Samen met Wim, Kristof en Jos zal ik deelnemen aan de Oxfam Trailwalk 2010 op 28 en 29 augustus. Meer info vindt u als u op de foto klikt. Onze groepsnaam is "De Genieters" en ons nummer 158.
Vandaag rijden we naar Poederlee waar de KWB haar dertiende Heggetocht organiseert. Dankzij de wegenwerken komen we iets later dan voorzien aan in de startplaats, een grote tent aan de Heggekapel. In de tent komen even later nog enkele clubleden aan en we zijn met vier om de 14 kilometer te wandelen. Er wordt gewerkt met een lussensysteem, eentje van 4,5, van 9 en van 9,5. Wij kiezen voor de lus van 9,5 en daarna die van 4,5. Bij het buitenkomen aan de tent gaan we linksaf en komen aan de Heggekapel. Deze kapel werd in de eerste helft van de 15de eeuw als devotiekapel opgericht door de toenmalige heer van Poederlee op de plaats waar roofridder Jan van Langerstede in 1412 de in Wechelderzande gestolen hosties had weggegooid of verstopt. Naderhand werden deze hosties ongeschonden teruggevonden, voldoende reden om ter plaatse een heiligdom op te richten dat vrij snel uitgroeide tot een belangrijke bedevaartplaats. Het juiste tijdstip waarop de bouw werd aangevat is niet meer exact te bepalen: verschillende bronnen laten echter uitschijnen dat de kapel voltooid was in 1442. Kort na de voltooiing was de kapel reeds te klein geworden, zodat tussen 1442 en 1477 werd overgegaan tot vergroting. De westgevel werd gesloopt en het schip werd verlengd naar het westen. De kapel had zwaar te lijden onder de Beeldenstorm, maar werd begin 17de eeuw hersteld. In 1672-1673 werd de kapel een laatste maal uitgebreid door het aanbouwen van een sacristie tegen de zuidgevel. Het laatgotische bakstenen zaalkerkje op rechthoekige plattegrond heeft een driezijdig koor onder zadeldak, voorzien van een zeszijdige dakruiter onder naaldspits. Ten noordwesten van de kapel bevindt zich een recent heropgemetste putkuip als verwijzing naar de voormalige waterput die zich hier bevond. Deze put was van groot belang voor de volksdevotie omdat hij voorzag in heilzaam water tegen ziekten, maar ze werd dichtgegooid na de Tweede Wereldoorlog. De laatste opknapbeurt aan de kapel dateert van 1987. In 2004 werd de kapel beschermd als monument. We duiken de bossen van Poederlee in waar het prachtig is om te wandelen. De zon schijnt al volop en in de schaduw van dit bosgebied is het dan ook heerlijk vertoeven. Spijtig genoeg zijn er op sommige kruispunten pijltjes verdwenen of niet gehangen en is het soms even zoeken naar de juiste richting. Als we uit het bos komen gaan we voorbij het Heggestadion, de thuisbasis van VC Poederlee. We gaan het stadion rond en komen zo terug aan de tent waar we binnen een broodje eten en een Grimbergen drinken. Na een kwartiertje rust is het tijd voor het tweede, kleinere lusje. Dit lusje brengt ons door natuurgebied "Den Haert", dat tussen de Slootbeek en de Aa ligt. Via kleine paadjes tussen het groen (vervelende netels ) komen we aan de oevers van de Aa, waar de labrador van Eddy een plotselinge duik neemt als het dier te kort bij de kant komt. Gelukkig krijgen we haar er snel terug uit en kunnen we onze tocht verder zetten. Via nog enkele bospaadjes komen we terug aan de tent, waar de vrouwen al op ons zitten te wachten (zij deden de lus van negen kilometer). Na het drinken van een zeer frisse ice-tea kunnen we terug de warme auto in naar huis. Morgen naar Zoersel, hopelijk met evenmooi weer!
Slechts een drietal weken geleden heb ik besloten om deel te nemen aan de verbroederingstocht tussen De Brugsche Globetrotters en De Trekvogels Boekhoute, de 100 kilometer Brugge-Boekhoute-Brugge. Vrijdag was het dan zover, na een fikse treinrit en nog een stukje met de bus, kom ik om even na vier uur in het lyceum van Sint-Kruis waar de start gegeven wordt voor deze tweede editie. Ik zet me bij Guy en langzaamaan komen andere bekende en minder bekende wandelaars binnen. Even voor zes uur doe ik mijn bagage weg en sta ik samen met 130 wandelaars klaar op de speelplein te wachten op de start voor wat de langste tocht ooit zal worden die ik reeds gedaan heb. Stipt om zes uur gaat de schoolpoort open en bij het buiten gaan krijgen we onze startstempel. Ik houd er direct een zeer strak tempo op na, samen met René. Via het domein van Rijckevelde gaan we naar Sijsele, na vijftig minuten zitten we in een lange flauwe bocht en zie je al grote verschillen tussen de wandelaars, dit zou wel eens een eenzame tocht kunnen worden als je niet in een groepje terecht komt! Even na zeven uur zijn we op de eerste controlepost waar we een cola en een suikerwafel krijgen. Snel naar binnen en weer op pad, via kleine wegen steken we de grens over van Oost-Vlaanderen en zijn een uurtje later in Donk, waar we op de tweede controleplaats een cola en een appel krijgen in de Smoufelbeekhoeve. Van hieruit vertrekken we met vier en dit zou de rest van de tocht zo blijven, René uit Diepenbeek, Maaike uit Brugge zelf en Jan van de pompoenstappers zullen me gezelschap houden tot het bittere einde. Vanuit Donk krijgen we een stuk van een kleine dertien kilometer voorgeschoteld naar Eeklo. Onderweg komen we voorbij de "pispothoeve" , het Canadamuseum te Adegem, komen voorbij de taverne "In 't stadhuis van Raverschoot", steken het Schipdonkkanaal over en komen via een stukje groen aan de derde controlepost in een school te Eeklo, waar ik een colaatje neem met een banaan en een koek. Hier nemen we de tijd om even neer te zitten, het is juist tien uur en we hebben reeds 27 km gedaan, het gaat goed vooruit. Buiten is het donker aan het worden en ik doe dan ook mijn jasje en mijn fluovestje aan. Als we buitenkomen lezen we dat we nu de gele pijlen moeten volgen in plaats van de rode die we tot nu toe gevolgd hadden, vanaf hier hebben de Trekvogels afgepijld. We gaan door het centrum van Eeklo waar het stadhuis en de kerk prachtig verlicht zijn. René en ikzelf trekken regelmatig foto's en moeten dan telkens veel moeite doen om de twee anderen in te halen, het blijft razendsnel gaan in ons groepje. In Kaprijke krijgen we op de vierde controleplaats een cola met yoghurt en rozijnen, en na 45 kilometer zitten we in Bassevelde waar we op de vijfde controlplaats een eerste keer bagage hebben. Hier eten we een boterham met kaas of hesp en krijgen we zeer lekkere soep. Na twintig minuutjes rust sta ik recht en voel ik een vervelende pijn in mijn rechterknie, dat belooft niet veel goeds Van hieruit maken we een lus naar Assenede en terug. Het tempo wordt een beetje gedrukt, ik ben niet de enige met lichamelijke ongemakken, ook Maaike heeft last van stijve spieren en René een klein beetje van zijn rug. We blijven nu heel de tijd over asfaltbanen gaan, en na een kleine rustpauze in Assenede op de controle, zijn we drie uur later terug op de bagagepost in Bassevelde waar we onze zevende controlepost hebben. Het is bijna vijf uur in de morgen en buiten begint het stilletjesaan licht te worden, mijn fluovestje en mijn lamp gaan de trolley in, mijn jas hou ik toch nog aan want het is buiten nog wel fris. We rusten weer twintig minuutjes en ook nu doet mijn knie pijn als ik rechtsta, maar iedereen voelt wel iets na deze afstand. De sfeer in ons groepje blijft opperbest, en net zoals tijdens de nacht vertelt ieder om beurt een verhaal en vliegen de kilometers voorbij. De zon begint zich stilletjesaan te laten zien en de lucht kleurt rood aan, tijd voor René en mezelf om ons fototoestel terug boven te halen, en ook Maaike haalt haar toestel boven. In Kaprijke komen we over het grasperkje voor het prachtige stadhuis en even later zijn we op de controle, dezelfde als daarstraks, we gaan blijkbaar via dezelfde controleposten terug naar Brugge. Volgens mijn blad hebben we nu het laatste lange stuk van boven de negen kilometer gehad en zijn de volgende delen nooit langer dan zeven kilometer, waar ik alleen maar blij om kan zijn want de lange rechte asfaltbanen beginnen mentaal toch een beetje hun tol te eisen. Bij het volgende stuk krijgen we het gezelschap van vier anderen en word ons groepje plots verdubbelt in aantal. In Eeklo na 78 kilometer gaan de vier anderen sneller door dan wij en blijven we terug met vier over. Op de tafel ligt een bladje waarop staat dat de volgende post niet op 5,4 ligt maar op 6,4 en aangezien de tocht zowiezo al 101,9 km was komt hij nu op 102,9 km. Er zit natuurlijk niets anders op en vol goede moed vertrekken we richting Maldegem. We gaan terug over het Schipdonkkanaal aan de taverne en komen even later op een zeer drukke baan terecht. Het andere groepje van vier loopt enkele honderden meters voor ons uit en kunnen we perfect zien wanneer we bijna aan de controleplaats gaan zijn. Na een dik uur zijn we er nog altijd niet en beginnen we ons wat ongerust te maken, het moreel slinkt als sneeuw voor de zon. Ik probeer mezelf wijs te maken dat er gewoon geen controle was en dat we al verder zitten, maar na anderhalf uur komen we eindelijk in het centrum van Maldegem in het cafeetje waar we moeten zijn. De mensen achter de controletafel geven toe dat het stuk dat we zojuist gedaan hebben een dikke acht kilometer was, dus nog eens twee extra wat het totaal al op 105 brengt Na zulk nieuws moeten we even bekomen en drinken Jan en Maaike er een pintje op, ik en René houden het bij cola. We zetten ons recht en maken ons klaar voor de laatste 18 kilometer. Via het centrum van Maldegem gaan we naar de tuinen van de St Annakapel, en via een lange veldweg krijgen we nog eens een klein stukje andere ondergrond. Even later zitten we terug op de rechte asfaltbanen die ons naar de Smoufelbeekhoeve in Donk brengen. Na de controle gaan we terug de baan op naar Sijsele, onderweg krijgt Maaike het bezoek van haar vriend die hier aan het mountainbiken is. Dat ze haar vriend even gezien heeft geeft haar vleugels want het tempo wordt terug een beetje opgetrokken.Even voor Sijsele krijgen we een "vliegende" controle in een caravan, de volgende controlepost is in het Keunekot waar de vriend van Maaike ons zit op te wachten. Om twintig na twaalf zetten we ons recht voor het allerlaatste stukje van deze extra lange tocht, en om half twee komen we moe maar voldaan terug waar het gisteren allemaal begon. Ik feliciteer mijn drie gezellen, binnen krijgen we een fles Augustijnbier en een mooie t-shirt wat we in dank aannemen. Na het drinken van een "Brugse zot" neem ik afscheid van Jan en Maaike en neem samen met René de bus naar het station. In Brussel-Noord neem ik dan afscheid van hem, het laatste stukje met de trein moet ik alleen doen. Het was een vrij saaie tocht met lange rechte asfaltwegen als kenmerk, de verzorging was in orde en ook de medewerkers waren zeer vriendelijke en behulpzaam. Verder zou ik ook René, Maaike en Jan willen bedanken voor hun zeer fijne gezelschap, samen hebben ze ervoor gezorgd dat de tocht goed verlopen is, want alleen had dit heel wat anders geweest
