Het is wel bijzonder wat er af en toe nog te voorschijn komt uit die oude melkbus van tante Jo of uit niet ontdekte laatjes. Erna kwam opnieuw bij Joop met een dagboekje van ome Jan dat hij bijgehouden heeft aan het eind van de oorlog toen de bevrijders in aantocht waren. We hebben allemaal wel eens horen vertellen over die tijd van evacuaties, paarden die geconfisqueerd werden, radio Oranje. Opa, pa, mama, ze hadden allemaal hun herinneringen, maar allemaal achteraf verteld. Ome Jan vertelt hoe ze het op dat moment beleefden, over de angst, medeleven en de onzekerheid. Bram was immers nog in Duitsland. De 10 kantjes zijn bijzonder. Ik heb ze Wim al voorgelezen. Die deed het nog veel, want hij heeft zelf nog een paar herinneringen aan die laatste maanden van de oorlog toen hij een jaar of 5 was.
5e oorlogsjaar, Barchem N 24 Boschkamp--6 april 1945
25-26 maart- De spanning wordt steeds groter nu het oorlogsgeweld dichterbij komt. Men hoort de kanonnen steeds duidelijker en s avonds zien we hoe het front verlicht wordt door schijnwerpers en branden. Het front ligt nu bij Emmerik en Zevenaar. Men hoort daar steeds verhalen over van mensen die uit die streek weggevlucht zijn. De Duitsers worden steeds zenuwachtiger en worden steeds feller op graafwerk dat onder de TOT moet worden verricht, de boeren kunnen geen vrij meer krijgen om hun werkzaamheden op het land te verrichten. En niet alleen graafwerk maar ook het rijden met paard en wagen naar Diepenheim om o.a. hout te vervoeren. En ook het munitie rijden naar het front toe is levensgevaarlijk onder het voortdurend afweer van jachtvliegtuigen. Verschillende boeren hebben hun paard en wagen al in de steek moeten laten. Niettemin wordt het hier ook steeds gevaarlijker. Men durft als het ook maar een beetje op een voertuig lijkt er niet mee de weg op te komen, want telkens zie je de jagers op de kop naar beneden duiken en dan re ku tuk . Even later hoor je dan dat er een paard en wagen is beschoten en het paard is getroffen. Of autos met benzine er is dan meteen ene rookwolk zichtbaar. Een andere keer was het een munitietrein met 70 wagons met munitie, paarden, kippen, fietsen. Knoef in Linde wilde nog proberen zijn in beslag genomen goederen terug te krijgen, maar dat ging hem mis. s Morgens om 9 uur trok de mist op en vonden de Tommies de trein en daar ging het net een jacht op wilde eenden schieten in duikvlucht en bommen erop, soms 5, 6 achter elkaar aan. Men zag dan al heel gauw rookwolken, hoorde munitie knetteren en af en toe een harde knal. Later hoorden we dat de bommen precies in een wagon fietsen terecht waren gekomen en die lagen overal verspreid. De paarden liepen later overal rond en brachten het er goed af.
Ja... toen onze jongens nog klein waren.... Hier op de NSU van Henk tijdens een vakantie in Badenhard.
De lootjes zijn verdeeld. Sinterklaas komt er aan en dit jaar wordt dat opnieuw samen gevierd en wel in Sleen. D.w.z. onze kinderen met aanhang, Robin en Eva natuurlijk en Judiths ouders Jan en Edith. Dit jaar worden de cadeautjes voor onze beide kleinkinderen afgeschaft. Ze doen gewoon mee net als de anderen. Hun cadeautjes liepen elk jaar weer de spuigaten uit. Iedereen had toch wat extras voor de kinderen in de mand gedaan. Niet meer dus. Ik ben wel blij met mijn schoondochters. Als het aan die jongens van mij lag kwam er niet veel terecht van die hele sinterklaas. En voor Wim hoeft het al helemaal niet. Het is me een stelletje ongezellige kerels. Snap je dat nu? Bij onze familie op de Boomgaard was het een hoogtepunt met paard- onder een wit laken, maar dat zag je vanuit de keuken toch niet- en al. Bij moeder van der Kolk was het ook altijd een gezellige boel. Toen onze kinderen klein waren kwamen de Egginks naar Hengelo op 5 december. Ik herinner me de plek waar mama zat. De dag erna lag de vloer rond die stoel bezaaid met chipskruimels. Toen Ben en Diny de jongens klein hadden werd de verjaardag van sint gezamenlijk bij hen gevierd. De buurtsint en piet kwamen toen persoonlijk langs en Berend moest zelfs laten horen hoe goed hij al piano kon spelen. We zijn zelfs vanuit Emmen nog eens op de Boomgaard geweest toen Jos nog zon klein manneke was. Maar toen begon de afstand mee te spelen en was het gebeurd met de pret. Maar sinds Judith en later Jennifer ook een vinger in de pap hebben , tja dan heb je weer steun, wordt de verjaardag van de goedheiligman weer gevierd. En volgens mij vinden de mannen het best gezellig. Vanmiddag hebben Wim en ik de inkopen al gedaan. We waren er vlot mee klaar en terwijl we bij de Goede Luim achter de chocolademelk zitten, hoor ik een zucht:En nou nog dat gedicht !
