. Jos Vander Vleuten en Emile Cambré In Luik-Tongrinne 217km viel de beslissing na 100km. Zeven renners namen afstand, het was vooral Georges Pintens die het meeste werk deed waardoor de groep vlug op 5 volgde. In de finale over 3 plaatselijke ronden van 15km was het opnieuw Georges die op de hellingen de forcing voerde. Maar waren het uiteindelijk de Nederlander Jos Vander Vleuten en Emile Cambré die op de kasseien wegreden. In de spurt haalde Cambré het vlot van de Nederlander, op 215 voor plaats drie was Georges Barras de snelste voor Noël Vantyghem, Eddy Verstraeten, Geirges Pintens en Eddy Reyniers. Voor plaats 8 op 315 was Ronny Vande Vijver sneller dan Ward Janssens. En Herman Beysens versloeg voor plaats 10 de Fransman Lucien Aimar zij hadden 430 achterstand. Voor Emile Cambré is het zijn eerste zege sedert 2 jaar, in 1969 won hij in eigen gemeente en in 1970 een rit in de Ronde van Sardinië. Nochtans was de voorbereiding op het seizoen slecht gestart, hij liep bij een ongeval een elleboogbreuk op, maar is op de rollen blijven oefenen.
De 10e Nokere koers kreeg 88 renners aan de start, waaronder Roger De Vlaeminck die er echter een oefenritje van maakte, kwam aan km 75 even op kop om op de 5 vluchters te jagen, op 3 ronden van het einde heeft Roger de wedstrijd verlaten. De vijf werden na 100 van de 150km gegrepen, en was het Tony Houbrechts die op 35km van het einde wegreed, het gezelschap nog kreeg van Ronny Van Marcke maar deze vrij vlot versloeg. Op 35 werd Willy Planckaert 3e voor Wim Prinsen (Ned), Dirk Baert, Frans Brands en Jaak De Boever.
|