Op deze pinkstermaandag rijd ik naar Diest waar St-Jan-Diest haar jaarlijkse Webbekomtocht organiseert. Na enig zoekwerk vind ik een plaatsje op één van de vele parkings en ga ik naar de startzaal. Na het eten van een broodje vertrek ik rond tien uur voor de maximumafstand van vandaag, zo'n kleine 21 kilometer. We vertrekken langs de achterkant van de school en passeren het witte gebouw aan de ingang van het park, waar ik onlangs nog onderdoor wandelde tijdens de Gildentocht. Via het parkje kom ik in het Begijnhof van Diest, waar we een heel rondje wandelen. De huisjes zijn nog in goede staat, maar de kerk zelf is toch wel in erbarmelijke staat, zonde. Via de ringweg aan het voetbalveld verlaten we de stad en trekken de natuur in. We stappen over de Demer en gaan via een zeer lange grindweg naar Webbekom. Het is al vrij warm ondanks dat het nog voormiddag is en ik ben dan ook blij dat ik de kerk van Webbekom zie waar het in het parochiezaaltje controle is. Ik drink er twee Ice-Tea's en verfris me met koud water, zalig Op deze controleplaats maken we een lus van een kleine acht kilometer. Via holle wegen en door de velden heen gaan we naar de andere kant van de E314, naar Halen. We blijven door de natuur wandelen, soms pal in de zon die nu toch wel op zomertemperatuur staat, soms in de frissere schaduw van de holle wegen. We gaan terug onderdoor de E314 en gaan via het fietspad weer naar Webbekom. Op het einde vlak voor de controle haal ik twee clubleden van ons in en op de controle zet ik me bij hen, samen in de schaduw van een boom waar het zalig is! Na een klein half uurtje pauze is het weer tijd om te gaan zweten, de laatste acht kilometer wachten nog op ons. We wandelen tussen de perenbomen door waar al kleine peertjes opstaan. Ook nu gaat het een beetje op en af en dankzij de zon die nu echt wel alles geeft wordt het best zwaar. Ik ben dan ook zeer blij als ik in de verte Diest zie liggen waar ik een half uurtje later nat van het zweet terug in de startzaal kom. Het was een erg mooie tocht, die dankzij de ondergrond, het golvend parcours en de warmte best wel zwaar was. Volgende vrijdag start ik in Brugge-Boekhoute-Brugge, een 100-km tocht die voor de tweede keer georganiseerd word, maar waar ik vorig jaar niet bij was.
Na lang twijfelen tussen Lichtaart en Stekene valt de beslissing uiteindelijk om naar Stekene te gaan waar De Smokkelaars hun elfde 50 km van Stekene organiseren. Ik haal Rik op en een dik half uur later zijn we in Stekene waar er op de zeer ruime parkeerplaats nog heel veel plaats is. Binnen zetten we ons even bij Monique en Roger en om half zeven kunnen we van start, ikzelf voor de 50 km en Rik doet de 30, zo heeft hij nog de tijd voor familiebezoek hier. Vlak na het vertrek hebben we reeds een splitsing, ik moet naar links en Rik naar rechts, het afscheid valt sneller dan we gedacht hadden. We worden helemaal rond natuurgebied "Het Steengelaag" gestuurd, en ergens middenin het natuurgebied zit iemand van de organisatie die onze startkaart vraagt en een groene stempelkaart bijgeeft voor onze t-shirt straks. De valsspelers die de kortere weg naar de controle gevolgd hebben worden door deze aktie vakkundig uitgeschakeld Na het Steengelaag volgen we even het lange rechte fietspad en trekken daarna de natuur in richting Klein-Sinaai. In het dorpje hebben we een eerste keer controle in zaal Boudelo en ik tref er Rik terug tegen, hij is hier al tien minuutjes en heeft even op me gewacht. Ik drink er nog snel een colaatje, ondanks het vroege uur is het al best warm, en samen vertrekken we voor het tweede stuk. Het tweede gedeelte brengt ons door het Wullebos naar de rand van de E34 die we even volgen. We gaan achterdoor de Zandberg en steken daarna de E34 over om in de Kruisstraat een tweede keer controle te hebben. Ik neem er even de tijd om een broodje te eten, we hebben er tenslotte al 17 kilometer opzitten. Het derde gedeelte brengt ons rond de Moerbekepolder en aan het einde van de oude zeedijk is er terug een splitsing van de 30 en de 50 kilometer. Ik neem voor de tweede keer afscheid van Rik en duik de echte smokkelwegjes in richting Nederland. Deze wegjes zijn dezer dagen dicht begroeid en we moeten ons echt een weg banen door het groen. Mijn benen raken regelmatig een netel en dat is minder prettig natuurlijk, ook mijn ogen jeuken en ik moet dikwijls niezen, mijn pilletjes tegen de hooikoorts werken blijkbaar toch niet straf genoeg. Langs de oevers van de Grote Kreek zitten meerdere vissers in de schaduw, en even later ben ik dan effectief in Nederland. Een paar kilometer verder komen we aan in Zuiddorpe, een prachtig klein dorpje waar we in het dorpshuis "'k Kaaike" een derde keer controle hebben. Tijd voor twee drankjes tegelijk, de warmte begint me een beetje parten te spelen, gelukkig zitten we reeds in de helft. Het vierde gedeelte voert ons door de polders van Zuid-Nederland, waar er nog een prachtige natuur te bewonderen valt. Onderweg worden we voorbij gestoken door een caravaan oudere cabrio-auto's, die hier blijkbaar ook een geleide tocht maken. Na 34 kilometer komen we dan aan in Koewacht, waar ik even in de war ben waar de controleplaats nu juist is. Ik wil rechtdoor gaan waar er een voetbaltornooi bezig is maar iemand roept me dat het het kleine zaaltje links is waar we moeten zijn. Ook hier neem ik de tijd om even iets te drinken, ik heb al enorm gezweet tijdens deze tocht. Ik verlaat Koewacht en ga terug de grens over naar België. We trekken over de Koningshei tot aan de E34, waar het verkeer op stilstaat, blijkbaar willen er nog veel mensen na de middag tot aan de zee geraken. We gaan onderdoor de autosnelweg en gaan naar rechts naar de Bergstraat waar we in een moderne boerderij een laatste keer controle hebben. We krijgen hier een appel en een boekje van de CM, ik neem nog twee drankjes en een broodje voor de nodige energie voor het laatste stuk. Het laatste gedeelte brengt ons door de groene rand van Stekene naar het centrum waar het eindpunt van onze tocht is. In het schooltje is het geweldig druk op de speelplaats, maar binnen is er nog plaats om te zitten. Ik haal mijn t-shirt op en laat mijn boekje nog afstempelen, en als ik sta aan te schuiven aan het ijskarretje komt ook Rik toe en kunnen we even later naar huis gaan. Het was een mooie tocht met prima bevoorrading, enige minpuntje van vandaag was dat ik een t-shirt gekregen heb van 2006, vond ik wel een beetje spijtig maar voor de rest was het een geslaagde wandeldag
Na een bijzonder zware zaterdagmiddag, -avond en -nacht ben ik toch vroeg uit de veren en rijd ik met vrouw en dochter naar Heverlee waar de Koninklijke Vereniging Reservisten Vlaams-Brabant reeds hun 36e Mars Boven Loven organiseren, die tevens de derde provinciale wandeldag van Vlaams-Brabant is. De parking staat al goed vol en we moeten nog een flink eindje stappen voor we in de startzaal komen. Deze is gelegen in het kwartier De Hemptinne van Heverlee, en buiten kunnen we al een paar miltaire voertuigen bezichtigen. We kiezen hier vandaag voor de acht kilometer, zonder rustpost en met de warmte een pittig stukje. We verlaten de kazerne aan de achterzijde en komen zo tot aan het Engelse kerkhof, dat er onberispelijk bijligt. Via het bos komen we even later voorbij de schaatsbaan van Leuven, waar het binnen een kabaal van jewelste is, er is blijkbaar een ijshockeymatch bezig. We zetten onze weg verder en komen via kleine weggetjes aan de vijvers van Abdij van 't Park. Deze abdij, ook wel Parkabdij of Abdij van Park genoemd, is een Norbertijnerabdij die in 1129 op initiatief van Godfried I met de Baard, graaf van Leuven en hertog van Neder-Lotharingen, gesticht is. Hij vroeg aan de toenmalige abt van de premonstratenzerabdij te Laon om een abdij in de buurt van Leuven te stichten. De graaf stond hiervoor een park en een jachtslot af. De meier van Leuven schonk nog meer gronden met daarop een watermolen. Alhoewel de officiële naam van de abdij conventus Sanctae Mariae de Parco luidt, is ze nu bekend als Abdij van 't Park waarbij de huidige naam duidelijk verwijst naar het vroegere hertogelijke park. De watermolen moet serieus onderstut worden, je ziet de gevel echt voorover hellen. Via de Sint-Janspoort komen we op het plein in het midden van de abdij waar ik een aantal mooie foto's kan maken. We verlaten de abdij via de Sint-Norbertuspoort en komen zo tot aan het treinspoor dat we enige tijd volgen. De temperatuur is ondertussen al flink opgelopen en krijgt stilaan zomerse allures. Via de randen van de Petrusberg komen we zo terug aan de kazerne, waar we binnen direct iets fris drinken. Ook voor te eten was er vanalles voorzien, ikzelf eet spek met eieren en de twee vrouwen eten tomaat garnaal. Ondanks dat we de kleine afstand gekozen hadden, hebben we toch een prachtig stukje geschiedenis gezien en ook de verzorging was top, een mooi einde van een mooi weekend!!