Wie zijn toch die mensen bij een soort van hol, mailde ik Joop, toen hij me weer een paar bijzondere foto's had gestuurd. Hij antwoordde meteen:
Dit is een foto van onderduikers in het bos achter het kasteel in de Wildenborch, v.l.r Johan Kreunen, tuinman van de Wildenborch, dan Leentje Jacobs-Vrankenhuis. Daarnaast zie je Derk Jansen de veehandelaar. Hij was bij de ondergrondse. Dan de dochter Edith Jakobs en helemaal rechts een tante van Edith, Kitty Jansen-Hillersen. Deze foto heb ik op een paaltje geplaatst in het bos op de plek waar de ondergrondse hut heeft gezeten. Ik weet nog dat we er vroeger in kropen, alhoewel deze was ingezakt. Ik heb Edith een half jaar geleden gesproken; ze woont in Nijmegen bij de kinderen op een boerderij. Ik had het adres gekregen van TV Gelderland, die hadden er een uitzending aan gewijd. De dames hebben eerst op het Kervel in Hengelo gezeten, maar toen werd het te link en zijn ze met hulp van een dominee naar de Wildenborch gebracht. Ze zijn ook daar verraden en op transport gesteld, maar een dag voordat ze zouden vertrekken uit Westerbork zijn ze bevrijd. Het was op 12 April, zo vertelde ze mij, die datum staat bij haar in het geheugen gegrift. gr. Joop
De boerderij van ome Koos en tante Heintje in De Steeg was van Natuurmonumenten. Tante Heintje vertelde dat er verderop maar één andere boerderij was. Daardoor miste ze de aansluiting met buren die in dezelfde omstandigheden waren. Dat vond ze altijd jammer. Je kunt als buren zoveel voor elkaar betekenen. Zoon Herman heeft met Ineke de boerderij voortgezet en woont nu ook ergens in de buurt van Gorssel in het huis waar tante Heintje jarenlang gewoond heeft met haar tweede man Gert Jansen. Ook Nel woont aan één kant van het huis. Gert Jansen had nooit kinderen gekregen en kreeg er op deze manier een hele familie bij. Ik heb begrepen dat hij dat geweldig heeft gevonden. Niemand van haar 10 kinderen had zin om in de Steeg te blijven wonen. Ze zijn uitgewaaierd in de omgeving en ook de Achterhoek. Dinie zelfs naar Zwitserland. De kleinkinderen gingen nog verder. Een paar van de kinderen van Jozien en Dolf zijn zelfs naar Australie geëmigreerd. Onze bijna 101 jarige tante Heintje praat met liefde over haar grote familie en weet alle nieuwtjes nog te vertellen.
Ome Koos en tante Heintje voor hun boerderij in De Steeg
De boerderij in De Steeg valt onder Natuurmonumenten
De eerste drie van Heintje en Koos waren meisjes: Jozien, Cobie en Dinie. Ik herinner me een gesprekje met tante Heintje toen Mark onze derde zoon geboren was. Ik had een meisje ook erg leuk gevonden. "Oo", zei ze.. "Wij krege eerst drie meisjes, mor d'r kwame nog zes jongens achteran." Ze had het accent van de Steeg overgenomen, dat kan ik niet goed weergeven, maar ik hoor het haar nog zeggen. Nee... bij ons kwamen er geen zes meisjes achteraan...
