.In 1962, ontvangt Parker het keurmerk "The Royal Warrent" van de British Royal Household als hofleverancier van pennen en inkten. Ook in 1962 opende Parker nieuwe divisies in Peru en Columbia.
Ter gelegenheid van haar 75 jarig bestaan, introduceert Parker de Parker 75, een luxe sterling zilveren vulpen met een 14-karaat gouden penpunt.
Parkers eerste bevindingen voor de roller balls gebeurden in 1966 met de Touch vulling (later: de Fibre-tip). Het daarop volgende jaar wordt de Classic-Slim geintroduceerd. Een slanke uitvoering van de balpen. In 1968 komt het automatische potlood mechaniek (AP-refill), met een capaciteit van meer dan 50.000 woorden, op de markt. Eveneens in 1968 overlijd, Martha Parker, de vrouw van George Safford Parker.
A '5 pen that looks and lasts as if you'd paid twice as much
.Respectievelijk werden er in 1958, Australië, en in 1959, Argentinië, nieuwe divisies geopend. En in 1960 in Brazilië en West-Duitsland.Eveneens in 1960 introduceert Parker de eerste vulpen, welke gevuld kon worden met een inktpatroon, de Parker 45,vernoemd naar het pistool Colt 45. In het zelfde jaar gaat, Kenneth Parker, President en voorzitter, als enig nog actieve bestuurslid van de Parker familie, met pensioen.
.Na jaren van intensief onderzoek, introduceerde Parker in 1956, de eerste zelfvullende vulpen; de Parker 61. Met de techniek om de inkt uit de inktpot te zuigen, had de Parker 61 een inktvoorraad voor ten minst van 6 uur constant schrift. Het daarop volgende jaar introduceerde Parker, de "tungsten carbide textuur kogel" of T-Ball, wat een nieuwe standaard werd binnen de schrijfwarenindustrie. Door het gebruik van een edelstalen kogel kreeg de pen een betere grip op de oppervlakte van het papier, een strakke, vlekvrije lijn. De T-Ball werd een deel van het Jotter ontwerp.
Vanaf toen de T-Ball Jotter genoemd.
.Parker zocht constant naar potentiële overzeese markten en in 1949 werd een steunpunt geopend in Zuid-Afrika, twee jaar later gevolgd door twee productie faciliteiten in Frankrijk en Mexico. In 1954 een nieuwe innovatieve mijlpaal: de "Parker Jotter". De eerste kwalitatieve balpen met een ongebruikelijke grote vulling, de jotter schreef meer dan 5 keer zolang als de normale standaard balpennen. De vulling had ook een unieke roterende schrijfkogel ter voorkoming van slijtage. In het eerste jaar, werden er meer dan 3,5 miljoen stuks van de Parker Jotter verkocht.
In 1941 werd de Parker 51 geïntroduceerd, de sigaarvormige pen met verborgen penpunt, bezorgde de company enige prestigieuze onderscheidingen. Het grensverleggende ontwerp zorgde voor een ongekende populariteit en overweldige productie van de pen. De Parker 21, een goedkopere versie van de Parker 51, werd geïntroduceerd in 1948.
.Russel Parker overleed in 1933, het verlies van zijn zoon zorgde ervoor dat George Parker in een depressie terecht kwam, waaraan hij 4 jaar later overleed.
George Safford Parker, de ongekroonde koning van het moderne schrijven, stierf op 74 jarige leeftijd in Chicago. Een florerend bedrijf, "The Parker pen company" achterlatend.
.In de dertiger jaren zorgden andere doorbraken voor het succes van de Parker company. "Quick ink" werd in 1931 geïntroduceerd . In 1933, werd een andere vooruitstrevende ontwikkeling in Parker pen techniek geïntroduceerd. de "Vacumatic".
Een inkt-vulsysteem welke meer dan twee keer zoveel inkt had dan in de Duofold.
Deze vooruitstrevende techniek zorgde ervoor dat de "Vacumatic" de "Duofold" in populariteit voorbij streef. Dit werd beschouwd als Parkers meesterwerk en bekroning voor zijn lange carrière als 's-werelds invloedrijkste pennenfabrikant.
Eveneens in 1933 ontwierp de kunstenaar Joseph Platt, de nu nog alom bekende Parker clip. Sindsdien een symbool voor schrijfinstrumenten van hoogwaardige kwaliteit.
. De Duofold serie werd in de jaren '26 en '27 uitgebreid met de uitvoeringen; Jade Green, Mandarin Yellow, Lapis Blue en Pearl and Black, gemaakt van een duurzaam plastic: Permanite. Dit nieuwe materiaal verving het traditionele vulkanische rubber, wat als eigenschap had dat het broos was. Ter ondersteuning van dit nieuwe materiaal realiseerde Parker de volgende marketings stunts:Het gooien van deze nieuwe pennen, op een hoogte van 3000 voet, in de bergen van de "Grand Canyon" uit een vliegtuig te laten vallen. Dit alles om de betrouwbaarheid van de nieuwe pennen aan te tonen.
.Synoniem aan uitstekende vulpennen, de naam Parker kreeg een nieuwe betekenis-innovatie, stijl en betrouwbaarheid. Parker, verheugd door de verkopen en de duurzaamheid van hun laatste creatie, besloot tot een garantiebepaling voor de Duofold van 25 jaar. In 1923 volgde de introductie van het Duofold potlood.
