O K T O B E R wordt ook ZAAIMAAND genoemd ( o.m. het winterkoren )
Wat je ook in vele streken hoort is: WIJNMAAND.
Nog andere benamingen: HERSELMAAND of AARSELMAAND: de maand die aarzelt tussen twee seizoenen.
Ook de naam RUSELMAAND of ROZELMAAND kwam voor ( van reuzel ) omdat in deze maand met het slachten werd begonnen.
In kerkelijke kringen spreekt men van de ROZENKRANSMAAND.
Oktober is de tiende maand van het jaar maar was op de Oudromeinse kalender de achtste maand. ( okto = acht )
Weerspreuken
- Blinkt oktober in zonnegoud, de winter volgt dan snel en koud.
- Oktober weer komt in maart terug.
- Brengt oktober veel vorst en wind, zo zijn januari en februari zeer mild.
-Is oktober warm en fijn, het zal een scherpe winter zijn.
- Brengt oktober vorst en sneeuw, men hoort des winters klaaggeschreeuw.
- Oktober brengt ons wijn en zonnige dagen, maar ook jicht en andere plagen.
- Is oktober warm en fijn, het zal een scherpe winter zijn;
maar is hij nat en koel, ’t is van een zachte winter ’t voorgevoel.
|