|
Dor
Wat een dor gezicht
Alles kaal en uit het evenwicht
De dorheid van het geloof
Is een teken van ongeloof
Men gaat als dorren doven
door het leven
Dat komt nu wel openbaar
Hoe richting aan alles te geven
Dat valt vreselijk tegen
Je ziet sommigen populair doen
Of de beslissingen moeten door
een ander kabinet worden genomen
Men behoort dus dan niet tot
de ware vromen
Je ziet overal stoom uit komen
Men is vreselijk ontevreden
Hoe is dat alles nu gelegen
Omdat men zelf geen inzicht heeft
Op hoe het in werkelijkheid zou
moeten worden beleefd
Je bindt een heel volk vast
Dat doe je niet eens met een verfkwast
Die mag nog over het doek zweven
En er komt wat schilderkunst naar voren
Maar in deze situaties zijn geen spaties
Men luistert naar de snotneuzen
En dat zijn de ware reuzen
Die neuzen staan allemaal de verkeerde kant uit
En zo blaast ons Nederland de laatste adem uit
Want we zijn met z’n allen
toch zo ten dode opgeschreven
De maatregelen geven geen uitzicht op
nieuw leven
Binnen blijven wordt er gezegd
En dan komt er sneeuw en ijs
Of je ziet het lenteweer verschijnen
En de mensen lopen met z’n allen nog geen
halve meter van elkaar
Zo kunnen we het virus niet indammen
Want de natuur werkt iets anders uit
Hiermee lach ik al die maatregelen uit
Want er is er Eén die het weet
En niemand weet iets van het ware angstzweet
Niemand lijdt tot in het diepst van de ziel
Dus de rust keert niet terug
We zitten met verkiezingen opgezadeld
Vroeger zei men, arbeid adelt
Maar verkeerde arbeid brengt schade
Nu we in een kolkende zee baden
Nimmer geluk
Want alles is stuk!
Hebreeën 3
|
