.Alle spechtensoorten hakken holen uit en roffelen hun liefdeslied als volleerde drummers.
De groene specht heeft de zachtste roffel. Hij duurt een beetje langer dan èèn seconde en telt ongeveer 20 tot 30 slagen. Het gaat zo snel dat je zelfs zijn kop bijna niet ziet bewegen.
Nochtans roffelt de groene specht zelden, dit in tegenstelling tot zijn familileden: de kleine en grote bonte specht en de zwarte specht. Zijn roffel is ook opvallend zwak voor zo'n grote specht.
Die klop- en trommelgeluiden zijn de spechtentaal. Hiermee babellen zij met andere soortgenoten over het territoriumbezit, waar zij overal hun slaapplaatsen hebben, de keuze van de nestplaats, de aflossing bij het broeden, enz. Het drummen heeft dus een duidelijke sociale functie. ook met zijn drumkwaliteiten verleidt een mannetje een wijfje: hoe mooier roffel hij ten gehore kan brengen, hoe sneller hij van de straat is.
Daarom zie je ook soms een specht er lustig op los trommelen op een metalen pyloon die goed resoneert en een perfecte klankbodem vormt.