Ook met de vakantie waren de zussen Eggink welkom bij de Schuizemans in Diepenheim. Mies en Jo hebben het hier al naar hun zin. Hanna nam deze foto in 1929. De eerste baby heeft zich intussen al aangekondigd bij dit bevriende echtpaar. Op tafel is een bekend tafereeltje te zien: een flinke portie snijbonen die afgehaald en gesnipperd moeten worden, waarschijnlijk door het meisje links. Families die het zich veroorloven konden hadden vaak een meisje voor dag en nacht.
Zo worden ze steeds genoemd: Dina en Schuizeman of ook wel Schuizeman en Dina. De fam. Schuizeman zijn blijkbaar vrienden van de fam. Eggink want overal duikt die naam nu op.. Diepenheim en Geesteren en zelfs Lochem wordt genoemd. Hier staan Dina en haar Schuizeman voor hun winkel... denk ik. Opnieuw is dit een foto, door Hanna in 1928 genomen, zoals dat keurig vermeld is in Hanna's album.
Een foto uit 1928 ter gelegenheid van de verloving van Dika Eggink met Hendrik Kettelarij, genomen door Hanna. En ja hoor... vriendin Dina met Schuizeman staan links van hen. Dankzij de onderschriften bij de foto's in het album van Hanna weten we meer. Rechts zou een zus van Hendrik kunnen zijn...? Die later getrouwd is met deze Bertus van de Pegge, zoals die in Linde genoemd werd naar de naam van de boerderij. Zo waren wij: Hetty en Diny.. ach..ie-j wet wel... van Hein en Coba van de Boomgaard.
Bij de foto's uit een van de albums uit de familie is deze foto te zien vóor een huis bij de waterput. Ik kon er zelf niet veel van maken, maar vond het een mooi plaatje van een bruiloft uit vermoedelijk midden 20er jaren. Een nog jonge opoe en opa Eggink staan ergens links achteraan en ervoor ontdek ik Hendrik Kettelarij. De rest ken ik niet van andere foto's. Toen een paar jaar geleden Erna deze foto beschreef kon tante Jo zich herinneren dat dit een foto van het huwelijk van de Schuizemans moest zijn. Het blijken vrienden van Dika en Hendrik. Dika zelf kan ik niet ontdekken. De jongen links vooraan zal de dag hebben opgeluisterd met zijn mondharmonica.
Jaren later: Herman met zijn zonen Harold en Charlie en hun mooie Holsteinkoeien in Iowa.
Ik kan het toch weer niet laten. Hier ben ik weer.
De familie Eggink is muzikaal. Dat wil zeggen ze houden van zingen en muziek maken. Pa Hendrik Jan speelt orgel en volgens mij ook klarinet. Hij had een groot muziekboek in de Klavar Scriba methode. En zondags wordt er veel gezongen bij het orgel. Mama vertelt er over dat er altijd zon heel fijne sfeer heerste . In die tijd gaan ze daar geregeld naar de kerk in Ruurlo. Ds Boschma is een goede vriend van opa. Wanneer de zussen Jo en Dina niet langer op Hendrik Jan willen wachten en vast richting Ruurlo fietsen, komt hij ze kwaad achterop en gaat tergend langzaam slingetje slangetje voor ze fietsen. Op school had hij er blijkbaar ook wel eens genoeg van en zei hij tegen opoe: Mama, ij hoeft mien klumpkes niet te schoeren heur, want mergen gao ik toch niet naor schole (schuren mooi wit maken met vim waarschijnlijk) Eén van de 10 kinderen van opa en opoe uut Barchem is tante Dina. Ze heeft een armpje dat zich door een infectie niet goed heeft kunnen ontwikkelen. Toch zal ze in 1938 naar een familie in Hilversum gaan om te helpen in de huishouding. Hendrik Jan heeft een motor en zal haar wegbrengen. De reis gaat voorspoedig en in de buurt van Het Gooi stoppen ze even om te zien of ze op de goede weg zijn. Er komt een auto aan met een slingerende aanhanger en sleept tante Dina een eind mee! Ze is zo ernstig gewond dat ze een dag later in het ziekenhuis overlijdt. Opoe en opa zijn dan bij haar. Mijn vader schijnt in één nacht een grijze strook haar te hebben gekregen. Een jaar geleden vertelde tante Jo nog dat tante Dina haar had gezegd dat ze zo raar gedroomd had .nl dat ze eerst een feestje zou hebben en dat ze dan dood zou gaan. Heel apart! Het klopte, want ze had de vorige avond een uitvoering van de meisjesvereniging gehad. Tante Jo heeft er met de dominee een heel gesprek over gehad. Geleuf ij in dreumen, dominee?had ze gevraagd en dit verteld. Toen zei de dominee, dat hij eens gedroomd had van een hele mooie vlinder, die bij stukjes en beetjes uit elkaar rafelde. Hij had als ideaal om als zendeling te gaan werken, maar zijn vrouw wilde niet. Kort daarop wilde ze scheiden en liet hem achter met de 3 kinderen. Toen had hij aan deze droom gedacht. Hij is geen zendeling geworden maar wel weer gelukkig met een nieuwe vrouw en samen kregen ze nog een stel kinderen.
