.De eerste grote technische doorbraak kwam in 1894, met de uitvinding van "The Lucky Curve" inkt toevoer systeem. Het inkt toevoersysteem was dusdanig ontwikkeld dat door een capillaire werking de inkt terug vloeide naar het inktreservoir, wanneer de vulpen in rechte positie in een overhemd of colbertzakje van de eigenaar was opgeborgen. Parker verwerkte deze techniek in de meeste van zijn meeste verkopende vulpennen vanaf 1928.
Met de introductie van de "Lucky Curve", was Parker nu een van de belangrijkste spelers in de vulpen industrie.
In 1898, werd de slip-on cap gepatenteerd. In het daarop volgende jaar, introduceerde Parker het grootste succes van het vulpen tijdperk, de eerste naadloze vulpen. De gedachte achter deze perfecte pen was, dat alle vitale onderdelen zijn verborgen in de houder ter voorkoming van lekkages op enig moment.
In 1900, werd The Gold Filigree lucky Curve vulpen geïntroduceerd. Eveneens in 1900 patenteerde Parker de taps toelopende binnendop, een ontwerp ter verbetering voor van de sluiting.
Is toevoeging aan zijn wetenscshappelijk talent, als uitvinder, begreep Parker het belang van marktontwikkeling. In de hoop om overzeese distributie te verkrijgen startte George S. Parker in 1903 een wereldreis. Zijn eerste succes boekte hij in Scandinavië.