Chronologisch overzicht van ruimtevaarders, bemande ruimtevluchten en onbemande sondes.
22-03-2016
dit gebeurde op 22 maart
vertrek in 1981 van het ruimteschip Soyuz 39 (Norad ID: 12366), naar het Soviet ruimtestation
Salyut 6.
Dzhanibekov en Gurragcha zullen er acht dagen samenwerken met Kovalyonok en Savinykh die tien dagen eerder in Soyuz T4 aankwamen in het ruimtestation. De twee cosmonauten zijn de achtste internationale bemanning in het kader van het Intercosmos programma.
vertrek in 1982 van de ruimtependel Columbia STS 3 (Norad ID: 13106), voor een 8-daagse testmissie in een baan om de aarde.
De bemanning zal gebruik maken van de gewichtloosheid om oa een medicijn te vervaardigen uit een substantie onttrokken aan niercellen. Deze cellen, alsook rode bloedcellen, werden in diepgevroren toestand meegenomen. Eenzelfde experiment slaagde al tijdens de Apollo-Soyuz missie in 1975.
De inzittenden zijn:
Jack R.Lousma, bevelhebber,
Gordon C.Fullerton, piloot.
vertrek in 1996 van de ruimtependel Atlantis STS 76 (Norad ID:23831), voor een 9-daags bezoek aan het Soviet ruimtestation MIR.
Met deze derde koppeling van een VS pendel aan het station maakt astronaute Lucid haar vijfde ruimtevlucht en zal als eerste Amerikaanse vrouw, gedurende 188 dagen deel uitmaken van de éénentwintigste vaste bezetting van MIR.
Bij de lading is de eerste Spacehab in het “Shuttle-MIR” programma, met Biorack-experimenten in micro-zwaartekracht. Deze werden op oa planten, cellen, bacteriën en insekten uitgevoerd. Ook onderzoek naar beenderontkalking stond op het programma.
Godwin en Clifford deden met behulp van de SAFER (Simplified Aid For EVA Rescue) uitrusting, de eerste buitenaktiviteit rond twee gekoppelde ruimteschepen.
De inzittenden zijn:
Kevin P.Chilton, bevelhebber,
Richard A.Searfoss, piloot,
Linda M.Godwin/Nagel, missiespecialist,
Michael R.Clifford, missiespecialist,
Ronald M.Sega, missiespecialist,
Shannon W.Lucid, MIR expeditielid (alleen bij de lancering).
geboorte in 1951 te Baku – Azerbeidjan, van Musa (Mussachi) Khiramanovich Manarov.
Russische ingenieur/cosmonaut.
Lid van Energia Ingenieur 5-1978 / NPOE 4 groep.
Maakte ruimtevlucht als vluchtingenieur in Soyuz TM4(TM6) en Soyuz TM11.
Verbleef 541,02 dagen in de ruimte.
Maakte 7 ruimtewandelingen - samen 34u32’.
Was cosmonaut tot juli 1992.
geboorte in 1964 te Saltburn – UK, van Nicholas James MacDonald Patrick.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 17-1998 “The Penguins”.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 116 en STS 130.
Verbleef 26,61 dagen in de ruimte.
Maakte 3 ruimtewandelingen - samen 18u14’ .
Was astronaut tot 31 mei 2012.
selektie in 1972 van de
TsKBEM-2burgerspecialisten
Boris Andreyev,
Valentin Lebedev,
Yuri Ponomaryov;
IMBP-1medici
Georgi Machinski,
Valeri Polyakov,
Lev Smirenny;
TsKBM-1(OKB-52)burgerspecialist
Valery G.Makruchin.
Enkel Lebedev en Polyakov zullen een ruimtevlucht maken.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1967: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1968: een SU technologiesatelliet US-A;
in 1969: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1972: een SU ELINT satelliet Tselina-O;
in 1973: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1976: een VS fotospion KH-9/Big Bird;
in 1985: de communicatiesatellieten Ekran 14 (SU) en Intelsat VA-F10;
in 1988 en 1995: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1990: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1991: de SU communicatiesatelliet Molniya 3-40;
in 1994: het MIR cargoschip Progress-M22;
in 1995: een SU militaire waarnemer Kobal’t.
in de rand:
- Cosmonaut Musa Manarov bemerkte eind jaren 1980 een vreemd voorwerp nabij het Soviet ruimtestation MIR. Dit gebeurde toen hij de koppeling filmde van een schip dat aanmeerde bij het station. Het voorwerp leek op een soort roterende antenne, van naar schatting één meter lengte, en was ook op de film zichtbaar.
lancering in 1964 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde E-6 N°6.
Deze sonde wordt gelanceerd met de bedoeling een camera-module (ALS E-6 N°6 SA) zacht neer te laten op de maanbodem.
De beoogde lage aardorbit met 65° inclinatie wordt niet bereikt door problemen met de derde trap van het lanceertuig, waarna de rest van de combinatie in de atmosfeer verbrandt.
(afbeelding: een model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: -
Norad ID: -
Andere namen: Luna
Lanceertuig: Molniya 8K78M / T15000-20
Massa: 1500 kg(?).
lancering in 1965 vanaf Cape Canaveral LC12, van de VS ruimtesonde Ranger 9.
Deze heeft als doel het doorseinen van beelden tijdens de laatste minuten vóór het neerstorten op
het maanoppervlak.
Na een perfekte lancering bereikt de sonde op 24 maart de maan en maakt 5800 goed kontrasterende
foto’s gedurende de laatste 19 minuten van de vlucht. Het laatste beeld heeft een resolutie van 0,3m.
