Chronologisch overzicht van ruimtevaarders, bemande ruimtevluchten en onbemande sondes.
29-03-2016
dit gebeurde op 29 maart
geboorte in 1931 te Gvardeitsi – Samara, van Aleksey Aleksandrovich Gubarev.
Russische piloot/cosmonaut.
Lid van Luchtmacht 2-1963 groep.
Maakte ruimtevlucht als gezagvoerder in Soyuz 17 en Soyuz 28.
Verbleef 37,48 dagen in de ruimte.
Was cosmonaut tot 1981 en bleef aktief in de ruimtevaart.
geboorte in 1947 te Olginka – Kazakhstan, van Aleksandr Stepanovich Viktorenko.
Russische piloot/cosmonaut.
Lid van Luchtmacht 7-1978 / TsPK 7 groep.
Maakte ruimtevlucht als gezagvoerder in Soyuz TM3(TM2), Soyuz TM8, Soyuz TM14 en Soyuz TM20.
Verbleef 489,07 dagen in de ruimte.
Maakte 6 ruimtewandelingen - samen 19u39’.
Was cosmonaut tot mei 1997.
geboorte in 1957 te Columbus – Ohio, van Michael James Foreman.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 17-1998 “The Penguins”.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 123 en STS 129.
Verbleef 26,56 dagen in de ruimte.
Maakte 5 ruimtewandelingen – samen 32u19’.
Was astronaut tot december 2010.
geboorte in 1965 te Fort Belvoir – Virginia, van William (Bill) Anthony Oefelein.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 17-1998 “The Penguins”.
Maakte ruimtevlucht als piloot in STS 116.
Verbleef 12,86 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 1 juni 2007.
selektie in 1983 van de LII-2luchtvaartspecialisten
Ural N.Sultanov,
Magomed O.Tolboyev;
die geen van beiden een ruimtevlucht zullen maken.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1977: de UA technologiesatelliet AUOS-Z-R-O Oval;
in 1984: een SU militaire waarschuwer Oko.
in de rand:
- Ooit zou Aleksey Gubarev verklaard hebben te geloven in het bestaan van buitenaardse wezens. Naar eigen zeggen steunde zijn overtuiging op hem bekende informatie die in het bezit zou geweest zijn van de VS.
- In 1968 zouden volgens geruchten Vladimir Seryogin en Yuri Gagarin samen om het leven gekomen zijn bij een mislukte Zond-vlucht. Deze moest in lusvorm tot op maansafstand verlopen, maar verging in de dampkring.
De officiele sterfdatum van beiden is echter 27 maart 1968.
testlancering in 1963 vanaf Cape Canaveral LC34, van het Saturn SA-4 lanceertuig.
Dit is de laatste onbemande sub-orbitale vlucht voor het testen van de eerste trap van de toekomstige maanraket. Zoals gepland wordt motor nummer 5 na 100 seconden stilgelegd en wordt de brandstof ervan met succes naar de nog werkende motoren geleid. Na 15 minuten komt de raket 400 km verder naar beneden. De bereikte hoogte is 129 km en de maximale snelheid 5900 km/u.
(afbeelding: de raket op het lanceerplatform)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: -
Norad ID: -
Andere naam: Apollo SA-4 Test Flight
Lanceertuig: Saturn 1
Gewicht: 52480 kg.
geboorte in 1946 te Almelo, van Dr Wubbo Johannes Ockels.
Nederlandse ladingspecialist/astronaut.
Lid van Esa 1-1992 groep.
Maakte ruimtevlucht als ladingspecialist in STS 22/61A.
Verbleef 7,03 dagen in de ruimte.
Eerste Nederlander in de ruimte - 30 oktober 1985.
Was astronaut tot 1994.
Overleden aan de gevolgen van niercelkanker op 18 mei 2014, te Almelo.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1969: een SU doelsatelliet DS-P1-I;
in 1978: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1983: de VS weersatelliet NOAA 8;
in 1986: de communicatiesatellieten Brasilsat 2(BR) en Gstar II(GE);
in 1995: de communicatiesatellieten Brasilsat-B2(BR) en HotBird 1(Eutelsat);
lancering in 1964 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde 3MV-1 N°3.
Deze sonde (Spuskaemiy Apparat 3MV-1 N°3) moet gegevens verzamelen tijdens het voorbijvliegen aan venus.
Het SL-6/A-2-e lanceertuig bereikt probleemloos de beoogde aardorbit, maar raakt niet op weg naar venus door onstabiel gedrag van block L en krijgt zo een kosmosnummer.
(afbeelding: een model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1964-014A
Norad ID: 770
Andere namen: Kosmos 27
Lanceertuig: Molniya 8K78M T15000-22
Massa: 890 kg.
lancering in 1969 vanaf Baikonur LC81/23, van de Soviet ruimtesonde 2M N°521.
Deze Sovjet-missie naar mars is nooit officieel aangekondigd, maar is later geïdentificeerd als een geplande orbiter met landingsmodule. Na een succesvolle werking van de eerste twee fasen van de lancering ontstaat brand in een brandstofpomp. De motor explodeert bij T+438,66 seconden en de overblijfselen komen neer in het Altai gebergte.
De bedoeling zou het maken van duidelijke foto’s en het verzamelen van gegevens geweest zijn gedurende drie maanden.
(afbeelding: een model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: -
Norad ID: -
Andere namen: Mars 1969A, M69-521
Lading: Mars M-69
Lanceertuig: Proton-K/D 8K82K
Massa: 4850 kg.
lancering in 1969 vanaf Cape Canaveral LC36A, van de VS ruimtesonde Mariner 7.
Mariner 7 is een vervolg aan de Mariner 6 missie, ook bedoeld om wetenschappelijke gegevens
te verzamelen tijdens het voorbijvliegen aan Mars.
De sonde had 2 TVcamera’s aan boord, alsmede instrumenten voor studie van de atmosfeer.
Op 5 augustus 1969 passeert Mariner 7 de planeet op 3430km en maakt een 100tal bodemfoto’s. De foto’s die gemaakt werden op 2, 3 en 4 augustus 1969 waren beter dan die van Mariner 6 omdat de temperatuur nu hoger was. Samen met Mariner 6 werd 20% van de oppervlakte in beeld gebracht.
Mariner 7 ontdekte oa ammoniak en methaan aan de rand van de zuidpool. De atmosfeer bestond voornamelijk uit koolstofdioxide en een weinig water, echter zonder stikstof.
Deze sonde zou de eerste nabijfoto van Phobos gemaakt hebben.