38ste Internationale Driedaagse Wandeltocht te Ieper
Vandaag staat de eerste dag van de Internationale Driedaagse te Ieper op het programma. Na een treinrit van twee uur ben ik om half negen in Ieper, waar ik op het perron Guy zie en samen met hem naar de Felix-hal stap, waar de start gegeven wordt. Juist als ik wil vertrekken kom ik nog Roger en Monique tegen van Boortmeerbeek waar ik nog even een praatje mee maak. Om negen uur ben ik dan op weg voor de langste afstand van vandaag, de dertig kilometer. Het eerste stukje brengt me door de verdronken weide. Dit gebied is een open landschap van veertig hectaren langs de zuidelijke Ieperse stadsrand. Deze archeologische site bezit een grote historische betekenis. Hier gebeuren opgravingen in verband met de veertiende-eeuwse Sint-Michielsparochie (een middeleeuwse arbeiderswijk). Deze opgravingen zijn te bezichtigen in het Merghelynck Museum. Ooit was dit een vooruitgeschoven verdedigingswerk, opgetrokken in 1678. Bij oorlogsbedreiging werd dit gebied onder water gezet. Dit gedeelte was in de dertiende eeuw de Sint-Michielsparochie, die met het beruchte beleg van 1383 door de Engelse troepen van de kaart werd geveegd. Vandaag is de Verdronken Weide een wachtbekken voor de Bollaertbeek, de waterloop die vanaf de vestingmuren de Ieperlee wordt. In het wachtbekken is ook een spaarbekken aangelegd voor drinkwater. De overblijvende graslanden worden als natuurterrein beheerd. Er zijn 2 observatiehutten beschikbaar voor optimale observatie van de watervogels. Op de plas en graslanden werden reeds honderdtwintig soorten watervogels waargenomen waarvan een vijftigtal zich hier vestigden als broedvogel. Na dit prachtige stukje natuur krijgen we een lange baan die me naar het natuurgebied De Palingbeek brengt. Aan het bezoekerscentrum hebben we een eerste keer controle en krijgen we een ijsje en water. Tijd om eventjes te zitten, het is al vrij warm. Na de controle ga ik verder door dit mooie provinciedomein. We komen aan het "Hedge Row Cemetery", een kerkhof van Engelse soldaten van WOI. Voor het kerkhof staan ransels waar je in kan kijken wat de soldaten vroeger zoal bijhadden. We blijven hier in de natuur, dit domein is met zijn 241ha tenslotte het grootste van West-Vlaanderen. Aan de rand van het domein hebben we een tweede keer controle, waar we water en een koek krijgen. Ik zie op het afstandsblaadje dat de volgende post maar twee kilometer verder is en besluit direct verder te gaan. Al vrij snel ben ik in Hollebeke, waar we in het zaaltje "De Welkom" komen voor een derde controle. Buiten staat de barbeque al aan en worden er braadworsten gebakken, maar ik hou het zelf bij een broodje met een cola. Het volgende gedeelte is een stuk van zo'n dikke elf kilometer. We volgen de spoorlijn en steken zo de provinciegrens over van Henegouwen. We blijven verder de spoorlijn volgen tot in Houthem waar we een lus maken en daarna teruggaan naar West-Vlaanderen. Onderweg is het ondertussen zeer warm geworden en ik ben dan ook blij als ik de volgende controlepost zie, die langs de kant van de weg is en waar ik water en een potje yoghurt krijg. Het volgende gedeelte brengt ons over "Hill 60". Dit is een kunstmatige heuvel. In 1850 werd het tracé voor een spoorlijn aangelegd en de uitgegraven werd naast de spoorlijn gedropt zodat Hill 60 onstond. De heuvel steekt 60 meter boven de zeespiegel uit. Tijdens de eerste wereldoorlog was deze heuvel het toneel van verwoede gevechten. Dankzij zijn hoogte was de heuvel een uitstekende uitkijkpost op Ieper en zijn omgeving. Op de heuvel houd ik even halt bij de verschillende monumenten ter ere van de gesneuvelde soldaten, zoals het Queen Victoria's Rifles en de Australian Memorial. We dalen de heuvel af naar Zillebeke waar we in het schooltje een laatste keer controle hebben. Op de speelplaats is het zoeken naar een plaatsje, en aan het frietkraampje is het ook zo druk dat ik er veel tijd verspil, maar de frietjes waren de moeite waard om even te wachten De laatste drie kilometer brengt ons dan terug naar de startplaats, waar ik nog even de tijd neem om iets fris te drinken. Als ik op het perron aankom zet ik me bij Guy die ook zit te wachten en samen reizen we huiswaarts. Morgen staat er geen wandeltocht op het programma, alles staat in het teken van de bekerfinale van KV Mechelen!!
Vanmiddag vroeg opgestaan en dan naar Leest waar De Slak Leest haar 20ste Slakkegang organiseert. We parkeren op het dorpsplein en begeven ons naar de startplaats achter feestzalen Ter Coose. We eten eerst nog een broodje als middagmaal en vertrekken onder een stralende zon voor de kortste afstand van vandaag, de acht kilometer. Via een ommetje komen we op het dorpsplein en verlaten Leest via de brug over de Zenne. Aan de Sinnt-Annakapel slaan we linksaf en blijven in de buurt van de Zenne. Via landelijke wegen komen we zo in Heffen, waar we even de Zennedijk volgen en dan naar de controle gaan in het parochiezaaltje. Tijd voor een Slakske, het biertje dat sinds vorig jaar bestaat en gemaakt is ter gelegenheid van de 20ste verjaardag van deze club. Een lekker fris biertje tijdens een mooie warme lentedag, wat moet een mens nog meer hebben Het tweede gedeelte brengt ons over het marktplein van Heffen, even later passeren we de afgebrande gebouwen van Sauna Imelda en gaan via veldwegjes terug naar Leest. Onderweg aan een wei staan er ronde holle palen en uit één van deze palen komt getjilp van kleine vogeltjes. Met het blote oog kan ik ze niet zien (te donker) maar dankzij de flits van mijn fototoestel kan ik ze op foto toch zien. Ben wel eens benieuwd hoe die hier ooit gaan uitgeraken In Leest zelf komen nog voorbij de ijspiste en het voetbalcomplex van VV Leest waar ik zelf nog een drietal jaren speler geweest ben. Even later zijn we terug bij ons beginpunt en kunnen we terug iets drinken, de warmte heeft ons toch wel een klein beetje uitgedroogd
Vandaag blijf ik kort bij huis, de Zennetrotters uit Eppegem organiseren hun Palmen-Trotterstocht en das voor mij maar tien minuutjes rijden. Als ik aankom aan het chalet van FC Eppegem, waar de start is, houdt het juist op met regenen, hopelijk voor de rest van de dag. In het chalet is het al vrij druk, het is er niet al te groot en het is nu al zoeken voor een plaatsje. Ik kies voor de maximumafstand van vandaag, en dat is de dertig kilometer waar ik om acht uur aan begin. We beginnen met een stuk van 7,6 kilometer. Het regent niet maar de lucht ziet er voorlopig niet al te best uit. We komen voorbij de Schranshoeve waar elk jaar Soirée Tropicale doorgaat, een zeer bekend feestje hier in de buurt Door de weilanden komen we aan de dijk van de Willebroekse Vaart en gaan zo naar de "Verbrande Brug" van Grimbergen. De naam van deze brug is afkomstig van de houten brug over de vaart die in 1577 werd afgebrand door het Spaans Garnizoen uit Vilvoorde. Op het pleintje voor de brug kijk ik met plezier naar het cafeetje en de frituur, die ik nog ken uit de tijd dat ik hier in de buurt gewerkt heb, en waar ik veel leuke tijden beleefd heb. We steken de brug over en hebben even verder controle in de parochiezaal. Tijd voor een broodje en een soep, want nu krijgen we een stuk van een dikke acht kilometer. Via de Grote Kerkvoetweg gaan we van de wijk Heienbeek naar Grimbergen zelf. Dit is de weg langs waar de inwoners van Heienbeek (Verbrande Brug) destijds te voet naar de kerk gingen toen dit gehucht zelf nog geen kerk had. Onderweg komen we voorbij de Veldkantkapel, de grootste neogotische kapel van Grimbergen, die in 1872 gebouwd werd. We komen zo aan het dorpsplein van Grimbergen, dat door de monumentale basiliek van de Norbertijnerabdij beheerst wordt. Met de bouw van deze basiliek werd in 1660 begonnen. Het ontwerp van broeder Gilbert van Zinnik zou echter nooit voltooid worden. Twee traveeën, een gedeelte van de toren en de westgevel bleven door geldgebrek in de plannen steken. Toch is de Sint-Servaasbasiliek één van de mooiste barokmonumenten in ons land. Gewelven, zuilen, kroonlijsten, ramen en koepel zijn bovenmatig versierd met beeldhouwwerk en geven deze kerk een bijzonder feestelijk uitzicht. De triomfalistische sfeer, kenmerkend voor de Contra-Reformatie, vindt u ook in het fraaie meubilair terug. Van uitzonderlijk hoge kwaliteit is het houtsnijwerk van biechtstoelen, koorgestoelte en kansel. Een prachtig kunstwerk waar ik even de tijd neem om een paar foto's van te maken. We volgen even de grote baan en gaan dan weer rechtsaf richting Verbrande Brug. Eerst komen we voorbij de Liermolen, één van de vijf watermolens aan de Maalbeek. De gebouwen van deze korenmolen stammen gedeeltelijk uit de 17e eeuw en werden verbouwd in 1759 en 1762. De Liermolen is een voormalige abdijmolen en is opgetrokken in witgekalkte bak- en zandsteen. Hij was tot eind 1971 bewoond en werd op het einde van de jaren 1970 gerestaureerd. Sinds 1980 is hier de afdeling malen van het Museum voor de Oudere Technieken (MOT) in ondergebracht. De bedrijfsklare watermolen heeft een intact binnenwerk en wordt draaiende gehouden voor maaldemonstraties. De Liermolen is genoemd naar de heren van Lire, die in 1341 hun watermolen aan de abdij verkochten. We gaan verder door de natuur en komen