Het leven van de schoolgaande jeugd in de jaren '50 (9)
Maar laten we terugkomen naar plezante gebeutenissen : onze schoolfeesten! Dat was jaarlijks een hele gebeurtenis. Wekenlang oefende elke klas en in de laatste week voor het feest werd er elke namiddag repetitie gehouden. Wat mij hier vooral is bijgebleven, is de muzikale uitvoering van het gedicht Het mezennestje van G. Gezelle. Op het toneel was een wulgentronk van blokken gemaakt en daarop stonden wij dan, de 15 meesjes!!
De laatste generale repetitie werd steevast met de gelegenheidskleren gespeeld. In ons geval werden de vleugels aan de schouders vastgespeld. Bij mij was dat wel erg letterlijk gebeurd en toe ik het zei , was de zuster te druk bezig om er aandacht aan te geven. Ik heb dan maar een flink stuk van de namiddag met tranen in de oogjes meesje gespeeld want bij het vliegen deden die vleugels wel heel erg pijn.
In het laatste jaar lagere school was het de gewoonte een langer toneelstuk te spelen.
Wij speelden toen als afsluiter De verjongingskuur van Dokter Djoetiful !!
Ik speelde toen die bewuste dokter! Jammer genoeg bleef maar éen zin van gans het stuk hangen en dat was mijn openingszin: All right, all right wat ik zelfverzekerd als alriecht uitsprak! Mijn oudere zus, die toen al Engels studeerde, probeerde tevergeefs om mij de juiste uitspraak bij te brengen! Maar mijn klastitularis, zuster Marie Angela, sprak het anders uit en die wist het wel beter zeker!!!!! Zuster Marie Angela was éen van de meest geliefde onder de nonnen. Ze was mooi, dat kan ook bij een non, jong , kon prachtig zingen en speelde heel vaak met ons mee op de speelplaats. Wij dweepten allemaal met haar!
Datzelfde jaar dansten wij ook de negerdans!!
Dat zal wel gepast hebben bij de "missiegedachte" die toen ook volop warm gehouden werd. Ik heb veel avonden deur -aan deurverkoop gedaan van "lotjes " ten voordele van de " arme negertjes"!! Zonder van het zilverpapier te spreken dat we spaarden telkens we een reep chocolade aten!. Wat daarmee gedaan werd weet ik niet . Mijn grootouders hadden een kruidenierszaak en ik weet nog dat er op de toonbank een negertje stond dat met zijn hoofdje " dank u " knikte telkens je een cent in zijn buikje gooide. Dat geld mocht ik elk jaar tijdens de missieweek meebrengen naar school. En of ik dan fier was!!!! ( wordt vervolgd)