Ranger 9 valt te pletter in krater Alphonsus (13°Z-357°O); zoals beelden van de LRO-sonde later bevestigen.
(afbeeldingen: model van deze sonde en maanfoto kort vóór de inslag)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1965-023A
Norad ID: 1294
Andere naam: RA-9
Lading: ranger Block 3 N°9
Lanceertuig: Atlas 204D Agena B 6007
Massa: 367 kg.
geboorte in 1941 te Poperingen, van Dirk Dries David Damian Frimout.
Belgische ladingspecialist/astronaut.
Lid van ATLAS 1-1985 groep.
Maakte ruimtevlucht als ladingspecialist in STS 45.
Verbleef 8,92 dagen in de ruimte.
Eerste Belg in de ruimte – 24 maart 1992.
Was astronaut tot april 1992.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1963: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1966: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1967: een SU technologiesatelliet DS-MO;
in 1968: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1971: de VS militaire satelliet Jumpseat 1/SDS A;
in 1975: een SU fotoverkenner Orion;
in 1979: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1984: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1985: acht SU militaire communicatiesatellieten Strela-1M;
in 1986: een SU technologiesatelliet US-A;
in 1996: de IN aardobservatie satelliet IRS-P3;
in 1999: de CN communicatiesatelliet Asiasat 3S.
in de rand:
- Op 1 april 1993 verscheen een krantenbericht als zou onze landgenoot Dirk Frimout in aanmerking komen voor hulp bij de eerste herstelbeurt van de ruimtetelescoop HST. Dit bleek echter een aprilgrap te zijn.
Het was de ESA-astronaut Claude Nicollier die met Endeavour STS 61 in december 1993, deelnam aan deze opdracht.
suborbit test in 1961 vanaf Wallops Eiland LA1, van de VS ruimtecapsule Mercury Little Joe-5A.
Mercury Little Joe 5A is de 6de in de reeks Little Joe testen.
De bedoeling is de stevigheid van de structuur beproeven bij de hoogst te verwachten dynamische belasting, die zou kunnen optreden bij een orbitale vlucht.
De draagraket vertrekt normaal, maar na 19 sec ontsteken de raketten van de ontsnappingstoren, edoeld als redmiddel bij een lanceerprobleem. De capsule wordt weggeslingerd en kan licht beschadigd geborgen worden. Ze kon later herbruikt worden in de LJ-5B testvlucht.
(afbeelding: lanceeropstelling van een LJ-5 combinatie)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: -
Norad ID: -
Andere naam: LJ-5A
Lading: Mercury SC14
Lanceertuig: Little Joe 1 4C
Massa: 1250 kg.
vertrek in 1965 van het ruimteschip Woskhod 2 (Norad ID: 1274), voor een verblijf van 1 dag in een baan om de aarde.
Tijdens deze vlucht wordt cosmonaut Leonov de eerste mens die zich in de ruimte buiten een ruimteschip begeeft (algemeen “EVA” genoemd). Het is dank zij zijn uitzonderlijke fysieke kracht dat hij er in slaagt om door de sluis terug in de capsule te klimmen. Door een falende automatische besturing moest de terugkeer manueel ingezet worden en kwam de capsule op 800 km van de geplande landingsplaats neer in de wouden van de Oeral.
De inzittenden zijn:
Pavel I.Belyayev, gezagvoerder,
Aleksey A.Leonov, piloot.
geboorte in 1954 te Mountain Home AFB – Idaho, van James Francis Reilly II.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 15-1994 “The Flying Escargots”.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 89, STS 104 en STS 117.
Verbleef 35,44 dagen in de ruimte.
Maakte 5 ruimtewandelingen - samen 30u43’.
Was astronaut tot mei 2008.
geboorte in 1957 te Stockholm, van Arne Christer Fuglesang.
Zweedse ingenieur/astronaut.
Lid van ESA 2-1992, Nasa 16-1996 en EAC-1998 selektie.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 116 en STS 128.
Verbleef al 26,73 dagen in de ruimte.
Maakte al 5 ruimtewandelingen - samen 31u54’ .
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1963: een VS fotospion KH-6 Lanyard;
in 1964: een SU wetenschapssatelliet DS-MG;
in 1965: de VS militaire wetenschapssatelliet DAPP 11;
in 1966: een VS fotospion KH-7 en de militaire satelliet OPS 974;
in 1967 en 1970: een SU doelsatelliet DS-P1-I;
in 1969: de VS militaire satellieten OV1-17, OV1-17A, OV1-18 en OV1-19;
in 1971: een SU doelsatelliet Ds-P1-M;
in 1976: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1981: de SU communicatiesatelliet Raduga 8;
in 1987: de SU militaire satelliet EPN-3.694;
in 1995: de Japanse weersatelliet GMS 5 en wetenschapssatelliet SFU met watersalamander(s).
in de rand:
- De bemanning van Woskhod 2 zou een onverklaarbaar voorwerp gemeld hebben toen ze in de dampkring doken.
Van de EVA van Leonov werden onduidelijke TV-beelden doorgestraald. Het vermoeden bestaat dat de later uitgebrachte kleurenfilm in een aardse studio zou gemaakt zijn.
Verder is het merkwaardig dat na deze Woskhod pas ruim twee jaren later de volgende bemande Soviet ruimtevlucht plaatsvond.
vertrek in 1992 van het ruimteschip Soyuz TM14 (Norad ID: 21908), naar het Soviet ruimtestation MIR.
