terug had gekregen.
Geef toe dat niemand perfect is Het gebeurd regelmatig dat onze verwachtingen zo hoog liggen dat we ons zicht verliezen op het feit dat we menselijke wezens zijn die fouten kunnen maken. Wanneer paren beginnen te vitten en het onmogelijke eisen van elkaar, moeten ze zichzelf er aan herinneren dat alleen Allah perfect is.
Bewust zijn van elkaars gevoelens De profeet Mohammed, vrede zij met hem, verklaarde dat Allah alle zonden vergeeft als we berouw hebben, maar niet die zonden die we elkaar aandeden. In andere woorden, het kwetsen van iemands gevoelens. Tenzij de persoon die we hebben gekwetst ons eerst vergeven heeft. Paren zijn soms erg nonchalant wanneer het aankomt op de gevoelens van de echtgenoot; ze nemen het als vanzelfsprekend aan dat de ander wel weet wat er wordt bedoeld. Het is verrassend dat mensen meer gevoelig en hoffelijk zijn tegenover vreemden dan tegen hun geliefden. Een ieder moet waakzaam en voorzichtig zijn dat ze niet gevoelens kwetsen van hun echtgenoten en als ze dat wel doen, moeten ze zich zo snel mogelijk verontschuldigen. Niemand weet wanneer iemand van wie we houden deze wereld zal verlaten, is het dan niet beter om alles weer goed te maken zolang we er nog de tijd voor hebben?
Genegenheid en erkenning Paren verzuimen vaak te werken aan het ontwikkeling van genegenheid voor elkaar. Door hun echtgenoten niet te bekijken zoals ze gezien worden door de ogen van hun gerespecteerde vrienden, ontdekken zij niet de kwaliteiten in de ander, die andere mensen wel zien. Samen leuke dingen doen en het delen van bezigheden zijn manieren waardoor genegenheid en erkenning groeit.
Shahina Siddiqui is een commissielid van de Islamic Social Services Association (in Amerika en Canada). Ze is actief in het opzetten en overbrengen van maatschappelijke diensten in het islamitische centrum van Manifoba in Winnipeg, Canadan.
Verhalen van de Sahabah - Daden en successen van de Sahabiyat (vrouwelijke metgezellen)
Daden en successen van de Sahabiyat (vrouwelijke metgezellen)
De Sahabiyat (vrouwelijke metgezellen) waren de nobele vrouwen die de tijdgenoten van Profeet Muhammad waren. Zij waren de pure, vrome kruisvaarders van de Islam, en werden geëerd gedurende het hele leven van de Profeet Muhammad, met de voorspelling dat zij voor altijd in het Paradijs zouden leven in het Hiernamaals. Hun successen en invloed kunnen we op elk gebied van die gedenkwaardige periode in de geschiedenis van de wereld vinden, toen de gehele mensheid voor altijd een andere gedaante zou krijgen. Zij waren even actief in de religie als in politiek, even moedig in oorlog als in vrede en pasten de persuasieve propaganda van de lessen van Islam toe. Deze nobele onbaatzuchtige vrouwen konden op de slagvelden worden gevonden onder de voorste linies van degenen die in jihad deelnamen. Zij konden in de politieke arena gevonden worden, op het gebied van onderwijs, in de rechtbanken van islamitische jurisprudentie, in de interpretatie van sahriah, in de handel en commercie, in de landbouw en in de medicijnen en verpleging. In het kort, er was geen gebied dat niet profiteerde van hun intellect, hun wijsheid en hun aardige doch sterke karakter.
Religieuze successen
Onder de vele diensten die men aan Islam kan geven, is een ervan vechten op de strijdvelden. Enkele voorbeelden van zulke ijver, vastberadenheid, bescherming en moed kunnen we in de geschiedenis vinden. Toen de ongelovigen de moslims aanvielen gedurende de strijd van Uhud, waren er slechts enkele toegewijde volgers over om met de Profeet Muhammad te vechten. Op dit kritieke punt beschermde de vrouwelijke metgezel Umm Ammarah hem met haar lichaam, en hield ze de vijand weg met zowel haar zwaard als haar pijl en boog. Toen Qaniah dicht bij Profeet Muhammad kwam, was zij het die het ergste van zijn aanval verdroeg. Ze had een diepe wond op haar schouder, maar toch ging ze er mee door hem met haar zwaard aan te vallen. Maar hij werd goed beschermd en ze kon geen deuk in zijn schild maken. Ze vocht zo moedig tegen Mussailmah Kaththab dat hij aan een dozijn wonden leed en een arm verloor.
In de slag van Ahazab (de slag van de kuil) toonde de metgezel Safiyyah haar brilliante miliaire strategie bij het weerstand bieden aan de Joodse aanval, en ze vermoordde een van de Joden. In de slag van Hunain, deed Umm Salim een aanval op de vijand met haar zwaard.
In de slag van Yarmook, toonden Asma bint Abu Bakr, Umm Abban, Umm Hakeen, Khawlah, Hind en de moeder van de gelovigen Juwairiah buitengewone moed. Asma bint Yazid doodde negen vijandelijke soldaten. In het 28ste jaar na de Hijrah, nam Umm haram deel aan de aanval op Cyprus.
De moeder van de gelovigen Aishah, Umm Salim en Umm Salit waren onder degenen die erg goed waren in het verzorgen van de gewonden.
De Sahabiyat vergezelden Profeet Muhammad gewoonlijk op zijn militaire expedities en namen deel aan strijden op zowel land als op zee. Naast actief deelnemen in de oorlog, waren er vele andere diensten die de Sahabiyat verrichten, zoals medische hulp geven aan de soldaten, de gewonden op de slagvelden verzorgen en zorgen voor water en voedsel voor de gewonden en dorstigen. Ze stonden zij aan zij met de soldaten en overhandigden hun pijlen, verzorgden de gewonden en hielpen hen in het algemeen om het moraal van het leger hoog te houden. Zij hielpen ook om de martelaren en gewonden terug te dragen naar Al-Madinah. Umm Atiyah nam deel aan zeven strijden, en vocht gedurende de heerschappij van kalief Umar Farooq, de vrouwen en zelfs de kinderen hielpen om de doden te begraven.
Zij verspreidden de boodschap van de nieuwe religie en door hun voorbeeld bekeerden vele van de ongelovigen tot de Islam. Het was Fatimah bint Khattab die haar broer Umar bin Khattab deed bekeren; hij zou een van de moedigste en betrouwbaarste van de Metgezellen van Profeet Muhammad worden. Het was Umm Salim die invloed had op Abu Talhah, en het was Umm Hakim die haar man Ikrimah overtuigde om de Islam te accepteren. Umm Shareek Dosiah werkte erg discreet onder de vrouwen van de stam van Quraish om Islam te verspreiden.
Een ander aspect van het missionaire werk is de religie in zijn pure vorm behouden, en het beschermen tegen alle veranderingen, onzuiverheden en innovaties die er in kunnen sluipen vanwege culturele of traditionele gebruiken die al in de samenleving heersten. Dit zeer belangrijk werk van de zuiverheid van islam beschermen, werd verricht door vele van de Sahabiyat; de meest prominente van hen was Aishah.
In het 35ste jaar na de Hijrah, toen Kalif Uthman martelaar was geworden en er chaos en verwarring was over wie de volgende in de lijn van opvolging was, was zij het die eenheid bracht door de Muslims van Basrah (Irak) en Makkah te be?nvloeden.
De gebeden leiden en de Athan roepen, of oproepen tot het gebed, is een ander belangrijk aspect van het religieuze leven. Hoewel vrouwen mannen niet in het gebed kunnen leiden, kunnen ze dat wel doen bij bijeenkomsten van vrouwen. Vele tijdgenoten van de Profeet Muhammad verrichtten ook deze taak. Aishah, Umm Salim, Umm Waraqah en Sadah bint Qamamah waren enkele van de meest prominenten onder hen. In feite, veranderde Umm Waraqah haar huis in een plaats voor gebed voor vrouwen; de Athan werd er gegeven door de vrouwelijke Muaththin voor de samenkomst van vrouwen, en Umm Waraqah verrichtte de verplichtingen van de Imam in het leiden van de gebeden.
Politieke successen
De Sahabiyat (vrouwelijke metgezellen) speelden ook in de politiek een prominente rol. Kalif Umar waardeerde Shifa bint Abdullah voor haar politieke intelligentie en inzicht waar hij haar vaak om vroeg. Hij gaf haar vaak de verantwoordelijkheid om de zaken van de staat die gerelateerd waren en handel en commercie te regelen. Voor de Hijrah (migratie) van Profeet Muhammad naar Al-Madinah, wilden de ongelovigen zijn huis belegeren, het was Ruqayyah bint Saifee die hem waarschuwde. Profeet Muhammad vertrok in het geheim naar Al-Madinah, en liet Ali op zijn plaats slapen. Er zijn enorme politieke rechten aan vrouwen geschonken in de Islam. Een vrouw heeft zelfs het recht om onderdak te bieden aan een vijand, als ze dat wenst. Een historici, Abu Dawood, verhaalt dat Umm Hani, de zuster van Ali, een toevluchtsoord had geboden aan een vijandelijke ongelovige, en Profeet Muhammad zei: Als je bescherming en veiligheid hebt gegarandeerd aan een persoon, dan staan we je bij. Dit is de wet van de Islam dat de Imam of leider de garantie die een vrouw heeft gegeven moet bijstaan.
Onderwijs, kennis en de fijne kunsten
Er zijn twee verschillende onderwerpen, waarvan begrip ervan essentieel is om een grondige kennis van Islam en zijn principes te kunnen hebben. Qiraat interpretatie en commentaar, Shraiah, Fiqh, studie van Hadith, zijn allemaal belangrijke aspecten van Islamitische studies. Vele van de vrouwelijke Metgezellen waren experts op deze gebieden. Aisha onthield net zoals Hafsah, Umm Salamah en Umm Waraqah de Quran. Hind bint Aseed, Umm Hisham bin Harithah, Zaidah bint Hayyan, Umm Saad bint Saad, kenden allemaal met hun hart delen van de Quran. De laatstgenoemde gaf vaak lezingen over de Quran. In de gevoelige interpretatie van Hadith, waren ze allemaal expert, maar Aishah en Umm Salamah waren exceptionele meesters in interpretatie en commentaar. Met de eerste worden 2210 ahadith geassocieerd en met de laatste 378.
Aishah was een expert in interpretatie en commentaar vanwege haar nauwe associatie met Profeet Muhammad. Een groot deel van het Boek van Tafsir in Sahih Muslim bevat vertellingen van haar.
Asma bint Abu Bakr (zus van Aishah), Umm Atiyan. Umm Hani en Fatimah bint Qais hadden ook extensieve kennis van ahadaith.
In Islamitische jurisprudentie of fiqh konden de uitspraken van Aishah verschillende delen vullen. Hetzelfde kunnen we zeggen van de uitspraken van Umm Salamah die erin opgenomen werden.
De uitspraken van Safiyyah, Hafsah, Umm Habibah, Juwairiah, Fatimah (de dochter van de Profeet), Umm Shareel, Umm Atiyah, Asma bint Abu Bakr, Laila bint Qaif, Khawlah bint Tuyait, Umm Darda, Athikah bint Zaid, Sahlah bint Sohail, Fatimah bint qais, Zainab bint Jahash, Umm Salmah, Umm Aiman, Umm Yusuf waren van onschatbare waarde en konden verschillende delen vullen.
Aishah was ook wel bespraakt in de wet van erven en vele gerenommeerde en gerespecteerde metgezellen consulteerden haar wat betreft de gedetailleerdere punten van de wet.
