In het Gentse Sportpaleis werd het BK-ploegkoers betwist en wonnen Patrick Sercu-Roger De Vlaeminck na 100km/2.1214 de titel met 1 ronde voorsprong op Julien Stevens-Theo Verschueren. Op 2 ronden volgden Rik Van Linden-Norbert Seeuws als 4e eindigden op 3 ronden Dirk Baert-Ferdinand Bracke. Elf ploegen namen aan dit BK deel waarvan Robert Van Lancker-Paul Crapez als laatsten 9 ronden aan hun broek hadden.
Als omlijsting van dit Belgisch kampioenschap werd er een interprovinciaal omnium voor liefhebbers betwist. In de puntenrit was West-Vlaanderen met 19p. de besten voor Oost-Vlaanderen 17p. Antwerpen met 11punten werd 3e en Brabant met 8punten eindigde 4e.
De Olympische achtervolging was opnieuw West-Vlaanderen de beste voor Antwerpen, Brabant en Oost-Vlaanderen dat werd ingelopen.
Ook de 1km ploegentijdrit was voor West-Vlaanderen die een nieuw baanrecord te Gent vestigde, hun tijd was 1013, Brabant werd 2e, Antwerpen 3e en Oost-Vlaanderen 4e.
De afvalling werd gewonnen door Van Ransbeeck voor Demedts, Van Laethem, Wesemael, Eric Demeyer, Van Loo, Cools, Marc Demeyer, Boulard, Zelck, Constant, Vander Linden, De Guchtenaere, Hoefs, Van Dromme en Vermote. Antwerpen werd winnaar van deze proef voor Oost-Vlaanderen, Brabant en West-Vlaanderen.
Met 7 punten werd West-Vlaanderen eindwinnaar daarvoor zorgden (Julien Vermote, Rino Van Dromme, Marc Demeyer en Eddy Demedts), 2e werd Antwerpen 9 punten (Milo Cools, Ludo Vander Linden, Van Loo, en Clement Van Ransbeeck), Oost-Vlaanderen (Eric Demeyer, Roland Boulard, Wilfried Wesemael en Robert De Guchtenaere) en Brabant (Van Laethem, Raf Constant, Lucien Zelck en Benny Hoefs) behaalden 12punten.
|