De cosmonauten Viktorenko en Kaleri zullen er 145 dagen verblijven als elfde vaste bezetting, terwijl ESA-astronaut Flade slechts een 8-daags bezoek brengt en op 25 maart landt in Soyuz TM13.
De bemanning deed biologische experimenten in funktie van de aanwezige zero-zwaartekracht.
Op 8 juli inspekteerden Viktorenko en Kaleri apparatuur aan de buitenzijde van de Kvant-2 module, nodig voor latere herstellingen en vervangingen.
Bij de landing wordt bezoekend astronaut Tognini, na 14 dagen in MIR, teruggebracht.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Alexander S.Viktorenko, gezagvoerder,
Alexander Y.Kaleri, vluchtingenieur,
Klaus-Dietrich Flade, wetenschapper - ESA MIR92;
bij de terugkeer:
Alexander S.Viktorenko, gezagvoerder,
Alexander Y.Kaleri, vluchtingenieur,
Michel A.-C.Tognini, wetenschapper.
geboorte in 1930 te Pittsburgh – Pensylvania, van James Benson ‘Jim’ Irwin.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 5-1966 groep.
Maakte ruimtevlucht als LM-piloot in Apollo 15.
Verbleef 12,30 dagen in de ruimte.
Maakte 3 maanwandelingen en 1 stand-up - samen 19u13’53”.
Achtste mens op de maan – apollo 15.
Verlaat Nasa en Luchtmacht in juli 1972.
Overlijdt aan hartaanval op 8 augustus 1991 te Glenwood Springs.
geboorte in 1936 te Chicago – Illinois, van Thomas Kenneth ‘Ken’ Mattingly II.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 5-1966 groep.
Maakte ruimtevlucht als
CM-piloot in Apollo 16 en
bevelhebber in STS 4 en STS 15/51C.
Verbleef 21,19 dagen in de ruimte.
Maakte 1 ruimtewandeling van 1u23’42”.
Was astronaut tot 1985.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1958: de VS technologiesatelliet Vanguard 1(TV4);
in 1966: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1969: een SU aardobservatie satelliet Sfera;
in 1970: de SU weersatelliet Meteor 1-03;
in 1972: de VS fotospion Samos 87;
in 1977 en 1978: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1980: een SU navigatiesatelliet Tsikada;
in 1981 en 1982: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1988: de SU aardobservatie satelliet IRS 1A en de communicatiesatelliet Molniya 1-72;
ruimtevlucht in 1966 van de capsule Gemini GT-8 (Norad ID: 2105), voor een koppeltest in een baan om de aarde met de eerder gelanceerde Agena doelraket.
Wegens technisch falen moet de eerste geslaagde koppeling in de ruimte voortijdig beëindigd worden. Het is dank zij de bekwaamheid en koelbloedigheid van Armstrong dat de astronauten na de vlucht van ongeveer 11 uren behouden kunnen terugkeren. De oorzaak van de mislukking lag bij één van de stuurraketjes van Gemini, dat zonder ophouden aanstond. Hierdoor ging de Gemini capsule met aangekoppelde Agena steeds sneller rondtollen.
De inzittenden zijn:
Neil A.Armstrong, bevelhebber-piloot,
David R.Scott, co-piloot.
geboorte in 1927 te Moskou, van Vladimir Mikhailovich Komarov.
Russische piloot/cosmonaut.
Lid van Luchtmacht 1-1960 groep.
Maakte ruimtevlucht als
piloot-gezagvoerder in Woskhod 1 en
bemanning in Soyuz 1.
Verbleef 2,13 dagen in de ruimte.
Eerste officiële dode tijdens ruimtevlucht.
Sterft in de Soyuz 1 crash op 24 april 1967 in Ohreburg Oblast.
geboorte in 1932 te Creston – Iowa, van Ronnie Walter ‘Walt’ Cunningham.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 3-1963 groep.
Maakte ruimtevlucht als LM-piloot in Apollo 7.
Verbleef 10,84 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 1971.
geboorte in 1959 te Flint – Michigan, van Michael John ‘Bloomer’ Bloomfield.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 15-1994 “The Flying Escargots”.
Maakte ruimtevlucht als
piloot in STS 86 en STS 97, en
bevelhebber in STS 110.
Verbleef 32,46 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 13 juli 2007 en bleef aktief in de ruimtevaart.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1968: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1974: de VS militaire satelliet DMSP 5B-F5;
in 1976: een SU ELINT satelliet Tselina-D;
in 1978: de geheime VS satelliet 1978-029A;
in 1979: de geheime VS satellieten 1979-025A en 1979-025B;
in 1981: de VS militaire waarschuwer DSP 9;
in 1983: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-56 en een fotoverkenner Zenit-6;
in 1984: de SU communicatiesatellieten Ekran 12 en Molniya 1-60;
in 1989: een SU fotoverkenner Oblik en het MIR cargoschip Progress 41;
in 1998: de VS militaire satelliet UFO 8/UFO F-O F8/USA 137.
in de rand:
- In 1962 werd door de Soviet Unie de eerste Kosmos satelliet door een Kosmos 2I 63S1 raket in een baan om de aarde gebracht. Na twee mislukte, was dit de eerste geslaagde lancering.
Kosmos 1 was de technologiesatelliet DS-2 N°1 (ook soms als Sputnik 11 aangeduid), in hoofdzaak bedoeld om elektronische onderdelen te testen. Door de hoge elliptische baan, tot 980 km, waren ook metingen mogelijk van de straling in de Van Allen-gordels.