Naast dat ze meesters in Islamitische wet en in de gedetailleerde punten van Fiqh waren, hadden de vrouwelijke metgzellen vaardigheden en mogelijkheden op andere gebieden van kennis. Asma bint Yazid bin Sakan was een expert in het houden van een lezing; Asma bint umais was beroemd vanwege haar interpretatie van dromen. Verschillende metgezellen stonden bekend om hun vaardigheden in medicijn en chirurgie. Asamiah Umm Mattaa, Umm Kabshah, Hamnah bint Jahash, Muaathah, Ammaimah, Umm Zaid, Rabia bint Muawath, Umm Atiyah en Umm Salim waren enkele van hen die welbekend waren vanwege hun vaardigheden. De tent van Rufaida Aslamiah die opgezet was als chirurgie punt met alle noodzakelijke instrumenten, was dicht bij de moskee van de Profeet in Madinah gesitueerd. De kunsten werden op geen enkele manier genegeerd. Sommige van de meest bekende dichteressen waren, Saadi, Safiyah, Atikah, bint Zaid, Hind bin Athathah, Umm Aiman, Kabashah bint Rafia, Ummamah Maridah, Hind bint Harith, Zainab bint Awam Azdi, Maimoonah en Ruqayyah. Een boek met verzen van Khansa, de meest bekende van hen, is uitgegeven.
Industrie, handel en commercie
De vrouwelijke metgezellen praktiseerden ook de praktische of overlevings vaardigheden zoals we hen vandaag de dag kennen. Landbouw, zaken, handel en commercie, schrijven, bewerken, huis industrie?n zoals weven, produceren en designen van kleding, dit alles is vermeld in de Musnad (collectie van ahadith) van Imam Ahmad. Landbouw was niet zo veel voorkomend, maar het werd vooral gepraktiseerd op de zeldzame vruchtbare gebieden rondom Al-Madinah, in het bijzonder door de vrouwen van de Ansar. Onder de immigranten, of Muhaji zoals ze bekend stonden, praktiseerde Asma ook de landbouw. Het tijdperk voor de komst van de Profeet stond bekend als het tijdperk van ongeletterdheid, maar enkele van deze achtenswaardige vrouwen stonden bekend als hoog opgeleid en hadden vaardigheden in de kunsten van de pen en kalligrafie. Shifa bint Abdullah leerde lezen en schrijven gedurende deze duistere dagen, en werd voor haar vaardigheid in deze kunst geprezen. Hafsah, Umm Khultum bint Uqbah en Karimah bint Miqdad waren allen ongeletterd. Aishah en Umm Salmah konden niet schrijven maar ze konden lezen. Beiden waren gezegend met hun opmerkelijke geheugens en onderzoekende gedachten; en vanwege hun nauwe associatie met de Profeet, komen vele authentieke ahadith van hen.
Sommige van de Sahabiyat runden ook zaken. Khadijah was een erg succesvolle zakenvrouw en stuurde reizende karavanen naar verschillende landen. Khawlah, Maleekah, Thaqafiyah en Bint Fakhariyah handelden in de ori?ntale oliegebaseerde parfums die bekend stonden als Itar. Saudah opereerde als een leder industrie. De dochters van de Ansah componeerden verzen en gedichten voor feestelijke gelegenheden en zongen. Volgens de hadith die verteld werd door Friah bint Maauth, reciteerden zij hun gedichten in de aanwezigheid van de profeet, die hun literaire vaardigheden waardeerde.
Umm Salmah reciteerde de Quran met Tajweed, wat een moeilijke vaardigheid was en die ook erg gewaardeerd werd.
Dus er was geen activiteitengebied sociaal of cultureel dat niet werd be?nvloedt en ondersteund door de aanwezigheid van deze grootse vrouwen. Moge Allah hun zielen genadig zijn!
Allah zal tevreden met hen zijn en zij zullen tevreden met Hem zijn.
Bron: Great Women of Islam Mahmood Ahmad Ghadanfar
Vertaald uit het Engels door een zuster. Moge Allah haar vergeven voor eventuele vertaalfouten..amien
Het geloof Het meest fundamentele en essentiële kenmerk van een islamitisch huwelijk is het geloof dat het paar bindt. Aangezien de islam een wijze van leven is en niet alleen maar een religie die zich beperkt tot wekelijkse aanbidding, wordt het een essentieel onderdeel van het leven van een moslim. Het religieuze referentiekader gedeeld door het paar, vergemakkelijkt de communicatie en het delen van waarden, wat nauwelijks mogelijk is bij een huwelijk waarbij beide partners een ander geloof aanhangen. Het is sterk aanbevolen dat men het geloof een belangrijke rol laat spelen bij het ontwikkelen van een liefdevolle relatie. Als voorbeeld: De profeet Mohammed, God's zegen en vrede zij met hem, zei: "Wanneer een man zijn vrouw voedt, krijgt hij beloning voor deze daad en God versterkt de band tussen hen". Dus wanneer we van elkaar houden omwille van God (Hij zij verheven), versterken wij feitelijk ons geloof.
Verdraagzaamheid Sabr (geduld) is het meest nuttige hulpmiddel waarover men kan beschikken bij het leiden van een gezonde levensstijl. Geduldig en verdraagzaam zijn verschaft ons een positieve levensinstelling en brengt ons dichter bij God de Verhevene vanwege het godsvertrouwen (tawakkul) en hoop. Wij ontwikkelen een innerlijk mechanisme dat ons in staat stelt om moeilijke momenten in het leven aan te kunnen. God verklaart in soerat al-'asr:
"Bij de tijd. Voorwaar de mens lijdt zeker verlies. Behalve degenen die geloven en goede daden verrichten en elkaar aansporen tot de Waarheid en elkaar aansporen tot geduld."
Vriendschap met je echtgenoot/echtgenote Dit aspect van het huwelijk heeft drie bestanddelen. Het eerste is het ontwikkelen van een vriendschapsband met onze wederhelften. Een relatie gebaseerd op vriendschap, is meer in staat weerstand te bieden tegen druk van buiten. Wij eren, vertrouwen, respecteren, accepteren en geven om onze vrienden ongeacht onze verschillen. Dit zijn de aspecten van vriendschap die we in onze huwelijken zouden moeten brengen. Er is echter een hoogst ongeschikt aspect dat mensen overwegen in hun huwelijk te brengen, namelijk het maatjes-scenario. De shari'a (islamitische wetgeving) heeft de man binnen zijn gezin aan het hoofd geplaatst en dit vereist een zekere waardigheid, welke niet kan worden onderhouden als de echtgenoten elkaar beschouwen als maatjes. Dit zal niet moeten worden gezien dat het betekent dat de man een dictator is, maar een hoeder die verantwoordelijk is tot en voor zijn schare. Dit is een positie van grote verantwoordelijkheid en plaatst een enorme last op de schouders van de man. Verder moeten de kinderen hun ouders zien als vrienden, maar niet als maatjes, want dit moedigt aan tot gebrek aan eerbied.
Vriendschap met schoonfamilie Het tweede aspect van vriendschap is het hebben van vriendschappelijk relaties met de schoonfamilie. Wanneer paren wedijveren over welke ouders meer belangrijk zijn wordt het een voortdurende bron van verdriet. Veel nuttigs wordt verspild door te proberen om elkaar ervan te overtuigen wiens ouders het meest ideaal zijn. Het is beter om te accepteren dat onze echtgenoten/s niet zomaar van onze ouders gaan houden, omdat wij dat graag zo zouden willen. Zolang zij relaties onderhouden die hartelijk zijn en gebaseerd zijn op wederzijds respect, zouden wij de kwestie niet moeten forceren.
Vrienden van het paar Het derde aspect van vriendschap is onze vriendenkring. Het is toegestaan om persoonlijke vrienden te hebben van hetzelfde geslacht, maar paren moeten ook een poging doen om families als vrienden te hebben, zodat ze samen kunnen socialiseren. Wanneer er een wrijving is ontstaan bij een zekere vriendschap, moet het niet worden voortgezet ten koste van het huwelijk. De profeet Mohammed, God's zegen en vrede zij met hem, adviseerde ons om te kiezen voor godvrezende mensen als vrienden, aangezien we geneigd zijn om hun weg te volgen. Vrienden moeten een bron van vreugde zijn en niet van onrust.
Respect voor de familie Het ouderschap kan een vermoeiende ervaring zijn als de ouders niet goed geïnformeerd zijn. Dit kan een verandering en een extra druk op het huwelijk zijn. Soms zijn paren vrij naïef over de veranderingen die de komst van kinderen teweeg kunnen brengen op hun levensstijl. Dit kan een reden zijn dat er in sommige situaties depressies zijn of wrevel en misverstanden in andere situaties. Een gouden regel die altijd een leidraad moet zijn is: Het gezin gaat voor alles. Wanneer er een aanwijzing is dat het gezin niet gelukkig is of niet onze eerste prioriteit heeft, dan is het tijd om bijeen te komen en de situatie openhartig te bespreken. Paren die ouders hebben, krijgen een bijkomende verantwoordelijkheid om voor hen te zorgen; ook dit kan vermoeiend zijn als het paar er niet op voorbereid is. Een zorgplan moet uitgewerkt worden met broers en/of zussen en de ouders, aan wie de eerste zorg gegeven wordt en wat voor soort van ondersteuning zij zullen krijgen.
Plezier Paren die niet samen lachen, moeten werken aan het hebben van leuke tijden. De Profeet, God's zegen en vrede zij met hem, staat bekend als iemand die speelde met zijn vrouwen. Een simpele wandeling in het park kan veel toevoegen aan een relatie. Samen een sport gaan beoefenen of een toegestane grappige film kijken is een andere weg om een lach samen te delen.
Financieel plan Een van de meest voorkomende punten van geschil binnen het huwelijk is geld. Deskundigen vertellen ons dat 80 % van huwelijksconflicten over geld gaan. Het is daarom zeer aanbevolen dat het paar serieuze tijd en inzet steekt in het ontwikkelen van een financieel plan dat wederzijds goedgekeurd is en ongeveer elke zes maanden word bekeken. Samen een budget voorbereiden is ook een handige en slimme manier om om te gaan met de financiën van het huishouden. Er moet worden onthouden dat het geld van de vrouw in de islam van haar is. Hier mag ze mee doen wat ze wil, daarom moet niet worden aangenomen dat het een familieinkomen is, tenzij zij er voor kiest om het bij te dragen aan de familie.
Vrijheid Het huwelijk in de islam is een deelgenootschap en geen slavernij. Het beschouwen van de vrouw als iemand's bezit is onbekend in het islamitisch concept over de verhouding man/vrouw. De teamgeest wordt versterkt en niet beperkt wanneer de leden van het team (echtgenoten/s) vrij zijn om zichzelf te zijn. Vrijheid in de algemene Westerse zin is het vrij zijn om te doen wat iemand wil, of zelfs egoïstisch te zijn. Maar wat bedoeld wordt met toestaan van vrijheid van de echtgenote is, het nadenken over haar behoeften en het erkennen van haar grenzen.
Plannen voor de toekomst Slimme paren maken samen een plan voor de toekomst. Ze werken aan hun financiële- en pensioneringsplannen. Ze maken testamenten op en bespreken deze met hun kinderen. Dit verschaft een gemoedsrust en versterkt de relatie.
Voldoening Alles te kunnen zijn voor de echtgenoot/echtgenote is een vervullende en lonende ervaring. Verliefd zijn betekent alles geven van jezelf. Het hart stelt geen voorwaarden of bepalingen; het geeft zonder iets terug te verwachten, zo een onzelfzuchtig geven wordt altijd beloond met het tienvoudige.
Verhalen van de Sahaba - Jabir's enthousiasme om te vechten
Verhaal: Jabir's enthousiasme om te vechten
Toen de veldslag van Uhud voorbij was, keerden de overgebleven Sahabah, vermoeid en gebroken, terug naar Medina. De Quraish waren ook op hun terugtocht naar Mekka en kampeerden op een plaats genaamd Hamra al Asad. Hun leider, Abu Sufyan, zat in overleg met zijn luitenanten. Ze zeiden tegen elkaar:
"De moslims hebben een nederlaag geleden in Uhud. Hun moreel zal zeer laag zijn. Dit is de beste tijd om Muhammad af te maken."
Daarom besloten zij om terug te keren en Medina aan te vallen. Toen de Profeet (saw) ingelicht werd over deze plannen, gaf hij de opdracht aan al de Sahabah die deelgenomen hadden aan de slag in Uhud en net teruggekeerd waren, om uit Medina te vertrekken en de vijand onderweg op te vangen.