zo aan de Tommenmolen. Deze molen werd oorspronkelijk Liermolen genoemd. Omstreeks 1400 kreeg hij de naam Tommenmolen naar de familie Van der Tommen, die er meer dan een eeuw in het bezit van was. Mogelijk werd de Tommenmolen gebouwd nadat de eerste Liermolen aan de abdij werd geschonken. In 1573 kochten de Norbertijnen van Grimbergen de molen en bleef in hun bezit tot aan de Franse bezetting. Tijdens de godsdiensttroebelen in de 16e eeuw raakte de molen in verval. Ook in de 18e eeuw was de molen aan herstelling toe. Het uitwendige drijfwerk werd in 1930 vernieuwd en de molen bleef in werking tot in de jaren 1960. De molen werd in 1967 door de gemeente aangekocht en in 1971 gerestaureerd. Het unieke eiken binnenwerk van de molen en de broodoven bleven volledig bewaard en het molenmechanisme kan nog steeds in werking worden gesteld. Ook hier neem ik de tijd om wat foto's te nemen, zo'n molens in goede staat kom je nu ook niet alle dagen tegen. Wat later hoor ik allemaal sportvliegtuigjes omdat we voorbij het vliegveld van Grimbergen komen en wat verder aan de hondenschool is de instructeur niet erg tevreden met wat een vrouw met haar hond al kan (of niet kan ). Zo kom ik terug aan het parochiezaaltje waar ik een lekkere blonde Grimbergen drink en me even bij familie neerzet die ik al in lange tijd niet meer gezien heb. Na een half uurtje ben ik terug op pad, we gaan terug de brug over en ik passeer de hoofdingang van DHL (vroeger Danzas) waar ik vijf mooie jaren beleefd heb. We gaan nu over een natuurstuk aan de Zennne waar ik zelf nog nooit geweest ben, maar waar het wel de moeite is om eens langs te gaan. Zo gaan we naar het centrum van Eppegem, waar we achter de kerk een derde keer controle hebben. Het laatste en langste gedeelte van deze tocht brengt ons langs de Zenne naar Zemst. Aan de lichten in de buurt van de afrit Zemst van de E19 is het een lange file van auto's, die van de autosnelweg af moesten voor de plaatsing van de brug voor de trein naar Zaventem vandaag. Ik besef dat ik straks niet langs hier naar huis moet rijden, want anders gaat het iets langer duren dan vanmorgen. Via de rand van het Dalemansbos gaat het zo terug naar het voetbalchalet van FC Eppegem en zit deze tocht erop. Voor mezelf was het een mooie en bijzondere tocht, enkele plekken voorbij gekomen uit mijn verleden waar ik met plezier aan terugdenk en enkele nieuwe plaatsen ontdekt, het was zeker de moeite
Vandaag trekken we naar Berlare waar de Boerenkrijgstappers uit Overmere hun Donkmeertochten organiseren. Na anderhalf uur zijn we er eindelijk, met dank aan de wegenwerken die overal en liefst tegelijk moeten uitgevoerd worden Binnen in de zaal is het gezellig druk, en wanneer ik terugkom van de broodjes met soep te gaan halen, zijn Guido en Marie-Jeanne van onze club er komen bijzitten. Bij het buitengaan zie ik nog Marc en Annemie die vorige week verloren gelopen waren in Watermaal, en kunnen we even later vertrekken voor een tochtje van zo'n kleine tien kilometer. Na een paar minuutjes kunnen we onze paraplu openen want het begint te regenen, gelukkig is het maar voor een kwartiertje en zullen we hem voor de rest van onze tocht niet meer nodig hebben. We verlaten de oevers van het Donkmeer en gaan naar de Gratiebossen. De naam van deze bossen hebben we te danken aan de bende van Jan Praet, tijdens het einde van de 18e eeuw waren ze overdag huis aan huis verkopers en 's nachts pleegde ze overvallen op een huis waar ze overdag waren geweest. Men overviel ook voorbijgangers in het bos. De naam van het bos dateert uit deze periode, de rovers beroofden de voorbijgangers namelijk zonder gratie. Langs de turfputten gaan we terug naar het Donkmeer, passeren het beeld van de turfsteker en hebben een rustpost in het openluchtcafé "Zicht op 't Meer" waar we een colaatje drinken en een lekkere Dame Blanche eten Het tweede gedeelte brengt ons door het prachtige natuurpark Eendenkooi. In dit bos- en waterrijke gebied werden vroeger op een vernuftige wijze wilde eenden gelokt en gevangen. Sinds 1961 is het omgevormd tot dierenpark met meerdere knuffel- en aaidieren. We zien hier verschillende soorten eenden, ganzen, zwanen, pauwen, kraanvogels, herten, geitjes, konijnen, enz... We nemen onze tijd voor de diertjes te bezichtigen, en je merkt dat ze helemaal niet mensenschuw zijn want de meesten komen tot aan de draad, waarschijnlijk omdat ze denken dat er iets te eten valt. Een beetje later zijn we terug aan de startplaats en zit deze zeer mooie tocht erop. Morgen kort bij thuis in Eppegem, hopelijk blijft het dan ook droog!
36ste Wandeltocht van de Brusselse Politie te Watermaal-Bosvoorde
Zoals gewoonlijk na een lange-afstandstocht ga ik de dag erna een kleine tocht wandelen. Vandaag kies ik voor een wandeling in de Brusselse randgemeente Watermaal-Bosvoorde, waar de Brusselse politie reeds haar 36ste wandeltocht organiseert. Ik haal mijn ma en Rik op en samen rijden we naar Brussel, waar we een parkingplaatsje vlakbij de start hebben, ook al zijn we dan wat later dan gewoonlijk. We starten in het koninklijk atheneum van Watermaal-Bosvoorde, een school die er dankzij zijn blauwe buitenkant een beetje als een zwembad uitziet. We kiezen hier voor de 13,5 kilometer, mooi verdeeld over drie delen van elk 4,5 kilometer. We starten door de mooie lanen van deze gemeente, en er staan hier oude maar zeer mooie huizen. Via het zwembad komen we in een sportpark waar er twee voetbalvelden liggen met kunstgras en even verder is er zelfs een beachvolleyveld met zand. Daarna gaat het door het reigerbospark en zo komen we in Oudergem, waar we Marc en Annemie tegen het lijf lopen. Ze zitten op de 50 kilometer en zijn blijkbaar verloren gelopen, en dankzij mijn fototoestel (ik maak altijd een foto van het plannetje) kan ik ze terug op de goede weg helpen We volgen nog een stukje de oude spoorlijn en komen zo aan de eerste controle, die in het Lutgardisinstituut gelegen is. Tijd voor iets fris om te drinken en een cervela, waar ze serieus pikante mosterd bijdoen. Even na de controle staan we aan de poort van het kasteel Hertoginnedal, overbekend van de Belgische politiek, waar de ministers regelmatig tot 's morgens vergaderen. We gaan rond het domein en komen zo voorbij de Sint-Annakapel, we blijven het hek van het domein volgen tot aan de vijvers, waar ze bezig zijn met renovatiewerken aan het hydraulisch systeem van dit vijvercomplex. Terug langs de oude spoorlijn, deze keer in de andere richting, gaan we naar het Lutgardisinstituut waar we een tweede keer controle hebben. We zetten ons buiten in het zonnetje, de temperatuur is zalig Het laatste stuk brengt ons door enkele parken, eerst het Senypark en daarna het Tenreukenpark. Vlak erna komen we voorbij de hoodfzetel van Axa, een prachtig gebouw waar de ramenwasser heel veel werk aan heeft. We passeren de Leybeekvijvers en komen zo in het centrum van Watermaal, waar de markt bijna ten einde loopt maar het toch nog zeer druk is. Na een laatste klimmetje zijn we terug aan het atheneum, waar we een pannekoek eten en een boerke drinken. Dit lekkere bier werd gebrouwen door Angelo en Erik, twee schoonbroers die samen een cursus bierbrouwen volgden. Het was normaal gezien voor eigen gebruik maar omdat het dankzij de vrienden zo'n succes was hebben ze in 1998 de brouwerij Angerik opgericht die nu het lekkere gerstenat op de markt brengt. Voldaan gaan we weer naar huis na een zeer geslaagd wandelweekend
Het is weer tijd voor een Kennedymars, en ik haal Kurt op om half tien 's avonds om samen naar Etten-Leur te rijden. Na een uurtje zijn we er, en na even zoeken vinden we de startplaats, café Marktzicht, ook voor de auto te parkeren is het even zoeken want je moet hier op de meeste plaatsen betalen. Toch vinden we vlakbij de start een plaatsje en na het betalen van het inschrijfgeld zetten we ons vanachter in het zaaltje bij de reeds aanwezige deelnemers. Vele mensen herkennen me, dankzij mijn vele bezoeken hier en mijn aanwezigheid op het W4W-forum. Om half twaalf gaan we met zo'n 140 mensen naar buiten, geven onze bagage af voor in de camion (waar een dixi-toilet instaat ) en wachten op het startschot. Ik neem nog wat foto's en praat nog even, maar stipt om twaalf uur is het tijd om te vertrekken. Onmiddellijk zetten we een vrij hoog tempo in, en het duurt dan ook niet lang of de groep valt al in kleine groepjes uit elkaar. Kurt en ik krijgen het gezelschap van Chris, een Nederlander die ik heb leren kennen in Dordrecht. Samen lopen we de spoorlijn af, lange rechte stukken over asfalt, het gekende Nederlandse recept voor een lange-afstandstocht. Met ons drieën gaan de kilometers erdoor dat het niets is, de sfeer zit er goed in en er wordt over tochten allerhande gepraat. Onderweg hebben we verschillende wagencontrole's waar we kunnen kiezen uit vanalles en nog wat: gehaktballetjes, drop, snoep, verschillende soorten fruitsap, chocomelk, teveel om op te noemen De bagage(vracht)wagen passeert ons regelmatig en vinden we ook dikwijls op de controleposten zelf, de verzorging is hier top Ook een ehbo-wagen en zelfs een massage-wagen passeert ons en kunnen we een beroep op doen, maar dat is gelukkig niet nodig Spijtig genoeg is het parcours heel wat