.

Boezinge en Wezembeek-Oppem waren de twee wedstrijden in eigen land.

Met 70 stond men aan de start te Boezinge om als inleiding 1 grote ronde van 44km doorheen het front van ’14-’18 te rijden. Slechts 1 renner Eric Wyckaert vond het tempo te gezapig. Men liet hem begaan en wanneer men Boezinge opnieuw bereikte, fietste Wyckaert nog steeds op kop maar niet meer voor lang. Bukacki en Cael gingen nu wat harder op de pedalen duwen en telden al vlug 2’ voorsprong. Onder aanvoering van Maertens ging een groepje dat zou aanzwellen tot 23 op zoek naar de leiders. Op 10km van het einde was het opnieuw Freddy die de beslissing uitlokte en waren er nog 7 mee. Waar iedereen Freddy verwachte was het Raf Hooyberghs die in de vele bochten van de Kapellestraat verrassend toesloeg en met de steun van zijn ploegmaten Planckaert en Verreydt met 25” voorsprong won. Willy Planckaert werd 2^e voor Freddy Maertens, José Van Ackere, Eddy Moreels, Roger Loysch, Louis Verreydt en Robert De Guchtenaere. Op 40” voor plaats 9 was Eric Leman de snelste van de groep.

Wezembeek-Oppem mocht 50 rugnummers uitdelen en moesten de renners 167km afleggen in 22 ronden. Het is pas in de 13^de ronde dat de wedstrijd begon, toen In’t Ven, Catteeuw en Van Geebergen de aanval bliezen maar nooit meer dan 15” kregen. Jos Spruyt reed in één ruk tot bij de leiders met Jan van Katwijk in zijn wiel. Het was de Nederlander die won voor Jos Spruyt, Julien Van Geebergen, Gerry Catteeuw en Willy In’t Ven. Op 1’20” volgde Roger Rosiers en 10” later was Paul Collaer voor plaats 7 de snelste voor, Gilbert Wuytack, Adolf Huysmans, Johan Demuynck en Gérard Martens. Een volgend groepje mocht voor plaats 12 spurten en was Georges Vanconingsloo de snelste voor Herman Vrijders e.a.