(afbeeldingen: een model van deze sonde en een marsfoto)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1969-030A
Norad ID: 3837
Andere namen: Mariner 69-2
Lading: Mariner 6-7
Lanceertuig: Atlas SLV-3C Centaur AC-19
Massa: 366 kg.
lancering in 1972 vanaf Baikonur LC31, van de Soviet ruimtesonde 4V-1 N°670/Venera 8.
Venus 8 was één van de twee sondes die tijdens het lanceervenster in het voorjaar van 1972 naar venus gestuurd werden. De tweede missie - Kosmos 482 – bleef vast in aardorbit. De doelstellingen waren om een meer geavanceerde reeks van wetenschappelijke metingen te doen op het oppervlak van venus.
Na 117 dagen bereikt het ruimtevaartuig venus. Op 22 juli 1972 wordt de afdaalmodule gescheiden van de bus en de parachute wordt op 60 km hoogte geopend. Venera 8 landt op 10°Z – 335°O. Gegevens werden tot 63 minuten na de landing doorgestuurd en bevestigden deze van Venus 7; namelijk de hoge oppervlaktetemperatuur en druk (470°C – 90 atmosfeer). Het gemeten lichtniveau was vergelijkbaar met de hoeveelheid licht op een bewolkte aardse dag, met ongeveer 1 km zichtbaarheid.
(afbeelding: model van de sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1972-021A
Norad ID: 5912
Lanceertuig: Molniya 8K78M
Massa: 1180 kg.
overlijden in 1968 van Yuri Alekseyevich Gagarin.
Soviet piloot/cosmonaut
Geboren op 9 maart 1934, te Klushino
Rang: Polkovnik (Kolonel), Soviet Luchtmacht
Selectie: Luchtmacht Groep 1-1960
Missies: Vostok 1
Verbleef 1h 48m (0,075d)in de ruimte
Kwam samen met instructeur Vladimir Seryogin om in hun MiG-15UTI ongeval te Novosyolovo, nabij Kirzhach.
Kreeg meerdere onderscheidingen, waaronder de Orde van Lenin en de Held van de Soviet Unie Ster, hier samen afgebeeld.
selektie in 1973 van de
TsKBEM-3burgerspecialisten
Vladimir Aksyonov,
Aleksandr Ivanchenkov,
Valery Ryumin,
Gennady Strekalov;
TsKBM-2(OKB-52)burgerspecialist
Dimitri A.Yuyukov.
Alleen deze laatste zal geen ruimtevlucht maken.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1964: de VS wetenschapssatelliet Ariël 2;
in 1970, 1971 en 1975: een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1975: de SU wetenschapssatelliet Interkosmos 13;
in 1980: het Saljut 6 cargoschip Progress 8 en een SU doelsatelliet Vektor;
in 1990: een SU militaire waarschuwer Oko.
in de rand:
- Zoals zo vele marssondes had ook Mariner 7 problemen in de nabijheid van mars. Deze keer was het een batterij die explodeerde.
- Leonid Vladimirov zou, ivm de dood van Yuri Gagarin, aan een joernalist van de ‘Daily Telegaph’ gezegd hebben dat het feit dat hij samen met Vladimir Seryogin om het leven kwam laat veronderstellen dat ze het slachtoffer werden van een mislukte raketlancering.
- In 1962 wordt kandidaat cosmonaut MarsRafikov ontslagen uit het korps wegens wangedrag. Volgens hem zijn er meerdere van zijn groep in de fout gegaan, maar is dat ook de schuld van Gagarin en Titov, die oa hem en Anikeyev het slechte voorbeeld gaven.
- In 1963 worden kandidaat cosmonauten Grigori Nelyubov, Ivan Anikeyev and Valentin Filatyev dronken en ruziënd opgepakt aan het station van Chkalovskiy. Aangezien dit niet de eerste keer was wil het VVS-bestuur hen alle drie ontslaan. Gagarin is echter van mening dat enkel Filatyev schuld treft. Uiteindelijk zal geen van deze drie in aanmerking komen voor een ruimtevlucht.
- In 1964 worden enkele weken na de lancering van Kosmos 27, gesprekken opgenomen in Italië tussen twee cosmonauten en een volgstation. Geruchten koppelen de communicatie aan de bemanning in deze drager van een venussonde die vast kwam in een baan om de aarde.
testlancering in 1961 vanaf Baikonur LC1, van het ruimteschip Vostok 3KA N°2/Korabl-Sputnik 5.
Korabl-Sputnik 5 is officieel de vijfde en tevens laatste test ter voorbereiding van de eerste bemande vlucht. In de capsule zitten de mechanische cosmonaut Ivan Ivanovich, de hond Zvezdochka (Sterretje) en niet nader gespecifieerde biologische specimen (waarschijnlijk muizen, cavia, kikkers en zaden). Ook een TV systeem en wetenschappelijke apparatuur zijn aan boord.
Een volledige aardomloop wordt uitgevoerd, waarna de hond in de capsule-kooi gezond en wel in het Izhevsk gebied landt. Ivanovich was op enkele kilometers hoogte met succes uit de capsule geschoten en komt per afzonderlijke parachute naar beneden.
De vlucht duurde 1 uur 46 minuten.
(afbeelding: model van de kooi en de hond Zvezdochka)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1961-009A (iota 1)
Norad ID: 95
Andere namen: Sputnik 10 (VS aanduiding)
Lanceertuig: Vostok 8K72K E103-15
Massa: 4700 kg.
geboorte in 1928 te Cleveland – Ohio, van James Arthur ‘Jim’ Lovell Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 2-1962 groep.
Maakte ruimtevlucht als
co-piloot in Gemini 7,
bevelhebber-piloot in Gemini 12,
CM piloot in Apollo 8, en
bevelhebber in Apollo 13.
Verbleef 29,80 dagen in de ruimte.
Nam deel aan eerste ruimte rendez-vous op 16 december 1965 en eerste maanorbit op 24 december 1968.
Overleefde eerste noodtoestand voorbij aardorbit in Apollo 13.
Mede hoogterekord houder (401056 km) in Apollo 13.
Was astronaut tot 1973.
geboorte in 1969 te Shanxi, van Wang Liu.
Chinese piloot/taikonaut.
Lid van China 1-1998 groep.
Maakte ruimtevlucht als tweede bemanningslid in Shenzhou 9.