Een heel oude foto van de familie Eggink, genomen voordat Herman naar Amerika afreisde ong. 1924. Mijn vader Hendrik Jan staat rechts achteraan en tante Jo links vooraan
Zoals jullie zien ben ik - voorlopig- gestopt met dit blog. Wie geinteresseerd is in de verdere verhalen en memories is welkom op www.hettysite.nl. Op weblog 1 vind je de dagelijkse columns en op weblog 2 de memories. Ook zijn daar mijn schilderijen te bewonderen. Foto's onder het kopje Puur Natuur. Nieuwtjes en wetenswaardigheden onder Nieuws en Informatie over de kinderprentenboekjes Ik ben Moniek en Ik ben Scotty onder het kopje Kinderboekjes.
Het ga jullie allemaal goed en bedankt voor het meelezen.
De hele familie van der Kolk mèt mevr. Koeman en tante Catrien en Ab en Rielie Sobering. 10-9-1990
Het is al weer bijna 20 jaar geleden dat we een verrassingsdag aangeboden kregen door Piet en Marry. Die waren op dat moment 25 jaar getrouwd en wilden wat anders dan een gewoon feestje. Ze vroegen of wij wel om half 8 s morgens in Hattem konden zijn bij moeder van der Kolk. Natuurlijk konden we dat. Daar hadden zich dus de broers met aanhang èn Ab en Roelie zich verzameld en mocht de envelop met instructie open gemaakt worden.Wim als oudste had de eer. We moesten wel direct in de auto want om 9 uur vertrok de boot van Den Helder naar Texel. Het werd racen tegen de klok. Wim kan daar heel beeldend over vertellen hoe hij en Ab elkaar bijhielden. We redden het nog nèt. En daar stonden ze te wachten op de kade. Na de koffie met appeltaart kregen we tandems en gingen we na een proefrondje richting Oudeschild waar we verwacht werden in het Juttersmuseum. Daarna ging de tocht naar het westen en ergens op een grote parkeerplaats kregen we een lunch met ter plekke gerookte vis zo lekker. Daarna ging de route verder naar Ecomare, het Zeehondenopvangcentrum op Tessel. En de dag werd besloten met een diner in het restaurant met zicht op de haven, want om half 10 vertrok de laatste boot en die moesten we wel halen. Nee met Piet en Marry is het nooit saai
De nieuwste aanwinst van de KNRM De Nikolaas Wijsenbeek: 9.30 lang, 435 pk, snelheid 35 knopen en met een capaciteit van 20 geredden.
Twister is er op wo-j die nog zien? Wim zn favoriete oorlogsfilm, die hij een paar dagen terug opnam, is afgelopen en hij ontdekt de bekende film Twister op de tv. Rick heeft heel wat videobanden en DVDs met bekende films. Daar heb ik de laatste jaren op school dankbaar gebruik van gemaakt die laatste lesuren voor de vakantie. Ik heb wel quizen gedaan, spelletjes, speciale opdrachten met spreekwoorden, maar de topper bleef toch een film als Twister of Jumanji. Hoe meer spanning hoe mooier. Ook de speciale film van de KNRM bracht genoeg spanning met zich mee om een genoeglijk uurtje met elkaar te hebben èn om te laten zien wat voor een goed werk die KNRM doet. In die film ging alles ging fout wat er maar fout kon gaan met een jong gezin aan boord van een zeilboot. Het werd levensecht nagespeeld en natuurlijk speelde de Reddingsmaatschappij daar een mooie rol in. Wij zijn nog steeds donateur van die KNRM. We bestellen af en toe een vest, dekbedhoes, hand- en theedoeken en zelfs Kerstkaarten als steun, maar ook omdat we ze mooi vinden. Toen Wim zn eerste diploma haalde, dat zal zn VD voor Machinist zijn geweest, stond daar het potje van de KNRM en kreeg hij het verzoek om donateur te worden. Ja wat doe je als je blij bent met je diploma en straks de zee op gaat? Hij werd lid en bleef dat tot nu toe, al meer den 50 jaar.