Eveneens in 1923 werd de eerste buitenlandse fabriek geopend in Canada. In 1924 werd het eerste eigen distributie bedrijf in Londen geopend, met als afzetmarkt : Europa
.Net zoals bij de meeste bedrijven had de 1 ste wereldoorlog invloed op de verkopen van de Parker pen company, deze werd deels goedgemaakt door de uitvinding van de "Trench Pen". Deze pen had zwarte bolletjes in de houder, welke, in aanraking met water, veranderen in "inkt". Met deze unieke uitvinding, konden soldaten in de loopgraven hun pennen hervullen. Het ministerie van defensie van de U.S. beloonde Parker met een contract voor de "Trench Pen". Dit betekende een financieel succes tijdens de 1 ste wereldoorlog.
Dankzij zijn inzet op allerlei gebieden binnen het bedrijf, werd in 1914, Parkers zoon, Russell, aangesteld. Hij kreeg de verantwoording over de productie en deels over de administratie. Vijf jaar later, kwam Kenneth, Parkers 2de zoon, binnen het bedrijf met als doel de marketing activiteiten te verbeteren.
In 1916 werd een andere voorloper van de Duofold geïntroduceerd, namelijk de "Jack Knife savety pen". Twee jaar later was de omzet gegroeid tot boven de 1 miljoen US dollar. In 1917 betrok het bedrijf een nieuw gebouw, voor de productie en administratie, in Janesville. Dit gebouw heeft dienst gedaan tot 1986, als hoofdkantoor van de Parker company.
De Parker pen company floreerde succesvol tijdens de twintiger jaren, beginnend met de uitvinding van het mechanische potlood. George S. Parker hield zich voornamelijk bezig met het uitbreiden van nieuwe distributiepunten in Europa, Australië, India en het verre Oosten.
In 1921 kwam, de grootste en meest belangrijke lancering ooit in de geschiedenis van de Parker pen company, de "Duofold vulpen". Met deze lancering verdiende Parker zijn reputatie als meest betrouwbare en als meest modieuze schrijfwaren fabrikant. De Duofold, bijgenaamd "Big Red" gaf vorm aan de roerige jaren twintig, groot, krachtig en zeer jazzy. Door de prijs van $7,- was de Duofold de meest dure pen op de markt.
hierbij een foto van de Duofold "Big Red"
.In 1906 werd de voorloper van de huidige Business to Business pennen geïntroduceerd. The Emblem Pen. Deze pen bevatte het beeldmerk van sommige geheime genootschappen op de pen. In 1907 werden de Sterling Zilver en Gouden Snake Pen geïntroduceerd.In 1911, werd de verbeterde Lucky Curve inktgeleider gepatenteerd en in 1912 ee nieuwe vorm van de veiligheids dop.
.In de jaren tot de 1 ste wereldoorlog, verwerkte Parker verschillende technische innovaties aan zijn pennen. Inclusief, The Black Giant, Parkers antwoord op de wens van de consument voor een grote en modieuze vulpen. De "Black Giant", de voorloper van de Duofold, werd gelanceerd in 1905. Deze vulpen had een lange levensduur en was zeer succesvol tot deze in 1921 uit productie werd geneomen. Eveneens in 1905 werd de "Spear-Head" inkt geleider ontwikkeld.
.De eerste grote technische doorbraak kwam in 1894, met de uitvinding van "The Lucky Curve" inkt toevoer systeem. Het inkt toevoersysteem was dusdanig ontwikkeld dat door een capillaire werking de inkt terug vloeide naar het inktreservoir, wanneer de vulpen in rechte positie in een overhemd of colbertzakje van de eigenaar was opgeborgen. Parker verwerkte deze techniek in de meeste van zijn meeste verkopende vulpennen vanaf 1928.
Met de introductie van de "Lucky Curve", was Parker nu een van de belangrijkste spelers in de vulpen industrie.
In 1898, werd de slip-on cap gepatenteerd. In het daarop volgende jaar, introduceerde Parker het grootste succes van het vulpen tijdperk, de eerste naadloze vulpen. De gedachte achter deze perfecte pen was, dat alle vitale onderdelen zijn verborgen in de houder ter voorkoming van lekkages op enig moment.
In 1900, werd The Gold Filigree lucky Curve vulpen geïntroduceerd. Eveneens in 1900 patenteerde Parker de taps toelopende binnendop, een ontwerp ter verbetering voor van de sluiting.
Is toevoeging aan zijn wetenscshappelijk talent, als uitvinder, begreep Parker het belang van marktontwikkeling. In de hoop om overzeese distributie te verkrijgen startte George S. Parker in 1903 een wereldreis. Zijn eerste succes boekte hij in Scandinavië.
.George Salford Parker was begonnen als leraar telegrafie. Als bijverdienste op zijn leraren salaris, startte George S.Parker met het verkopen van pennen van de John Holland Pen Company. Zijn voornaamste klanten waren zijn studenten.
Wanneer de pennen, die hij verkocht, mankementen vertoonden, voelde George S. Parker zich verplicht deze te repareren. Binnen zeer korte tijd was hij overladen met reparatiewerk en al snel besloot hij om te onderzoeken hoe hij een betere versie van een vulpen kon ontwikkelen. dus Parker's fameuze idee voor het maken van een betere pen was geboren. "The Parker pen company" was een feit. Wij schrijven 1888, Janesville Wisconsin in de U.S.
het daarop volgende jaar , vroeg hij patent aan voor zijn eerste vulpen. In 1891, vond George S. Parker een investeerder, een verzekeringsmakelaar W.F. Palmer, voor zijn startende bedrijf. Met een beginkapitaal van $ 1000, kocht Palmer de helft van de patenten en de verkoop. hierdoor was de Parker Pen Company officieel een feit. Het daarop volgende jaar werd het bedrijf volkomen legaal opgenomen.
