Woest
Woest, woester, verwoest
De aarde was woest en ledig
Blijft een mens niet in de waarheid
Dan raakt deze zijn of haar innerlijk kwijt
Een mens moet gevuld raken
Van hetgeen geboden wordt in de tijd
Maar blijf je ver van de waarheid
Dan komt de verwoester
En die verwoest het innerlijk van de mens
Deze leeft alleen maar als hij alles
op z´n kop kan zetten
Of van de ene treiterij over kan
gaan in de andere
Zo wil deze woeste mens alles verwoesten
Opstand tegen God en gebod
Deze draagt zijn schande niet
En doet alles van de waarheid teniet
Het is een grote huichelaar en leugenaar
En maakt zo een weg voor zichzelf klaar
Mensen waar je het niet van verwacht
Die gaan voort in deze verwoestende kracht
Totdat alles totaal in de verwoesting ligt
De mens is van nature een woestijn
En wandelt altijd langs een ravijn
Totdat deze zich overgeeft
Aan het kwaad en dan verder leeft in
z`n de wandaad
Je moet ervoor bewaard blijven
Om over te worden gegeven aan het kwaad
Maar zoals het nu is gelegen geloven nog weinigen
Het is dan ook in het geheel gezien een kleine kudde
En wil je er niet meer bijhoren dan kan een mens het schudden
Dan sterft deze in zijn eigen verwoesting
Eén keer sterven is verloren twee keer sterven is erven
Maar het mooiste is als je duizend doden bent gestorven
Heb je dan geluk?
Ja en nee, menselijk gezien val je bij velen in ongenade
Maar zie je het in de staat van welgelukzaligheid
Dan verkeer je wel in de nimmer eindigende eeuwigheid
Dan bereiken je wel de druppels van het gif
Maar je komt er niet door om!
Het gezicht der martelaren
is te vinden in openbaring 7-9 t/m 17
|