Nee dit zijn niet de jongens van de LTS met een geslaagde verkleedpartij. Kijk maar eens goed dan zul je in de middelste, de baby, Gerhard kunnen herkennen. De tijd dat we aan de Marnixstraat in Hengelo woonden was een toptijd voor ons als gezin. Iedereen was nog thuis en je kon het als ouders nog aardig behappen. Het was een gezellig buurtje. Robert l. en Eddy r. waren de vrienden uit de buurt van Gerhard. Op vrijdagmiddag uit school was het verzamelen bij ons in de benedenkamer en dan werden de plannen gemaakt. We dronken samen wat en meestal was er wel wat lekkers bij. Bovendien kwamen dan meteen de verhalen los. Hoe ze dit bedacht hebben weet ik niet. Eddy in de kleren van zn grote zus en Robert zag deze outfit van zijn broer nog thuis in de kast hangen. Gezamenlijk hebben ze Gerhard zo uitgedost. Ik zie meteen de oranje gordijnen waar ik het over had en een weefcreatie waarvoor een oud fietswiel gebruikt was. Het was de tijd van het spinnen en weven èn volleybal. Nee schilderen is dan nog niet bij me opgekomen.
Hier was het al gewoon dat er gemengde klassen waren.
Dat was me wat toen we na de fusie ook meisjes in onze klassen kregen. Het sfeertje werd meteen anders. De jongens gedroegen zich tegenover meisjes toch wat hoffelijker dan tegenover de jongens. Het taalgebruik dat voorheen onderling nog wel eens te grof was ging er op vooruit! Voor mijn mannelijke collegas van de LTS was het wennen. Vooral wanneer ze als mentor met meisjes te maken kregen. Zou jij me willen helpen met de meisjes, ging het dan. Mijn hulp werd die eerste paar jaar nog wel eens ingeroepen. Wanneer ze op kamp gingen werd mijn assistentie eveneens zeer op prijs gesteld. Toen de eerste vbo/mavo klassen kwamen deden de meisjes hun intrede in ons gebouw aan de Wendeling, zes stuks tegelijk. De mavo/ havo groepen en hoger bleven eerst nog in het gebouw van het KDC. Ik vond dit toch wel erg leuk en dat eerste jaar dat ik ze Nederlands gaf zat de sfeer er zo goed in dat ze vroegen of ze als groepje niet eens bij ons aan het Schoolpad mochten komen. Zo kwamen ze met zn zessen een paar dagen kamperen in de zomervakantie. Ze hadden twee tentjes en er sliepen een paar in onze caravan. Ze hadden helemaal geen behoefte om van het erf af te gaan, hooguit even met Scott en Kim naar het bos. Het kampvuur deed het bij hen ook goed. Jaren later werd ik eens gebeld door Monique, één van die meisjes die me vroeg voor een interview voor de radio van het Scheperziekenhuis, waar zij als vrijwilligster werkte en we haalden samen herinneringen op aan onze gezamenlijke tijd op het KDC De Zuidoosthoek. Tegen de tijd dat ons schoolgebouw aan de Wendeling aangepast was aan de hele brede Scholengemeenschap waren de LTS mannen er helemaal aan gewend om ook meisjes in de klas te hebben.