- Astronaut WalterCunningham zou in Apollo 7 boven Australië, gemeld hebben dat niet herkende voorwerpen nabij hun capsule voorbijvlogen.
vertrek in 1995 van het ruimteschip Soyuz TM21 (Norad ID: 23519), naar het Soviet ruimtestation MIR.
Dit is het eerste ruimteschip dat een gemengde VS-Soviet bemanning naar MIR brengt voor gezamelijke experimenten. De bemanning zal er 115 dagen verblijven als 18de vaste bezetting en keert op 7 juli terug met de ruimtependel Atlantis STS 71.
Op 11 september keren cosmonauten Solovyov en Budarin met Soyuz TM21 terug naar de aarde, na een verblijf van 75 dagen in MIR.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Vladimir N.Dezhurov, gezagvoerder,
Gennady M.Strekalov, vluchtingenieur,
Norman E.Thagard, wetenschapper – VS;
bij de landing:
Anatoly Y.Solovyov, gezagvoerder,
Nikolai M.Budarin, vluchtingenieur.
geboorte in 1928 te Gary – Indiana, van Frank Frederick Borman II.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 2-1962 groep.
Maakte ruimtevlucht als bevelhebber-piloot in Gemini 7 en Apollo 8.
Verbleef 19,90 dagen in de ruimte.
Nam deel aan eerste ruimte rendez-vous op 16 december 1965 en eerste maanorbit op 24 december 1968.
Was astronaut tot 1970.
geboorte in 1934 te Chicago – Illinois, van Eugene Andrew ‘Gene’ Cernan.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 3-1963 groep.
Maakte ruimtevlucht als
co-piloot in Gemini 9,
LM piloot in Apollo 10 en
bevelhebber in Apollo 17.
Verbleef 23,59 dagen in de ruimte.
Maakte 1 ruimte- en 3 maanwandelingen – samen 24u10’57”.
Mede snelheidsrecordhouder (11107 m/s) - apollo 10.
Elfde man op de maan - apollo 17
Laatste man van de maan vertrokken op 14 december 1972.
Was astronaut tot 1976.
geboorte in 1939 te Miami – Florida, van Dr William Benjamin ‘Bill’ Lenoir.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van Nasa 6-1967 groep.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 5.
Verbleef 5,09 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 1984.
Overlijdt op 26 augustus 2010 tgv een fietsongeval.
geboorte in 1963 te Madrid, van Pedro Francisco Duque.
Spaanse ingenieur/astronaut.
Lid van ESA 2-1992, NASA 16-1996 en EAC-1998 selektie.
Maakte ruimtevlucht als
missiespecialist in STS 95 en
vluchtingenieur in Soyuz TMA3(TMA2).
Verbleef 18,76 dagen in de ruimte.
Eerste Spanjaard in de ruimte – 29 oktober 1998.
geboorte in 1967 te Pittsburgh – Pennsylvania, van Edward Michael (Mike) Fincke.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 16-1996 “The Sardines”.
Maakte ruimtevlucht als
ISS expeditielid in Soyuz TMA4 en Soyuz TMA13, en
missiespecialist in STS 134.
Verbleef al 381,60 dagen in de ruimte.
Maakte al 9 ruimtewandelingen – samen 48u37’.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1968: de SU weersatelliet Meteor-9;
in 1968: de VS militaire satellieten OPS 4849 en OPS 7076;
in 1974: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1979: een SU fotoverkenner Zenit-4MKM;
in 1980: een SU spionagesatelliet US-P;
in 1981: een SU satelliet onderschepper IS;
in 1985: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1988: een SU technologiesatelliet US-A;
in 1990: de communicatiesatelliet Intelsat VI-F3;
in 1990: een SU spionagesatelliet US-PM;
in 1992: de PAS communicatiesatelliet Galaxy V;
in 1996: de telecomsatelliet Intelsat 707/Intelsat VII-F7 en een SU militaire waarnemer Kobal't;
in 1998: het MIR-cargoschip Progress-M38.
in de rand:
- Astronaut Frank Borman bracht na zijn maanreis een bezoek aan Europa. In februari 1969 had hij ook een gesprek met de paus. Door een misverstand bij een foutief vertaalde vraag gesteld door monseigneur Mansourati antwoordde Borman “ Neen, ik heb geen duivel op de maan gezien”.
- Terug op aarde na zijn maanlanding zou Eugene Cernan verklaard hebben:
“Als ik iedereen kon meenemen in de ruimte en op afstand laten kijken naar onze aarde, dan denk ik dat de wereld zou veranderen. Vanop de maan zie je geen politieke, kulturele, religieuze of taalgrenzen”.
vertrek in 1986 van het ruimteschip Soyuz T15 (Norad ID: 16643), naar de Soviet ruimtestations
Salyut 7 en MIR.
De bemanning blijft van 13 maart tot 5 mei in MIR, voor oa het uitladen van twee Progress cargoschepen. Dan koppelen ze los en meren de volgende dag aan bij Salyut 7. Hier zullen ze vanaf 6 mei tot 25 juni de lopende experimenten beëindigen en de resultaten ervan met 350 kg instrumenten overbrengen naar de Soyuz. Op 26 juni zijn de cosmonauten terug in MIR, waar ze zich als eerste vaste bezetting tot 16 juli hoofdzakelijk zullen bezig houden met aardobservatie.
Deze ruimtevlucht duurt in in haar geheel 125 dagen en is de laatste van het T-type.
De inzittenden zijn:
Leonid D.Kizim, gezagvoerder,
Vladimir A.Soloviyov, vluchtingenieur.
vertrek in 1989 van de ruimtependel Discovery STS 29 (Norad ID: 19882), voor een 5-daags verblijf in een baan om de aarde.