minder, we wandelen heel de tijd over lange banen waar soms geen einde aan lijkt te komen. Onderweg worden we even opgeschrikt door een brandje, maar de brandweer had alles onder controle toen we voorbij kwamen. Via Prinsenbeek, Breda, Rijsbergen en Sprundel gaan we terug naar de startzaal in Etten-Leur, waar we om half zeven 's morgens ons ontbijt krijgen na 40 kilometer. Van hieruit moeten we nu vier lussen van tien kilometer wandelen, en in elke lus zit nog een verzorgingspost in het midden. Elke lus heeft ook zijn eigen kleur, missen kan eigenlijk bijna niet Om zeven uur starten we vol goede moed aan de eerste lus. Nu het ondertussen licht is kan ik me ook meer bezighouden met mijn foto's, een hobby tijdens een hobby Na één kilometer gaat het dan grondig mis, we steken de rotonde recht over zoals er op het bordje staat, maar eigenlijk moesten we iets meer naar rechts een baantje in. Omdat er enkel bordjes staan aan een punt waar je moet veranderen van richting en er geen bordjes erna ter bevestiging hangen duurt het een tijdje voor we beseffen dat er iets niet klopt. Na veel gevloek en gezoek vinden we toch terug het juiste pad, spijtig dat we hiervoor drie kilometer extra gewandeld hebben en een dik half uur aan tijd kwijt zijn Op de verzorgingspost krijgen we een knipje in onze kaart en kunnen we terug naar café Marktzicht. Onze bagage staat nog altijd in de vrachtwagen die buiten staat, elke keer moet je je bagage vragen als je iets nodig hebt, wel goed eigenlijk want zo is er constant bewaking. Op het terras kan je soep en koffie krijgen en daar maken we zeker gebruik van. Om kwart na negen beginnen we aan de tweede lus, die de andere kant uitgaat. Na enkel minuutjes haakt Chris af, hij bedankt ons voor het gezelschap tijdens de voorbije 50 kilometer maar het gaat nu toch te snel voor hem. We steken de zeer mooie markt van Etten-Leur over en gaan voorbij een windmolen uit het jaar 1744, steken de A58 over naar de post voor ons knipje in de controlekaart en keren weer terug. Om elf uur hebben we er zestig kilometer opzitten, ik steek mijn trui in mijn tas want het zonnetje begint aardig wat warmte te geven. Ook mijn linkerscheenbeen begint pijn te doen, waarschijnlijk een overbelasting van de voorbije weken. Als we rechtstaan om weer te vertrekken komt Chris er juist aan, ik wens hem nog veel succes, het zal de laatste keer zijn dat we hem hier vandaag nog zien. We beginnen om elf uur 's morgens aan de derde lus. Dankzij het lussensysteem komen we geregeld over dezelfde stukken, dikwijls in een andere richting en zien we wandelaars die in alle richtingen gaan Een paar snelle wandelaars komen onze richting uit, als ik hun vraag hoe ver ze al zitten leer ik dat dit het einde van lus vier is, dus het einde van de Kennedymars maar dat is voor straks. Dankzij de lange afstand over het asfalt en de warmte nu beginnen mijn voetzolen weer te branden, en ook Kurt voelt traditioneel na deze afstand zijn voeten meer en meer. Een uur en half later staan we weer aan het café, waar ook enkel leden van het forum zitten, zij moeten wel nog aan lus drie beginnen. Na tien minuutjes rust staan we recht voor de laatste lus van de dag. Aan het begin van lus vier zien we hoe we daarstraks eigenlijk konden verkeerd gaan, want de eerste twee kilometer zijn dezelfde als lus één. In deze lus zien we ook het haventje waar er enkel plezierbootjes liggen. Om twintig voor drie komen we voor vijfde en laatste keer aan het café en zit de tocht erop. We krijgen nog een mooie medaille, een diploma en natuurlijk een stempeltje op mijn Kennedykaart, het vierde van dit jaar reeds. Na een lekker fris colaatje is het tijd om naar huis terug te keren, en om half vijf zijn we goed en wel weer bij onze vrouwen. Deze Kennedymars was speciaal dankzij zijn lussensysteem, je kon zowel de snelle als de tragere wandelaars nog ontmoeten tijdens de tocht. De verzorging was perfect, de vrijwilligers supervriendelijk Het parcours was wel minder, maar al bij al ben ik content dat ik er bij was
Vandaag staat er een uitstap met de bus op het programma, helemaal naar Bonningues tegen Calais in Frankrijk voor de tocht Rand'Opale. Na een rit van zo'n dikke twee uur komen we om even na tien aan in het dorpje, waar in de zaal Futurum de start is. De voorzitter haalt de inschrijfkaarten en drinken we nog snel een gratis koffietje. We kiezen met vijf de afstand van 25 kilometer, we hebben tijd tot 16u want dan vertrekt de bus terug huiswaarts. Bij het buiten gaan moeten we onze inschrijfkaarten één voor één in de bus steken, er staat iemand bij met een tellertje zodat ze direct weten hoeveel volk er is. Buiten staat er een bord met afstanden en kleuren, voor ons is het blauwe parcours dat we moeten in het oog houden. We hebben direct een stevig klimmetje en verlaten zo het dorp. Er staat veel wind en ondanks het flauwe zonnetje is het best wel fris. Nadat we onder de autosnelweg zijn gegaan krijgen we heerlijke vergezichten voorgeschoteld, prachtige kleurenvelden met in de verte de zee. Het gaat op en af en al snel besef ik dat dit een zwaardere tocht dan gedacht zal worden. Na een dik uur wandelen komen we in Hervelinghen waar we aan een camping een eerste keer controle hebben. Ik drink een Affligem-biertje en bestel aan het frituur een curryworst, als ik moet betalen is het even slikken, toch een pak duurder dan bij ons. Na een vrij lange rustpauze is het bijna onmiddellijk weer klimmen geblazen, we moeten over de Mont de Sombre van 159 meter hoog. De weg naar de top lig bezaaid met stenen wat het moeilijk maakt, maar eens we boven zijn kunnen we genieten van de schilderachtige omgeving en blazen we even uit van deze inspanning. In de diepte zien we het dorpje Escalles liggen en gaan er in rechte lijn naartoe. We hebben er controle in een brasserie en hebben er een dikke 11 kilometer opzitten. We drinken er iets en gaan vrij snel terug op pad, het is al bijna één uur in de namiddag dus mogen we niet teveel tijd meer verliezen. Bij het buitengaan van Escalles breekt er voor mezelf een groot moment aan, mijn tienduizendste kilometer Ik word gefeliciteerd door mijn vier medewandelaars en gekust door de twee geïmproviseerde bloemenmeisjes, een mens zou alle dagen zijn tienduizendste kilometer willen vieren Even wat foto's van dit heuglijke moment en weer weg, de volgende beklimming wacht op ons. Deze keer moeten we de Mont d'Hubert over, en ook deze beklimming valt tegen qua zwaarte. Eenmaal boven krijg je als beloning weer de prachtige omgeving en dit maakt alles goed natuurlijk, we kunnen zelfs de kust van Engeland zien. We blijven de kustlijn volgen en hebben even later controle in een stal die vol staat met koeien. Na deze controle trekken we terug het binnenland in en gaan naar het dorpje Peuplingues waar we een laatste keer controle hebben. We stappen direct verder want de tijd begint te dringen om op tijd terug te zijn. Na het oversteken van de autosnelweg gaan we nog door grote weilanden en om kwart voor vier zien we eindelijk de startzaal terug liggen waar we tien minuutjes later aankomen. In de zaal loop ik nog Kurt tegen het lijf van De Slak Leest die in het gezelschap is van Dannyell en Wilma, Nederelandse dames die ik ken van het W4W-forum. Ik heb nog even de tijd om met hen te praten maar haast me dan naar de bus waar de meesten al op ons zitten te wachten. Na een zeer lange terugrit met de bijhorende files ben ik om half acht terug in Mechelen en zit mijn druk wandelweekend erop. Vrijdag ga ik met Kurt naar Etten-Leur voor weer een nieuwe Kennedymars, ben eens benieuwd
Zoals steeds na een lange-afstandswandeling ga ik de dag erna een kleine afstand wandelen. Vandaag ben ik op bezoek bij De Schooiers uit Wichelen, die in Schellebelle hun derde Bergenmeersentocht organiseren. We kiezen hier voor de 12 kilometer, en na een koffie en een broodje zijn we om half elf klaar om te vertrekken. Na even de spoorweg te hebben gevolgd tot aan het station gaan we de velden in tussen de kleine boompjes van een boomkwekerij. Na twee kilometer hebben we reeds controle in hetn Hof van Schellebelle, waar we een suikerwafel krijgen bij het afstempelen van onze controlekaart. Langs de achterkant verlaten we de zaal en staan direct aan de oevers van de Schelde waar we even moeten wachten op het veer dat ons naar de overkant zal brengen. We trekken door natuurgebied Kalkense Meersen en gaan zo naar het mooie pitoreske dorpje Uitbergen. Via de brug gaan we terug over de Schelde en volgen de dijk tot aan de Nederkouter waar we in een tent een tweede keer controle hebben. Tijd voor een hotdog, het is ondertussen al middag. Vlak na de controle zien we nog een soort van paardenkeuring op de straten en kijken we even naar de prachtige paarden die hier rondlopen. Via de Bergenmeersen, een uitgestrekt weiland langs de Schelde begeven we ons terug naar Schellebelle. We komen terug aan de spoorweg en gaan door een andere boomkwekerij, blijkbaar is dit een streek waar je eens naar toe kan komen om een boompje te kiezen voor in de tuin. Rond half twee zijn we terug in de vertrekzaal, eten nog een braadworst en keren huiswaarts. Vanavond nog naar de voetbal en morgen er vroeg uit voor de busreis van de club naar Calais.
