Wat?
Wat is goed en
wat is tegenwoordig kwaad
Je krijgt er geen antwoord op
Want een mens in het ambt is
tegenwoordig een snob
Een ambt is geen carrière
Het eist hoge verantwoordelijkheid
En niemand heeft tegenwoordig nog spijt
Zo rijst het kwaad de pan uit
Niemand is nog een schavuit
Vroeger werd het kwaad in
de kiem gesmoord
Maar tegenwoordig verdedig je
het kwaad ongehoord
Een teken van de verwoeste beschaving
Men heeft alleen interesse voor brood en spelen
En dan kun je heel wat kwelen
Over van alles en nog wat
Maar het is niet te helen
Och, denkt men wat kan het mij nog schelen
Ik word voor mijn baan betaald
En al dat ouderwetse gedoe is achterhaald
We moeten moderniseren
Op allerlei gebied
Maar dat is wel dat je alle
moraal dood schiet
Ook al een tijdje bij de overheid
Alles moet kunnen
Aan euthanasie en abortus heeft men zich
willens en wetens willen bezeren
Omdat men de Schepper nergens nog wilde eren
En zij die het daar niet mee eens zijn
Die smijt men aan de kant
Naar de zelfkant van het leven
Maar God is het behoud van het leven
Als je naar Zijn geboden gehoorzaam wil leven
En als je jezelf wil verloochenen
Dan zie je dat moord en doodslag
niet wordt verhoogd
Het gekrakeel dat blijft
En het staat geschreven op het criminele lijf
Ja, maar mensen in het ambt zijn geen criminelen
Die zijn gekozen door het volk
En ik denk, tegenwoordig is het volk de dolk
Of het mes dat scherp is geslepen
Want we kiezen voor eigen hachje
En dat met een toverachtig lachje!
Lezen de 2e brief aan Johannes
in het bijzonder vanaf vers 7-13
|