Tijdens deze missie wordt de satelliet TDRS 4 (Tracking and Data Relay Satellite) dmv de eigen rakettrap (IUS) in een geosynchrone baan geplaatst. Ook staan bio-experimenten met oa vier ratten op het programma. Met de Discovery werd een luchtmachtproef gedaan, waarbij de pendel diende als doel voor de ijking van een optische waarnemingspost op Hawaii.
De bemanning nam ook foto’s van de aarde met een in de hand gehouden IMAX camera.
De inzittenden zijn:
Michael L.Coats, bevelhebber,
John E.Blaha, piloot,
James P.Bagian, missiespecialist,
James F.Buchli, missiespecialist,
Robert C.Springer, missiespecialist.
geboorte in 1970 te Penza, van Aleksandr Mikhailovich Samokutyayev.
Russische piloot/cosmonaut.
Lid van Luchtmacht TsPK 13-2003 selektie.
Maakte ruimtevlucht als ISS expeditielid in Soyuz TMA21 en Soyuz TMA14M.
Verbleef al 164,24 dagen in de ruimte.
Maakte al 2 ruimtewandeling – samen 10u01’.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1967: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1968: de VS militaire satelliet OPS 5057;
in 1970: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1971: de VS wetenschapssatelliet Explorer 43/IMP 8;
in 1977: een VS fotospion KH-8;
in 1985: een VS radarsatelliet Geosat;
in 1987: zes SU militaire communicatiesatellieten Strela-3;
in 1994: de VS militaire satellieten USA 101 en USA 102.
experimenten met dieren:
- In 1967 is er de sub-orbitale vlucht van Vesta 5 (FR) met de lampongaap Pierette tot zowat 230 km hoogte. De capsule komt behouden neer.
vertrek in 1981 van het ruimteschip Soyuz T4 (Norad ID: 12334), naar het Soviet ruimtestation
Salyut 6.
De bemanning zal er 75 dagen verblijven als zesde vaste bezetting en wetenschappelijke experimenten uitvoeren. Midden mei testte de bemanning technieken om de mogelijkheid na te gaan of een reeds aangemeerde Soyuz kon gebruikt worden als reddingsmiddel, ingeval een aankomende Soyuz in de problemen kwam.
Ook was aan de cosmonauten gevraagd om de ongewone ontdekking van de vorige bezetting te verifieren. Deze had namelijk “zilverachtige wolken” waargenomen.
(Naargelang de bron wordt ook 90 dagen als verblijfsduur aangegeven).
De inzittenden zijn:
Vladimir V.Kovalyonok, gezagvoerder,
Viktor P.Savinykh, vluchtingenieur.
lancering in 1965 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde E-6 N°9.
Sonde E-6-9 moet een cameramodule, gelijkaardig aan deze van Luna 4, laten neerkomen op de maan.
De laatste trap van het lanceertuig weigert dienst en laat de sonde tot 17 mei in aardorbit steken; waarna ze verbrandt in de atmosfeer.
De combinatie krijgt het kosmosnummer 60.
(afbeelding: een model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1965-018A
Norad ID: 1246
Andere namen: Kosmos 60
Lanceertuig: Molniya 8K78L/R103-25
Massa: 6530 kg.
geboorte in 1923 te Hackensack - New Jersey, van Walter Marty ‘Wally’ Schirra Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 1-1959 groep.
Maakte ruimtevlucht in
Mercury-Atlas 8, en als
bevelhebber in Gemini 6 en Apollo 7.
Verbleef 12,30 dagen in de ruimte.
Nam deel aan eerste ruimte rendez-vous – 16 december 1965.
Verlaat Nasa Astronauten Corps op 1 juli 1969.
Overlijdt aan hartaanval op 3 mei 2007 in ziekenhuis te La Jolla.
selektie in 1962 van de Soviet VVS cosmonautes
Tatyana Kuznetsova,
Irina Soloviyova,
Valentina Tereshkova.
Alleen Tereshkova zal – als eerste vrouw – een ruimtevlucht maken.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1965: een VS fotospion KH-7;
in 1972: de VS wetenschapssatelliet TD-1A;
in 1975: een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1976: een SU doelsatelliet Vektor;
in 1979: het Saljut 6 cargoschip Progress 5;
in 1983: een SU communicatiesatelliet Ekran;
in 1991: de SU navigatiesatelliet Nadezhda 3.
in de rand:
- Walter Schirra zag ook de lichtgevende deeltjes rond zijn capsule, zoals al door oa John Glenn waargenomen in Mercury-Atlas 6.
Hij was de eerste astronaut die de (waarschijnlijke) codenaam “Santa Claus” gebruikte om één of meer onherkende voorwerpen nabij zijn Mercury-Atlas 8 capsule te melden.
- In mei 1981 zagen Vladimir Kovalyonok en Viktor Savinykh nabij Salyut 6 een bolvormig voorwerp dat het station tot op 100 m naderde. Af en toe verdween het om later terug op te duiken. Deze waarneming werd op film vastgelegd.
lancering in 1960 vanaf Cape Canaveral LC17A, van de VS ruimtesonde Pioneer 5.
Pioneer 5 moet in de ruimte tussen de omloopbanen van de aarde en venus, onderzoek doen ivm magnetisme, ionisatie en deeltjes afkomstig van uitbarstingen op de zon.
Daartoe wordt de sonde in een baan om de zon geschoten, met een omlooptijd van 310 dagen.