Vrijdag neem ik voor de eerste keer in mijn toch al vrij lange wandelcarrière deel aan een groepswandeling. Vos Schaffen organiseert voor de tweede keer een 100 kilometertocht, de Gildentocht. De vorige keer dat ik bij Vos was gaan wandelen had Filip Bonnyns me hierop attent gemaakt, want er was enkel reclame via folders omdat de tocht niet in het heilige boek, de marching, vermeld staat. Ze kwamen ons ophalen aan het station en vijf minuutjes later waren we in de Gildenzaal waar de start gegeven wordt. Er zijn twee groepen qua snelheid, eentje 6.5 km/u en de andere 6 km/u. Ik heb me ingeschreven voor de 6 km/u maar kan daar ter plekke toch nog wisselen, zodanig dat ik bij de snellere jongens zit. Onze baankapiteins zijn Kris Hazenbosch, die ook het parcours uitgestippeld heeft, en Jef. Na een speech van de voorzitter gaan we om tien voor negen naar buiten waar we met een groep van 22 man (waaronder één vrouw) samen vertrekken voor deze lange tocht. Ik zit in een zeer select gezelschap de komende uren, waaronder enkele bijzonder snelle snelwandelaars en de anderen zijn wandelaars die ook makkelijk afstanden boven de 100 aankunnen, ervaring zat dus. Het eerste deel brengt ons rond het vliegveld van Schaffen naar Diest. De sfeer in de groep zit er onmiddellijk goed in, Kris op kop en Jef als laatste. Mijn eerste ervaring van in een groep te wandelen valt goed mee, ik maak een praatje met enkele mensen die me anders voorbijvliegen op een tocht en leer hen zo toch beter kennen. In Diest zelf hebben we na negen kilometer bevoorrading in het Wit Huis, waar we tien minuutjes kunnen rusten. Daarna verzamelt Kris terug de groep en kunnen we verder. Het tweede gedeelte is direct al een pak zwaarder. We trekken over de Kloosterberg door Webbekom naar Halen. Ik zit voortdurend achteraan de groep en als we door smalle weggetjes moeten is het elke keer mijn uiterste best doen om weer bij de groep vooraan aan te sluiten. Het parcours is heel afwisselend, soms over asfalt, dan een grindweggetje, aardeweggetjes of door het gras, we krijgen het allemaal. Na een dikke tien kilometer hebben we in Halen een wagenrust, waar we iets kunnen drinken en een stukje cake krijgen. We zitten enkel minuutjes voor op schema, en ook hier hebben we exact tien minuten rust. Het derde deel is terug een stuk van negen kilometer. Het parcours blijft heuvelachtig en afwisselend, Kris heeft erg zijn best gedaan voor ons. Om half twee zijn we in Waanrode, waar we na een dikke 28 kilometer rust hebben in café 't Jagershof. Hier drink ik een cola en krijgen we een boterham met kaas en zit ik aan tafel met Jef Glassee en Rene Smets, mijn twee facebookvrienden. Hier kunnen we twintig minuutjes rusten en daar ben ik blij om, want dit tempo op zo een vrij lastig parcours is voor mezelf toch wel zwaar. Ondanks dit late uur is iedereen nog zeer goed wakker, ook onderweg is het nooit stil in de groep. In dit cafeetje zingen we nog happy-birthday voor Sven, die zijn zeventiende verjaardag viert met zijn tweede 100km-tocht! Het vierde gedeelte is een stukje van een kleine zeven kilometer die ons over de Hermansheuvel naar Assent brengt. Ook nu zit ik weer achteraan en kan juist volgen, het zweet loopt van mijn rug af, mede dankzij het mooie en vrij warme weer. In Assent hebben we terug een wagenrust, ook de verzoging is tiptop in orde! Ook hier hebben we tien minuutjes, en deze worden ook nu stipt gerespecteerd. Bij de start van het vijfde gedeelte zet ik me vooraan naast Kris en dat blijkt een goede keuze. Hier moet je niet vertragen op de smallere stukken en daarna versnellen om terug in te halen maar kan ik hetzelfde tempo aanhouden en daar voel ik me beter bij. Even voorbij de rust gaan we de N2 over, waar er enkele huizen rood verlicht zijn en gaan we op de Luienberg. We maken een ommetje naar het grote witte Christusbeeld waar we even halt houden om een foto te maken en zijn weer weg door de velden en gaan naar Scherpenheuvel. We komen voorbij de basiliek en Rene en ikzelf raken zo achteraan in de groep omdat wij de enige twee zijn die foto's maken. In de brandweerkazrne hebben we dan na 44 nachtelijk kilometers onze eerste bagagerust. Als we binnenkomen in de zaal staat er voor de wandelaars een bord klaar met spek en eieren, alles is hier tot in de puntjes geregeld. Ik neem de tijd om te eten en te drinken, een wandelaar draait even bijna volledig weg, waarschijnlijk door de warmte in de zaal. Ik besluit om mijn lange broek in te korten naar een short en wissel ook van schoenen, mijn zaklamp verdwijnt eveneens in mijn tas. Om kwart na vijf, na 45 minuten rust, is het tijd om te vertrekken. Als wij buitenkomen arriveert de andere groep en ook hier zit de sfeer er precies goed in. Een paar minuten na ons vertrek begint het al licht te worden, tijd om de mooie omgeving te kunnen aanschouwen. Ook na het ontbijt is iedereen nog klaarwakker en wordt er gepraat en verteld tegen elkaar dat het een lieve lust is. Na een klein uurtje zijn we in Testelt, waar we in een tentje een kom soep en vijf minuutjes rust krijgen. We zitten hier op vijftig kilometer en dus in de helft. Na deze rust komen we tot aan de rand van Demerbroeken, maar slaan linksaf de Voortberg op. Na een zeer pittige klim zien we onder ons het tentje van de soep en kan je inschatten hoe hoog je op deze korte tijd reeds bent. Langs de randen van het Vierkensbroek gaan we naar het Averbode Bos waar we ook enkele stevige klimmetjes krijgen voorgeschoteld. Na dit bos komen we aan de Abdij van Averbode waar we in de Dreef terug een wagenrust hebben. Normaal kan je in de lente- en zomermaanden in deze dreef ijsjes komen aan verschillende wagens, maar vandaag staat er enkel de wagen van een medewerker waar we iets kunnen drinken en een lekkere rijstpap krijgen. Ook hier hebben we tien minuutjes die zeer snel voorbij zijn. Het volgende gedeelte is het laatste dat we met de voltallige groep zullen afwerken. Via Schoot trekken we de natuur in, waar we de komende uren niet meer zullen uitkomen. Het tempo wordt blijkbaar opgedreven, iets wat ik voor Averbode ook al vermoedde, en als dan ook onderweg enkele foto's neem raak ik een beetje achterop. Om tien voor zeven, een kwartiertje te vroeg op schema, komen we aan de rand van Tessenderlo en hebben we in De Peerdeposterij onze eerste echte controle. Buiten worden er nog enkel groepsfoto's gemaakt, een mooi aandenken aan de toffe sfeer die er was, binnen krijgen we een smos met kaas of ham. Vanaf nu is het een vrije wandeling die afgepijld is, en de jonge Sven is er onmiddellijk weer vandoor. ik neem afscheid van Rudi die samen met de andere snelwandelaars ook niet te lang blijft en die ik niet meer zal terugzien. We blijven met acht personen over, Ivan blijft achter en gaat het rustiger aan doen. Om half acht trekken we naar buiten en terug de natuur in. We gaan door natuurreservaat Gerhagen en even later gaan we over de Houterenberg. Ons groepje valt in twee, we blijven met vier achter en houden ons aan het schema dat we reeds de hele nacht gevolgd hebben, de vier anderen gaan ietsje sneller. In Engsbergen hebben we na 70 kilometer een nieuwe wagenrust waar we een cola en een stukje chocolade krijgen. We besluiten om met vier samen te blijven, ikzelf, Kris , en dan nog de twee oudsten van de groep Jan en Dré, allebei meer dan zeventig jaar maar beiden nog in blakende gezondheid en met een conditie waar sommige twintigers alleen maar van kunnen dromen. Ze hebben samen al meer dan 270.000 kilometer gewandeld en weten over elke lange-afstandstocht in België en Nederland wel iets te vertellen dus vervelen doen we ons zeker niet. Het volgende gedeelte brengt ons naar de Rodenberg langs zandvlakten. De zon schijnt ondertussen al volop en het is vrij warm, een extra meerwaarde aan deze toch al prachtige tocht. Met vieren komen we aan in Deurne (niet bij Antwerpen) waar we ook nu een wagenrust hebben en een cola en banaan krijgen. We blijven perfect op ons schema zitten en ook lichamelijk voel ik me nog zeer goed in orde. Hierna krijgen we nog een vrij lang stuk van 8,5 kilometer. Na een klein stukje door het dorp trekken we terug door de natuur en ontdekken we mooie natuurstukken van deze streek, Kris heeft werkelijk zijn best gedaan om de mooiste plekjes van deze streek aan ons voor te schotelen. Dankzij het parcours en het aangename gezelschap van mijn drie metgezellen vliegen de kilometers voorbij en voor ik het weet staan we al aan de volgende controle in een zaaltje in Vleugt. We zitten ondertussen ook samen met de gewone afstanden van de Gildentocht en is er dus best wat volk op deze controleplaats. We nemen onze sporttas en zetten ons buiten in het zonnetje. We rusten een kwartiertje en zijn weer weg voor de laatste 15 kilometer, het is ondertussen halfeen 's middags. Er volgt nu een kort stukje van vier kilometer tot aan de rand van de Venusberg, waar we onze laatste wagenrust hebben. Snel weer op pad want de spieren beginnen toch wat weerspannig te doen, zeker als je wat te lang blijft zitten. Het gaat verder over de Venusberg naar Meldert waar we een laatste keer controle hebben op zo'n zes kilometer van het einde. Hier eet ik nog een soepje terwijl de drie anderen iets fris drinken. Om tien na twee zijn we terug de baan op. We komen voorbij de kerk van Meldert die achteraan volledig ingezakt is. Even later krijgen we de laatste helling van de dag, Kris verteld me dat we er zo'n 25-tal gekregen hebben tijdens de ganse tocht. Het laatste halfuurtje zingt Jan nog een paar liedjes van tijdens de oorlog en ook nog enkele lange gedichten van vroeger, ongelooflijk hoe hij zo'n lange teksten kan onthouden Even na drie komen we dan terug aan in Schaffen waar het gisteren allemaal begon, we feliciteren mekaar en ook binnen in de zaal zitten nog de meeste wandelaars van onze groep op ons te wachten. Ik krijg een mooi aandenken voor mijn eerste deelname, diegene die hem voor de tweede keer meeliep krijgt een prachtige blauwe t-shirt van Dorne Sport, de locale sportwinkel uit Diest. Deze Gildentocht was één van de betere én mooiere 100 kilometertochten die ik al meegedaan heb, Kris heeft voor ons werkelijk een fantastisch parcours uitgezocht, en ook als baankapitein deed hij het voortreffelijk. De medewerkers van Vos Schaffen zou ik ook graag bedanken voor hun tijd en moeite voor onze verzorging, het was top! En verder natuurlijk mijn medewandelaars die er mee voor zorgden dat dit een onvergetelijke tocht werd Tot volgend jaar
Ondanks het regenachtige weer besluit ik toch naar Werchter te rijden, waar WK Werchter haar Aspergedabberstocht organiseert. Niets is beter om na een lange tocht zoals gisteren de dag erna een paar kilometer te wandelen om de spieren wat los te krijgen. Als ik om half elf aankom in Werchter is het zoeken naar een plaatsje, de regen houdt de mensen blijkbaar niet tegen vandaag. Na de inschrijving in parochiezaal De Wal starten we voor de 12 kilometer. Met de paraplu boven ons hoofd gaan we via landelijke wegen door de natuur naar camping Klokkeberg, waar we na een dikke drie kilometer controle hebben. We drinken een colaatje en na een paar minuutjes zijn we weer op pad. Het tweede gedeelte brengt ons door het natuurgebied Laekdal tussen de Dijle en de Demer. Gelukkig is het ondertussen opgehouden met regenen, maar de grond ligt er hier drassig bij en het is toch een beetje opletten geblazen. Het is hier prachtig wandelen, de moeite meer dan waard. Na het natuurgebied komen we in Ninde, een gehucht van Tremelo. Hier staat het geboortehuis van pater Damiaan en in het hele gehucht voel en zie je zijn aanwezigheid. De controle is gelegen in het De Veuster-centrum, waar het gezellig druk is. We eten er een broodje en een soep (de laatste die er was) en rusten even uit. Het laatste gedeelte brengt ons naar de dijken van de Dijle die we volgen tot in Werchter. We komen nog voorbij de kerk en gaan zo weer naar de startzaal, waar er mensen buiten zitten omdat het zonnetje erdoor gekomen is. Na de stempels in ons boekje en een lekkere hamburger is het tijd om huiswaarts te gaan en zit het wandelweekend er weer op. Donderdag start ik in Schaffen voor de 100km Gildetocht voor de eerste maal, ik ben eens benieuwd.
