Machtig
Wie gelooft het?
Velen niet, denk ik!
Maar God alleen is machtig
Zoals men nu toch ziet
Een mens is niet meer dan een stofje
aan de weegschaal
En een druppel aan de emmer
Hij werpt eilanden henen als dun stof
Ja, dit moeten we toch zeker beamen
Dat alle volken zijn als niets
Oh…ga je op die fiets
Ja, in zo’n situatie is de onmacht groot
Ook al gaat men geld innen
Snel gaat het in ieder geval niet met
het terug winnen
Van alle zaken waar men van
verstoken is!
Nu staat alles op de grondvesten te trillen
We zien veel vergaan
Mensen kunnen wie het ook is
niet voor Hem bestaan!
Maar men moet ook niet wanhopen
Hij geeft de moeden kracht
Wie het van Hem verwacht
Die zullen opvaren als arenden
Zij zullen lopen en niet moede worden
Zij zullen wandelen en niet mat worden!
Dit is de Enige troost
Die Hij mensen in machteloosheid biedt!
Ja, zo is het altijd geschiedt
Maar wie trots van hart is
En denkt machtig te zijn
Die vergaat door de grootheid van God
Die had geen lust in een lot
Dat de mens het van Hem moest of
moet verwachten
Die kunnen ook niet in de Schuilplaats
vernachten
Maar wie op Hem vertrouwt
Krijgt het wel eens benauwd
Maar daar kom je weer bovenop
Want God staat aan de top
De top van een groot menselijk rijk
Want we zijn niets!
Ook al staat men hier of daar er als
een staatshoofd
We zijn allen van Hem afhankelijk
En dat maakt het monster dat alles
omver smijt wereldwijd
Toch nu wel duidelijk!
Hij is de Enige die verlossing kan brengen
Na droefheid komt blijdschap
Maar wie niet vernederd heeft willen worden
Die is nu wel aan het verworden!
Jezus was in de hof van Gethsemané
een worm
En ga je aan dit alles voorbij
Dan wordt een mens in Hem
nimmer blij!
Zo zijn de wegen Gods!
Hij vernedert en Hij verhoogt!
Jesaja 40
|