De apparatuur van de sonde bestaat uit twee stralingsdetectoren, een inductie magnetometer en een micro-meteoriet detector. Twee zenders stuurden de gegevens door tot op 50 miljoen kilometer.
Het ruimtetuig werd 108 dagen gevolgd over een afstand van 35 miljoen kilometer.
Pioneer 5 registreerde de gevolgen van een enorme zonne-uitbarsting op 31 maart, en leverde
ons zo belangrijke informatie over het ‘weer’ in de ruimte.
Pioneer 5 was het enige komplete succes in de Pioneer-reeks.
(afbeelding: een model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1960-001A (alpha 1)
Norad ID: 27
Andere naam: Able 6
Lading: Pioneer P-2
Lanceertuig: Thor Able IV 219
Massa: 43 kg.
geboorte in 1956 te Elizabethtown - North Carolina, van Curtis ‘Curt’ Lee Brown Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 12-1987 groep.
Maakte ruimtevlucht als
piloot in STS 47, STS 66 en STS 77; en
bevelhebber in STS 85, STS 95 en STS 103.
Verbleef 57,63 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot december 1999.
geboorte in 1963 te Bauru – Sao Paulo, van Marcos Cesar Pontes.
Braziliaanse piloot/astronaut.
Lid van Brazilië-1998 en NASA 17-1998 selektie.
Maakte ruimtevlucht als vluchtingenieur in Soyuz TMA8(TMA7).
Verbleef 9,89 dagen in de ruimte.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1964: een VS fotospion KH-7;
in 1965: de VS militaire navigatiesatelliet EGRS 2/SECOR 2 en de geheime satellieten 1965-17D en NSS O-3;
in 1976: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-33;
in 1983: de SU communicatiesatelliet Molniya 3-20;
in 1987: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1988: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-71, acht SU militaire communicatiesatellieten Strela-1M en de GEC telecomsatelliet Spacenet 3R.
lancering in 1967 vanaf Baikonur LC81/23, van de Soviet L1-2P Block D test in een baan om de aarde.
Deze test is meegedeeld als voorbereiding op de geplande Zond lanceringen.
De lading wordt in een hoge elliptsche baan gebracht en door de Block D trap in een maanbaan geschoten. Het was echter niet de bedoeling naar de maan te vliegen of de lading na de vlucht te bergen. Door het slagen van deze test werd vals vertrouwen geschapen voor de toekomstige vluchten. Een reeks van hierop volgende mislukkingen zal spijtig genoeg roet in het eten gooien.
(afbeelding: tekening van deze combinatie)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1967-021A
Norad ID: 2705
Andere naam: Kosmos 146
Lanceertuig: Proton-K/UR-500K
Massa: 5375 kg.
geboorte in 1961 te Ames – Iowa, van Laurel Blair Salton Clark.
Amerikaanse missiespecialist/astronaute.
Lid van NASA 16-1996 “The Sardines”.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 107.
Verbleef 15,94 dagen in de ruimte.
Sterft in Columbia pendel ramp op 1 februari 2003, boven Texas.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1970: de FR/DE technologiesatellieten DIAL/WIKA en DIAL/MIKA;
in 1975: de JP militaire communicatiesatelliet SDS 1;
in 1976: een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1977: de communicatiesatelliet Palapa 2 en een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
lancering in 1961 vanaf Baikonur LC1, van het Soviet ruimteschip Vostok 3(K)A N°1/Korabl-Sputnik 4.
Korabl-Sputnik 4 is officieel de vierde Vostok test ter voorbereiding van de eerste bemande vlucht. In de capsule zitten een “mechanische cosmonaut” Ivan Ivanovich, de hond Chernushka (Zwartje) en dieren (oa muizen, cavia en insekten).
Eén volledige aardomloop wordt uitgevoerd, waarna de capsule met succes in de omgeving van Kubyshev geborgen wordt. De vlucht duurde 1 uur 41 minuten.
De mechanische cosmonaut werd uit de capsule geschoten en kwam per parachute neer, terwijl de capsule met Chernushka en de rest van de lading behouden landde.
Als de bergingsploeg het dorp Stary Tokmak bereikt wordt ze door een grote menigte entoesiast onthaald, allen willen de ‘ruimtehond’ zien en knuffelen.
(afbeelding: model van vostok met hond Chernushka)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1961-008A (theta 1)
Norad ID: 91
Andere naam: Sputnik 9 (VS aanduiding)
Lanceertuig: Vostok 8K72K E103-14
Massa: 4700 kg.
geboorte in 1934 te Klushino - Smolensk, van Yuri Alekseyevich Gagarin.
Russische piloot/cosmonaut.
Lid van Luchtmacht 1-1960 groep.
Maakte ruimtevlucht in Vostok 1.
Verbleef 0,0750 dagen in de ruimte.
Eerste mens officieel in de ruimte en in orbit – 12 april 1961.
Sterft in een vliegtuigongeval omgeving Novosyolovo op 27 maart 1968.
selektie in 1983 van de LMIcosmonaute
Yekaterina A.Ivanova;
die echter nooit in aanmerking kwam voor een ruimtevlucht.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1965: de satelliet voor radio amateurs OSCAR 3 en de VS militaire satellieten EGRS 3, GGSE 2, GRAB 6, Dodecapole 1, Solrad 7B, GGSE 3 en Surcal 2;
in 1966: een VS fotospion KH-4A;
in 1973: de VS militaire satelliet OPS 8410/SAMOS 92;
in 1974: de VS technologiesatelliet X 4/Miranda;
in 1992: een SU navigatiesatelliet Tsikada;
in 1996: de VS militaire satelliet REX 2.
in de rand:
- In 1961 zou volgens geruchten cosmonaut Piotr I.Dolgov rond deze tijd overleden zijn bij de test van een Vostok schietstoel. Geruchten ivm deze persoon zijn er echter in overvloed. Officieel verongelukte hij op 1 november 1962.