.Sinds de vorige eeuw staat de naam Parker synoniem voor kwaliteit van hoogwaardige schrijfinstrumenten, betrouwbaarheid, vertrouwd, traditioneel, gestroomlijnd, stijl, prestige, innovatie en tijdloos zijn enkele trefwoorden die men associeert met "Parker". Hoe ist het Parker gelukt om zo hoe gewaardeerd te worden door de consument? het volgende gedeelte geeft u een inzicht over de geschiedenis van Parker's weg naar succes na jaren van vlijtig en ijverig zoeken naar het crèeren van een betrouwbaar schrijfinstrument. De geschiedenis van Parker.
"Making a better pen" wat de oprichter van Parker pen, George salford Parker, voor ogen had toen hij geen enkele pen kon vinden die niet lekte en vloeiend schreef.
Parker geloofde dat wanneer hij een betere pen kon ontwikkelen, men deze pen ook zou aanschaffen. En zo geschiedde.
.Ze zijn redelijk actief en vooral bij hoge temperatuur komen ze tot leven. Ze eten vrij veel en vaak en zijn meestal niet schuw. Het zijn uitstekende gravers en klimmers die soms wel gangen tot ruim een meter diep graven.
.Bij dit soort is een winterslaap aan te raden.
Schilpadden mogen alleen goed voorbereid de winterslaap in. De omgevingstemperatuur moet in een tijdsbestek van enkele weken worden afgebouwd en het voedselaanbod gestopt. Baad de dieren in deze periode regelmatig in lauwwarm water. Dit stimuleert ze zich te ontlasten. Doen ze dat namelijk na het stoppen van het voedselaanbod niet, dan bestaat de kans dat in de winterslaapperiode rottende mest voor inwendige problemen of de dood zorgt. Twee weken na het stoppen met voeren gaan de lichten uit. De schildpadden worden dan inactief. Vervolgens gaan ze in een kist of krat gevuld met dorre bladeren en/of stro op een laag kranten. Gebruik nooit turfmolm, houtmot, zaagsel of hooi! De genoemde producten schimmelen snel en/of ze bevatten teveel stof. Dit verstopt de luchtwegen, waardoor de schildpadden kunnen stikken. Zorg voor goede ventilatie. Houd ze op een temperatuur tussen de 5 en 10 graden. (koelkast is ideaal). Aan het einde van de winterslaap laat u de schildpadden langzaam, over een periode van enkele dagen, wakker worden door de temperatuur stapsgewijs te verhogen. Zijn ze wakker dan gaan ze weer in een lauwwarm bad. Dit activeert niet alleen de lichaamsfuncties, maar ze krijgen dan ook de kans te drinken.
het komt wel eens voor dat schildpadden na de winterslaap weigeren te eten. Zet ze dan warm (25-30°C) en geef ze veel licht.
Durft u na het lezen van bovenstaande uw schildpad niet in winterslaap te laten gaan, doe het dan niet. het is voor het welzijn en de voortplanting van het dier absoluut niet noodzakelijk. Houd hem dan warm en wakker.
Bij een winterrust ligt de omgevingstemperatuur wat hoger dan bij de winterslaap.De dieren zijn niet in slaap maar inactief en hebben vrijwel geen eetlust. Een dergelijke situatie duurt maar kort en hoeft in gevangenschap niet nagebootst te worden.
Stoor schildpadden in rust zo min mogelijk!
.Deze schildpadden kun je op 2 manieren houden. Je kunt kiezen voor een binnenterrariumof voor een buitenterrrarium. Wannneer je voor een binnenterrarium kiest zorg dan voor een ruim terrarium van minstens een bodemoppervlakte van 160x 100 cm voor een paartje. Zorg voor goede verlichting.UV-verlichting is ook aan te raden. Houd de temperatuur rond de 30 graden overdag, en s'nachts mag het tot hooguit een graad of 15 zakken.
Wanneer je kiest voor een buitenterrarium, zorg dan wel voor een verwarmd binnenverblijf waar ze met koude en natte dagen in kunnen. Een kas is ideaal, s'winters zullen ze dan in winterslaap gaan. Voor zowel een binnen als buiten-terrarium geldt dat ze ook voldoende graaf gelegenheid moeten hebben.
Zorg verder voor een schuilplaats (hol) een plek om te zonnen en een sommige vinden een ondiep waterbadje om in te baden ook heerlijk.
.Let bij de aanschaf van deze of elk andere landschildpad op dat ze een leeftijd kunnen bereiken van soms wel meer dan 70 jaar! wat dus betekent dat je er zo goed als de rest van je leven aan vast zit!
.Landschilpadden leggen eieren in een door hun zelfgegraven kuil. Verstandig is de eieren direct na het leggen uit het terrarium te nemen en zelf op te kweken.
Let op! dat de eieren bij het verplaatsen niet worden gekanteld. merk ze even met een potloodje, zodat je weet wat de bovenkant is. Leg deze vervolgens in een bakje met wat luchtgaatjes. Vul ongeveer de helft van het bakje met vochtig vermiculiet om de luchtvochtigheid hoog te houden. Bij een temperatuur van 26 tot 30 graden komen de eieren tussen de 6-8 maanden uit.
.De schildpadden zijn herbivoor en eten dus alleen plantaardig voedsel. Geef ze dus vruchten, sla andijvie, paardebloemen (niet de stengel) kool etc...
Vooral varriatie is belangrijk! Met hun scherpe kaken waar kleine tandjes op lijken te zitten scheuren ze de stukken fruit en groenten uit elkaar. Geef gelieve meer groente dan fruit.