Verbleef al 12,64 dagen in de ruimte.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1961: de VS wetenschapssatelliet Explorer 10;
in 1965: een VS fotospion KH-4A en een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1967 en 1972: een SU doelsatelliet DS-P1-Yu;
in 1972: een SU aardobservatie satelliet Sfera;
in 1982: de SU weersatelliet Meteor 2-08;
in 1985: een SU militaire waarnemer Terilen;
in 1986: een SU spionagesatelliet US-PM1;
in 1988: de IT wetenschapssatelliet San Marco 5;
in 1993: een SU militaire communicatiesatelliet Raduga en de VS militaire communicatiesatelliet UFO F1/UHF1 follow on;
in 1998: de communicatienetwerk satellieten Iridium 51 en 61.
in de rand:
- Volgens geruchten zou de Soviet Unie in 1960 een test uitgevoerd hebben die resulteerde in een ballistische vlucht tot boven de Stille Oceaan. In de capsule zaten de honden Otwzjnaja en Malek, het konijn Zvozdotsjka, ea fauna en flora.
Andere bronnen geven 15 juni aan als datum van deze test, alsook andere dieren.
- Een verscheidenheid van ruimtetuigen (Vostok, Woskhod, Kosmos, ea) werden door VS waarnemers bij gebrek aan gegevens aangeduid met de algemene benaming ‘Sputnik’. Deze kregen de VS-nummers 11 t/m 25, niettegenstaande geen enkele hiervan door de Soviets zelf ‘Sputnik’ gedoopt werd.
sub-orbitale test in 1961 vanaf Cape Canaveral LC5, van de VS capsule MR-BD.
Mercury Redstone Booster Development (MR-BD) is de laatste onbemande sub-orbitale test met een Mercury model.
Deze wordt uitgevoerd op aandringen van de ontwerper Von Braun, tegen de goesting van astronaut Shepard, die zeer gretig was om zelf te vliegen. De VS had immers het sterke vermoeden van de op
handen zijnde bemande vlucht van de Soviet Unie. Had Shepard zijn zin gekregen dan was hij de eerste mens in de ruimte geworden, en niet Gagarin.
De ultieme test moest de problemen oplossen welke zich bij de MR-1A en MR-2 vluchten voordeden. Het ging hier vooral om optredende trillingen en stuwkracht kontrole.
Alle testobjectieven werden behaald en de lanceercombinatie werd geschikt bevonden voor sub-orbitale bemande vluchten.
(afbeelding: lancering van de test)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: -
Norad ID: -
Lading: Mercury model ‘boilerplate’
Lanceertuig: Mercury Redstone MRLV-5
Massa: 1200 kg (?)
vertrek in 1992 van de ruimtependel Atlantis STS 45 (Norad ID: 21915), voor een 9-daags verblijf in een baan om de aarde.
De lading bevat de eerste vlucht van het internationaal atmosfeer laboratorium “Atlas 1” (Atmospheric Laboratory for Applications and Science), waarvan de uitrusting geleverd werd door België, Duitsland, Frankrijk, Japan, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, de VS en Zwitserland.
Onze landgenoot Dirk Frimout was medeverantwoordelijk voor de apparatuur die gegevens verzamelde over het milieu in het algemeen en meer bepaald de ozonconcentratie en het broeikaseffekt.
De missie, oorspronkelijk gepland op acht dagen, werd met één dag verlengd om de experimenten nog verder te zetten.
De inzittenden zijn:
Charles F.Bolden, bevelhebber,
Brian J.Duffy, piloot,
Kathryn D.Sullivan, ladinggezagvoerder,
David C.Leestma, missiespecialist,
Michael C.Foale, missiespecialist,
Byron K.Lichtenberg, ladingspecialist,
Dirk D.Frimout, ladingspecialist - ESA.
geboorte in 1951 te Patuxent River – Maryland, van Kenneth Stanley ‘Ken’ Reightler Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 12-1987 groep.
Maakte ruimtevlucht als piloot in STS 48 en STS 60.
Verbleef 13,65 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot juli 1995 en bleef aktief in de luchtvaart.
geboorte in 1957 te Philadelphia – Pennsylvania, van Scott Jay ‘Doc’ Horowitz.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 14-1992 “The Hogs”.
Maakte ruimtevlucht als
piloot in STS 75, STS 82 en STS 101; en
bevelhebber in STS 105.
Verbleef 48,33 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot oktober 2004 en bleef aktief in de ruimtevaart.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1964: een VS fotospion KH-4A;
in 1967: een SU militaire communicatiesatelliet Strela-2;
in 1969: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1971: de VS militaire satelliet OPS 5300;
in 1972: de VS militaire weersatelliet DMSP 2/DMSP 5B-F2;
in 1977: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-36 en een ELINT satelliet Tselina-O;
in 1981: de SU communicatiesatelliet Molniya 3-15;
in 1982: de SU communicatiesatelliet Molniya 3-18 en een militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1983: de SU navigatiesatelliet Kospas 2/Nadezhda 11F643N-530;
in 1988: een SU militaire waarnemer Kobal't;
in 1989: een VS militaire waarnemer Delta Star/USA 036 en acht SU militaire communicatiesatellieten Strela-1M;
in 1995: de VS militaire weersatelliet DMSP-F13/USA 109 en de communicatiesatelliet Intelsat 7/Intelsat 705;
in 1998: de FR aardobservatie satelliet SPOT 4/Vegetation 1.
in de rand:
- In 1962 besluit de ruimtevaartcommissie bij monde van Vershinin, tot verwijdering van Ivan Rafikov en Mars Anikeyev uit de Luchtmacht-1960 cosmonautengroep, omdat ze in de nacht van 12 op 13 maart het centrum zonder toelating zouden verlaten hebben.
Anikeyev zou ook dronken betrokken geweest zijn in een vechtpartij, terwijl Rafikov zijn vrouw zou geslagen hebben nadat ze kloeg over zijn avontuurtjes met andere vrouwen.
Hier dient opgemerkt te worden dat er verschillende versies bestaan over het hoe en waarom van de verwijdering van deze twee cosmonauten uit de groep.
ruimtevlucht in 1965 van de ruimtecapsule Gemini GT-3 (Norad ID: 1301), van 3 omwentelingen om de aarde, voor een duur van 2 uur 53 minuten.
Dit is de eerste bemande vlucht in het Gemini progamma, met als taak van de astronauten oa de evaluatie van:
- het 2-persoons ontwerp van de capsule,
- het wereldwijde volgnetwerk,
- het besturingssysteem, en
- het verloop van terugval en landing.