Je blijft je soms afvragen hoe met enkele leerlingen, die je aandacht vroegen, in hun verdere leven gegaan is. Af en toe ontmoet ik er nog een. Zo ook het meisje dat in de eerste klas veel thuis bleef, haar zieke vader verloor en verder met haar broers en zusje zelfstandig bleef wonen. De oudste was toen 23 en vervulde de vaderrol. Pas kwam ik haar tegen in een supermarkt waar ze assistent- manager geworden was. Een stevige meid die met beide benen in het leven staat. Of de onzekere jongen in het VBO die toch maar mooi doorgroeide naar MBO en HBO en verder studeert in Utrecht aan de Universiteit. Dit mooie vervolg wist ik niet totdat een moeder me midden in een winkel aanschoot om me dat te vertellen en me namens hem te bedanken voor de steun van toen. Er was ook een jongen in een mentorgroep die opviel door zn gedrag door telkens met zn lichaam tegen andere jongens aan te wrijven. Ze hielden hem wel aardig op afstand, maar vreemd was het wel.O, zeiden zn vrienden, hij mag bij ons op het dorp de disco al niet meer in. Toen het na wat gesprekjes niet beter werd besloot ik met zn moeder te gaan praten. Ik legde haar voorzichtig uit wat me opgevallen was en vroeg of ze dit ook wist. Ik voegde er aan toe dat ik zelf kinderen had en zou het zelf prettig vinden wanneer ik ingelicht zou worden in zon geval. De moeder schrok er van, maar wist meteen waar ik het over had. Het bleek dat deze jongen zelf was misbruikt door een oom. Telkens als ze bij opa en oma waren ging deze jongen naar zn oompje die er naast woonde totdat zij ze een keer betrapt had. Zeg het asjeblieft niet tegen mien man, die wet hier niks van, zei ze. Ze vond het een goed idee om er met de schoolarts over te praten. Deze nam de zorg over. Zelf vond hij dat het na verloop van tijd beter ging. Ik heb hem nooit weer gezien. Maar ik blijf bezorgd om de jongen die van huis wegliep uit angst voor zn vader en s nachts in een doos bij het NS station ging slapen.
Gezienus, de jongen rechtsonder wist het toen dus al: vrachtwagenchauffeur! En de rest van deze klas: Boven van l. naar r. naast mij Roelof Grit, Erik Soetevent en Christiaan Huizing Daaronder: Martijn Voortman, Raymon Hemel, Jacob Maris, Robbie Orsel, Peter Stap en Eric Moerman. En vooraan: Marc Fial en Gezienus Brouwer.
Ik heb me altijd aangetrokken gevoeld tot leerlingen die wat teruggetrokken zijn. Het was een uitdaging om die wat losser te krijgen. Het was leuk om te ontdekken waar hun interesse lag en dan zag ik ze opfleuren en kon zon zgn. teruggetrokken typje ineens uit zn hoekje komen. Wanneer ik zag dat er meer achter zat bij een leerling verwees ik ze via de mentor door naar de schoolmaatschappelijk werkster die regelmatig deze leerlingen begeleidde. De jongens op het voortgezet onderwijs was soms een vak apart. Je ging ervoor om ze met Nederlands wat ondersteuning te geven, maar je kreeg al pratend ook heel andere zaken te verstouwen. Ik denk dat het ook te maken had met het vrouw zijn. Soms had ik behoorlijk intieme gesprekken met jongens van een jaar of 15- 16 die niet snapten waarom hun vriendin zo anders reageerde dan ze hadden verwacht. Wanneer de sfeer goed was werd er hard gewerkt. Jan Scheve en Leo van de Veer waren mijn voorbeelden in het IVBO. Die begonnen elke les met een praatje over . ja van alles. En dan ineens was het over en begon de les. Altijd goed. Een aantal jaren ben ik mentor geweest van het IVBO, meestal de brugklas en ging dan mee naar klas 2 waarna de vakleerkracht van Bouw, Metaal, Schilderen of Autotechniek het overnam. Voor ze op school kwamen ging je dan al op huisbezoek om te stap naar de nieuwe school wat kleiner te maken en ook om een indruk te krijgen van de leerling en het gezin. Ik vroeg eens aan zon a.s. leerling of hij al wist wat hij later wilde worden. Vrachtwagenchauffeur, zei hij ogenblikkelijk. Een tijdje terug kwam ik hem tegen. "En, vroeg ik hem. Is het gelukt als vrachtwagenchauffeur? Ik heb alle diplomas gehaald en rij nu op het buitenland, zei hij stralend.
Na de fusie met het KDC in 1992 werd het KDC De Zuidoosthoek, maar nu is het Carmelcollege.