Jabir (radiallaho anho) kwam bij de Profeet (saw) en zei:
"O Profeet van Allah! Ik was zeer enthousiast om te vechten in Uhud, maar mijn vader verhinderde mij om te gaan, met de verontschulkdiging dat er geen ander familielid zou zijn om te passen op mijn zusters. Vandaar dat alleen 1 van ons kon deelnemen aan de strijd. Omdat hij zich voorgenomen had om te gaan, beval hij mij achter te blijven met de familie. Hij kreeg het meest begeerde einde (martelaarsdood) in Uhud. Nu ben ik erg enthousiast deze keer met u mee te gaan en de Quraish te bevechten."
De Profeet (saw) gaf hem toen toestemming om te gaan. Hij was de enige persoon in die veldslag die niet in Uhud gevochten had.
Moraal:
Jabir's vader stierf de martelaarsdood in Uhud. Hij liet een grote familie achter voor jabir om voor te zorgen, niets om van te leven en groete schulden om te betalen. De schulden waren gemaakt bij een van de joden, die zoals wij weten geen zwak plekje in hun hart hadden voor degenen die hun geld schuldig waren. ook zijn zeven zusters om wie hij niet toegestaan werd om naar Uhud te gaan, waren er om verzorgd te worden. Kijk nu, ondanks al deze moeilijkheden, verzoekt Jabir (ra) de Geliefde Profeet (saw) om naar het slagveld te gaan. Zijn geest is werkelijk wonderlijk! Dit is toch werkelijk een schitterend voorbeeld.
De eervolle behandeling van vrouwen en de verantwoording die hun echtgenoten zullen afleggen
De eervolle behandeling van vrouwen en de verantwoording die hun echtgenoten zullen afleggen
De verplichting om naar het goede van de gelovige echtgenotes te kijken
«....En behandelt hen (vrouwen) volgens de voorschriften. En wanneer jullie een afkeer van hen hebben, dan kan het zijn dat jullie een afkeer hebben van iets, terwijl Allah daarin veel goeds gelegd heeft.» (4:19)
Haafidh Ibn Kethier heeft gezegd: "....door vriendelijke woorden tegen hen te spreken, hen vriendelijk te behandelen en je verschijning aantrekkelijk voor hen te maken, net zoals je ervan houdt dat zij dat voor jullie doen......" (Tafsieroel Qor´aan al-´Adhiem)
Er is overgeleverd dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "Een gelovige man moet geen afkeer hebben van zijn gelovige vrouw. Als hij van sommige zaken die zij doet niet houdt, zal hij zeker van andere zaken wel houden." (Moeslim)
«....En voor de vrouwen zijn er rechten overeenkomstig hun plichten, volgens wat redelijk is.....» (2:228)
De hoge positie van vrome vrouwen
Aboe Hoerairah (radiAllahoe ´anhoe) heeft verteld dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "Waarlijk, de doenja (het wereldse leven) is slechts een genieting en er is geen betere genieting in de doenja dan een vrome vrouw." (Moeslim nr.3465 en Ibn Maadjah)
De verplichting om rekening te houden met de delicate aard van vrouwen
Aboe Hoerairah (radiAllahoe ´anhoe) overleverde van de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem): "Hij die gelooft in Allah en de Laatste Dag moet zijn buurman niet tot last zijn en neem mijn advies aan wat betreft de goede behandeling van vrouwen. Want ze zijn geschapen uit een rib en het meest gebogen deel van de rib is het bovenste gedeelte. Als je probeert om het recht te krijgen, zul je het breken. En als je het met rust laat, zal het gebogen blijven. Neem dus mijn advies aan wat betreft de goede behandeling van vrouwen." (Boechari)
En in de versie van Moeslim: "....Als je van haar geniet dan zal dat zijn wanneer er iets gebogens in haar blijft, maar als je probeert haar recht te buigen dan breek je haar. En haar breken is haar scheiden."
Vriendelijkheid tegenover echtgenotes is fard (verplicht)
Djabir (radiAllahoe ´anhoe) vertelde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) tijdens de Afscheidsbedevaart zei: "Wees vriendelijk voor de vrouwen, want je hebt hen genomen door het verbond met Allah en hebt het recht op seksuele omgang met hen gekregen door het Woord van Allah." (Moeslim)
´Aisjah (radiAllahoe ´anha) vertelde: "De Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) sloeg nooit zijn vrouwen of zijn slaven. In feite hief hij nooit zijn hand naar iemand op, behalve voor de Zaak van Allah of wanneer de verboden van Allah werden overtreden en hij wraak nam namens Allah." (An-Nasaa´i)
De privé-zaken van de vrouw mogen niet doorverteld worden
Aboe Sa´ied al-Khoedri (radiAllahoe ´anhoe) overleverde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "De slechtste positie van de mensen voor Allah op de Dag der Opstanding is de man die gemeenschap heeft met zijn vrouw en zij met hem en daarna verspreidt hij haar geheimen." (Moeslim)
Het verbod om vrouwen te negeren en aan hun lot over te laten
Haakim ibn Moeawiyah vertelde dat zijn vader vroeg: "O, Boodschapper van Allah, wat zijn de rechten van de vrouw van één van ons op haar echtgenoot?" Hij antwoordde: "Je moet haar te eten geven wanneer je zelf eet, haar kleden wanneer je jezelf kleedt, haar niet in haar gezicht slaan en haar niet uitschelden of alleen laten behalve in het huis." (Ahmed, Aboe Dawoed, an-Nasaa´i, Ibn Maadjah. Sahieh volgens Ibn Hibbaan en al-Haakim)
Hoeveel mannen zijn er die een afkeer hebben van hun vrouw en haar wegsturen naar een vergelegen plaats en zich niet druk maken om haar welzijn noch om haar Dien? In plaats van haar vrij te laten zodat ze een beter leven kan hebben, willen ze van haar genieten zonder haar op haar beurt haar rechten te geven. Het Islamitische sociale systeem staat boven deze onderdrukking en zulke mannen zullen ter verantwoording worden geroepen omdat ze tegen de voorschriften van de Qor´aan en Soennah handelen. Allah (soebhanahoe wa ta´ala) zegt:
«En jullie zullen nooit in staat zijn rechtvaardig te zijn voor de vrouwen, hoezeer jullie ook willen. Geeft echter niet geheel toe aan jullie neiging....» (4:129)
Het verbod op het gebruiken en misbruiken van vrouwen
"Niemand van jullie mag zijn vrouw slaan zoals een slaaf wordt geslagen, en dan aan het eind van de dag gemeenschap met haar hebben." (Ahmed en een soortgelijke hadieth van Boechari)
Ibn ´Omar (radiAllahoe ´anhoe) overleverde van de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem): "Van de zaken die toegestaan (halaal) zijn, is de echtscheiding het meest gehaat door Allah." (Aboe Dawoed, Ibn Maadjah, sahieh volgens al-Haakim, moersal volgens Aboe Haatim)
"Het verspillen van het levensonderhoud van degenen die van hem afhankelijk zijn, is genoeg zonde voor een man." (Aboe Dawoed, an-Nasaa´i, al-Haakim)
Dochters behoren beschermd te worden tegen slechte mannen
Ibn ´Abbaas (radiAllahoe ´anhoe) overleverde van de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem): "Wanneer een man wiens dien jou tevreden stelt naar je toe komt en je vraagt om je dochter te mogen trouwen, laat haar dan met hem trouwen, anders zal corruptie zich over de aarde verspreiden." (Tirmidhi)
Het huwelijk is bedoeld voor liefde en rust
«En het behoort tot Zijn Tekenen dat Hij van jullie eigen soort echtgenotes heeft geschapen, opdat jullie rust bij haar vinden en Hij bracht tussen jullie liefde en barmhartigheid....» 30:21)
De man is verplicht om de dien van zijn vrouw te beschermen en mag haar niet belemmeren in Shari´ah-kennis en daden
«O, jullie die geloven! Behoedt julliezelf en jullie gezinsleden voor de Hel, die als brandstof mensen en stenen heeft, waarover strenge en hard optredende Engelen zijn aangesteld, die Allah niet ongehoorzaam zijn in wat Hij hen beveelt, en die uitvoeren wat hen is bevolen.» (66:6)
Een onrechtvaardige behandeling van echtgenotes in een polygaam huwelijk is verboden
´Aisjah (radiAllahoe ´anha) overleverde: "RasoelAllah (sallallahoe ´aleihi wa sallem) verdeelde zijn bezoeken aan zijn vrouwen op rechtvaardige wijze en zei: "O Allah, dit is de verdeling van wat ik bezit, hou me niet verantwoordelijk voor hetgeen onder Uw controle is en niet onder de mijne. (Aboe Dawoed, Tirmidhi, Ibn Maadjah, an-Nasaa´i, sahieh volgens al-Haakim en Ibn Hibbaan en moersal volgens Tirmidhi)
Oerwah overleverde dat ´Aisjah (radiAllahoe ´anha) zei: "O, mijn neef. RasoelAllah (sallallahoe ´aleihi wa sallem) gaf niet aan één van ons de voorkeur boven de anderen wat betreft de tijd die hij met ons doorbracht. Het kwam zelden voor dat hij ons niet allemaal bezocht en zijn vrouwen benaderde zonder gemeenschap met ze te hebben, totdat hij tenslotte de vrouw bezocht wiens dag het was en de nacht met haar doorbracht." (Ahmed, Aboe Dawoed, sahieh volgens al-Haakim)
Aboe Hoerairah (radiAllahoe ´anhoe) overleverde van de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem): "Eenieder die twee vrouwen heeft en ze niet rechtvaardig behandelt, zal op de Dag der Opstanding verschijnen terwijl hij een deel van zijn lichaam dat naar beneden hangt, met zich mee sleept." (Ahmed, Aboe Dawoed, Tirmidhi, an-Nasaa´i, Ibn Maadjah, Ibn Hibbaan, al-Haakim, sahieh volgens Ibn Hajar al-Asqalani
Het kan zijn dat een man zijn ene vrouw behandelt als een moeder en de andere als een geliefde. Of hij geeft veel van zijn aandacht aan de één, terwijl hij de andere alleen maar het huishouden laat doen. In de Islaam hebben alle echtgenotes vaste Shari´ah-rechten. De Shari´ah staat niet toe dat één vrouw continue een hogere positie heeft en dat persoonlijke voorkeur duidelijk blijkt in de behandeling. Eerdere of latere echtgenotes hebben geen privileges. Iedere echtgenote heeft juist haar status in de Shari´ah waar rechten aan verbonden zijn. Als er sprake is van meerdere vrouwen, mag het niet zo zijn dat één van hen wordt beschouwd als een slavin of bediende.
De man is verantwoordelijk voor zijn echtgenotes op de Dag der Opstanding
Ibn ´Omar (radiAllahoe ´anhoe) overleverde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "..... een man is raa´in (leider, verantwoordelijke) over zijn familie en is verantwoordelijk voor zijn leiderschap." (Boechari en Moeslim)
De goede behandeling van vrouwen is een sleutel tot het Paradijs
Aboe Hoerairah (radiAllahoe ´anhoe) vertelde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "De besten onder jullie zijn degenen die het beste voor hun vrouwen zijn." (Soeyoeti in "Djaami´oes- Saghier" en Tirmidhi)
Anas (radiAllahoe ´anhoe) overleverde van de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem): "Zal ik jullie vertellen wie de besten onder jullie zijn? De vriendelijke man en degene met een goed karakter die zijn vrouw eervol behandelt wanneer hij ertoe in staat is." (Daylami)
Djabir (radiAllahoe ´anhoe) overleverde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "De meest geliefde aanbiddende dienaar is voor Allah degene die het beste is voor zijn familie." (´Abdoellah ibn Ahmed in "Zawaaid-oez-Zoehd" en Tabarani in "Rawdah an-Nadier")
Aboe Sa´ied (radiAllahoe ´anhoe) overleverde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "Er is niemand van jullie die drie dochters of zusters heeft en goed voor hen is, zonder dat hij het Paradijs binnengaat." (Aboe Dawoed, Tirmidhi en Boechari in ´Adaboel Moefrad no. 79)
Dergelijke ahadieth laten duidelijk zien dat het de bedoeling van de Shari´ah is, dat vrouwen eervol worden behandeld, worden beschermd en verzorgd.