De inzittenden zijn:
Virgil I.Grissom, bevelhebber-piloot,
John W.Young, co-piloot.
overlijden in 1996 Robert “Bob” Franglyn Overmyer
Amerikaans testpiloot/astronaut
Geboren op 14 juli 1936, te Lorain - Ohio
Rang: Colonel, USMC
Selectie: USAF MOL Groep 2-1966, NASA Astronaut Groep 7-1969
Missies: STS-5 en STS-51-B
Verbleef 12,10 dagen in de ruimte
Kwam om te Duluth – Minnesota, bij de crash van een Cirrus VK-30, die hij testte
Kreeg meerdere onderscheidingen, oa de Air Force Meritorious Service Medal, hier afgebeeld.
selektie in 1998 van de OS ”MIR” Stefanikcosmonauten
Ivan Bella,
Michal Fulier.
Alleen Bela zal een ruimtevlucht maken.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1967: de communicatiesatelliet Intelsat II F-3;
in 1983: de SU wetenschapssatelliet Astron 1;
in 1988: het MIR cargoschip Progress 35;
in 1989: een SU militaire waarnemer Terilen.
in de rand:
- Astronaut Virgil Grissom stond er op hun capsule “Molly Brown” te noemen, naar het Broadway succes van de gelijknamige musical, waarin Molly Brown onzinkbaar was. Hij koos de naam omdat hij nogal kritiek kreeg, toen zijn Mercury Redstone capsule verloren ging in de oceaan.
Het was de laatste keer dat NASA toeliet aan een astronaut, om voor zijn ruimteschip zelf een naam te kiezen.
- In 1961 sterft kandidaat-cosmonaut Valentin Bondarenko, lid van Luchtmachtgroep 1-1960, aan de brandwonden die hij opliep in de zuurstofrijke testruimte waarin hij aanwezig was. De brand zou
ontstaan zijn door kontakt van een zeer brandbaar product met een gloeiend voorwerp.
Zijn familie kreeg de door de overheid voorziene hulp als ‘cosmonautfamilie’.
vertrek in 1981 van het ruimteschip Soyuz 39 (Norad ID: 12366), naar het Soviet ruimtestation
Salyut 6.
Dzhanibekov en Gurragcha zullen er acht dagen samenwerken met Kovalyonok en Savinykh die tien dagen eerder in Soyuz T4 aankwamen in het ruimtestation. De twee cosmonauten zijn de achtste internationale bemanning in het kader van het Intercosmos programma.
vertrek in 1982 van de ruimtependel Columbia STS 3 (Norad ID: 13106), voor een 8-daagse testmissie in een baan om de aarde.
De bemanning zal gebruik maken van de gewichtloosheid om oa een medicijn te vervaardigen uit een substantie onttrokken aan niercellen. Deze cellen, alsook rode bloedcellen, werden in diepgevroren toestand meegenomen. Eenzelfde experiment slaagde al tijdens de Apollo-Soyuz missie in 1975.
De inzittenden zijn:
Jack R.Lousma, bevelhebber,
Gordon C.Fullerton, piloot.
vertrek in 1996 van de ruimtependel Atlantis STS 76 (Norad ID:23831), voor een 9-daags bezoek aan het Soviet ruimtestation MIR.
Met deze derde koppeling van een VS pendel aan het station maakt astronaute Lucid haar vijfde ruimtevlucht en zal als eerste Amerikaanse vrouw, gedurende 188 dagen deel uitmaken van de éénentwintigste vaste bezetting van MIR.
Bij de lading is de eerste Spacehab in het “Shuttle-MIR” programma, met Biorack-experimenten in micro-zwaartekracht. Deze werden op oa planten, cellen, bacteriën en insekten uitgevoerd. Ook onderzoek naar beenderontkalking stond op het programma.
Godwin en Clifford deden met behulp van de SAFER (Simplified Aid For EVA Rescue) uitrusting, de eerste buitenaktiviteit rond twee gekoppelde ruimteschepen.
De inzittenden zijn:
Kevin P.Chilton, bevelhebber,
Richard A.Searfoss, piloot,
Linda M.Godwin/Nagel, missiespecialist,
Michael R.Clifford, missiespecialist,
Ronald M.Sega, missiespecialist,
Shannon W.Lucid, MIR expeditielid (alleen bij de lancering).
geboorte in 1951 te Baku – Azerbeidjan, van Musa (Mussachi) Khiramanovich Manarov.
Russische ingenieur/cosmonaut.
Lid van Energia Ingenieur 5-1978 / NPOE 4 groep.
Maakte ruimtevlucht als vluchtingenieur in Soyuz TM4(TM6) en Soyuz TM11.
Verbleef 541,02 dagen in de ruimte.
Maakte 7 ruimtewandelingen - samen 34u32’.
Was cosmonaut tot juli 1992.
geboorte in 1964 te Saltburn – UK, van Nicholas James MacDonald Patrick.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 17-1998 “The Penguins”.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 116 en STS 130.
Verbleef 26,61 dagen in de ruimte.
Maakte 3 ruimtewandelingen - samen 18u14’ .
Was astronaut tot 31 mei 2012.
selektie in 1972 van de
TsKBEM-2burgerspecialisten
Boris Andreyev,
Valentin Lebedev,
Yuri Ponomaryov;
IMBP-1medici
Georgi Machinski,
Valeri Polyakov,
Lev Smirenny;
TsKBM-1(OKB-52)burgerspecialist
Valery G.Makruchin.
Enkel Lebedev en Polyakov zullen een ruimtevlucht maken.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1967: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1968: een SU technologiesatelliet US-A;
in 1969: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1972: een SU ELINT satelliet Tselina-O;
in 1973: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1976: een VS fotospion KH-9/Big Bird;
in 1985: de communicatiesatellieten Ekran 14 (SU) en Intelsat VA-F10;
in 1988 en 1995: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1990: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1991: de SU communicatiesatelliet Molniya 3-40;
in 1994: het MIR cargoschip Progress-M22;
in 1995: een SU militaire waarnemer Kobal’t.
in de rand:
- Cosmonaut Musa Manarov bemerkte eind jaren 1980 een vreemd voorwerp nabij het Soviet ruimtestation MIR. Dit gebeurde toen hij de koppeling filmde van een schip dat aanmeerde bij het station. Het voorwerp leek op een soort roterende antenne, van naar schatting één meter lengte, en was ook op de film zichtbaar.
lancering in 1964 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde E-6 N°6.
Deze sonde wordt gelanceerd met de bedoeling een camera-module (ALS E-6 N°6 SA) zacht neer te laten op de maanbodem.
De beoogde lage aardorbit met 65° inclinatie wordt niet bereikt door problemen met de derde trap van het lanceertuig, waarna de rest van de combinatie in de atmosfeer verbrandt.