Drinken doen ze zelden, omdat ze het meeste vocht uit hun voedsel halen, toch mag een waterbakje in het terrarium niet ontbreken.
.Deze tot maximaal 20 cm (schild) grote landschilpad, heeft een zandkleurige schild met donkere vlekken. De onderkant is vaak donker gekleurd en de huid is geel-achtig.
.Synoniem: Agrionemys horsfieldii, Russische vierteen.
Deze soort komt voor in een enorm gebied o.a.in Afghanistan, Pakistan, Uzbekistan, Kazakhstan, Iran, etc.. en houdt zich daar op in open droge gebieden, soms wel tot 2000 m hoogte.
Het zijn prima gravers.
.Een beginnerspin vanwege zijn rustige aard. Hoewel er ook zeker wel wat defensievere exemplaren kunnen tussen zitten.Ze beginnen met brandharen te strooien als je gaat sproeien of te dicht in de buurt komt met je handen. Houd er verder rekening mee dat deze soort zich soms dagen of ook wel weken zich zonder te bewegen schuil houd in haar schuilplaats. Soms weer voor lange tijd actief en maakt ze vaak een wandeling door haar terrarium, vooral in de avond en nacht. beetje wispelturig karakter maar niet zo erg als bijvoorbeeld de G.rosea.
.Ze hebben niet veel ruimte nodig, een terrarium van 40x30x30 cm met een laag bodemstrooisel (turf) van 10 cm diep en een schuilplaats als een holle boomstronk. Op het web zijn vele pagina's met tips voor de verzorging te vinden. Geef deze spin van maart tot oktober een dagtemperatuur 25-33 graden en snacht's minimum van 18 graden. Eeen luchtvochtigheid in dit jaardeel kan hoog zijn rond 70-80%. de rest van het jaar droog en koelere dagtemperaturen van 22-25 gr.
.De Mexicaanse roodknie is een langzame groeier en bereikt pas een volwassen formaat na enkele jaren. Ze kunnen echter wel heel oud worden. Er zijn zelfs gevallen bekend van in gevangenschap gehouden (vrouwtjes) spinnen die een leeftijd bereikt hebben tot 30 jaar! Vrouwtjes worden groter en leven langer dan mannetjes. Mannetjes leven na het spinnen van een spermaweb hooguit nog een jaar.
.De voortplanting van deze spin gaat hetzelfde als bij de meeste vogelspinnen. De paring vindt in de natuur meestal vroeg in de herfst plaats.
Mannetjes kunnen in het paarseizoen tot paren bereide vrouwtjes van enorme afstand ruiken (ca 1,5 km).
Enkele maanden na de paring zal het vrouwtje een zijden kom spinnen om de meestal honderden eitjes in af te zetten. Het vrouwtje kan tot wel 700 eieren per jaar produceren.
.Het voedsel van de Mexicaanse roodknie bestaat voornamelijk uit insecten, bij volwassen dieren soms een nestmuis of nestrat. In de natuur willen ze ook wel eens een kikker of een klein reptiel verschalken.
.De mexicaanse roodknie vogelspin (Brachypelma smithi) is een bodembewonende vogelspin die o.a. voorkomt in de halfwoestijnen van Mexico, maar wat dit betreft niet erg kieskeurig is en ook wel in nattere gebieden kan leven. De Mexicaanse roodknie is een veel gehouden "huisdier" over de gehele wereld en werd daarom veel gevangen voor export naar onder andere de Verenigde Staten en Europa tot dat het dier bijna was uitgeroeid. Tegenwoordig staat deze soort op de CITES-lijst en valt hij onder de bedreigde diersoorten. Nu wordt er regelmatig mee gekweekt en is er voldoende aanbod van gekweekte exemplaren voor de hobby.
.Het lijf (kopborststuk plus achterlijf) kan tot maximaal 8 cm groot worden. het achterlijf, (het abdomen), is voornamelijk zwart behaard. het kopschild is zwart met een oranje/bruine rand. De poten zijn zwart met bruin-rode haren en hebben fel rood/oranje knie. Met poten mee is de volwassen spin 15 -18 cm groot.
.Pinguins halen hun eten uit de zee. Wat ze precies eten hangt af van de soort, dit kunnen schaaldieren, vissen en inktvissen zijn. deze worden achtervolgd, gevangen en opgegeten. Pinguins hebben geen tanden, ze slikken hun eten in èèn keer door. de meeste dieren, net als mensen, kunnen geen zout water drinken. Pinguins hebben vaak niks anders, daarom hebben zij een speciale klier bij hun snavel. deze filtert het zout uit het water en zo kunnen pinguins wel zout water drinken.
.De meeste mensen denken dat pinguins alleen in koude gebieden leven. Dat is niet helemaal waar.
de meeste pinguins leven in de buurt van de Zuidpool (Antartica) maar sommige pinguins leven in warmere gebieden, zoals Australie, Zuid-Afrika, Zuid-Amerika of de Galapagoseilanden. de gebieden waar pinguins lven bestaan uit zeewater, rotsen, eilanden en kusten. in de koude gebieden ligt ook ijs.
.Alle pinguins zijn aan de achterkant blauwgrijs of blauwzwart en aan de voorkant wit. Dit is heel handig wanneer ze in zee zwemmen omdat ze van onderen dan niet te zien zijn. Dit is omdat de lucht ook licht is. Van boven zijn ze niet te zien, omdat de oceaanbodem ook donker is. ook de vorm van hun lijf past goed bij een leven in water.
