Ziekxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
We zaten te kijken naar een film, die ons het leven van een primitieve stam ergens op een zoet lief Zuid-zee-eiland voorschotelde.
We zagen hoe primitieve mensen met speren een primitief beest achterna zaten. En nog meer heerlijke dingen deden. Ze dansten een religieuze dans, bij wijze van petitionnement aan de goden. Hun vrouwen gingen persoonlijk water halen, helemaal aan de bron met een vaas op hun hoofd, zingend en lachend en heupwiegend, en dat allemaal zonde b.h.
Het beest dat ze hadden gevangen, braadden ze aan het spit en voor ze begonnen te eten dansten ze nogmaals een religieuze dans, inplaats van zegen- deze- spijzen- amen.
Ineens realiseerde ik me bijzonder duidelijk, dat ik op een stoel zat, zoals dat overigens gebruikelijk is in de bioscoop. Maar dat ik daarvoor ook al op een stoel had gezeten aan de koffie tafel en daarvoor aan mijn schrijftafel een dáárvoor aan t ontbijt, alweer op een stoel. Naast mij zaten Marie en Jan en om ons heen al die andere mensen op hun stoel.
Ons leven beweegt zich van stoel naar stoel. Jan , die aan een bankbedrijf is, zit op zijn kantoor op een stoel en thuis en in de bioscoop en in zijn auto.
Marie mag dan nog weleens door t huis dribbelen, maar haar streven is uiteindelijk de stoel, smiddags als de boel aan kant is. En ten naastenbij alle belangrijke dingen des levens krijgen we uit de tweede hand, gezeten in een stoel. Bossen meren en watervallen zien we op de film, sport in het stadion, religie beleven we op een stoel voor de radio, dansen, musiceren en zingen zien we op de televisie, de liefde beleven we hoofdzakelijk aan de hand van de films.
Thuis ook wel misschien, maar als je t Jan in gemoede zou vragen, zou hij zeggen: Thuis? Dat is geen liefde dat is Marie.
Wat we dan nog uit de eerste hand aan natuur beleven is de Keukenhof, waarvoor we zondags in de rij staan en waarvoor we f 1,50 betalen. Ook daar gaan we op een stoel zitten op het terras en kijken zo naar de bloemetjes. Het komt er op neer, dat we de hele loopbaan van wieg tot graf als toeschouwers en luisteraars op stoelen zitten uit te zitten.
Wie weet is het over een paar eeuwen zo ver, dat we de paar dingen die ons nu nog niet uit de eerste hand worden genomen, zoals eten en drinken en kinderen krijgen, ook niet meer zelf hoeven. En dat we ze slechts nog op televisie zien. Maar voor die tijd zullen we wel ziek zijn. Zúllen we ziek zijn? We zijn het al. Dát is het natuurlijk waar we allemaal onder lijden: Stoelziekte! Daarom heeft Jan depressie en is Marie zo moe. Zwaar ziek zijn we allemaal, maar weten het niet, want iedereen heeft het zelfde en het valt dus niet op.
Laten we er in hemelsnaam iets aandoen voor het te laat is. Gauw, gauw! Desnoods alleen, inplaats van de keukenkraan, die bron ver weg in het bos, waaraan we water moeten gaan halen met een vaas op ons hoofd
allicht gaan we dan weer zingen en heupwiegen. Of desnoods alleen de verplichting om eenmaal per maand een beest te vangen en het te braden aan het spit in onze achtertuin. En religieuze dansen
Hm, ik ben bang dat die verboden zullen zijn, maar we zouden het voorzichtig kunnen proberen. Mits we het niet op zondag doen.
Geschreven door 'Annie M.G. Schmidt
Ik vind het geweldig geschreven, en laat u er zo ook van genieten.
Eliza
|