Net als de meeste andere Bromelia-achtigen bestaat de ananasplant ( Ananas comosus) uit een rozet van lange stevige bladeren. Deze hebben een stekelige rand. Op deze manier beschermt de plant zijn kwetsbare eindknop, die in het centrum van de rozet ligt. Uit deze eindknop groeien steeds nieuwe bladeren en een zeer kort stukje stengel. Op een bepaald ogenblik zal deze eindknop geen nieuwe bladeren vormen maar een bloeiwijze. Uit het centrum van de rozet rijst dan een lange stengel omhoog waarop tientallen kleine bloemetjes ingeplant zijn, elk in de oksel van een schutblaadje. Uit al deze bloemen zal later èèn samengestelde vrucht ontstaan, de ananas. De ananasplant zo als wij hem kennen vormt vruchten zonder dat een bevruchting moet optreden. Onze ananas bevat bijgevolg geen zaadjes. Andere, wilde, ananassoorten zoals A. ananassoides en A. bracteatus vormen vruchten met zaden. De bloemen van deze planten worden bestoven door kolibries. na een tijdje zal de eindknop, die nu aan het uiteinde van de bloeisteel ligt opnieuw bladeren vormen. Dit zijn de blaadjes die we aan de bovenkant van de ananas aantreffen. na de bloei zal de ananasplant, net als de andere Bromelia's zijscheuten ontwikkelen in de oksels van de onderste bladeren. De zijscheuten worden van de moederplant afgenomen en groeien uit tot nieuwe ananasplanten.