De pinguin heeft een gestroomlijnd lichaam, hierdoor kan hij snel zwemmen. Een pinguin heeft vleugels, maar hij kan er niet mee vliegen. Zijn vleugels zijn meer een soort flippers. Hij gebruikt ze om mee te zwemmen.
de pootjes van een pinguin zijn erg kort. Tussen zijn tenen zitten zwemvliezen. Zijn pootjes ziiten ver naar achteren.Hij gebruikt ze samen met zijn staart om mee te sturen tijdens het zwemmen.
Tijdens het zwemmen komen ze om de ongeveer 35 meter even boven water. Ze springen dan net als een dolfijn. Dit wordt tuimelen genoemd. Tijdens zo'n sprong kunnen ze gemakkelijk adem halen en meteen weer verder zwemmen. De pinguin kan wel lopen, maar niet zo gemakkelijk.
Hij waggelt heel erg tijdens het lopen. Veel sneller gaat het wanneer hij over het ijs glijdt. het is dan net alsof hij aan het sleetje rijden is. De pinguin is bedekt met een flinke laag veren. Dit verendek is waterdicht, zodat hij het niet koud krijgt. Als hij het te warm krijgt, spreidt hij zijn vleugels. De warmte verlaat zijn lichaam dan langs de binnenkant van zijn vleugels. Als hij het juist te koud heeft, wappert hij met zen vleugels, hier krijgt hij het warm van. de pinguin heeft geen zichtbare oren. Zijn oren zijn alleen kleine gaatjes. Hij kan hier wel goed mee horen. De pinguin kan ook goed zien, zowel boven als onder water. dat is nodig voor het vangen van zijn eten.
De meeste soorten hebben een korte, dikke snavel. Alle pinguins kunnen flink hard bijten. ook maken ze geluid, ze slaken schelle kreetjes, die klinken als luid geschetter.
.De pinguinfamilie bestaat uit zeventien verschillende soorten. De verschillende soorten zijn te herkennen aan het bovenste stuk van hun lijf. Ze hebben een kuif of strepen op hun kop of borst.
De geelkuifpinguin heeft bijvoorbeeld twee gele pluimpjes aan zijn kop. de koningspinguin heeft een lange snavel en aan de zijkant van zijn kop twee knalgele vlekken.
.Andere namen: Pinguin
Wetenschappelijk: eudyptes chrysolophus penguin
Verspreiding: Kust peru en Chili (Zuid-Amerika). nog 32 tot 35 duizend in het wild.
Voedsel: kleine visjes
Leeftijd: Volwassen tussen de 2 en 7 jaar, maximaal 15 tot 30 jaar.
lengte: 50 tot 60 cm groot.
gewicht: 4 tot 6 kilo zwaar.
status: niet bedreigd.
.De specht is voor altijd gedoemd om te ploeteren om te overleven. Om een woning te bouwen moet hij hakken en kappen en ook om aan voedsel te geraken moet hij al net hetzelfde doen. Hoe komt dat nu ?
Een legende vertelt ons dat christus en zijn apostelen na een lange, vermoeiende dagmars, aanklopten bij een "oud wijf", Gertrude. Ze vroegen haar heel beleefd om wat eten en drinken, maar zij weigerde hen ook maar iets te geven.
Daarop veranderde zij in een specht die altijd in hard hout zou moeten hakken om iets te eten te vinden en die moest vragen om drinken. Zo werd in de loop van de tijden gezegd dat de specht roffelde om regen te vragen. Daaruit ontstond de spreuk: "Als de specht roept:"Giet!Giet! Bedriegt hij u niet!"
Wegens zijn krachtig hameren hebben de Romeinen de specht toegewijd aan hun oorlogsgod Mars.
.De groene specht eet larven van insecten die in hout boren, kevers, vlinders en zo meer, maar hij is vooral verzot op mieren en hun larven en deze maken 90% van zijn menu uit.
Om bij de mieren in hun nest te geraken beschikt hij over een ongeveer 10 cm lange, kleverige tong met aan het uiteinde een verhard lepeltje waarmee hij de larven uit hun holletjes kan scheppen.
De mieren nemen dat niet en vallen de peuterende specht met honderden aan, maar deze stoort er zich niet aan en degusteert rustig verder.
Als hij op jacht gaat naar insectenlarven in de boomschors, dan hamert hij er enkele malen flink op los en verplaats zich dan vliegensvlug naar de andere kant van de stam om de gevluchte larven op te pikken.
Vroeger dacht men dat hij daar ging kijken om te zien of hij er al doorheen had gehakt. Een andere theorie zei toen dat hij zich vlug verplaatste omdat hij gedurende het kloppen niet had kunnen zien of er gevaar dreigde van eventuele belagers.
.De broedtijd loopt van eind april tot juni en jaarlijks wordt er slechts èèn broedsel grootgebracht. Het wijfje legt 5 tot 7 glanzend witte eieren ( alle spechteneieren zijn trouwens wit) en broedt deze gedurende 14 tot 19 dagen uit.
Zowel mama als papa verdelen de taken, want beide lossen elkaar af bij het broeden en beide zorgen ook voor het voeden van de jongen die na 18 tot 21 dagen uit het nest vliegen, maar er wel in terugkeren om te overnachten.De jongen worden gevoerd met een speciale babypap. De ouders vangen tientallen insecten en bewaren ze in hun krop. Hier worden deze diertjes reeds omgezet in een witte brij en dat is het ideale papje voor de baby specht.
Na het uitvliegen blijven ze nog èèn tot anderhalve week bij hun ouders, maar dan moeten ze volledig op eigen pootjes staan. Ver zwerven ze echter niet weg, want de groene specht is nogal honkvast. Ze blijven meestal in de buurt wonen waar ze geboren zijn en ook mama en papa blijven trouw aan hun geboorteplaats.