Vrijdag is het weer Kennedymars-tijd, deze keer in Dordrecht. De organisatie is een samenwerking tussen twee clubs, Willen Is Kunnen uit Dordrecht en de Rotterdamse Wandelsport Vereniging. Na lang twijfelen besluit ik met de auto te gaan, omdat ik anders in Dordrecht nog eens de bus moet nemen en deze vertrekt maar twee minuutjes nadat de trein er is. Na een rit van twee uur (dank u file aan de wegenwerken) kom ik aan het sportterrein van Delta Sport waar om 23u het startschot wordt gegeven. Bij het uitstappen zie ik direct Rob en Aartje, mijn Nederlandse wandelvrienden uit Epe. De begroeting is hartelijk en ik feliciteer hen met de geboorte van hun eerste kleinkind, het is al een tijdje geleden dat ik hun nog gezien had. Binnen in de cafetaria is het gezellig druk, ik betaal mijn voorinschrijving, buitenlanders kunnen dat daar ter plekke als je een mailtje gestuurd hebt, en begroet enkele bekenden van het walkers4walkers-forum. Even voor elf uur gaan we naar buiten, waar de voorzitter nog een paar namen afroept van wandelaars die alle 10 de tochten meegedaan hebben. Stipt om 23 uur kunnen we van start, en ik zet er direct een stevig tempo in. Ik ontmoet onderweg Ludo, vader van Jos, en we wandelen de eerste kilometers samen. Na een uurtje hebben we een eerste keer een verzorgingspost, een wagen met een tafeltje uitgestald. Ik neem een cola, het stukje cake of dergelijke laat ik links liggen. Weer op pad voor het volgende gedeelte, ondertussen heeft een Nederlander zich bij ons gevoegd en neemt voluit deel aan ons gesprek De temperatuur blijft ondertussen meer dan behoorlijk, zo'n kleine 10 graden, en aan de sterren aan de hemel te zien zijn er zo goed als geen wolken. Weer zijn we na een uurtje zijn we aan de tweede verzorgingspost, waar er boterhammen zijn en ik karnemelk drink. Weer volgt er een stuk van zo'n uurtje stappen, wel knap van de organisatie dat ze proberen om ieder uur iets aan te bieden! In Papendrecht krijgen we in het Streek- en Natuurcentrum een eerste keer onze bagage, we hebben er een dikke 20 kilometer opzitten. Ik zet mijn tas direct terug op de vrachtwagen, voorlopig heb ik nog niets nodig. Hier neem ik ook afscheid van Ludo en Chris, zij nemen hier een langere rustpauze, en ga alleen verder. Mijn tempo blijft vrij hoog en via Oud-Amblas kom ik in Alblasserdam waar we verzorgingspost drie hebben. Ook hier kan je vanalles eten en drinken, de verzorging is werkelijk top, nog maar zelden zo gezien op een lange-afstandstocht. Mijn wandeltempo blijft vrij hoog en na verzorgingspost vier kom ik in Ridderkerk, waar we een tweede keer bagage hebben. In centrum De Fakkel zet ik me even neer, steek mijn zaklamp en mijn sjaaltje weg en maak van mijn lange een korte broek want buiten is het zeker niet koud en het is toch al even na vijf uur in de morgen. Het volgende deel brengt me naar Rotterdam. De stad zelf krijgen we niet te zien, we blijven aan de rand. Via een rustig fietspad loop ik onder de verschillende autosnelwegen die zelf ook nog eens boven elkaar kruisen, een waar spektakelstuk van beton. Even na zes kom ik aan verzorgingspost nummer vijf, een mobilhome met enkele strandstoeltjes voor. Ik kan er kiezen tussen tomaten- en kippesoep en ik kies voor het laatste. Na dit lekker soepje ga ik verder op mijn tocht. Ondertussen is het volledig licht geworden en tot mijn verbazing is in deze omgeving nog zeer veel groen waar de parcoursbouwer ons mooi doorheen stuurt. We lopen ook niet de hele tijd over asfalt maar krijgen regelmatig ook kiezelwegjes onder de schoenen. In Barendrecht hebben we verzorgingspost zes, hier zijn zelfs geen stoeltjes maar dat mag geen probleem zijn voor de deelnemers aan zo'n lange tocht. We hebben er reeds 50 kilometer opzitten, het gaat goed. Het volgende stuk heeft alles wat er in deze tocht te beleven valt, eerst gaan we door het dorpje Rhoon waar de huisjes met hun achtertuin aan een water grenzen en bijna iedereen daar heeft een bootje aan zijn tuin liggen, een prachtig zicht! Daarna krijegen we een saaier stuk, rechtdoor door de weilanden tot we aan de Oude Maas komen die we enige tijd volgen. Daarna gaan we door de "Rhoonse Grienden". Het is een prachtig stuk natuur die ongeveer 70 ha groot zijn. Het zijn buitendijkse getijdengrienden aan de rivier de Oude Maas. Ze staan onder invloed van eb en vloed, er is een verval van ongeveer 70 centimeter. Het zijn de laatste getijdengrienden in Nederland. Het is er prachtig wandelen, ik neem er dan ook even de tijd om er foto's te nemen. Dit gebied staat vol wilgen die eens in de drie jaar gekapt worden. Na al dit moois is het tijd voor verzorgingspost zeven waar we een beker vanillepudding krijgen. Na nog een klein bezoekje aan de Oude Maas komen we in Heerjansdam waar we een laatste keer bagage hebben. Ik zet me even neer, steek mijn trui in mijn tas en wissel van wandelschoenen want het laatste half uurtje begonnen mijn voetzolen weer een beetje te branden, hopelijk betert het met mijn andere schoenen. We hebben hier een kleine 64 kilometer afgelegd, en het is nog maar tien uur, mijn prognose om binnen te zijn om 13u ligt binnen handbereik. Een uurtje later ben ik aan verzorgingspost acht in Zwijndrecht. Ook hier krijgen de wandelaars vanalles en nog wat, teveel om op te noemen Het voorlaatste stuk brengt ons terug naar Dordrecht, onderweg zie ik verschillende reigers aan de rand van het water. Via de brug steken we het water terug over en we moeten met een trap naar beneden. Onderaan de trap is de laatste verzorgingspost waar we fruitsalade krijgen. Het laatste gedeelte brengt ons door het park aan de achterkant van het station en we komen ook voorbij de kasteelboerderij Dordwijk. Om kwart voor één kom ik aan het sportpark en zit deze Kennedymars er voor mij op. Binnen krijg ik nog een diploma en een zeer grote medaille! Na het eten van een hamburger rij ik terug naar Mechelen en ben na een goed uurtje veilig en wel weer thuis. Deze Kennedymars was een groot succes Een afwisselend en mooi parcours, bijzonder goede verzorgingsposten met veel eten en drinken, vriendelijke medewerkers, en een prachtige medaille. Vanaf nu staat deze tocht met stip in mijn agenda, hier kom ik zeker terug!
