Boek
Het boek met de gezichten
In kan er niet voor zwichten
Het is een boek vol ergernis
Mensen uiten daar ook weer
hun ergernis
Zo wordt discriminatie zoals
men zegt een feit
Hoewel ik het aan de mensen zelf verwijt
Dat men zich overal in vast wil bijten
De wereld veranderen is al te laat
Wat overal is de haat!
De mens is een afgevallen blad
Het mensdom ligt gewoon overal
in de maatschappij op z’n gat!
De één vindt dit en de ander dat
Ja, zo gaat het met het teveel wat we
hebben gehad
Waar te voor is komen te staan
Daar gaat niet alles naar de maan
Maar het dondert de afgrond in!
En het vuilnisbakwezen heeft het naar de zin
Want daar is en zoekt men het gewin
Ga er niet tegen in
Want ook overheden laten zich meeslepen
Maar hoe je ook voor dergelijke zaken
op wil komen
Het zijn allemaal de verkeerde dromen
Die tot een betere wereld zullen leiden
Want het begint niet bij de ander
Maar bij de eigen levenswandel
En als je als overheid alles in de verbindingen
van gezinnen los maakt
Dan wordt het verder in de maatschappij
alleen maar gekraak
Geen Hoeksteen
En de mens is koud als een steen
Er is geen geween!
Want men wil zoetjes leven
Maar dat valt geweldig tegen
Er is niet te ontkomen aan zwarte piet
Die doet alles in het leven teniet
En het leven is ook geen sinterklaasfeest
Het leven wordt beheerst door het Beest!
Ik vind de slagen overal rechtvaardig
Want men is in het binnenste onaardig
Of anders gezegd er leeft een groot kwaad
Ook al ziet men niet de eigen daad
Maar als men het hoofd eens naar binnen stak
Dan zou er misschien iets zijn, dat brak!
Dat men het eigen egoïsme zou zien
Want daar is het begin
Het ik dat steeds groter wil zijn en worden
En zo leven er horden
Horden van mensen
Met allemaal moeraswensen!
Ezechiël 14
|