.Het is duidelijk dat de specht in zijn of haar kop over degelijke schokdempers moet beschikken.
Hoe dat juist in elkaar zit, weten wij pas uit recente onderzoekingen.
De tussenwand tussen de ogen is bij de spechten "verbeend" en het voorhoofdsbeen is boven de snavel versterkt met "beenbalkjes". Enkele schedelspieren zijn vastgehecht aan de snavel èn aan het kaakgewricht en zijn zo sterk ontwikkeld dat zij de stoot van de snavelslag op het juiste moment opvangen. De snavel zelf is verstevigd met hoornen lijsten.
De heen en weer gaande beweging van het slaan op de bast, wordt door die speciale spieren èn door kraakbeen omgezet in een draaiende beweging. Zo wordt de terugslag gereduceerd en bereiken nog enkel wat zachte trillingen de hersenen. Dit is in feite een unieke constructie!
.Een nestplaats is dieper dan een slaapplaats. Aan een slaaphol werkt hij gewoonlijk een dag of 14, aan een nestplaats werken beide bijna een maand. deze is dan ook veel dieper dan een rustplaats voor de nacht en gaat meestal tot 30 cm.
Meestal wordt voor zulke nestplaats een boom uitgekozen die een zieke plek heeft die zachter is dan de rest van de stam. Toch gebeurt het ook dat spechten in een volmaakt gezonde boom een gat hakken.
Het nest wordt binnenin niet bekleed met materiaal dat wordt aangevoerd, maar de uitgehakte spaanders vormen de vloerbedekking.
Dat hakken gebeurt met stevige slagen. Stel eens voor dat je met je hoofd tegen een stam zou bonken met de kracht en de snelheid waarmee een specht dit doet.
Je houdt er minstens een razende hoofdpijn aan over.
Foto van de Groene specht die zich nestelt in een boomholte.
.Tijdens het begin van de paarvorming, dit is vanaf februari, laat de kandidaat-vrijer'smorgens en 's avonds zijn verlokkende lach horen. Hiermee zoekt hij contact met mogelijke liefjes. "Hij" zit dan in de onmiddellijke nabijheid van zijn slaaphol en "zij komt eens kijken wie daar zo van zijn paretten maakt.
Als hij het wijfje ziet komen wipt hij zeer agressief met de kop, want tenslotte weet hij nog niet dat het een wijfje is. Het wijfje schudt dan de kop zachtjes heen en weer als om te zeggen: " rustig maar, hevige, zie eens wat een knap vrouwtje ik ben".
Dat heen en weer zwaaien komt over als een sussend gebaar, maar in feite is het bedoeld om het mannetje te tonen dat zij geen rode baardstrepen heeft en dus een vertegenwoordigster is van het andere geslacht.
Vervolgens gaat zij op de loop. Typisch vrouwelijk gedrag: eerst uitdagen en dan gaan lopen.
Meneer achtervolgt haar en daarbij kringelen ze beide in een spiraalvormige vlucht rond de takken van de bomen en vliegen ze van boom tot boom.
Indien beide op zeker ogenblik het wel zien zitten, bezoeken ze samen eerst de nestplaats waaraan meneer al is begonnen voor hij kennismaakte met mevrouw. bevalt dit hol mevrouw niet, dan gaan ze samen op zoek naar een geschikte nestplaats. Ze inspecteren eerst de bestaande holen (ook deze van andere spechtensoorten) en pas als er geen geschikt hol wordt gevonden begint meneer er een nieuw uit te hakken.
Geregeld lost mevrouw af bij het hak-en kapwerk.
.Alle spechtensoorten hakken holen uit en roffelen hun liefdeslied als volleerde drummers.
De groene specht heeft de zachtste roffel. Hij duurt een beetje langer dan èèn seconde en telt ongeveer 20 tot 30 slagen. Het gaat zo snel dat je zelfs zijn kop bijna niet ziet bewegen.
Nochtans roffelt de groene specht zelden, dit in tegenstelling tot zijn familileden: de kleine en grote bonte specht en de zwarte specht. Zijn roffel is ook opvallend zwak voor zo'n grote specht.
Die klop- en trommelgeluiden zijn de spechtentaal. Hiermee babellen zij met andere soortgenoten over het territoriumbezit, waar zij overal hun slaapplaatsen hebben, de keuze van de nestplaats, de aflossing bij het broeden, enz. Het drummen heeft dus een duidelijke sociale functie. ook met zijn drumkwaliteiten verleidt een mannetje een wijfje: hoe mooier roffel hij ten gehore kan brengen, hoe sneller hij van de straat is.
Daarom zie je ook soms een specht er lustig op los trommelen op een metalen pyloon die goed resoneert en een perfecte klankbodem vormt.
.Zijn tenen zijn echte klimhaken: vier vlijmscherpe haken waarvan er twee naar voor en twee naar achter zijn gericht. Bij heel gladde oppervlakken kan de buitenste teen van iedere poot, naargelang de noodzaak, naar buiten of mee naar boven worden gericht.
Zijn staart bestaat uit keiharde veren die dienen als steun tegen de stam. Bij de rui wisselt het middelste paar staartpennen het laatst, zodat de specht nooit zonder ruggensteuntje zit!
De groene specht is, zoals trouwens alle andere spechtensoorten, een zeer behendig klimmer. Hij klimt even behendig naar boven als naar beneden.
Dit laatste doet hij niet met de kop naar beneden, zoals de boomklever, maar hij steunt met zijn sterke staart tegen de boom en daalt majestueus de stam af.