(afbeelding: een model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: -
Norad ID: -
Andere namen: Luna
Lanceertuig: Molniya 8K78M / T15000-20
Massa: 1500 kg(?).
lancering in 1965 vanaf Cape Canaveral LC12, van de VS ruimtesonde Ranger 9.
Deze heeft als doel het doorseinen van beelden tijdens de laatste minuten vóór het neerstorten op
het maanoppervlak.
Na een perfekte lancering bereikt de sonde op 24 maart de maan en maakt 5800 goed kontrasterende
foto’s gedurende de laatste 19 minuten van de vlucht. Het laatste beeld heeft een resolutie van 0,3m.
Ranger 9 valt te pletter in krater Alphonsus (13°Z-357°O); zoals beelden van de LRO-sonde later bevestigen.
(afbeeldingen: model van deze sonde en maanfoto kort vóór de inslag)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1965-023A
Norad ID: 1294
Andere naam: RA-9
Lading: ranger Block 3 N°9
Lanceertuig: Atlas 204D Agena B 6007
Massa: 367 kg.
geboorte in 1941 te Poperingen, van Dirk Dries David Damian Frimout.
Belgische ladingspecialist/astronaut.
Lid van ATLAS 1-1985 groep.
Maakte ruimtevlucht als ladingspecialist in STS 45.
Verbleef 8,92 dagen in de ruimte.
Eerste Belg in de ruimte – 24 maart 1992.
Was astronaut tot april 1992.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1963: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1966: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1967: een SU technologiesatelliet DS-MO;
in 1968: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1971: de VS militaire satelliet Jumpseat 1/SDS A;
in 1975: een SU fotoverkenner Orion;
in 1979: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1984: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1985: acht SU militaire communicatiesatellieten Strela-1M;
in 1986: een SU technologiesatelliet US-A;
in 1996: de IN aardobservatie satelliet IRS-P3;
in 1999: de CN communicatiesatelliet Asiasat 3S.
in de rand:
- Op 1 april 1993 verscheen een krantenbericht als zou onze landgenoot Dirk Frimout in aanmerking komen voor hulp bij de eerste herstelbeurt van de ruimtetelescoop HST. Dit bleek echter een aprilgrap te zijn.
Het was de ESA-astronaut Claude Nicollier die met Endeavour STS 61 in december 1993, deelnam aan deze opdracht.
suborbit test in 1961 vanaf Wallops Eiland LA1, van de VS ruimtecapsule Mercury Little Joe-5A.
Mercury Little Joe 5A is de 6de in de reeks Little Joe testen.
De bedoeling is de stevigheid van de structuur beproeven bij de hoogst te verwachten dynamische belasting, die zou kunnen optreden bij een orbitale vlucht.
De draagraket vertrekt normaal, maar na 19 sec ontsteken de raketten van de ontsnappingstoren, edoeld als redmiddel bij een lanceerprobleem. De capsule wordt weggeslingerd en kan licht beschadigd geborgen worden. Ze kon later herbruikt worden in de LJ-5B testvlucht.
(afbeelding: lanceeropstelling van een LJ-5 combinatie)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: -
Norad ID: -
Andere naam: LJ-5A
Lading: Mercury SC14
Lanceertuig: Little Joe 1 4C
Massa: 1250 kg.
vertrek in 1965 van het ruimteschip Woskhod 2 (Norad ID: 1274), voor een verblijf van 1 dag in een baan om de aarde.
Tijdens deze vlucht wordt cosmonaut Leonov de eerste mens die zich in de ruimte buiten een ruimteschip begeeft (algemeen “EVA” genoemd). Het is dank zij zijn uitzonderlijke fysieke kracht dat hij er in slaagt om door de sluis terug in de capsule te klimmen. Door een falende automatische besturing moest de terugkeer manueel ingezet worden en kwam de capsule op 800 km van de geplande landingsplaats neer in de wouden van de Oeral.
De inzittenden zijn:
Pavel I.Belyayev, gezagvoerder,
Aleksey A.Leonov, piloot.
geboorte in 1954 te Mountain Home AFB – Idaho, van James Francis Reilly II.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 15-1994 “The Flying Escargots”.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 89, STS 104 en STS 117.
Verbleef 35,44 dagen in de ruimte.
Maakte 5 ruimtewandelingen - samen 30u43’.
Was astronaut tot mei 2008.
geboorte in 1957 te Stockholm, van Arne Christer Fuglesang.
Zweedse ingenieur/astronaut.
Lid van ESA 2-1992, Nasa 16-1996 en EAC-1998 selektie.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 116 en STS 128.
Verbleef al 26,73 dagen in de ruimte.
Maakte al 5 ruimtewandelingen - samen 31u54’ .
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1963: een VS fotospion KH-6 Lanyard;
in 1964: een SU wetenschapssatelliet DS-MG;
in 1965: de VS militaire wetenschapssatelliet DAPP 11;
in 1966: een VS fotospion KH-7 en de militaire satelliet OPS 974;
in 1967 en 1970: een SU doelsatelliet DS-P1-I;
in 1969: de VS militaire satellieten OV1-17, OV1-17A, OV1-18 en OV1-19;
in 1971: een SU doelsatelliet Ds-P1-M;
in 1976: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1981: de SU communicatiesatelliet Raduga 8;
in 1987: de SU militaire satelliet EPN-3.694;
in 1995: de Japanse weersatelliet GMS 5 en wetenschapssatelliet SFU met watersalamander(s).
in de rand:
- De bemanning van Woskhod 2 zou een onverklaarbaar voorwerp gemeld hebben toen ze in de dampkring doken.
Van de EVA van Leonov werden onduidelijke TV-beelden doorgestraald. Het vermoeden bestaat dat de later uitgebrachte kleurenfilm in een aardse studio zou gemaakt zijn.
Verder is het merkwaardig dat na deze Woskhod pas ruim twee jaren later de volgende bemande Soviet ruimtevlucht plaatsvond.
vertrek in 1992 van het ruimteschip Soyuz TM14 (Norad ID: 21908), naar het Soviet ruimtestation MIR.
De cosmonauten Viktorenko en Kaleri zullen er 145 dagen verblijven als elfde vaste bezetting, terwijl ESA-astronaut Flade slechts een 8-daags bezoek brengt en op 25 maart landt in Soyuz TM13.
De bemanning deed biologische experimenten in funktie van de aanwezige zero-zwaartekracht.
Op 8 juli inspekteerden Viktorenko en Kaleri apparatuur aan de buitenzijde van de Kvant-2 module, nodig voor latere herstellingen en vervangingen.