Zie ook de vermoedelijke Korabl-Sputnik lancering op 27 september 1960.
- Radio Wenen bracht op 21 april 1967 het bericht als zou cosmonaut Yuri Gagarin na zijn vlucht gezegd hebben dat vliegende schtels echt zijn, met de snelheid van het licht vliegen en een ernstig probleem vormen.
- Leonid Vladimirov zou, ivm de dood van Yuri Gagarin, aan een joernalist van de ‘Daily Telegaph’ gezegd hebben dat het feit dat hij samen met Vladimir Seryogin om het leven kwam laat veronderstellen dat ze het slachtoffer werden van een mislukte raketlancering.
geboorte in 1927 te Shawnee - Oklahoma, van Leroy Gordon ‘Gordo’ Cooper Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 1-1959 groep.
Maakte ruimtevlucht als
piloot in Mercury-Atlas 9 en
bevelhebber/piloot in Gemini 5.
Verbleef 9,39 dagen in de ruimte.
Bracht eerste live TV vanuit de ruimte op 15 mei 1963.
Was aktief bij Nasa tot 31 juli 1970.
Overlijdt aan hartfalen op 4 oktober 2004 te Ventura.
geboorte in 1937 te Maslennikovo - Yaroslavl, van Valentina Vladimirovna Tereshkova.
Russische piloot/cosmonaute.
Huwde cosmonaut Andrian Nikolayev.
Lid van VVS-vrouwen 1962 groep.
Maakte ruimtevlucht in Vostok 6.
Verbleef 2,95 dagen in de ruimte.
Eerste vrouw in de ruimte – 16 juni 1963.
Moeder van het eerste kind van in de ruimte verbleven ouders.
geboorte in 1946 te Douala – Kameroen, van Patrick Pierre Roger Baudry.
Franse piloot/astronaut.
Lid van Internationale 1980 groep.
Maakte ruimtevlucht als ladingspecialist in STS 18/51G.
Verbleef 7,07 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot juni 1985 en bleef aktief in de luchtvaart.
selektie in 1991 van de TsPK-11 bijkomende cosmonaut
Talgat Musabayev (Kazakhstan).
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1969: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1973: een SU fotoverkenner Zenit-4M;
in 1981: acht SU militaire communicatiesatellieten Strela-1M;
in 1982: de VS militaire waarschuwer DSP 10/IMEWS 13;
in 1984: een SU militaire waarschuwer Oko;
in 1989: de EUMETSAT weersatelliet Meteosat 4/MOP 1 en de JP communicatiesatelliet JCSat 1;
in 1991: een SU fotoverkenner Oblik.
in de rand:
- Astronaut Gordon Cooper was een fervent gelover in het bestaan van niet herkende vliegende voorwerpen (UFO), waarschijnlijk omdat hij zelf als militaire piloot in Duitsland, gedurende twee dagen metaalachtige schijven waarnam die op aanzienlijke hoogte overvlogen.
Later legde hij een verklaring af voor de Verenigde Naties, waarin hij oa stelde dat de astronauten bang waren om over hun ervaringen met dergelijke waarnemingen te praten.
- Valentina Tereshkova was de eerste vrouw en tevens de eerste niet-militair in de ruimte. Ze werd kort na haar ruimtevlucht in 1963 door haar regering “aangezet” om spoedig zwanger te worden. Samen met haar echtgenoot, cosmonaut Andrian Nikolayev (Vostok 3), kreeg zij in juni 1964 een dochter Elena. Deze stond gedurende haar eerste vijf levensjaren onder voortdurend medisch toezicht en werd later dokter.
vertrek in 1994 van de ruimtependel Columbia STS 62 (Norad ID: 23025), voor een 14-daags verblijf in een baan om de aarde.
Deze missie heeft USMP-2 en OAST-2 aan boord, voor experimenten van oa materiaalbewerking en kristalgroei in bijna gewichtloze toestand. Ook stonden bio-medische aktiviteiten op het programma voor een beter begrijpen van de effekten van langere ruimtevluchten.
Twee astronauten droegen bij de lancering verbeterd ondergoed, gelijkend op dat van formule-1 piloten, om de temperatuur aangenaam te houden.
De inzittenden zijn:
John H.Casper, bevelhebber,
Andrew M.Allen, piloot,
Pierre J.Thuot, missiespecialist,
Charles D.Gemar, missiespecialist,
Marsha S.Ivins, missiespecialist.
geboorte in 1965 te Balkhash – Dzheskazgan(Kazakhstan), van Yuri Valentinivich Lonchakov.
Russische piloot/cosmonaut.
Lid van Tspk 12-1997 selektie.
Maakte ruimtevlucht als
missiespecialist in STS 100,
vluchtingenieur in Soyuz TMA1(TM34), en
ISS expeditielid in TMA13.
Verbleef 200,77 dagen in de ruimte.
Maakte 2 ruimtewandelingen - samen 10u27’.
Was cosmonaut tot 14 september 2013.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1968: de VS wetenschapssatelliet OGO 5;
in 1969: de VS militaire satelliet OPS 4248;
in 1970: de VS militaire satellieten OPS 0440 en OPS 3402, en een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1972 en 1978: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1980: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1992: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-83;
lancering in 1959 vanaf Cape Canaveral LC5, van de VS ruimtesonde Pioneer 4.