Enkel om zijn hol binnen te glippen hangt hij soms met het hoofd naar beneden.
Die kop is bij alle spechten wel iets speciaal, ik kom daar aanstonds op terug.
Foto van de groene specht.
. Als je een perfect golvende vlucht ziet, waarbij in de opwaartse lijn de vogel heel snel met de vleugels slaat en deze daarna, bij de glijvlucht naar beneden, tegen de romp houd gedrukt en als je bovendien nog wordt uitgelachen met een helder klinkende "klu-klu-klu" lach, dan mag je zeker zijn dat je net een groene specht hebt zien vliegen.
Niettegenstaande de groene specht zijn favoriete voedsel op de grond zoekt, is hij uitermate goed uitgerust om tegen de stammen van de bomen te klimmen.
.Men heeft ook vastgesteld dat de bonte specht een eigenaardige manier van slapen heeft.
Zijn naar-bed-gaan en opstaan gebeuren volgens een vast ritueel. Veel mensen hebben ook hun vaste gewoontes voor ze tussen de lakens gaan: van het drinken van warme melk tot het lezen van reclamebladen. 'sMorgens zijn er dan weer bepaalde handelingen die behoren tot het vaste ochtendritueel.
De bonte specht gaat op een vast tijdstip slapen dat afhankelijk is van de lengte van de dag. de tijd, tussen zijn verdwenen in zijn slaaphol en het invallen van de duisternis, is telkens even lang.
Hij zet zich ook niet neer, maar hangt zich tegen de kant, juist onder het vlieggat. Dan zet hij zijn veren op , steekt zijn kop onder zijn vleugels en slaapt tot het eerste ochtendgloren. Bij het eerste daglicht steekt hij voorzichtig zijn kop uit het vlieggat en verkent hij eerst geruime tijd de omgeving. Als allles veilig is, klimt hij uit het hol, maakt dan zeer uitgebreid ochtendtoilet en vliegt dan luid roepend zijn gebied in.
De grootste vijand van de spechtenjongen is de sperwer, die pas uitgevlogen jongen dan weer voert aan zijn eigen kroost.
ETEN EN GEGETEN WORDEN: de wet van de natuur.
.Maar ,ook kannibalisme komt voor. Als er wat te weinig rupsen en larven zijn, hakt de bonte specht nestkasten open waarin jongen van mezen piepen en voeren de pasgeboren meesjes in stukjes aan hun eigen jongen.
Later, als de jongen zijn uitgvlogen en er minder insecten zijn, schakelen ze over op zaden.
Die halen ze overwegend uit denneappels.
Zij plukken de "mastentoppen" uit de bomen en vliegen ermee naar een vaste plaats. Meestal is dit een gevorkte tak, een spleet of een zelfgemaakte nis in een eikenboom. De dennenappel wordt vast geklemd en de specht peutert de zaden eruit.
Eens leeg gehaald laat hij de mastentop vallen en zo zie je soms tientallen dennenappels liggen onder een eikenboom. Dan weet je dat je onder een "spechtensmidse" staat.
De bonte specht heeft verschillende zulke smidsen in gebruik, want voor elke soort dennenappel heeft hij een aparte smidse. Zo zie je de ene keer een verzameling van dennenkegels van de grove den, onder een andere boom ligt een hoop kegels van een douglasspar, weer ergens anders vind je vruchten van een zwarte den, enz.....
Ooit zijn er van èèn specht 57 werkplaatsen geteld.
.Het broednest wordt bekleed met spaanders en mama bonte specht legt ergens tussen april en juni 4 tot 7 glanzend witte eieren en zij broedt ze ook overwegend alleen uit in 12 tot 16 dagen.
Binnen de 24 uur zijn alle jongen uitgekomen en zij leggen allen hun kopjes over elkaar zodat zij een soort "warmtepiramide" vormen.
Daarna voeden beide de hongerige magen en na 20 tot 24 dagen verlaten de jongen het nest.
Een spechtenhol met jongen hoor je voor je het ziet. Dat kleine grut maakt ongeloofelijk van zijn oren om voedsel te krijgen. Ze moeten ook niet bang zijn om zich te laten horen , want geen enkele predator kan de woning binnen.
Eigenaardig daarbij is dat de jonge spechten voor het uivliegen zachtjes tegen de binnenwand van het hol kloppen. men weet tot op heden nogn iet waarom ze dit doen.
Zelfs nadat ze de ouderlijke woning hebben verlaten blijven de kleintjes nog om voedsel bedelen en dat lukt nog ook gedurende 8 tot 14 dagen. daarna moeten ze definitief op eigen pootjes staan.
De jongen wordne hoofdzakelijk gevoed met rupsen en larven. Deze laatste worden met de lange tong die eindigt op een verhoornde harpoenpunt met weerhaken, diep uit hun gangen gehaald.
.Het baltsgedrag is zowat identiek aan dat van de groene specht. Beide schudden eerst met hun koppen naar elkaar om hun sekse kenbaar te maken en dan achtervolgt het mannetje het wijfje met een spiraalvormige vlucht rond de takken. Beide vliegen ook met een speciale "beverige" vleugelslag van boom naar boom waar de achtervolging rond de takken opnieuw begint.
Als mevrouw uiteindelijk akkoord gaat om te paren wordt het nest gekozen.
De aanzet is reeds gemaakt door het mannetje en het is ook overwegend meneer die de holte verder uithakt. Slechts af en toe steekt mevrouw een handje toe, maar meestal beperkt zij zich tot het inspecteren van het resultaat en tot het verwijderen van de spaanders. het hakwerk duurt van een drietal weken tot een maand. Als het hol klaar is heeft het een diepte van 25 tot 30 cm en is het ongeveer 15 cm breed.