Bij de landing wordt bezoekend astronaut Tognini, na 14 dagen in MIR, teruggebracht.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Alexander S.Viktorenko, gezagvoerder,
Alexander Y.Kaleri, vluchtingenieur,
Klaus-Dietrich Flade, wetenschapper - ESA MIR92;
bij de terugkeer:
Alexander S.Viktorenko, gezagvoerder,
Alexander Y.Kaleri, vluchtingenieur,
Michel A.-C.Tognini, wetenschapper.
geboorte in 1930 te Pittsburgh – Pensylvania, van James Benson ‘Jim’ Irwin.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 5-1966 groep.
Maakte ruimtevlucht als LM-piloot in Apollo 15.
Verbleef 12,30 dagen in de ruimte.
Maakte 3 maanwandelingen en 1 stand-up - samen 19u13’53”.
Achtste mens op de maan – apollo 15.
Verlaat Nasa en Luchtmacht in juli 1972.
Overlijdt aan hartaanval op 8 augustus 1991 te Glenwood Springs.
geboorte in 1936 te Chicago – Illinois, van Thomas Kenneth ‘Ken’ Mattingly II.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 5-1966 groep.
Maakte ruimtevlucht als
CM-piloot in Apollo 16 en
bevelhebber in STS 4 en STS 15/51C.
Verbleef 21,19 dagen in de ruimte.
Maakte 1 ruimtewandeling van 1u23’42”.
Was astronaut tot 1985.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1958: de VS technologiesatelliet Vanguard 1(TV4);
in 1966: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1969: een SU aardobservatie satelliet Sfera;
in 1970: de SU weersatelliet Meteor 1-03;
in 1972: de VS fotospion Samos 87;
in 1977 en 1978: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1980: een SU navigatiesatelliet Tsikada;
in 1981 en 1982: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1988: de SU aardobservatie satelliet IRS 1A en de communicatiesatelliet Molniya 1-72;
ruimtevlucht in 1966 van de capsule Gemini GT-8 (Norad ID: 2105), voor een koppeltest in een baan om de aarde met de eerder gelanceerde Agena doelraket.
Wegens technisch falen moet de eerste geslaagde koppeling in de ruimte voortijdig beëindigd worden. Het is dank zij de bekwaamheid en koelbloedigheid van Armstrong dat de astronauten na de vlucht van ongeveer 11 uren behouden kunnen terugkeren. De oorzaak van de mislukking lag bij één van de stuurraketjes van Gemini, dat zonder ophouden aanstond. Hierdoor ging de Gemini capsule met aangekoppelde Agena steeds sneller rondtollen.
De inzittenden zijn:
Neil A.Armstrong, bevelhebber-piloot,
David R.Scott, co-piloot.
geboorte in 1927 te Moskou, van Vladimir Mikhailovich Komarov.
Russische piloot/cosmonaut.
Lid van Luchtmacht 1-1960 groep.
Maakte ruimtevlucht als
piloot-gezagvoerder in Woskhod 1 en
bemanning in Soyuz 1.
Verbleef 2,13 dagen in de ruimte.
Eerste officiële dode tijdens ruimtevlucht.
Sterft in de Soyuz 1 crash op 24 april 1967 in Ohreburg Oblast.
geboorte in 1932 te Creston – Iowa, van Ronnie Walter ‘Walt’ Cunningham.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 3-1963 groep.
Maakte ruimtevlucht als LM-piloot in Apollo 7.
Verbleef 10,84 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 1971.
geboorte in 1959 te Flint – Michigan, van Michael John ‘Bloomer’ Bloomfield.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 15-1994 “The Flying Escargots”.
Maakte ruimtevlucht als
piloot in STS 86 en STS 97, en
bevelhebber in STS 110.
Verbleef 32,46 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 13 juli 2007 en bleef aktief in de ruimtevaart.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1968: een SU fotoverkenner Zenit-4;
in 1974: de VS militaire satelliet DMSP 5B-F5;
in 1976: een SU ELINT satelliet Tselina-D;
in 1978: de geheime VS satelliet 1978-029A;
in 1979: de geheime VS satellieten 1979-025A en 1979-025B;
in 1981: de VS militaire waarschuwer DSP 9;
in 1983: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-56 en een fotoverkenner Zenit-6;
in 1984: de SU communicatiesatellieten Ekran 12 en Molniya 1-60;
in 1989: een SU fotoverkenner Oblik en het MIR cargoschip Progress 41;
in 1998: de VS militaire satelliet UFO 8/UFO F-O F8/USA 137.
in de rand:
- In 1962 werd door de Soviet Unie de eerste Kosmos satelliet door een Kosmos 2I 63S1 raket in een baan om de aarde gebracht. Na twee mislukte, was dit de eerste geslaagde lancering.
Kosmos 1 was de technologiesatelliet DS-2 N°1 (ook soms als Sputnik 11 aangeduid), in hoofdzaak bedoeld om elektronische onderdelen te testen. Door de hoge elliptische baan, tot 980 km, waren ook metingen mogelijk van de straling in de Van Allen-gordels.
- Astronaut WalterCunningham zou in Apollo 7 boven Australië, gemeld hebben dat niet herkende voorwerpen nabij hun capsule voorbijvlogen.
vertrek in 1995 van het ruimteschip Soyuz TM21 (Norad ID: 23519), naar het Soviet ruimtestation MIR.
Dit is het eerste ruimteschip dat een gemengde VS-Soviet bemanning naar MIR brengt voor gezamelijke experimenten. De bemanning zal er 115 dagen verblijven als 18de vaste bezetting en keert op 7 juli terug met de ruimtependel Atlantis STS 71.
Op 11 september keren cosmonauten Solovyov en Budarin met Soyuz TM21 terug naar de aarde, na een verblijf van 75 dagen in MIR.
De inzittenden bij de lancering zijn:
Vladimir N.Dezhurov, gezagvoerder,
Gennady M.Strekalov, vluchtingenieur,
Norman E.Thagard, wetenschapper – VS;
bij de landing:
Anatoly Y.Solovyov, gezagvoerder,
Nikolai M.Budarin, vluchtingenieur.
geboorte in 1928 te Gary – Indiana, van Frank Frederick Borman II.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 2-1962 groep.
Maakte ruimtevlucht als bevelhebber-piloot in Gemini 7 en Apollo 8.
Verbleef 19,90 dagen in de ruimte.
Nam deel aan eerste ruimte rendez-vous op 16 december 1965 en eerste maanorbit op 24 december 1968.
Was astronaut tot 1970.
geboorte in 1934 te Chicago – Illinois, van Eugene Andrew ‘Gene’ Cernan.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 3-1963 groep.