Onderdrukking van vrouwen is een weg die naar het Vuur leidt
Aboe Oemaamah (radiAllahoe ´anhoe) overleverde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "De slechtste man is degene die zijn familie depressief maakt." Ze vroegen: "O, RasoelAllah! Hoe maakt een man zijn familie depressief?" Hij antwoordde: "Wanneer de man zijn huis binnengaat, wordt zijn vrouw nederig, rent zijn kind weg en verstopt zijn bediende zich. Maar wanneer hij zijn huis verlaat, lacht zijn vrouw en zijn familie wordt vrolijk en komt tezamen." (At-Tabarani in "Moedjam al-Awsaat")
Oem Koelthoem bint ´Oeqbah (radiAllahoe ´anha) overleverde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei: "Waarlijk, ik haat de man die kwaad is en die over zijn vrouw neergebogen staat met zijn slagaderen opgezwollen, terwijl hij haar slaat." (Daylami)
Iyaas ibn ´Abdoellah (radiAllahoe ´anhoe) vertelde dat de Profeet (sallallahoe ´aleihi wa sallem) zei over degenen die hun vrouwen slaan: "Zij zijn zeker niet de besten van jullie." (Ahmed, Aboe Dawoed, an-Nasaa´i, sahieh verklaard door al-Haakim en Ibn Hibbaan)
Verhalen van de Sahabah - Umar (Radhiallaho anho) en zijn vrees voor Allah
Verhaal: Umar (Radhiallaho anho) en zijn vrees voor Allah
Umar (Radiallaho anho) zou vaak een strohalm in zijn hand houden en zeggen:
"Ik wenste dat ik een strohalm als deze was."
Soms zou hij zeggen:
"Ik wenste dat mijn moeder mij niet gebaard had."
Eens was hij met belangrijk werk bezig toen iemand bij hem kwam en klaagde over een onbeduidende grief en hem verzocht om vergoeding. Umar (Radiallaho anho) legde een zweep over zijn schouders en zei:
'Wanneer ik voor dat doel zit, kom je niet bij mij, maar wanneer ik bezig ben met ander belangrijk werk, kom je met je grieven om me te onderbreken."
De persoon ging weg, maar Umar (Radhiallaho anho) liet hem terugroepen, overhandigde hem zijn zweep en zei:
"Zweep mij nu om de zaak gelijk te maken"
Hij zei: "Ik vergeef je omwille van Allah."
Umar (Radiallaho anho) ging naar huis, verrichtte een Salaat van twee Raka'at in berouw en verweet zichzelve, zeggende:
"0, Umar (Radiallaho anho) , je was laag maar Allah heeft jou verheven. Je was aan het dwalen maar Allah leidde je. Je was laag maar Allah veredelde je en gaf je oppergezag over Zijn mensen. Nu komt een van ze en vraagt je voor vergoeding voor het verkeerde dat hem is aangedaan, en je zweept hem? Welk antwoord heb je om Allah te geven?"
Hij bleef zich zeer lang berispen.
In de tijd dat hij Khalifah was geworden, ging Umar (Radiallaho anho) voor zijn gewone rondreis in de richting van Harrah (een voorstad van Medina) met zijn slaaf Aslam, toen hij op een afstand vuur zag in de woestijn. Hij zei:
"Daar lijkt een kamp te zijn. Misschien is het een karavaan die de stad niet binnen kon vanwege het invallen van de nacht. Laten wij naar hun gaan kijken en hun bescherming gedurende de nacht regelen."
Toen hij daar aankwam, zag hij een vrouw en enkele kinderen. De kinderen huilden. De vrouw had een ketel met water op het vuur. Umar (Radiallaho anho) groette haar met Salaam en met haar toestemming ging hij dichterbij.
Umar: "Waarom huilen deze kinderen?"
De vrouw: "Omdat ze honger hebben?"
Umar: "Wat is in de pan?"
De vrouw: "Alleen water om de kinderen te kalmeren zodat ze kunnen slapen met de gedachte dat eten voor hun bereid wordt. Ah! Allah zal oordelen tussen Umar(Radhiallaho anho) en mij, op de Dag des Oordeels, voor het verwaarlozen van mij in mijn ellende."
Umar(wenend): "Moge Allah genadig voor je zijn! Hoe kan Umar kennis hebben van jouw ellende?"
De vrouw: "Als hij onze Amir is, moet hij zich laten informeren over ons."
Umar (Radiallaho anho) keerde terug naar de stad en ging onmiddellijk naar de Baitul-Mal om een zak met meel te vullen, dadels, vet en kleren te verzamelen, en hij nam ook wat geld mee. Toen het pakket gereed was, zei hij aan Aslam:
"Zet het pakket nu op mijn rug, Aslam."
Aslam: "Neen, alstublieft, Amir-ul-Momineen! Ik zal de zak dragen."
Umar weigerde te luisteren naar Aslam, zelfs op zijn aandringende verzoeken hem toe te staan de zak te dragen, en merkte op:
"Wat? Ga jij mijn last dragen op de Dag des Oordeels? Ik moet deze zak dragen, daar ik gevraagd zal worden (in het Hiernamaals) over deze vrouw."
Aslam plaatste met erg veel tegenzin de zak op de rug van Umar (Radiallaho anho) die deze met snelle stappen rechtstreeks naar de tent van de vrouw bracht. Aslam volgde hem op de hielen. Hij zette een beetje meel en enkele dadels en vet in de pan en begon te roeren.
Aslam:
"Ik zag de rook door zijn dikke baard passeren."
Na enige tijd was het eten klaar. Hij serveerde het zelf aan de familie. Toen zij volop gegeten hadden, gaf hij hun het restant dat over was voor de volgende maaltijd. De kinderen waren zeer blij na hun maaltijd en begonnen vrolijk te spelen.
De vrouw was erg dankbaar en merkte op:
"Moge Allah je belonen voor je vriendelijkheid! In feite verdien jij de plaats in te nemen van Khalifah in plaats van Umar."
Umar troostte haar en zei:
"Als je komt om de Khalifah te zien, zal je me daar vinden."
Hij zat een poosje daar en bleef naar de kinderen kijken. Hij keerde toen terug naar Medina. Op zijn terugweg zei hij aan Aslam:
"Weet je waarom ik daar zat, Aslam? Ik had ze in ellende zien huilen. Ik vind het daarom prettig hun een poosje lachend en gelukkig te zien."
Het wordt gezegd dat Umar terwijl hij de Fajr Salaat leidde gewoon was Soerah Kahf, Taha en andere soortgelijke Suras in zijn Salaat te reciteren en hij zou daarbij zoveel wenen dat zijn gehuil tot de achterste rijen hoorbaar was. Eens reciteerde hij Sura Yusuf in het Fajr-gebed. Toen hij bij dit vers kwam:
"Voorwaar, alleen bij Allah klaag ik over mijn ellende en verdriet "(12:86)
, huilde hij zoveel dat hij niet verder kon reciteren. Tijdens de Tahajjud, viel hij soms op de grond en zou hij flauwvallen door buitensporig wenen.
Moraal:
Zo was de vrees voor Allah in Umar (Radiallaho anho) wiens naam angst aanjaagde in de harten van de machtigste monarchieën van zijn tijd. Zelfs vandaag zijn de mensen met ontzag vervuld als zij over hem lezen. Is er heden ten dage iemand met macht aan te wijzen die bereid is een dergelijke vriendelijkheid te tonen aan mensen onder zijn gezag?
60 Manieren om de liefde van je vrouw te houden,uit de Koran en de Soennah.
60 Manieren om de liefde van je vrouw te houden, uit de Koran en de Soennah.
1. Geef haar een veilig gevoel. 2. Groet haar met Assalaamualeikum". 3. Beschouw je vrouw als broos 4. Adviseer haar in een liefdevolle, romantische en prive sfeer 5. Wees gul naar je vrouw 6. Bied haar je plaats aan waar jij zit 7. Vermijd Boosheid. 8. Verzorg je zelf, ruik lekker. 9. Gedraag je als man niet als meerdere 10. Luister naar je vrouw. Wees een goede luisteraar. 11. Maakt geen ruzie of kibbelen. 12. Roep je vrouw met namen die ze graag wil horen. Koosnamen. 13. Verras haar met dingen waar ze van houdt 14. Scheld haar niet uit 15. Accepteer haar tekortkomingen. 16. Uit je liefde naar je vrouw toe. 17. Moedig haar aan in goed gedrag naar haar familierelaties toe 18. Praat met haar over een onderwerp waar haar interesse in ligt 19. Uit naar haar familie toe dat ze een goed persoon is 20. Geef haar een geschenk. 21. Haal af en toe de routine uit de relatie. 22. Denk goed over je vrouw. 23. Als je kleine dingen ziet of hoort die je niet bevallen, zeg er dan niets van en vergeet het 24. Wees geduldig 25. Respecteer dat ze jaloers kan zijn. 26. Wees nederig 27. Zet de liefde voor je broeders, niet boven de liefde van je vrouw. 28. Help in de huishouding. 29. Dwing haar niet om van je moeder/vader te houden. Help haar wel hiermee. 30. Beschouw haar als de ideale vrouw en laat haar dat merken. 31. Doe een doa voor je vrouw 32. Haal geen oude koeien uit de sloot. Het verleden is voor Allah. 33. Zeg niet "Ik doe dit en dat voor jouw". 34. Beschouw je vrouw niet als vijand. Sjatan is de vijand. 35. Geef je vrouw te eten met de hand. Het eten gaat naar haar hart 36. Beschouw haar als een dure diamand 37. Laat haar je lach zien 38. Smoor kleine problemen in de kiem, voordat ze grote problemen zijn. 39. Wees niet humeurig naar haar toe 40. Respecteer haar gedachte en denkwijze. 41. Help haar om in haar hart te kijken. 42. Respecteer de intieme relatie en de grenzen ervan 43. Help haar om de kinderen op te voeden en te verzorgen. 44. Zeg dat ze er mooi uitziet. Gift met de tong. 45. Eet samen. 46. Laat haar weten wanneer je thuis komt of weggaat 47. Verlaat niet het huis voor langere tijd als er onenigheid is 48. Hou geheimen van het gezin binnen het gezin. Maak ze niet publiekelijk 49. Moedig elkaar aan in ibada (Handelingen voor Allah) 50. "Graveer" haar rechten in je hart. 51. Behandel je vrouw met liefde en goedheid. Ook in slechtere tijden 52. Geef haar een kus. 53. Deel problemen met je vrouw niet met andere. 54. Bescherm de gezondheid van je vrouw. Laat je bezorgdheid zien over haar gezondheid. 55. Denk niet dat je altijd gelijk hebt 56. Deel je vreugde en verdriet met je vrouw. 57. Heb benade met haar zwakke punten. 58. Geef haar steun in moeilijke tijden. 59. Accepteer zoals ze is 60. Heb altijd een goede intentie tenopzichte van je vrouw
Verhaal van de Sahabah - Het martelaarschap van Khubaib, Zaid en Asim
Verhaal: Het martelaarschap van Khubaib, Zaid en Asim
De Quraish waren verbolgen door woede en wraak bij het verlies van enkele van hun voornaamste mannen in Uhud. Sulaifah wiens twee zonen gevallen waren in gevecht , had plechtig gezworen dat ze wijn zou drinken in de schedel van Asim (radiallaho anho) die haar beide zonen had gedood, als zij in bezit zou komen van zijn hoofd. Ze had een prijs van 100 kamelen uitgeloofd (gigantisch hoog in die periode) voor de persoon die het hoofd van Asimvoor haar zou brengen. Sufyan bin Khalid werkte een plan uit om de prijs te verzekeren. Hij stuurde een aantal mannen van Adhal Waqarah naar Medina, die zich zogenaamd tot de Islam hadden bekeerd. Zij smeekten de Heilige Profeet (sallalaho alaihi wasallam) om enkele personen aan te wijzen om hun te vergezellen naar hun plaats om de Islam te preken aan het gewone volk. Zij deden een speciaal verzoek om Asim(radiallaho anho) en zeiden:
Onze mensen zullen zijn wijze van toespreken heel erg appreciëren.