Foto van Grote bonte specht, vrouw
.In het broedseizoen heeft hij een territorium nodig van ongeveer 40 hectaren. Dit is behoorlijk wat minder dan zijn soortgenoot, de groene specht die aanspraak maakt op een domein van zowat 100 hectaren.
Niet tegenstaande zijn kleiner grondgebied is het mannetje binnen de spechtensoorten een hoogwaardigheidsbekleder, want hij heeft een rood kardinaalspetje op zijn achterhoofd staan.
Het wijfje is verstoken van dit ornament, alhoewel ze het in haar jeugd wel heeft gehad. Alle jongen hebben een mooi satijnrood petje, maar enkel bij de mannetjes blijft er later iets van over.
De bonte specht is en stuk kleiner dan de groene specht en heeft zowat de grootte van een spreeuw.
Zijn korte, krachtige "tsjik"-roep hoor je tamelijk ver.
Om zijn aanwezeigheid kenbaar te maken heeft hij, binnen zijn residentie, zorgvuldig enkele goed resonerende takken of stammen uitgekozen. Die vormen zijn vaste drumstellen en daarmee maakt hij indruk op zijn buren of soortgenoten.
Met zijn geroffel lokt hij ook een wijfje. het gebeurt dat meerdere wijfjes slaags geraken om een mannetje. Zij zitten elkaar dan meestal laag bij de grond achterna rond de voet van de stam. het mannetje ziet dit wel, maar bemoeit er zich niet mee.
De Grote bonte specht (Dendrocopos major) inleiding
.Als je in het bos een duidelijke stevige roffel hoort en je kan heel vlug tellen en je telt 12 tot 16 slagen op 6/10 van een seconde, dan hoor je een Grote bonte specht.
Hij is wel de meest voorkomende in onze gebieden.
of het nu een mannetje of een vrouwtje is kun je nog niet zeggen, want beide hameren er duchtig op los.
Om het onderscheid te kunnen maken, moet je hem kunnen zien.
Na elke roffel kijkt hij even rond of iedereen wel goed heeft gezien hoe knap zijn drumprestatie wel was. in feite doet hij dit om na te gaan of de kust nog veilig is.
foto van de Grote bonte specht, man
.Het beste groeien mango's op een losse, vrij schrale bodem.Zij kunnen goed tegen droogte. Zij hebben voor het rijpen van de vruchten een droogteseizoen van 3 maanden nodig.
Als we zelf een mangoplant willen kweken, moeten we eerst de pit met een scherp mes openbreken omdat de kiem door het onrijp plekken niet genoeg kracht heeft om er zelf uit te komen. Je kunt hem in vochtige bladaarde planten en met plastic afdekken. Op een warme plek in de schaduw zullen er, als je geluk hebt, na drie weken de eerste blaadjes tevoorschijn komen. Het plastic kun je dan verwijderen en de ter plant langzamerhand aan het zonlicht wennen. het wortelstelsel zal zich ontwikkelen en moet dus in een grotere pot geplant worden. Bij ons zal de mangoboom niet groeien.
.De gigantische mangoboom symboliseert kracht en sterkte. Het Sanskritwoord amra werd vroeger gebruikt om aan een persoon of object waardigheid en bewondering toe te kennen. Het inademen van de geur van de bloem zou helpen bij liefdesverdriet.
Volgens een legende kreeg Boeddha van een dame namens Amradarika een mangotuin cadeau. In de indiase mythologie belichaamt de mango de gedaanteverandering van Prajapat, god van de schepping. Bundels van jonge takken en bloemen worden nog tegenwoordig bij bepaalde religieuze ceremoniëen gebruikt.
.In India zijn meer dan 1000 variëteiten te vinden.
Vermeerdert wordt de mango meestal door geënte stekjes. Deze planten dragen al na 3 jaar, bomen uit zaden pas na 7 jaar vruchten.
.In eerste instantie is de mango ( in de hindoeïstische Veda's godenspijs genoemd) een belangrijk voedingsmiddel voor de mensen in torpische landen. Hij is rijk aan vitamine A en C en verschillende mineralen.
Uit de pit wint men vet voor de zeep - en cosmetica-industrie.In India worden mangoproducten als geneesmiddel gebruikt. Het vruchtvlees bevordert de spijsvertering en heeft een licht laxerend effect. Mango's worden gebruikt om bloedingen te doen stoppen en het hart te versterken. Er wordt beweerd dat hij een positief effect op het functioneren van de hersenen heeft. Het inademen van de damp van mangobladeren zou keelonsteking genezen en van de hik bevrijden.
De schors bevat het zogenaamde resine. Vermengd met limoensap geneest men daarmee huidziektes.
De mango zou eigenlijk binnen de wereldhandel een grotere rol moeten spelen dan tegenwoordig het geval is. Het is tragisch dat de helft van de rijpe vruchten ongebruikt wegrot. Het probleem is dat hooguit drie maanden lang geoogst kan worden. Daar waar wel geëxporteerd wordt, worden de vruchten onrijp geplukt. In gekoelde laadruimten worden zij naar onze streken getransporteerd. Natuurlijk heeft dit nadelige gevolgen voor de smaak. In feite weten wij niet hoe een echt rijpe mango smaakt.
de mango is zeer geschikt voor de verwerking tot producten als mangochutneys, compote en voedingsmiddelen voor baby's, mangoijs en mangoyoghurt.