Op de voormalige RK LTS De Zuidoosthoek maakte ik voor het eerst kennis met jongensklassen. Ik denk dat er alleen bij de afdeling Bouw een meisje zat en nog één bij Autotechniek. De rest waren het allemaal jongens, zo'n 400, die vanuit Oosterhesselen, Erica, Zwartemeer, ter Apel, Borger en alles daar tussen naar Emmen kwamen. Er werd door de jongens voornamelijk in de streektaal gesproken en dat verschilde nogal. In Ter Apel, al in de provincie Groningen, is dat totaal anders dan in Erica. Maar ze verstonden elkaar prima. Toen de jongens eens met een uitwisseling naar België geweest waren vroeg ik:Konden jullie die Vlaamse taal wel verstaan? O, jawel, was het antwoord, maar zij ons niet. De eerste maanden had ik alleen de brugklassen, omdat een leraar Nederlands die hen lesgaf het ineens niet meer zag zitten en al zijn boeken in de docentenkamer op de grond gooide. Ik heb hem nooit gezien, maar er werd verteld .... dat hij door de jongens de cowboy werd genoemd, vanwege zijn soort laarzen. Op een keer zagen een paar jongens hem in Emmen lopen en riepen :Hé cowboy!. Hij werd toen zo kwaad dat hij ze dwars door V en D en heel Emmen heeft nagezeten. Ik werd ook ingeschakeld wanneer er iemand ziek was. Ik herinner me de eerste keer dat ik met zon groepje jongens in van die stoere leren jekkies de trap op ging. Het was een 3e klas IVBO die ik Nederlands zou gaan geven. Jan Scheve liep met zijn groep achter me aan de trap op en stak me een riem onder het hart:Fijne jongens zijn het . fijne jongens! En dat waren het. De les ging ook nog over jongens met brommers. Helemaal een schot in de roos. En . haha waardeerden het ook dat ze weer eens van een juf les kregen.
Toen collega en vriendin Dineke bij mijn afscheid in 2004 van het Carmelcollege namens de personeelsvereniging een speech hield vertelde ze over onze afspraak om samen een lang weekend naar Kasteel De Slangenburg te gaan. Dat is haar favoriete plek om helemaal bij te komen of juist om een studieproject in alle rust af te maken. Nadat de Slangenburg aan de staat vervallen was na de 2e WO, de voormalige eigenaars waren Duitsers, heeft het eerst als klooster dienst gedaan. Nu kun je er logeren en wordt het gerund door vrijwilligers die ook de maaltijden, thee en koffie verzorgen. Het klooster staat wat verderop en s avonds is iedereen welkom bij de Metten, de avondzang. Alle kamers van de Slangenburg hebben namen. Onze gezamenlijke kamers heten de Biezen Mand, een kleine en een iets grotere kamer met badkamer. Maar ook is er een Schuilkerk, de Rijzende Zon en een Rose Kamer. Een plek om tot rust te komen. Normaal staat dat mondje van Dineke niet stil. Haar oma zei vroeger al dat ze, wanneer ze niet wist wat ze ging worden, altijd kon solliciteren als scheepstoeter! Deze dagen deden haar goed, er is ook een wat ingetogen Dineke. We hebben gewandeld in de bossen om het kasteel, we bezochten de Metten s avonds en luisterden naar die mooie Gregoriaanse avondgezangen. Eén middag gingen we naar het oude 2e hands boekenstadje Breedevoort èn één dag heb ik haar mijn deel van de Achterhoek laten zien, De Boomgaard, tante Jo, Vorden, Hengelo, De Muldersfluite en als afsluiting brachten we de laatste dag natuurlijk een bezoekje aan Diny. Dineke geeft engels èn doet een deel van de zorg. Ook zij begeleidt kinderen die problemen hebben. Háár mis ik het meest.
In 2005 tijdens onze trip in Canada had ik het nog. Hier brei ik van die leuke gekleurde meisjessokken. Henry houdt het bij z'n boek!