De Profeet van Allah (sallalaho alaihii wasallam) vaardigde tien (in sommige overleveringen zes) van zijn metgezellen af om met hun mee te gaan en Asim(radiallaho anho) was er natuurlijk ook bij. Zij begonnen in alle rust aan de terugweg van Medina, maar verraad wachtte hun onderweg; zij werden door niet minder dan twee honderd vijanden aangevallen, waaronder honderd geselecteerde eerste klas boogschutters. De Sahabah klommen op een heuvel, Fadfad. De vijanden schreeuwden naar hun:
Geven jullie je over, wij willen jullie niet vermoorden. We zullen jullie alleen naar Mekka brengen en aan de Quraish verkopen.
De Sahabah wezen deze onderhandeling af en verkozen te vechten tot het bittere einde. Toen zij een tekort kregen aan pijlen, vielen ze de vijanden met hun speren aan. Asim(radiallaho anho) alarmeerde zijn metgezellen:
Het lijdt geen twijfel dat jullie verraden zijn door deze mensen, maar je moet de moed niet opgeven; omdat martelaarschap op zichzelf het hoogtepunt is van jullie streven. Allah de meest geliefde, is met jullie, en jullie hemelse echtgenoten wachten op dit moment op jullie.
Met deze woorden stortte hij zich in het heetst van de strijd en toen zijn speer brak, vocht hij door met zijn zwaard. Zo vocht hij door tot het laatst. Zijn laatste gebed was:
O Allah, breng de Heilige Profeet (sallalaho alaihi wasallam) op de hoogte van onze dood.
Allah verhoorde medelijdend dit gebed en openbaarde het nieuws aan de Profeet (sallalaho alaihi wasallam). Toen Asim(radiallaho anho) had gehoord van de eed van Sulaifah om wijn te drinken uit zijn schedel, bad hij ook als volgt:
O Allah! Ik heb mijn leven aan Uw zaak gegeven; O Allah, bescherm mijn hoofd tegen de heiligschennende handen van deze ongelovigen.
Dit gebed werd ook verhoord. Na zijn dood nestelde een zwerm bijen (wespen in een andere overlevering) zich op zijn lichaam en bracht alle pogingen van de vijand om zijn hoofd meedogenloos af te scheiden, in de war. Zij lieten het lichaam achter met de bedoeling hun vuile taak gedurende de nacht te doen, wanneer de bijen weg waren. Maar gedurende de nacht brak er een wolkbreuk los, die het lichaam weg spoelde.
Toen zeven van de tien Sahabah (radiallaho anhum) het martelaarschap hadden verworven, waren de overgebleven drie, Khubaib, Zaid bin Wathnah en Abdullah bin Tariq (radiallaho anhum) nog steeds op hun post op de heuveltop. De vijanden riepen weer naar hun:
Jullie drie kunnen naar beneden komen. Wij zullen jullie geen kwaad doen.
De drie vertrouwden hun en kwamen van de heuveltop, maar de vijanden wierpen zich onmiddellijk op hun en overmeesterden hun. Hierop protesteerde Abdullah bin Tariq (radiallaho anho):
Zo dit is jullie eerste woordbreuk van jullie plechtige belofte. Ik zal me liever aansluiten bij mijn martelaarbroeders dan levend met jullie mee te gaan.
Hij weigerde hen toen in gevangenschap te volgen. Ze dwongen hem op allerlei manieren mee te lopen, maar toen ze merkten dat niets mocht baten en Abdullah zich geen centimeter zou verroeren, maakte zij hem ter plekke dood. De twee overgebleven gevangenen werden meegenomen naar Mekka en verkocht aan de Quraish. Safwan bin Umayyah betaalde vijftig kamelen voor Zaid om hem te doden en zich te wreken op de dood van zijn vader in Uhud en Hujair bin Abiahab kocht Khubaib voor honderd kamelen om zich ook te wreken voor zijn vader in dezelfde veldslag.
Safwan droeg Zaid (radiallaho anho) over aan zijn slaaf om buiten de grenzen van Haram gedood te worden. Een menigte volgde hun om te kijken hoe Zaid (radiallaho anho) zijn einde tegemoet zou gaan en Abu Sufyan behoorde ook tot één van de toeschouwers. Toen Zaid (radiallaho anho) voorbereid stond de dood tegemoet te treden, vroeg Abu Sufyan hem aldus:
Zou je niet wensen dat de Heilige Profeet Muhammad (sallalaho alaihi wasallam) vandaag in jouw plaats zou zijn en je vrijgelaten zou worden om verder met je familie te genieten van het leven?
Het antwoord van Zaid verbaasde hun allen:
Bij Allah! zei hij, de gedachte van het genieten van het leven met mijn familie zou ondraaglijk voor mij worden als de Heilige profeet (sallalaho alaihi wasallam) zou moeten lijden voor zelfs een doornprik in zijn voet.
De Quraish konden dit antwoord eenvoudig niet begrijpen en Abu Sufyan (radiallaho anho) maakte de opmerking:
Er is absoluut geen ander voorbeeld mogelijk, waar ook ter wereld, van de liefde die de metgezellen van de Heilige profeet (sallalaho alaihi wasallam) voor hem koesteren.
Zaid (radiallaho anho) stierf toen de marteldood.
Khubaib (radiallaho anho) bleef een tijdlang gevangen bij Hujair. Een slavin van Hujair (die zich later bekeerde tot de Islam) vertelt:
Toen Khubaib (radiallaho anho) bij ons in gevangenschap was, merkte ik op dat hij druiven at van een tros zo groot als een hoofd van een mens, ofschoon het op dat moment in Mekka geen seizoen was voor druiven. Toen de dag van zijn executie naderde, vroeg hij naar een scheermes dat hem overhandigd werd. Ondertussen kwam een spelend kind dichtbij Khubaib. Alle huisgenoten werden hierop gealarmeerd. Ze dachten dat niets Khubaib zou kunnen verhinderen het kind met het schreermes te doden, aangezien hij toch al tot de doodstraf was veroordeeld. Maar om hun gerust te stellen zij Khubaib toen hij hun schrik opmerkte:Denk je dat ik mij zou vernederen om een onschuldig kind te doden? Zo een afschuwelijke misdaad kan ik eenvoudigweg niet begaan.
Toen hij naar de galg werd geleid en gevraagd werd om zijn laatste wens kenbaar te maken, verzocht hij:
Sta mij toe twee rakaat Salaat te verrichten, daar het tijd voor mij is de wereld te verlaten en mijn Allah te ontmoeten.
Zij lieten hem zijn Salaat verrichten. Bij het beeindigen van zijn twee rakaat zei hij weer kalm:
Volgens jullie ban ik bang voor de dood, als dat het geval zou zijn, zou ik nog twee rakaat hebben verricht.
Hij werd toen gebonden en naar de galg gebracht. Hij zei toen:
O Allah! Er is niemand om mijn laatste Salaam over te brengen naar Uw Profeet (sallalaho alaihi wasallam).
Maar Allah liet zijn Salaam aan de Heilige Profeet (sallalaho alaihi wasallam) door een engel overbrengen. De Heilige Profeet (sallalaho alaihi wasallam) antwoordde:
Wa-alaikumus-salaam! O Khubaib.
En hij zei aan de Sahabah:
Khubaib wordt nu door de Quraish gemarteld.
Bij de galg, doorboorden veertig Quraish hem tegelijkertijd met speren. Een van hun plaagde hem:
Zeg bij Allah, dat je nu zou wensen dat de profeet Muhammad (sallalaho alaihi wasallam) in jouw plaats zou zijn en jij vrijgelaten werd.
Hij antwoordde:
Bij Allah de Allerhoogste, ik zou het niet verdragen dat zelfs een doorn de Heilige Profeet (sallalaho alaihi wasallam) zou prikken voor het verlossen van mijn leven.
Moraal:
Elk woord van dit verhaal is een les voor ons allen. De toewijding en liefde van de Sahabah die hierin beschreven worden, is werkelijk iets wat het beschouwen en begeren waard is. Zij zouden hun leven liever opofferen dan te verdragen dat zelfs een doorn de Heilige Profeet (sallalaho alaihi wasallam) zou prikken. Kijk weer naar Khubaibs laatste wens. Hij denkt noch aan zijn familieleden noch wenst hij ze te zien. Wat hij wenst is zijn Salaam te sturen naar voor de Heilige Profeet (sallalaho alaihi wasallam) en het verrichten van een laatste rakaat Salaat.
Khaleed Ibn Al-Waleed, radiya Allaahu 'anhu - Een Militair Genie
Khaleed Ibn Al-Waleed, radiya Allaahu anhu
Een Militair Genie
Het was twee maanden nadat Khaleed Ibn Al-Waleed, radiya Allaahu anhu, de Heilige Islamitische Religie had geaccepteerd, dat hij deelnam aan zijn eerste veldslag, de Slag van Muutah. Het Moslimleger was met slechts 3000 man, waarvan velen welbekende Sahaabah waren, radiya Allaahu anhum. Zij hadden niet voorzien dat zij weldra tegenover 100000 Romeinse soldaten* zouden komen te staan.
Naarmate de strijd voortduurde, verloor het Moslimleger de drie Commandanten die door de Profeet, salla Allaahu alayhi wa sallam, waren aangesteld. De Moslims kozen Khaleed Ibn Al-Waleed, radiya Allaahu anhu, met overweldigende meerderheid als hun Commandant.
Khaleed, radiya Allaahu anhu, voerde het bevel en hij deed wat men het beste kon doen in zo een situatie; veilig terugtrekken. Zijn plan liet zijn tactische en militaire begaafdheid zien. Eerst liet hij de vijand geloven dat de Moslims niet van plan waren om zich over te geven maar om aan te vallen. En het Moslimleger weerde de tegenstander af tot de avond aanbrak. Tijdens de duisternis van de nacht, liet Khaleed Ibn Al-Waleed, radiya Allaahu anhu, verplaatste hij de rechterdivisie van het leger naar links en de linkerdivisie naar rechts. En hij verving de achterste bataljons van het leger met de voorste en vice versa. Hij isoleerde vervolgens een deel van het leger zodat zij stof konden doen opwaaien achter de Moslimtroepen en opschudding konden veroorzaken bij de dageraad. Toen de zon opkwam, zagen de Romeinse soldaten de nieuwe strijders die tegenover hen stonden en het stof en het lawaai dat opsteeg uit het Moslimleger, dus zij dachten dat de Moslims versterking hadden ontvangen voor hun troepen. Khaleed, radiya Allaahu anhu, begon toen aan zijn tactische terugtrekking naar de woestijn. De Romeinen volgden de Moslims niet in hun terugtrekking, uit angst dat het een val was die voor hen was gezet in de droge woestijn.
Die dag was Khaleed Ibn Al-Waleed, radiya Allaahu anhu, de laatste om zich terug te trekken aangezien hij de rugdekking was voor zijn strijders. Door dit te doen, brak hij, radiya Allaahu anhu, negen zwaarden af in het afweren van de Romeinse aanvallers.
Toen het Moslimleger Al-Madeenah bereikte, kwamen de mensen hen tegemoet met beschuldigingen over het wegvluchten van de strijd tegen de vijand maar de Profeet, salla Allaahu alayhi wa sallam, besefte dat dit het beste was wat enige Commandant had kunnen doen en hij, salla Allaahu alayhi wa sallam, verklaarde daarop dat het een leger van moedige, gelovige strijders was die zich hadden terug getrokken om te hergroeperen en om vervolgens nogmaals tegen de vijand te strijden.
*In andere verhalen en overleveringen worden 200000 Romeinse soldaten genoemd.
Aboe Hoerairah (r.a.) verhaalt dat er een man naar de Boodschapper van ALLAH ging en vroeg: 'O Boodschapper van ALLAH, wie van de mensen heeft het meeste recht op goed gezelschap van mij?'
