.

De Nederlandse kampioen bij de liefhebbers Dries van Wijhe, ook dolle Dries genoemd is 12 jaar actief in de wielersport, rijdt om principiële redenen nooit op zondag, beschouwt een extra voorbereiding op de titelstrijd als overbodige luxe, vertrok zaterdagmorgen om 7 uur al met een bus supporters uit Oosterwolde en moest zonder enige ruggensteun van een soigneur aan het karwei in Valkenburg beginnen. Wat betreft zijn bijnaam komt volgens hem omdat hij soms net een dolle stier is. Aan zijn eerste racefiets kwam hij toen hij 15 jaar was, door een koe van zijn vader te verkopen. Dat merkte hij toch niet, want de beesten werden nooit geteld. Het stond de oude heer helemaal niet aan dat hij ging koersen en had liever de fiets in elkaar geslagen. Dat gebeurde trouwens ook een keer. Toen hij uit de bocht was gevlogen en beide wielen waren verkreukeld. Toen hij thuis kwam greep zijn vader de bijl en hakte de rest ook tot schroot. Nu nog steeds vinden ze het thuis niet zo geweldig dat hij koerst, voor zijn moeder telt enkel dat hij niet gevallen is. Wat betreft zijn voorbereiding op het NK had hij slechts één keer meer dan 100km gekoerst dit jaar, dat was op 9/6 toen hij kampioen van Gelderland werd. Wel was er het idee om langere afstanden te fietsen maar het kwam er nooit van en zat hij nooit meer dan 2uur per dag op de fiets. Zijn doel in het kampioenschap was 100km mee te rijden en dan maar af te stappen, want 165km had hij nog nooit gefietst. Ja toch, één keer was hij met vrienden naar Spanje geweest en daar in een zotte bui de auto verkocht voor 100 peseta’s en zijn zij met de fiets 1500km naar huis gereden, met de rugzak op de nek. Spaans of Frans kenden ze niet en als ze een ei moesten hebben, ging er één de winkel binnen en zei tok-tok-tok en dat verstond men wel. De eieren werden in de thee geroerd en het was o.k. Naar het WK wil hij niet want dan moet hij te veel trainen en gaat liever vissen.