Toch gebeurde er iets raars. Er ontstond, nadat ik gestopt was met lesgeven, een bepaald soort drang om . lach niet .. te gaan breien. Niet gewoon een mooie trui of zo, maar sokken dikke sokken, dunne sokken, grote sokken en babysokjes, Ajaxsokken en slaapsokken. Gewoon s avonds bij de tv of overdag maakte niets uit...en de boer die breide door.... Ik ontdekte prachtige sokkenwol waarbij vanzelf mooie in gebreide kleurtjes ontstonden. Ik heb niet geteld hoeveel paar het waren, maar het was dichter bij de 30 dan bij de 25 paar. Voor Wim en mezelf natuurlijk, Robin en Eva, Niesje, de jongens, Judith en Jennifer, Ben en Diny en meer. Zelfs voor Jan Scheve die de belasting nog altijd invult voor Rick. Op zijn verzoek werden het sokken met een extra lange boord. Ik nam de breipennen zelfs mee toen we in 2005 op het vliegtuig naar Canada stapten, want behalve de sokken voor de hele gezin van Fred en Gera wilde ik me daar met die breipennen nog meer nuttig maken. Die pennen werden gesignaleerd op het vliegveld van Schiphol, Chicago èn Calgary, maar mochten mee. Maar mijn kleine schaartje zonder scherpe punten niet afgepakt. En toen na ongeveer 1,5 jaar was die drang ineens over. Af en toe vraagt Niesje nog eens of ik al weer sokken brei, maar ik moet haar teleurstellen. Het is over . gewoon helemaal over.
Ard Nieuwenbroek, een grote naam op gebied van Leerlingenzorg.
Vervolg van blog hetty1943 over de faalangsttraining.
Sinds ik na een cursusdag ivm Remedial Teaching in Utrecht op de terugweg per trein klem heb gestaan tussen jongelui en een wc deurtje besloot ik in het vervolg 1e klas te reizen wanneer ik voor school op pad moest. Bennie, onze administrateur vond het best. Is altijd nog goedkoper dan wanneer ik met de auto zou gaan. Zo ook naar de cursus Faalangsttraining in Den Bosch. Onze cursusleider heette Sander en na een eerste kennismaking kregen wij een eerste opdracht. Maar eerst ging zijn jasje uit. Hij meldde tevens dat hij tijdelijk voor iemand anders door zou gaan en later zijn jasje zou aandoen en weer gewoon Sander zou zijn. Ineens was hij veranderd in een autoritaire docent. Met veel poeha werd er papier uitgedeeld en een videocamera klaargezet. Toen kregen we de volgende opdracht:Jullie krijgen precies 5 minuten om een gedichtje te maken op de melodie van een sinterklaasversje. Dat ga je straks zingen voor de camera. Dat wordt wel opschieten. En tegen mijn verbijsterde gezicht: Schiet maar eens op, je buurvrouw is al begonnen. Enfin, hij zei alle dingen zoals je dat tegen, vooral faalangstige, leerlingen niet moet doen. Ik zat verstijfd. De meeste schreven trouw of deden alsof, maar ik kon me amper bewegen. Alle kenmerken van faalangst kwamen boven: zweten , blokkeren, hoofdpijn. En dat was nou net de bedoeling. Daarover ging het dus: Wat voel je? Toen Sander zn jasje weer aandeed ontspande iedereen weer. De rest van de cursus dagen werd besteed aan de oefeningen die je met de leerlingen kunt doen. Ik heb het al over de RET methode gehad. We noemen dat ook wel het G denken. Maak een schemaatje met de 3 Gs onder elkaar van Gebeurtenis, Gedachten en Gevoel .-Eerst benoem je de gebeurtenis waar je tegen op ziet . Bv proefwerk Engels -Dan wat je gedachten hierbij zijn. Bv Dat wordt weer niks ik haal altijd drieën -En tenslotte wat je hierbij voelt inderdaad zweten, hoofdpijn, pijn in de maagstreek, niets meer weten.
--Waar wil je van af? Dat is zeker: no3 dat rotgevoel --Het volgende is: Is er iets wat je kunt veranderen? --Het blijkt dat je alleen iets aan die gedachten kunt doen iets positiever gaan denken bv ik heb het goed geleerd, pa heeft me zelfs overhoord. Meer kan ik niet doen. Als je zo steeds iets positiever kunt denken zul je zien dat er behoorlijk verbetering zit in de prestaties.
---Daarnaast leren we deze leerlingen te ontspannen en de tips die voor iedereen gelden: -stap voor stap in gedeelten leren5x 10 minuten is effectiever dan 1x een uur. -niet bij een groepje gaan staan die gaat staan steunen over het moeilijke proefwerk dat er aankomt.