Hij antwoordde: 'Je moeder.' De man vroeg: 'En wie dan?' Hij antwoordde: 'Je moeder' De man vroeg: 'En wie dan? Hij antwoordde: 'Je moeder' De man vroeg: ' En wie dan?' Hij antwoordde: 'Je vader.' (overgeleverd door Boechaarie en Moeslim)
Aboe Hoerairah (r.a.) vertelde dat de Profeet zei: "Geen zoon kan voor zijn vader terugdoen (wat de vader voor hem deed), behalve als hij zijn vader als slaaf zou worden en hem dan vrij zou kopen.? (Overgeleverd door Moeslim)
Asmaa bint Abie bakr As-Saddieq (moge ALLAH tevreden met hen beiden zijn), vertelde: 'Mijn moeder kwam om mij te bezoeken, toen zij nog ongelovige was in de periode van de Boodschapper van ALLAH. Ik vroeg de Boodschapper van ALLAH : 'Mijn moeder is mij komen bezoeken en zij vraagt iets van mij. Mag ik haar gehoorzamen?' Hij antwoordde: 'Ja, wees vriendelijk naar je moeder toe.' (overgeleverd door Boechaarie en Moeslim)
In het hart gaan oprechtheid (Ikhlaas), de liefde om geprezen te worden en hebzucht naar datgene wat de mensen bezitten niet samen, behalve zoals water en vuur (of een hagedis en vis) samengaan.
Dus als jouw nafs (eigen-ik) jou zegt dat jij oprechtheid moet zoeken, wend je dan eerst tot hebzucht en slacht deze met het mes van de wanhoop. (1) Wend je vervolgens tot de liefde om geprezen te worden en verlaat deze zoals degenen die houden van deze wereld, het Hiernamaals verlaten.
Als jij er in bent geslaagd de hebzucht te slachten en de liefde om geprezen te worden te verlaten, dan wordt oprechtheid gemakkelijk voor jou.
En als jij mij vraagt: En wat zal het gemakkelijk voor mij maken om hebzucht te slachten en de liefde om geprezen te worden te verlaten?
Zeg ik: Wat betreft het slachten van hebzucht; dit wordt gemakkelijk voor jou gemaakt door overtuigd te zijn van het feit dat de schatten van alles wat er verlangd wordt zich in de Hand van Allah alleen bevinden. Niemand naast Hem bezit deze en de dienaar ontvangt hier alleen door Hem iets van. Wat betreft het verlaten van de liefde om geprezen te worden; dit wordt gemakkelijk voor jou gemaakt door te weten dat niemands lof van nut is of eert. En dat niemands kritiek schaadt of onteert, behalve de lof en kritiek van Allah. Dit is te begrijpen uit het verhaal van de bedoeïen die tegen de Profeet - sallallahoe alayhi wa sallam - zei: Voorzeker, degene die ik prijs is geëerd en degene die ik bekritiseer is onteerd. De Profeet - sallallahoe alayhi wa sallam - zei: Dat is (voor) Allah - de Almachtige en Majesteitelijke. [Tirmidhi 3266, Kitab Tafseer al-Qur'an, Saheeh verklaard]
Verlaat daarom (de liefde voor) de lof van degene wiens lof jou niet eert en de kritiek van degene wiens kritiek jou niet onteerd en verlang naar de lof van Degene in Wiens lof alle eer zich bevindt en in Wiens kritiek alle ontering zich bevindt. Hier is men alleen toe in staat met behulp van geduld en overtuiging. Wanneer geduld en overtuiging ontbreken, dan ben jij gelijk aan iemand die een reis wenst te maken over de zee zonder boot.
De Verhevene heeft gezegd:
Wees daarom geduldig. Voorzeker, de Belofte van Allah is waar en laat degenen die niet overtuigd zijn (van het geloof) jou niet ontmoedigen (van het overbrengen van Allahs boodschap)[Soerah ar-Roem 30:60]
En Hij heeft gezegd:
En Wij stelden onder hen leiders aan die leiding gaven volgens Ons bevel toen zij geduldig waren en van Onze Tekenen overtuigd waren[Soerah as-Sadjdah 32:24]
Verhaal van de Sahabah - Het lijden van Abu Bakr voor de Islam.
Verhaal: Het lijden van Abu Bakr voor de Islam.
In den beginne moesten degenen die zich tot de Islam hadden bekeerd zoveel als mogelijk hun geloof geheim houden. Daar de Moslims voortdurend vervolgd werden door de Quraysh, adviseerde zelfs de Heilige Profeet(Salallaho alaihi wasallam) alle nieuwe bekeerlingen de Islam heimelijk te praktiseren, zodat zij niet hoefden te lijden van de Quraysh. Toen het aantal Moslims evenwel 39 werd, deed Abu Bakr (Radhiallaho anho) een voorstel om de Islam openlijk te prediken en te praktiseren. De Profeet(Salallaho alaihi wasallam) stemde niet toe, maar toen Abu Bakr (Radhiallaho anho) volhield, gaf hij zijn toestemming en zo gingen zij allen naar de Haram voor Tabligh. Abu Bakr (Radhiallaho anho) begon te spreken en de Khutba die door hem gegeven werd, was de eerste die ooit geleverd werd in de annalen van de Islam. Hamzah (Radhiallaho anho), de oom van de Heilige Profeet(Salallaho alaihe wasallam) als ook de leider van de Martelaren, bekeerden, zich op diezelfde dag tot de Islam, terwijl Umar (Radhiallaho anho) op de derde dag van deze toespraak in de schoot van de Islam kwam. Nauwelijks begon Abu Bakr (Radhiallaho anho) te spreken of de afgodendienaren en ongelovigen van de Quraysh vielen de Moslims van alle kanten aan. Ondanks het feit dat hij als de nobelste en meest respectabele van alle mensen in Mekka beschouwd werd, werd Abu Bakr (Radhiallaho anho) zodanig afgetakeld dat zijn neus en oren en zijn gehele gezicht met bloed besmeurd werden. Hij werd geschopt, getrapt en ruw en wreed behandeld. Hij raakte buiten bewustzijn en bleef halfdood liggen; niemand dacht dat hij ooit deze brute en woeste aanval zou kunnen overleven. De Banu-Teem, de mensen van zijn stam, kwamen en droegen hem naar zijn huis. Zij maakten ook in de Haram bekend dat als Abu Bakr (Radhiallaho anho) zou bezwijken aan zijn letsels, zij als vergelding het leven van Utbah-bin-Rabiah zouden nemen, die het actiefste was. Abu Bakr (Radhiallaho anho) bleef de gehele dag bewusteloos. De mensen om hem heen noemden zijn naam keer op keer om te weten of hij bij bewustzijn kwam, maar hij sprak niet. Laat in de avond, opende hij zijn ogen en kwam hij langzaam weer bij bewustzijn. Zo gauw hij in staat was te spreken, vroeg hij:
"Hoe is het met de Heilige Profeet (Salallaho alaihi wasallam)?"
De mensen waren zeer teleurgesteld in hem en zeiden:
"Hoe komt het dat hij, ondanks al deze ellende en na feitelijk de gehele dag tussen leven en dood te hebben gezweefd - door toedoen van de Profeet (Salallaho alaihe wasallam) - over niets anders spreekt, dan over de Heilige Profeet (Salallaho alaihi wasallam)."
Zij lieten Abu Bakr (Radhiallaho anho) achter, met grote wrevel voor zijn toewijding voor de Heilige Profeet (Saiallaho alaihi wasallam), terwijl ze tevreden waren dat hij buiten gevaar was. Ze adviseerden Umm Khair, zijn moeder, om hem wat eten te geven. Maar Abu Bakr (Radhiallaho anho) had geen aandacht voor zijn voedsel en stelde zijn moeder onophoudelijk en ongeduldig keer op keer dezelfde vraag:
"Hoe is het met de Heilige Profeet(Salallaho alaihi wasallam)?"
Toen ze liet doorschemeren dat zij onbekend was over de toestand van de Heilige Profeet(Salallaho alaihi wasalIam) verzocht Abu Bakr (Radhiallaho anho) haar dringend om naar Umm Jamil te gaan (de zuster van Umar) en haar het laatste nieuws over de Heilige Profeet (Salallaho alaihi wasallam) te vragen. De moeder kon het verzoek van haar zoon in deze meelijwekkende toestand niet weigeren, en haastte zich naar Umm Jamil's huis om te informeren naar het welzijn van de Heilige Profeet Muhammad (sallalaho alaihi wasallam). Nel als de andere Moslims uit die tijd, hield Umm Jamil haar geloof ook geheim. Daarom deed ze alsof ze niets wist over de Heilige Profeet (Salallaho alaihi wasallam) door te zeggen:
"Wie is Muhammad en wie is Abu Bakr? Waarom zou ik iets over hun weten? Ik ben, evenwel, bedroefd te vernemen over de toestand van je zoon. Als u wilt, kan ik met u meegaan om hem te zien."
Umm Khair stemde toe en beiden gingen naar Abu Bakr (Radhiallaho anho). Bij het zien van Abu Bakr (Radhiallaho anho) in die miserabele toestand, kon Umm Jamil zich niet beheersen. Ze begon te huilen en zei:
"Wee voor de schurken wat ze iemand als Abu Bakr (Radhiallaho anho) aangedaan hebben. Moge Allah hun straffen voor dit wangedrag."
Zonder te letten op wat Umm Jamil zei, had Abu Bakr (Radhiallaho anho) steeds weer dezelfde woorden op zijn lippen, nl.:
"Hoe is het met de Heilige Profeet (Salallaho alaihe wasallam)?"
Umm Jamil wees naar Umm Khair en vroeg:
"Is het veilig iets in haar bijzijn te zeggen?"
Abu Bakr: "Maak je geen zorgen over haar. Zeg me vlug hoe de Heilige Profeet (Salallaho alaihi wasallam) het maakt?"
Umm Jamil: "Hij maakt het vrij goed."
Abu Bakr: "Waar is hij op dit moment?"
Umm Jamil: "Hij is bij Arqam."
Abu Bakr: "Bij Allah! Ik zal niets eten voordat ik hem gezien heb."
Umm Khair maakte zich zorgen over de voeding van haar zoon, omdat zij wist dat als Abu Bakr (Radhiallaho anho) eenmaal bij Allah had gezworen hij deze eed niet zou verbreken, en onder geen enkele omstandigheid zou eten. Daarom stemde zij toe om hem bij Arqam te brengen.
Ze wachtte totdat er geen drukte meer was op straat en zij in staat was hem onopgemerkt naar Arqam te brengen. Daar aangekomen ontmoette Abu Bakr (Radhiallaho anho) de Heilige Profeet (Salallaho alaihi wasallam) klemde zich vast aan hem en huilde overvloedig. De Heilige Profeet (Salallaho alaihe wasallam) deed hetzelfde en alle Moslims die daar aanwezig waren, begonnen ook bitter te huilen over de toestand van Abu Bakr (Radhialliaho anho). Abu Bakr (Radhiallaho anho) introduceerde toen zijn moeder aan de Heilige Profeet (Salallaho alaihi wasallam), en zei:
"Zij is mijn moeder, 0, Profeet van Allah! Bid voor haar en beweeg haar de Islam te accepteren."
De Heilige Profeet (Salallaho alaihi wasallam) bad eerst voor haar en daarna preekte hij voor haar. Zij bekeerde zich toen ter plekke tot de Islam.
Moraal:
Vele mensen gaan er prat op dat zij minnaars zijn terwijl zij gemak en comfort kennen. Dat was vroeger zo en ook nu nog steeds. De ware minnaar is pas degene die in tijden van ellende, beproeving en opsluiting en marteling in staat is zijn liefde te tonen. Liefde was een grote dynamische kracht in de levensloop van de Sahabah. Door deze kracht negeerden zij hun kwellingen en kenden zij geen vrees voor de dood.
