Nieuw
Een nieuwe maand
De eerste maand tweeduizend
veertien is al voorbij
Zo ging het al velen jaren op een rij
De winter is nog niet voorbij
Dan hebben we nog twee maanden te gaan
Wat kan het leven toch snel gaan
We schrijden niet voort
Maar alles gaat met grote haast
Aan haast komt nimmer een einde
Want men heeft veel gejaagd
Tot aan de dag als vandaag
Even dit en even dat!
We komen tijd tekort
Toch gaat de tijd voort!
En het levenseinde is zo daar!
Maar we weten niet waar en wanneer!
Soms op straat
Soms in het ziekenhuis
Soms na een lang ziekbed!
En we hebben wat gehaast!
Maar dan is het leven uitgeraasd
En hebben we nimmer nog haast
Dan is het afgelopen
Waarom hebben we zo hard gelopen?
We kunnen de tijd niet inhalen
Maar de tijd haalt ons in!
Er was eens een begin
Voordat het einde komt of kwam
En zo weet elk mens
Geboren worden is het begin
van het sterven
Maar het is niet erg
Als we de geestelijke erfenis
maar ontvangen
Dat zijn de grootste belangen
Van het leven op aarde
Dan is er geen haast meer
Dan leeft een mens echt weer!
Ook al denkt men nu te leven
Het leven na het leven
Dat is pas een leven!
Daarin wordt niet gehaast
Ook al wordt er om je heen geraasd
Je kijkt niet meer verdwaasd
Naar al dat gehaast
Want je begrijpt het allemaal wel
De mens zit zichzelf in het leven achter na!
Maar in het eeuwige weet je als geen ander
Dat haast je vervreemd van de ander!
|