Maakte ruimtevlucht als
co-piloot in Gemini 9,
LM piloot in Apollo 10 en
bevelhebber in Apollo 17.
Verbleef 23,59 dagen in de ruimte.
Maakte 1 ruimte- en 3 maanwandelingen – samen 24u10’57”.
Mede snelheidsrecordhouder (11107 m/s) - apollo 10.
Elfde man op de maan - apollo 17
Laatste man van de maan vertrokken op 14 december 1972.
Was astronaut tot 1976.
geboorte in 1939 te Miami – Florida, van Dr William Benjamin ‘Bill’ Lenoir.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van Nasa 6-1967 groep.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 5.
Verbleef 5,09 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot 1984.
Overlijdt op 26 augustus 2010 tgv een fietsongeval.
geboorte in 1963 te Madrid, van Pedro Francisco Duque.
Spaanse ingenieur/astronaut.
Lid van ESA 2-1992, NASA 16-1996 en EAC-1998 selektie.
Maakte ruimtevlucht als
missiespecialist in STS 95 en
vluchtingenieur in Soyuz TMA3(TMA2).
Verbleef 18,76 dagen in de ruimte.
Eerste Spanjaard in de ruimte – 29 oktober 1998.
geboorte in 1967 te Pittsburgh – Pennsylvania, van Edward Michael (Mike) Fincke.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Lid van NASA 16-1996 “The Sardines”.
Maakte ruimtevlucht als
ISS expeditielid in Soyuz TMA4 en Soyuz TMA13, en
missiespecialist in STS 134.
Verbleef al 381,60 dagen in de ruimte.
Maakte al 9 ruimtewandelingen – samen 48u37’.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1968: de SU weersatelliet Meteor-9;
in 1968: de VS militaire satellieten OPS 4849 en OPS 7076;
in 1974: een SU fotoverkenner Zenit-2M;
in 1979: een SU fotoverkenner Zenit-4MKM;
in 1980: een SU spionagesatelliet US-P;
in 1981: een SU satelliet onderschepper IS;
in 1985: een SU militaire navigatiesatelliet Parus;
in 1988: een SU technologiesatelliet US-A;
in 1990: de communicatiesatelliet Intelsat VI-F3;
in 1990: een SU spionagesatelliet US-PM;
in 1992: de PAS communicatiesatelliet Galaxy V;
in 1996: de telecomsatelliet Intelsat 707/Intelsat VII-F7 en een SU militaire waarnemer Kobal't;
in 1998: het MIR-cargoschip Progress-M38.
in de rand:
- Astronaut Frank Borman bracht na zijn maanreis een bezoek aan Europa. In februari 1969 had hij ook een gesprek met de paus. Door een misverstand bij een foutief vertaalde vraag gesteld door monseigneur Mansourati antwoordde Borman “ Neen, ik heb geen duivel op de maan gezien”.
- Terug op aarde na zijn maanlanding zou Eugene Cernan verklaard hebben:
“Als ik iedereen kon meenemen in de ruimte en op afstand laten kijken naar onze aarde, dan denk ik dat de wereld zou veranderen. Vanop de maan zie je geen politieke, kulturele, religieuze of taalgrenzen”.
vertrek in 1986 van het ruimteschip Soyuz T15 (Norad ID: 16643), naar de Soviet ruimtestations
Salyut 7 en MIR.
De bemanning blijft van 13 maart tot 5 mei in MIR, voor oa het uitladen van twee Progress cargoschepen. Dan koppelen ze los en meren de volgende dag aan bij Salyut 7. Hier zullen ze vanaf 6 mei tot 25 juni de lopende experimenten beëindigen en de resultaten ervan met 350 kg instrumenten overbrengen naar de Soyuz. Op 26 juni zijn de cosmonauten terug in MIR, waar ze zich als eerste vaste bezetting tot 16 juli hoofdzakelijk zullen bezig houden met aardobservatie.
Deze ruimtevlucht duurt in in haar geheel 125 dagen en is de laatste van het T-type.
De inzittenden zijn:
Leonid D.Kizim, gezagvoerder,
Vladimir A.Soloviyov, vluchtingenieur.
vertrek in 1989 van de ruimtependel Discovery STS 29 (Norad ID: 19882), voor een 5-daags verblijf in een baan om de aarde.
Tijdens deze missie wordt de satelliet TDRS 4 (Tracking and Data Relay Satellite) dmv de eigen rakettrap (IUS) in een geosynchrone baan geplaatst. Ook staan bio-experimenten met oa vier ratten op het programma. Met de Discovery werd een luchtmachtproef gedaan, waarbij de pendel diende als doel voor de ijking van een optische waarnemingspost op Hawaii.
De bemanning nam ook foto’s van de aarde met een in de hand gehouden IMAX camera.
De inzittenden zijn:
Michael L.Coats, bevelhebber,
John E.Blaha, piloot,
James P.Bagian, missiespecialist,
James F.Buchli, missiespecialist,
Robert C.Springer, missiespecialist.
geboorte in 1970 te Penza, van Aleksandr Mikhailovich Samokutyayev.
Russische piloot/cosmonaut.
Lid van Luchtmacht TsPK 13-2003 selektie.
Maakte ruimtevlucht als ISS expeditielid in Soyuz TMA21 en Soyuz TMA14M.
Verbleef al 164,24 dagen in de ruimte.
Maakte al 2 ruimtewandeling – samen 10u01’.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1967: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1968: de VS militaire satelliet OPS 5057;
in 1970: een SU fotoverkenner Zenit-2;
in 1971: de VS wetenschapssatelliet Explorer 43/IMP 8;
in 1977: een VS fotospion KH-8;
in 1985: een VS radarsatelliet Geosat;
in 1987: zes SU militaire communicatiesatellieten Strela-3;
in 1994: de VS militaire satellieten USA 101 en USA 102.
experimenten met dieren:
- In 1967 is er de sub-orbitale vlucht van Vesta 5 (FR) met de lampongaap Pierette tot zowat 230 km hoogte. De capsule komt behouden neer.
vertrek in 1981 van het ruimteschip Soyuz T4 (Norad ID: 12334), naar het Soviet ruimtestation
Salyut 6.
De bemanning zal er 75 dagen verblijven als zesde vaste bezetting en wetenschappelijke experimenten uitvoeren. Midden mei testte de bemanning technieken om de mogelijkheid na te gaan of een reeds aangemeerde Soyuz kon gebruikt worden als reddingsmiddel, ingeval een aankomende Soyuz in de problemen kwam.
Ook was aan de cosmonauten gevraagd om de ongewone ontdekking van de vorige bezetting te verifieren. Deze had namelijk “zilverachtige wolken” waargenomen.