Wat zegt ALLAH (s.w.t.) in de Qoraan over de plichten t.o.v. de ouders:
In Soerat al-Baqarah zegt Hij (s.w.t.) over de Bani Israiel:
En (gedenkt) toen Wij het verbond van de Kinderen van Israel aanvaardden (zeggend): Aanbidt niets dan ALLAH, en betracht goedheid jegens de ouders, en de verwant, en de wees, en de behoeftige, en spreekt het goede tot de mensen en onderhoudt de salaat en geeft de zakaat. "vervolgens onttrokken jullie je er aan, behalve een klein aantal van jullie, terwijl jullie je afwendden (al-Baqarah 2 ayah 83)
Ook in het testament hebben de ouders een belangrijke plaats: In Soerat al-Baqarah zegt ALLAH (s.w.t.) hierover:
"het is jullie verplicht wanneer de dood een van jullie nabij is, als hij bezit nalaat, een testament te maken voor de ouders en de verwanten, volgens wat redelijk is, dit is een verplichting voor de Moetaqoen (zij die ALLAH (s.w.t.) vrezen)? (al-Baqarah 2 ayah 180)
En over de bijdragen die wij moeten geven zegt Hij (s.w.t.):
Zij vragen jou wat het is dat zij als bijdrage moeten geven. Zeg: "Wat jullie aan goeds geven (als bijdrage) is bestemd voor de ouders en de verwanten en de wezen en de armen en de reiziger zonder proviand. "En wat jullie aan goeds doen: voorwaar. ALLAH is daarover Alwetend.? (al-Baqarah 2 ayah 215)
De ouders staan vooraan, van degenen voor wie je goede daden moet doen en moet geven van wat je van ALLAH (s.w.t.) hebt gekregen.
ALLAH (s.w.t.) zegt in de Qoraan dat wij Hem moeten aanbidden en onze ouders goed moeten behandelen: deze twee staan naast elkaar, als horende bij elkaar, en de een kan niet goed gedaan worden zonder dat de andere word gedaan:
"En aanbidt ALLAH en kent Hem in niets een deelgenoot toe, en weest goed voor de ouders en de verwanten en de wezen en de behoeftigen de verwante buren en de niet-verwante buren en de goede vrienden en de reiziger en de slaven waarover jullie beschikken Voorwaar, ALLAH houdt niet van de trotse hoogmoedigen?
Als wij onze ouders niet goed behandelen dan zijn wij trots- we denken immers dat wij die plicht niet hebben- en wij zijn hoogmoedig- we denken dat het niet uitmaakt of wij naast hen staan of niet.
De heel bekende ayah uit de Qoraan waar ALLAH (s.w.t.) ons zegt:
"En jullie Heer heeft bepaald dat jullie niets dan Hem alleen aanbidden, en goedheid betrachten (goed doen) tegenover de ouders. Als een van de twee of beiden de ouderdom bereiken in jouw aanwezigheid, zeg dan nooit 'foei/oef' tegen hen, snauw hen niet af en spreekt tot hen een vriendelijk woord.
En wees zachtmoedig voor beiden, en nederig en liefdevol, en zeg: O mijn Heer, schenk hun Genade, zoals zij mij opvoedden toen ik klein was" (Al-Israa 17 : 23-24)
Lees in de Qoraan de ayaat over de Profeten, die voor hun ouders aan ALLAH (s.w.t.) het goede vragen en gehoorzamen aan het bevel van Hem om goed met hun ouders om te gaan. En zeker zijn de Profeten naar ons gestuurd als voorbeelden van goed gedrag en leiding voor de mensheid.
Lees over de Profeten Loeqmaan, Jachjaa, Iesaa en Noeh (vrede zij met hen), dat ALLAH (s.w.t.) hen beschrijft als goed zijnde voor hun ouders. En dit laat ons zeker zien wat voor hoge positie dit bij ALLAH (s.w.t.) heeft, dat Hij (s.w.t.) Zijn profeten (vrede zij met hen) hiermee beschrijft.
Lees wat ALLAH (s.w.t.) zegt in Soerat Loeqmaan, de Soerah waarin staat dat de Profeet Loeqmaan ('alaihi asalaam) zoveel goede kennis doorgaf aan zijn zoon. En ALLAH (s.w.t.) zegt hier:
"En wij bevolen de mens (goedheid) jegens zijn ouders. Zijn moeder droeg hem in zwakheid op zwakheid, en het zogen van hem duurde twee jaren. Wees daarom mij en jouw ouders dankbaar. Tot mij is de terugkeer.
En als zij jou dwingen dat jij iets aan Mij toekent, zonder dat jij er kennis over hebt: gehoorzaam hen dan niet. En vergezel hen vriendelijk op de wereld. En volg de weg van degenen die zich tot Mij hebben gewend. Daarna is tot Mij jullie terugkeer. Dan zal Ik jullie op de hoogte brengen van wat jullie plachten te doen " (Loeqmaan 31 : 14-15)
ALLAH (s.w.t.) spreekt in de Qoraan over de Profeten Jachjaa en Iesaa (vrede zij met hen). Lees in Soerat Maryam:
?En hij (Jachjaa) was goed voor zijn ouders en hij was niet arrogant en ongehoorzaam.?
"Hij (Iesaa) zei: "Voorwaar, ik ben een dienaar van ALLAH. Hij heeft mij het Schrift gegeven en mij tot Profeet gemaakt. En Hij heeft mij gezegend waar ik ook ben en Hij heeft mij bevolen de salaat te verrichten en de zakaat (te betalen) zolang ik leef. En om goed te zijn voor mijn moeder. En Hij heeft mij niet als een arrogante ongehoorzame gemaakt... ."
De Profeet Noeh ('alaihi asalaam) vroeg ALLAH (s.w.t.) om vergeving voor zijn ouders:
'Mijn Heer, vergeef mij en mijn ouders en wie mijn huis binnentreedt als gelovige, en de gelovige mannen en de gelovige vrouwen... .' (Noeh 71 : 28)
Zoals jullie hierboven kunnen lezen, wordt ALLAH s (s.w.t.) gebod om goed te zijn voor de ouders vaak gevolgd door het gebod om goed te zijn voor je verwanten (familie) en je buren. Ook in de ahadieth worden vaak goedheid aan de ouders en aan de familie en de buren samen genoemd. Over de familie, meestal wordt deze genoemd als 'baarmoederbanden', 'silla-t-ul-rahm', die wij goed horen aan te houden. In ahadieth wordt duidelijk gemaakt wat de veroordeling is van degene die zijn ouders en zijn familie en buren niet goed behandelt.
Welke hoge plaats heeft ALLAH (s.w.t.) gegeven aan 'Birr-ul-waalidein', de goede omgang met de ouders?!
Abdoellaah ibn Mas'oed (r.a.) verhaalt: "Ik vroeg de Profeet : 'Welke handeling is het meest geliefd bij ALLAH?' Hij antwoordde: 'Het gebed op de daarvoor gegeven tijd verrichten' Ik vroeg: 'En daarna?' Hij antwoordde: 'goedheid betrachten tegenover de ouders' Ik vroeg: 'En daarna?' Hij antwoordde: ?Djihaad op de weg van ALLAH'. (overgeleverd door Boechaarie en Moeslim)
Abdoellaah ibn Amroe ibn Al-'aas (r.a.) vertelde, dat een man bij de profeet kwam en zei: 'Ik wil plechtig de eed bij u afleggen, dat ik zal emigreren en voor de zaak van ALLAH zal strijden om Zijn beloning te krijgen.' Hij zei: 'En leeft een van jouw ouders nog?' De man zei: 'Ja, zij leven allebei nog' Hij zei: 'Zoek jij de beloning van ALLAH?' Hij zei: 'Ja.' Hij zei: ' Ga terug naar jouw ouders en wees de beste metgezel voor hun.' (overgeleverd door Boechaarie en Moeslim)
Ibn al-Qayyim (moge Allah tevreden met hem zijn) heeft over dit onderwerp gezegd:
Er zijn vier soorten liefde die we moeten onderscheiden, en degenen die afdwalen dwalen af omdat ze dit onderscheid niet maken. De eerste van deze is, de liefde voor Allah, maar dit alleen is niet voldoende om een persoon te redden van de bestraffing van Allah en om Zijn beloning te ontvangen. De Veelgodendienaars, aanbidders van het kruis, Joden en anderen houden allen van Allah. De tweede (soort liefde) is, liefde voor datgene waar Allah van houdt. Dit is wat een persoon in de Islam brengt en uit Kufr (ongeloof). De meest geliefde mensen bij Allah zijn degenen die het meest correct en het meest toegewijd zijn in deze soort liefde. De derde soort is, liefde omwille van Allah, welke een van de vereisten is van de liefde voor datgene waar Allah van houdt. De liefde van een persoon voor datgene waar Allah van houdt kan niet compleet zijn tot diegene ook liefde heeft omwille van Allah. De vierde (soort liefde) is, liefde voor iets naast Allah, en deze liefde heeft te maken met shirk (afgoderij). Iedereen die van dingen houdt naast Allah maar niet omwille van Allah heeft datgene gelijkgesteld (als concurrent) aan Allah. Dit is de liefde van de Mushrikeen (veelgodendienaars). Er blijft een vijfde soort liefde over welke niets te maken heeft met het onderwerp; dit is de natuurlijke liefde, welke de menselijke behoefte is voor datgene wat hoort bij zijn (menselijke) natuur, zoals de liefde van een dorstige persoon voor water en van een hongerige persoon voor voedsel, of de liefde voor slaap, of (de liefde) voor je vrouw en kinderen. Hier is niks mis mee, tenzij het een persoon afleidt van het gedenken van Allah en hem weerhoudt om van Allah te houden. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
O jullie die geloven, laat jullie bezittingen en jullie kinderen jullie niet afleiden van het gedenken van Allah.[Qs. al-Munaafiqoon 63:9]
Mannen die niet door handel en niet door verkoop worden afgeleid van de gedachtenis van Allah[Qs. al-Noor 24:37]
(Al-Jawaab al-Kaafi, 1/134)
En hij heeft gezegd (moge Allah tevreden met hem zijn):
Het verschil tussen liefde omwille van Allah en liefde voor iets naast Allah is een van de belangrijkste verschillen. Iedereen dient dit onderscheid te maken en is ook verplicht om dat te doen. Liefde omwille van Allah is een teken van de perfectie van het geloof, maar liefde voor iets naast Allah is de essentie (kern) van Shirk (afgoderij). Het verschil tussen deze twee is, dat de liefde van een persoon omwille van Allah verbonden is aan zijn liefde voor Allah; als deze liefde sterk wordt in zijn hart, dan sommeert deze liefde dat hij zal houden van datgene waar Allah van houdt. Als hij houdt van datgene waar zijn Heer van houdt en hij houdt van degenen die de vrienden van Allah zijn, dan is deze liefde omwille van Allah. Dus hij houdt van Zijn Boodschappers, Profeten, Engelen en vrienden omdat Allah van hen houdt, en hij haat degenen die hen haten omdat Allah zulke mensen haat. Het teken (eigenschap) van de liefde en haat omwille van Allah is dat zijn (van de persoon) haat voor degene die Allah haat niet eenvoudigweg in liefde zal veranderen omdat deze persoon (die wordt gehaat) hem vriendelijk behandeld, hem een dienst bewijst of in een van zijn behoeftes voorziet; en zijn liefde voor degenen van wie Allah houdt zal niet simpelweg in haat veranderen omdat deze persoon iets doet wat diegene verontrust of pijn doet, of dit nou per ongeluk is of expres, uit gehoorzaamheid voor Allah of omdat de persoon vindt dat hij dat moet doen om de een of andere reden, of omdat de persoon een boosdoener is, die misschien zijn kwaad zal opgeven en berouw zal tonen. De gehele religie draait om vier principes: liefde en haat, en hieruit volgend, handeling (daad) en zelfonthouding. De persoon van wie de liefde en haat, handeling en zelfonthouding, allemaal omwille van Allah zijn, heeft zijn geloof geperfectioneerd zodat wanneer hij (de persoon) houdt van, hij dit (houden van) doet omwille van Allah, wanneer hij haat, hij haat omwille van Allah, wanneer hij iets doet, hij het doet omwille van Allah, en wanneer hij zich van iets onthoudt, hij zich onthoudt omwille van Allah. Wanneer hij in deze vier categorieën tekort schiet, dan schiet hij tekort in zijn geloof en toewijding aan het geloof. Dit is in tegenstelling tot de liefde voor dingen naast Allah, welke uit twee types bestaat. De ene type staat haaks op het principe van Tawheed en is shirk; de andere gaat de perfectie van oprechtheid en liefde tegenover Allah tegen, maar plaatst een persoon niet buiten de Islam.