Van mijn dagje verlof profiteer ik om naar Duffel te gaan waar Neteland reeds haar 8ste Kiliaanwandeling organiseert. De naam Kiliaan komt van een bekende inwoner uit Duffel, zijn eigenlijke naam was Korneel Van Kiel, uit het jaar 1528. Hij was de eerste samensteller van het woordenboek Latijn-Nederlands. Victor en Sonja komen me om acht uur halen en na een half uurtje fileleed zijn we in Duffel aangekomen. Het vertrek is in het bijgebouw van kasteel De Locht. Het kasteel De Locht werd in 1856 gebouwd door baron Bernard de Fauconval in de typische stijl van de toenmalige landhuizen. Voor de Eerste Wereldoorlog bekend als "Kasteel De Baent" deed het fraaie gebouw jarenlang dienst als woonhuis van de directeur van de fabrieken die er opeenvolgend in werking waren: nl. aanvankelijk (1856) een jeneverstokerij en papierfabriek, nadien: een stokerij, meststoffenfabriek, "den bougie" (kaarsen), conservenfabriek, oliepletterij en margarinefabriek. Na een lange periode onbewoond te zijn geweest, werd het ganse domein in 1966 door de gemeente Duffel aangekocht met als doel: er een jeugd- en cultureel centrum van te maken. Na de eerste restauratiewerken kon het "Gemeentelijk Cultureel Centrum De Locht" op 23 juni 1968 plechtig worden opengesteld. Buiten staan de tafeltjes al klaar, maar we besluiten om toch binnen te zitten want zo heel warm is het voorlopig nog niet. Om negen uur starten we voor de 14 kilometer, de grootste afstand voor vandaag. Het parcours brengt ons al snel naar de rand van Duffel waar het op dit vroege uur zeer rustig wandelen is. We trekken door de voetbalvelden van FC Duffel, waar het voor mij een beetje nostalgie is, al jeugdspeler van KV Mechelen heb ik hier vele malen geweest voor een tornooi of gewoon competitie. We komen ook voorbij het mooie zwembad en zien dat de werken tussen de kliniek en de spoorlijn al goed opgeschoten is. Via het tuintje van het ziekenhuis komen we aan de eerste controle na vijf kilometer waar we ons wel buiten zetten, de zon begint er stilletjesaan door te komen. We eten hier een soepje en rusten even uit, zo'n midweekwandeling is wat gemoedelijker als een lange-afstandstocht Na de controle gaan we naar het parkje van Ter Elst met zijn bijhorend kasteel. Samen met het Antwerpse Steen behoort het kasteel Ter Elst in Duffel volgens sommigen tot de oudste gebouwen in de provincie Antwerpen. De vroegste geschreven bronnen verwijzen naar de 12de eeuw. Van 1356 tot de Franse Revolutie was het kasteel in het bezit van de abdij van Tongerlo. Deze bouwde het kasteel uit tot een prachtige warande die diende als residentie voor de abten en hun gevolg, wanneer zij op doorreis waren of in de streek vertoefden. Tijdens de 17de eeuw groeide Ter Elst uit tot een kleine abdij. In 1914 werd het kasteel gedeeltelijk verwoest tijdens de Slag aan de Nete. Nadien geraakte het in verval. Pas in 1971 kocht het gemeentebestuur van Duffel het goed aan om de verdere aftakeling te stoppen. Men werkte een restauratieplan uit en in 1982 kon het gedeeltelijk hersteld kasteel voor het publiek opengesteld worden. Voor die gelegenheid legde men ook het park Ter Elst opnieuw aan. Hier kan ik twee foto's trekken met een vogeltje dat wonderbaarlijk genoeg blijft zitten, gewoonlijk zijn ze weg voor ik mijn fototoestel genomen heb We volgen de oevers van de Nete, steken de spoorwegbrug over en gaan door het natuurgebied De Mosterdpot. De controle is in PVT Schorshaegen, het pschychiatrisch verzorgingstehuis. Hier kunnen we een hotdog eten, de innerlijke mens wordt verwend. Tijd voor het laatste en langste stuk van vandaag. We lopen terug de dijk van de Nete op, en op de rechterkant liggen de watervergaarbekkens van de Antwerpse Waterwerken. Aan de spoorwegbrug van daarstraks laten we de Nete links liggen en gaan nu langs de boorden van de waterbekkens richting Duffel. In het centrum komen we terug naast de Nete en wandelen zo terug naar De Locht, het eindpunt. We zetten ons buiten in het zonnetje dat ondertussen er helemaal doorgekomen is en eten er nog een lekkere pannekoek. Het was een geslaagde midweektocht, leuk parcours, goede controleposten en vriendelijke medewerkers, meer moet dat voor mij niet zijn
Om half acht heb ik afgesproken met Rik en rijden we samen naar Geraardsbergen waar de Padstappers hun 6e Mattetaartentocht organiseren. Na een klein uurtje vinden we een parkeerplaatsje kortbij de start, en in de startzaal zitten Fernad en Chantal waar we ons bijzetten. Na het traditionele broodje met een koffie vertrekken we samen voor de 22 kilometer. Van mist in vandaag geen sprake en het zonnetje schijnt als we de startzaal verlaten, mooi weer voor een mooie tocht, wat moet een mens meer hebben. We komen op de dijk van de Dender en volgen deze rivier naar Overboelare waar we het centrum van bezoeken. Terug op de dijk komen we in Wallonië en hebben we controle in Deux-Acren, waar we Joost tegenkomen, de sympathiek lange-afstandswandelaar uit Gent. Via kleine kerkwegels gaan we naar de Mark, een rivier die ontspringt in de Edingse deelgemeente Marcq. Dit riviertje vloeit 26 kilometer later in de Dender in Deux-Acren. We gaan door het prachtige natuurgebied de Rietbeemd, waar de grond er erg drassig bijligt en het opletten geblazen is voor natte voeten. De omgeving hier is een streling voor het oog, ideaal voor de wandelaar die van de natuur houdt. Een uurtje later zijn we in Moerbeke, waar het in het schooltje controle is. We kunnen buiten op de speelplaats zitten in het lentezonnetje Het derde deel brengt ons weer naar Geraardsbergen, waar we via de Muur de Oudenberg beklimmen. De Muur is wereldberoemd dankzij de Ronde van Vlaanderen, en is ook te voet een gevreesde beklimming die je naar adem doet happen. De Oudenberg zelf is 110 meter hoog en boven heb je een ongelooflijk uitzicht op de omgeving, vooral op een dag zoals deze met mooi weer. We brengen even een bezoekje aan de Onze Lieve Vrouw kapel die een eerste keer vernoemd is in het jaar 1294. De huidige kapel dateert van 1906 en is opgetrokken in een mengeling van renaissance- en barokstijl. Achter de kapel staat de zuil, een overblijfsel van de Lessensepoort. Deze werd in 1862 afgebroken en de zuil werd hier heropgebouwd. We dalen naar beneden en komen door het abdijpark waar de Sint-Adriaansabdij staat. In dit park vind je het abtenhuis, het koetsenhuis, de vleermuizenkelder, het arboretum en de Sint-Janspoort. Je hebt hier ogen te kort, zoveel staat er en mijn fototoestel heeft het hard te verduren Even verderop hebben we voor de laatste keer controle en ik eet er een croque uit het vuistje, heerlijk De laatste drie kilometer brengt ons terug naar de Dender langs de Wijngaardbrug, via de Penittentenstraat door het Visstraatje en komen we op de grote markt van Geraardsbergen. Voor het prachtige 15e-eeuwse stadhuis staat misschien niet het bekendste Manneke Pis (Brussel), maar in ieder geval wel het oudste, namelijk van 1485 en nu dus reeds 624 jaar! Eveneens voor het stadhuis staat "De Marbol", een achthoekige fontein uit 1485. Verder zien we nog de Sint-Bartolomeuskerk en gaan we via een kleine tunnel naar steegjes waar er aan de muur gedichten hangen. Via de zeer kleine haven komen we aan het station waar we door moeten en zo terug aan het vertrek, waar we ons zeer voldaan neerzetten om nog iets te drinken na deze mooie en pittige tocht. Vrijdagavond reis ik naar Dordrecht om deel te nemen aan de Kennedymars Dordrecht-Rotterdam-Dordrecht, tot dan
Vandaag trek ik naar Merchtem, niet voor de internationale 60 kilometer wegens te weinig tijd, maar voor de 16e Lentetocht van de Lustige Wandelaars. Met de trein ben ik om acht uur in Merchtem en tien minuutjes later ben ik in het zaaltje van de harmonie waar de start gelegen is. Aan de zijkant staan de tassen van de deelnemers aan de 60 en het zijn er precies heel wat, waaronder Chantal en Fernand en mijn maatje Kurt die blijkbaar al goed hersteld is van Sittard . Om half negen ben ik klaar voor het parcours van de twintig kilometer. We verlaten bijna onmiddellijk het centrum via de verkaveling Bollebeek waar de Grote Molenbeek langs stroomt, dat in werkelijkheid een klein beekje is Het is zeer mistig en er is nog niet te veel volk onderweg, de landwegen liggen er verlaten en spokerig bij. Het parcours gaat zacht golvend op en neer, zeker niet erg steil. We komen voorbij de oriëntatietafel van Brussegem, een 200 kilogram zware tafel in blauwe Henegouwse hardsteen die in 2006 nog volledig hersteld is. Je kan hierop in de verschillende richtingen zien welke dorpen en steden er liggen, maar spijtig genoeg zie je met dit mistig weer bijna je eigen voeten niet, laat staan een dorp enkele kilometers verderop. Na bijna tien kilometer kom ik aan in Hamme, waar het een eerste keer controle is. De tassen die ik vanmorgen gezien heb staan hier ook reeds, het bagagepunt van de 60 kilometer is blijkbaar in deze school. Tijd voor een broodje en een koffie, goed voor mijn lichaam en voor de clubkas Tijd voor een kort stukje van drie kilometer. Onderweg gaat het even mis, maar na enig zoekwerk toch terug op het parcours geraakt, ben ik na een half uurtje in de bibliotheek van Brussegem waar het een tweede keer controle is. Ik drink er snel een kriek en ga verder op pad. Het parcours blijft langs zeer rustige landelijke wegen, slingerend door weiden en velden. De planten beginnen stilaan te groeien en de eerste bloemen komen uit, ik kan er enkele geslaagde foto's van nemen. Om half twaalf kom ik aan taverne "in de volle pot", waar het een derde keer controle is na 17 kilometer. Tijd om eventjes te zitten en iets te eten. Tien minuutjes later vertrek ik voor het laatste gedeelte, en eindelijk begint de mist op te trekken. Het zonnetje begint te schijnen en het landschap ziet er direct heel anders uit met mooie vergezichten. Rond half één sta ik terug aan de zaal van de harmonie en zit mijn tocht erop, binnen zet ik me nog even bij enkel clubleden alvorens ik weer naar het station ga. Het was een mooie wandeling, spijtig genoeg heeft de zon zich enkel het laatste half uur laten zien.
Zoals we gisteren beloofd hadden aan Gino, rijden we vandaag naar Wippelgem waar WAK Sleidinge hun 17de WAK-tochten organiseren. Ik maak vandaag gebruik van mijn gps want ik heb eerlijk gezegd nog nooit van Wippelgem gehoord. Op de R4 van Gent slaan we af aan de fabrieken van Volvo en plots sta ik voor het water, en mijn gps zegt me dat ik erover moet. Na eventjes te kijken op de goeie oude wegenkaart zie ik dat er in de buurt geen enkele brug is en we besluiten toch met het veer over het water te geraken. Aangezien dit voor mezelf de eerste keer was, was dit toch wel een unieke ervaring Tien minuutjes later zijn we op onze bestemming, al moeten we nog wel een serieus stukje te voet naar de startzaal, blijkbaar hebben vele mensen vandaag voor deze tocht gekozen. We nemen het parcours van de 8 kilometer, dat er in werkelijkheid bijna negen is, want we willen in de namiddag nog naar de Expo hallen van Gent voor de tentoonstelling "beestjes en baasjes". Het eerste deel van de tocht is een kort stukje van 2,5 kilometer, vooral langs een beek waar vele rioolbuizen van de huizen in uitkomen en er dus niet al te proper uitziet. Na een half uurtje zijn we reeds in de kantine van VV Wippelgem, de plaatselijke voetbalploeg. We zetten ons buiten in de tent voor onze soep te eten, de zon is net daarvoor door de ochtendnevel geraakt en de temperatuur gaat lekker omhoog. Het tweede deel brengt ons langs de Wippelgemmolen of Gerardsmolen. Eerst stond hier sinds 1645 een houten staakmolen. In 1864 werd deze dan vervangen door een stenen korenwindmolen. Deze prachtige molen is gerestaureerd in 2003 en kan je nu elke tweede zondag van de maand komen bezichtigen, en als er goede wind staat word er zelfs nog gemalen. Via de achterkant komen we in het domein van het kasteel van Wippelgem, dat vandaag voor de wandelaars speciaal geopend is. Het domein is 12 ha groot en het kasteel is gebouwd in de 19de eeuw, maar is nog steeds in een fantastische staat. Je kan het afhuren voor feesten, een zeer mooie locatie als je eens iets speciaals doet Een half uurtje later staan we terug waar we daarstraks vertrokken zijn, het is even na twaalf uur en we eten er frietjes met stoverij die ons zeer lekker smaakt. Hiermee zit dit extra lange wandelweekend er weer op, drie dagen zeer mooi lenteweer gehad, het paasweekend was een groot succes
Ik ben Steven Jaspers
Ik ben een man en woon in Mechelen (België) en mijn beroep is Arbeider.
Ik ben geboren op 26/02/1973 en ben nu dus 51 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Wandelen, Voetbal.