(Naargelang de bron wordt ook 90 dagen als verblijfsduur aangegeven).
De inzittenden zijn:
Vladimir V.Kovalyonok, gezagvoerder,
Viktor P.Savinykh, vluchtingenieur.
lancering in 1965 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde E-6 N°9.
Sonde E-6-9 moet een cameramodule, gelijkaardig aan deze van Luna 4, laten neerkomen op de maan.
De laatste trap van het lanceertuig weigert dienst en laat de sonde tot 17 mei in aardorbit steken; waarna ze verbrandt in de atmosfeer.
De combinatie krijgt het kosmosnummer 60.
(afbeelding: een model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1965-018A
Norad ID: 1246
Andere namen: Kosmos 60
Lanceertuig: Molniya 8K78L/R103-25
Massa: 6530 kg.
geboorte in 1923 te Hackensack - New Jersey, van Walter Marty ‘Wally’ Schirra Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van Nasa 1-1959 groep.
Maakte ruimtevlucht in
Mercury-Atlas 8, en als
bevelhebber in Gemini 6 en Apollo 7.
Verbleef 12,30 dagen in de ruimte.
Nam deel aan eerste ruimte rendez-vous – 16 december 1965.
Verlaat Nasa Astronauten Corps op 1 juli 1969.
Overlijdt aan hartaanval op 3 mei 2007 in ziekenhuis te La Jolla.
selektie in 1962 van de Soviet VVS cosmonautes
Tatyana Kuznetsova,
Irina Soloviyova,
Valentina Tereshkova.
Alleen Tereshkova zal – als eerste vrouw – een ruimtevlucht maken.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1965: een VS fotospion KH-7;
in 1972: de VS wetenschapssatelliet TD-1A;
in 1975: een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1976: een SU doelsatelliet Vektor;
in 1979: het Saljut 6 cargoschip Progress 5;
in 1983: een SU communicatiesatelliet Ekran;
in 1991: de SU navigatiesatelliet Nadezhda 3.
in de rand:
- Walter Schirra zag ook de lichtgevende deeltjes rond zijn capsule, zoals al door oa John Glenn waargenomen in Mercury-Atlas 6.
Hij was de eerste astronaut die de (waarschijnlijke) codenaam “Santa Claus” gebruikte om één of meer onherkende voorwerpen nabij zijn Mercury-Atlas 8 capsule te melden.
- In mei 1981 zagen Vladimir Kovalyonok en Viktor Savinykh nabij Salyut 6 een bolvormig voorwerp dat het station tot op 100 m naderde. Af en toe verdween het om later terug op te duiken. Deze waarneming werd op film vastgelegd.
lancering in 1960 vanaf Cape Canaveral LC17A, van de VS ruimtesonde Pioneer 5.
Pioneer 5 moet in de ruimte tussen de omloopbanen van de aarde en venus, onderzoek doen ivm magnetisme, ionisatie en deeltjes afkomstig van uitbarstingen op de zon.
Daartoe wordt de sonde in een baan om de zon geschoten, met een omlooptijd van 310 dagen.
De apparatuur van de sonde bestaat uit twee stralingsdetectoren, een inductie magnetometer en een micro-meteoriet detector. Twee zenders stuurden de gegevens door tot op 50 miljoen kilometer.
Het ruimtetuig werd 108 dagen gevolgd over een afstand van 35 miljoen kilometer.
Pioneer 5 registreerde de gevolgen van een enorme zonne-uitbarsting op 31 maart, en leverde
ons zo belangrijke informatie over het ‘weer’ in de ruimte.
Pioneer 5 was het enige komplete succes in de Pioneer-reeks.
(afbeelding: een model van deze sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1960-001A (alpha 1)
Norad ID: 27
Andere naam: Able 6
Lading: Pioneer P-2
Lanceertuig: Thor Able IV 219
Massa: 43 kg.
geboorte in 1956 te Elizabethtown - North Carolina, van Curtis ‘Curt’ Lee Brown Jr.
Amerikaanse piloot/astronaut.
Lid van NASA 12-1987 groep.
Maakte ruimtevlucht als
piloot in STS 47, STS 66 en STS 77; en
bevelhebber in STS 85, STS 95 en STS 103.
Verbleef 57,63 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot december 1999.
geboorte in 1963 te Bauru – Sao Paulo, van Marcos Cesar Pontes.
Braziliaanse piloot/astronaut.
Lid van Brazilië-1998 en NASA 17-1998 selektie.
Maakte ruimtevlucht als vluchtingenieur in Soyuz TMA8(TMA7).
Verbleef 9,89 dagen in de ruimte.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1964: een VS fotospion KH-7;
in 1965: de VS militaire navigatiesatelliet EGRS 2/SECOR 2 en de geheime satellieten 1965-17D en NSS O-3;
in 1976: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-33;
in 1983: de SU communicatiesatelliet Molniya 3-20;
in 1987: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1988: de SU communicatiesatelliet Molniya 1-71, acht SU militaire communicatiesatellieten Strela-1M en de GEC telecomsatelliet Spacenet 3R.
lancering in 1967 vanaf Baikonur LC81/23, van de Soviet L1-2P Block D test in een baan om de aarde.
Deze test is meegedeeld als voorbereiding op de geplande Zond lanceringen.
De lading wordt in een hoge elliptsche baan gebracht en door de Block D trap in een maanbaan geschoten. Het was echter niet de bedoeling naar de maan te vliegen of de lading na de vlucht te bergen. Door het slagen van deze test werd vals vertrouwen geschapen voor de toekomstige vluchten. Een reeks van hierop volgende mislukkingen zal spijtig genoeg roet in het eten gooien.
(afbeelding: tekening van deze combinatie)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1967-021A
Norad ID: 2705
Andere naam: Kosmos 146
Lanceertuig: Proton-K/UR-500K
Massa: 5375 kg.
geboorte in 1961 te Ames – Iowa, van Laurel Blair Salton Clark.
Amerikaanse missiespecialist/astronaute.
Lid van NASA 16-1996 “The Sardines”.
Maakte ruimtevlucht als missiespecialist in STS 107.
Verbleef 15,94 dagen in de ruimte.
Sterft in Columbia pendel ramp op 1 februari 2003, boven Texas.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1970: de FR/DE technologiesatellieten DIAL/WIKA en DIAL/MIKA;
in 1975: de JP militaire communicatiesatelliet SDS 1;
in 1976: een SU fotoverkenner Zenit-4MK;
in 1977: de communicatiesatelliet Palapa 2 en een SU fotoverkenner Zenit-4MK;