Pioneer 4 wordt in een baan geschoten die de sonde nabij de maan moet brengen.
Het is het 1ste VS tuig dat aan de aantrekkingskracht van de aarde weet te ontkomen.
De sonde passeert de maan op 4 maart om 23u24min, op een afstand van 60.000 km. Dit was te ver om de eigenlijke maanmetingen uit te voeren.
Het hoofddoel van pioneer 4 – de maanpassage en zonsorbit 147/169 mkm – werd verwezenlijkt, met radiokontakt gedurende 82 uren tot 655.000 kilometer ver. De sonde draait in 392 dagen om de zon.
(afbeelding: model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1959-013A (nu 1)
Norad ID: 113
Lanceertuig: Juno II Jupiter AM-14
Massa: 18/6,10 kg.
vertrek in 1969 van de ruimtecapsule Apollo 9 (Norad ID: 3769), voor een 10-daags verblijf in een baan om de aarde.
Tijdens deze missie worden systemen en apparatuur getest voor de latere bemande maanvluchten.
Vier uur na de lancering wordt de CSM-LM combinatie afgekoppeld van de Saturn raket en begint de bemanning aan de opdracht. Deze omvat oa het testen op 6 maart door Scott en Schweickart, van de ruimtepakken die later op de maan zullen gebruikt worden. Op 7 maart komt de LM (Spider) met McDivitt en Schweickart aan boord tijdelijk los van de CSM (Gumdrop) en verwijdert zich 180 km. Na 6 uren koppelen ze terug aan en voeren gedurende de resterende dagen orbitale maneuvers uit.
De inzittenden zijn:
James A.McDivitt, bevelhebber,
David R.Scott, CM piloot,
Russell L.Schweickart, LM piloot.
lancering in 1972 vanaf Cape Canaveral LC36A, van de VS ruimtesonde Pioneer 10.
Deze missie is de eerste die naar het buitenste van ons zonnestelsel gestuurd wordt en de eerste naar de planeet jupiter. Het ruimtevaartuig bereikt zijn dichtste nadering tot jupiter op 4 december 1973, op ongeveer 200.000 km. Pioneer 10 vloog dan door naar de interstellaire ruimte in de richting van de rode ster Aldebaran, die het oog van de Stier vormt. De reis over een afstand van 68 lichtjaren naar Aldebaran zal ongeveer twee miljoen jaar vergen. De continue tracking en gegevensverwerking werden op 31 maart 1997 beëindigd om budgettaire redenen. Het signaal van het ruimtevaartuig is voor het laatst waargenomen op 23 januari 2003.
(afbeelding: vrije voorstelling van de sonde in de ruimte)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1972-012A
Norad ID: 5860
Andere namen: Pioneer F
Lanceertuig: Atlas SLV-3C Centaur AC-27
Massa: 258kg.
geboorte in 1942 te Beloye – Minsk, van Vladimir Vasilyevich Kovalyonok.
Belarussische piloot/cosmonaut.
Lid van Luchtmacht 4-1967 groep.
Maakte ruimtevlucht als gezagvoerder in Soyuz 25, Soyuz 29(31) en Soyuz T4.
Verbleef 216,38 dagen in de ruimte.
Maakte 1 ruimtewandeling van 2u05’.
Was cosmonaut tot 23 juni 1984.
geboorte in in 1946 te Warsaw - New York, van James ‘Jim’ Craig Adamson.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van Nasa 10-1984 groep.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 28 en STS 43.
Verbleef 13,93 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot augustus 1992.
geboorte in 1949 te Sunnyside – Washington, van Dr Bonnie Jeanne Dunbar.
Amerikaanse missiespecialist/astronaute.
Huwde astronaut Ronald Sega.
Lid van Nasa 9-1980 groep.
Maakte ruimtevlucht als
missiespecialist in STS 22/61A, STS 32 en STS 71; en
ladinggezagvoerder in STS 50 en STS 89.
Verbleef 50,35 dagen in de ruimte.
Was astronaute tot september 2005.
geboorte in 1949 te Cordova – Alabama, van James Shelton ‘Jim’ Voss.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van Nasa 12-1987 groep.
Maakte ruimtevlucht als
missiespecialist in STS 44, STS 53 en STS 101;
ladinggezagvoerder in STS 69; en
ISS expeditielid in STS 102(105).
Verbleef 202,23 dagen in de ruimte.
Maakte 4 ruimtewandelingen - samen 22u45’.
Was astronaut tot juni 2003 en bleef aktief als ruimtevaartmedewerker.
selektie in 1992 van de NPOE-10 ingenieur/cosmonauten
Aleksandr Lazutkin,
Sergei Treshchov,
Pavel Vinogradov.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1967: een SU wetenschapssatelliet DS-U2-M;
in 1971: de CN technologiesatelliet ShiJian en een SU fotoverkenner Zenit-4M;
in 1977: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1980: een VS afluistersatelliet NOSS 3;
in 1982: een SU militaire waarschuwer Oko;
in 1987: het MIR cargoschip Progress 28 en een SU ELINT satelliet Tselina-D.
in de rand:
- In zijn boek “Bezoekers uit de ruimte” beweert de auteur dat na de “belevenissen” van de Apollo 8 bemanning, de Amerikaanse regering pogingen ondernam ter bewapening van Apollo 9. Of er effektief bewapening aangebracht werd vermeldt hij niet.