De eerste soort is als de liefde van de Mushrikeen (veelgodendienaars) voor hun idolen (afgodsbeelden) en goden. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
En er zijn er onder de mensen die naast Allah afgoden nemen, die zij liefhebben met de liefde als (die) voor Allah[Qs al-Baqarah 2:165]
Deze Mushrikeen houden van hun idolen en goden naast Allah zoals zij van Allah houden. Deze liefde en toewijding wordt vergezeld door angst, hoop, aanbidding en smeekbeden. Deze liefde is puur Shirk welke Allah niet vergeeft. Geloof kan niet worden geperfectioneerd tenzij een persoon deze idolen beschouwd als vijanden en ze intens haat, en de mensen haat die hen aanbidden, en hen beschouwd als vijanden en zich inspant tegen hen. Dit is de boodschap met welke Allah al Zijn Boodschappers heeft gezonden en al Zijn boeken heeft geopenbaard. Hij heeft de Hel gecreëerd voor de mensen van Shirk die van deze concurrenten houden, en Hij heeft het Paradijs gecreëerd voor degenen die zich tegen hen inspannen en hen omwille van Hem als vijanden beschouwen en om Zijn Tevredenheid te verdienen. Iemand die iets aanbidt van nabij de Troon tot de laagste diepten van de aarde en een god aanneemt en een beschermer naast Allah en een ander wezen toevoegt in zijn aanbidding met Hem, zal worden onteigend door datgene wat hij aanbad (datgene zal dus afstand nemen van zijn aanbidder) wanneer hij het het meest nodig heeft [dus op de Dag des oordeels].
De tweede soort is, liefde voor de dingen die Allah aantrekkelijk heeft gemaakt voor mensen, zoals vrouwen, kinderen, goud, zilver, gebrandmerkte mooie paarden, vee en (goed geploegde) land. Mensen houden van deze dingen met een soort verlangen, zoals de liefde van een hongerige persoon voor voedsel en een dorstige persoon voor water. Deze liefde bestaat uit drie soorten. Als een persoon van deze dingen houdt omwille van Allah en deze dingen ziet als een manier om Allah te gehoorzamen, dan zal hij daarvoor worden beloond; het zal worden meegerekend (beschouwd) als een onderdeel van liefde omwille van Allah en een manier om Hem te bereiken, en hij (deze persoon) zal nog steeds genieten van deze dingen. Dit is hoe de beste van de schepping [dus de Profeet (salallahoe alayhi wa sallam)] was, voor wie vrouwen en parfum in deze wereld geliefd waren gemaakt, en zijn liefde voor deze dingen hielpen hem om meer van Allah te houden en om Zijn Boodschap uit te dragen en Zijn geboden te volbrengen. Als een persoon houdt van deze zaken omdat ze horen bij zijn natuur en zijn eigen verlangens, maar hij deze dingen niet prefereert boven datgene waar Allah van houdt en tevreden mee is, en hij deze neemt vanwege zijn natuurlijke neiging, dan valt dat onder de zaken die zijn toegestaan, en zal hij niet worden gestraft voor deze dingen, maar zijn liefde voor Allah en omwille van Allah zullen een beetje tekort schieten. Als zijn enige doel in het leven is om deze dingen te verkrijgen, en hij deze dingen prioriteit geeft boven datgene waar Allah van houdt en tevreden mee is, dan doet hij zichzelf onrecht en volgt hij zijn eigen begeertes.
De eerste is de liefde van al-Saabiqoon (degenen die het voornaamst zijn in Islam); de tweede is de liefde van al-muqtasidoon (degenen die gemiddeld zijn) en de derde is de liefde van al-zaalimoon (de boosdoeners).
Verhaal van de Sahabah - Sohaib (radiallaho anho) bekeert zich tot de Islam
Verhaal: Sohaib (radiallaho anho) bekeert zich tot de Islam
Sohaib en Amaar (radiallaho anhuma) werden in dezelfde periode Moslim. De Profeet (sallalaho alaihi wasallam) logeerde bij Arqam, toen beiden afzonderlijk kwamen met dezelfde intentie om zich te bekeren tot de Islam en elkaar ontmoetten bij het huis. Sohaib (radiallaho anho) leed ook veel van de ongelovige vervolgers, zoals andere Moslims uit die tijd. Tenslotte besloot hij naar Medina te emigreren. De Quraish lieten dit niet toe, en niet lang na zijn vertrek, ging een groep hem achterna om hem terug te brengen naar Mekka. Toen de groep hem naderde riep hij hun toe:
Jullie weten dat ik een betere boogschutter ben dan jullie allen. Zolang als ik slechts 1 pijl heb, zullen jullie niet in staat zijn mij te benaderen, en als ik al mijn pijlen heb verschoten, zal ik jullie met mijn zwaard bevechten zolang als het in mijn handen is. Als jullie willen, kunnen jullie mijn huis en bezittingen krijgen, dat ik in Mekka heb achtergelaten en mijn twee vrouwelijke slaven.
En zij waren het met hem eens. Hij vertelde hun de plaats waar het geld was, en zij lieten hem zijn weg vervolgen naar Medina. Bij deze openbaarde Allah de volgende verzen van de Quran aan de Profeet (sallalaho alaihi wasalllam):
En er is onder de mensen die zichzelf verkoopt, het welbehagen van Allah zoekend. En Allah is meest genadig voor de dienaren. Soerah al-Baqarah 207
De Profeet van Allah(sallalaho alaihi wasallam) was in Quba. Toen hij Sohaib zag aankomen zei hij:
Een goede koop, Abu Yahia (Sohaib)!
Sohaib (radiallaho anho) vertelt:
De Heilige Profeet (sallalaho alaihi wasallam) at toen dadels. Ik at samen met hem. Een van mijn ogen deed mij zeer. Hij zei: Sohaib, je neemt dadels terwijl je een ontstoken oog hebt. Ik antwoordde: Maar ik neem ze van de kant van het andere oog, dat niet ontstoken is, O Profeet van Allah. De Profeet (sallalaho alaihi wasallam) was zeer ingenomen met mijn vinnig antwoord.
Sohaib (radiallaho anho) was zeer edelmoedig en hij gaf zijn geld kwistig aan anderen uit. Umar (radiallaho anho) vertelde hem dat hij erg verkwistend was. Hijreageerde hierop door te stellen:
Maar ik besteed alleen waar het juist is.
Toen Umar (radiallaho anho) op sterven lag, gaf hij te kennen dat het zijn wens was, dat zijn overlijdensdienst door Sohaib (radiallaho anho) geleid zou worden.
Moslims geloven in al-qadr (de voorbeschikking), goed of slecht die Allah voor al Zijn schepselen volgens Zijn allesomvattende kennis heeft voorbestemd. Allah heeft alles geschapen in perfecte verhoudingen en Hij is de absolute Beheerser en Regeerder. Zijn bepaling van de aard van de dingen was al gevestigd 50.000 jaar voordat Hij de hemelen en de aarde schiep.
Allah zegt in de Koran:
?Geen onheil gebeurt op de aarde of in jullie nafs (zelf) maar het is opgeschreven in het Boek van bepalingen, voordat Wij het tot bestaan brengen. Dat is zeker gemakkelijk voor Allah? (Surah 57 : Ayah 22)
En in een overlevering (hadith) lezen we:
Abdullah ibn Amr ibn al-Aas heeft overgeleverd: Ik hoorde Allah?s boodschapper zeggen: ?Allah bepaalde de bestemming van de schepping 50.000 jaar voordat Hij de hemelen en de aarde schiep? (Overgeleverd door Moeslim)
Alles in de hemelen en op de aarde vindt plaats met Zijn kennis en door zijn bevel. En niets valt buiten de kennis van Allah. Goed en slecht bestaan door Allah?s bevel en iedereen verkrijgt het een of het ander door zijn eigen keus en door het gebruik van zijn eigen wil. Niettemin, bestaat het goede alleen met de hulp van Allah en het slechte bestaat niet tegen Zijn wil maar alleen met Zijn verlof. De mens heeft de kracht te handelen zoals hij wil en wordt niet gedwongen bij alles wat hij doet. Maar zijn kracht en vrije wil vallen binnen de wil van Allah. Allah kent het heden, verleden en de toekomst van ieder schepsel. De mens schept niet kiest zijn eigen daden niet totaal met zijn eigen wil. Hij (de mens) handelt niet totaal onafhankelijk van en superieur aan de Wil van Allah. Het is aan de mens om Allah wel of niet te gehoorzamen. Hij heeft de keus welke weg hij wil bewandelen, maar Allah weet wat we gaan doen.
Ali heeft overleverd dat de Profeet heeft gezegd: ?Er is niemand van jullie waarvoor er geen zetel in het Paradijs of de Hel is toegewezen en voor wie het niet is opgeschreven of hij een ongelukkig of gelukkig persoon zal zijn.?
Een man zei: ?O, boodschapper van Allah, zouden wij dan niet moeten vertrouwen op ons lot (bestemming) en onze daden opgeven?? Daarop zei de boodschapper van Allah (Moge Allah?s vrede en zegeningen met hem zijn): ?Voor wie behoort tot het gezelschap van geluk, zullen goede werken makkelijker gemaakt worden en wie behoort tot het gezelschap van ellende zullen slechte daden makkelijker worden gemaakt?
Vervolgens reciteerde hij: ?Voor hem die geeft (liefdadigheid) en zich houdt aan zijn plicht jegens Allah en Hem vreest en gelooft in de beste beloning van Allah, Wij zullen voor hem het pad van goedheid makkelijk maken, maar hij die een begerige vrek is en denkt dat hij onafhankelijk is, Wij zullen voor hem het pad van slechtheid makkelijk maken.? (Surah 92 : Ayah 5-10) (Overgeleverd door Moeslim)
Verhalen van de Sahabah - Safiyyah (radiallaho anha) doodt een jood
Verhaal: Safiyyah (radiallaho anha) doodt een jood
Safiyyah (radiallaho anha) was een tante van de Profeet Muhammad (sallalaho alaihi wasallam) en een zuster van Hamza (radiallaho anho). Ze vocht mee in de strijd om Uhud. Toen de moslims een keer aan het verliezen waren en enkele van hun het slachtveld ontvluchtten, sloeg ze met haar speer op hun gezichten en prikkelde hun om terug te gaan en door te vechten.
In de oorlog van Khandaq had de profeet alle moslimvrouwen in een vesting verzameld en Hasan bin Thabit (radiallaho anho) was de opdracht gegeven om hun te beschermen. De joden, die altijd op de loer stonden om van zulke gelegenheden misbruik te maken, omsingelden de plek van de vrouwen en stuurden 1 van hun erop uit om uit te maken of er ook mannen bij de dames waren. Safiyyah (ra) zag toevallig een jood het fort naderen. Ze zei aan Hasan:
Er komt een jood om ons te bespioneren. Ga op hem af en dood hem.
Hassan (ra) kon de moed hiervoor niet opbrengen. Safiyyah (ra) bewapende zich toen met een haring van een tent, ging buiten de vesting en bracht de jood een slag toe op het hoofd waardoor deze ter plaatse dood neer viel. Ze kwam terug en zei aan Hasan:
De man is dood. Ik heb zijn kleren en de armen van zijn lichaam niet verwijderd, omdat ik mij als vrouw schaam om dat te doen. Ga jij nu en verwijder alles van zijn lichaam. Breng ook zijn hoofd als je die van zijn lichaam hebt gescheiden.
Hassan kon dit ook niet uitvoeren. Safiyyah ging er toen zelf op uit, bracht zijn hoofd en gooide het over de muur te midden van de andere joden. Toen ze dit zagen, zeiden ze:
Wij vonden het vreemd dat Muhammad de dames alleen in het fort kon houden. Zeker, er zijn mensen binnen om de vrouwen te bewaken.
Moraal:
Safiyyah (ra) overleed in 20 na Hidjrah op drieenzeventig jarige leeftijd. In de oorlog van Khandaq was zij 58 jaar oud. Een vrouw op zo een leeftijd, dezer dagen, kan nauwelijks haar huishoudelijke werkzaamheden verrichten. Maar kijk naar Safiyya (radiallaho anha) die er zelf op uitgaat en de jood doodt.