Welkom op mijn blog!

      Vertellingen en verhalen
              uit mijn jeugd
           van 1940 tot 1960

KLIK HIER !
  • Na... de tijd van toen (mijn nieuw blogje vanaf 1960)
  • Inhoud blog
  • Gouden Bruiloft
  • Petrol in de soep
  • Ajuinstoemp
  • De Melktand
  • Patatten van ... 'De Neus'
  • Een broertje erbij... en nog één
  • In blijde verwachting...
  • De Kolenzifters
  • Renéeke
  • Een vijver vol met!
  • Fietsperikelen
  • Nieuw blog: Periode vanaf 1960
  • A votre service, monsieur !
  • Werkloos
  • De Kerstkalkoen
  • De mooiste dag!
  • Een zware teleurstelling
  • 'œ Slisse en Cesaer '
  • De Officiële Kennismaking
  • Zwarte Piet
  • Vlaamse Kermis, de Eerste Kus
  • Appél aan bed!
  • Naar het Leger
  • Het Eerste Contact
  • De Edele Kookkunst
  • De Edele Kookkunst (deel 2)
  • Naar Büderscheid (deel 2)
  • Naar Büderscheid (deel 1)
  • 't 'œVliegmachien'
  • Gaan werken in het 'œatelier'
  • Mathileke Vis
  • De Nieuwe Laarsjes
  • Ons eerste fietsje
  • De Brug over het Albertkanaal
  • Nonkel Jan ( 2 ) - De grappenmaker
  • De Rode Zwembroekjes
  • Nonkel Jan
  • Bij 'Tenne' met vakantie
  • Het Koffieservies (deel 2)
  • Het Koffieservies (deel 3)
  • Het koffieservies. (deel 1)
  • De bevrijding - 4 September 1944
  • De Bedrieger, bedrogen
  • De laatste loodjes ...
  • Gestapo
  • Meester '˜Bagger' - (Deel 3)
  • Meester '˜Bagger' - (Deel 2)
  • Meester 'Bagger' - (Deel 1)
  • Mil '˜Piot' en de zoetlingskes (Deel 2)
  • Mil '˜Piot' en de zoetlingskes - (Deel 1)
  • Weer thuis
  • Koekelberg
  • Geboren vóór den oorlog
  • Waarom schrijven?
    E-mail mij

    Ik waardeer uw mening en mail u zeker terug

    Foto
    Op schoolreis in Dinant 1950
    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Mijn favorieten
  • Andersdangewoon
  • Uilenspiegel
  • Nieuwjaarsbrieven 2
  • Met hart en ziel
  • Warket (Ikbijhaar)
  • Didi's Vluchtstrook
  • Rocor
  • Begrijphetnietje
  • Hercule Poireau
  • Titipoes
    Archief per week
  • 05/04-11/04 2010
  • 12/11-18/11 2007
  • 22/10-28/10 2007
  • 15/10-21/10 2007
  • 24/09-30/09 2007
  • 13/08-19/08 2007
  • 30/07-05/08 2007
  • 23/07-29/07 2007
  • 16/07-22/07 2007
  • 09/07-15/07 2007
  • 11/06-17/06 2007
  • 04/06-10/06 2007
  • 28/05-03/06 2007
  • 21/05-27/05 2007
  • 14/05-20/05 2007
  • 07/05-13/05 2007
  • 30/04-06/05 2007
  • 23/04-29/04 2007
  • 16/04-22/04 2007
  • 09/04-15/04 2007
  • 02/04-08/04 2007
    Foto
    De tijd van toen ...
    Nostalgische verhalen
    Over de oorlog, kindertijd, jeugd, verliefdheid, legerdienst en later leven.
    10-04-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Weer thuis
    Klik op de afbeelding om de link te volgen 1941 ?            De terugkeer
     

    We zagen hem voor het laatst bij de basiliek van Koekelberg toen zijn peloton de hoek om marcheerde maar konden niet vermoeden dat hij zo lang weg zou blijven.
    Het kleine huisje waar wij wonen is nu te groot voor ons gezinnetje, zonder pa. Mijn broer en ik zijn nog jong en missen hem niet echt maar moeder is aanvankelijk radeloos omdat ze niet weet waar hij is en of hij nog leeft.
    Ondertussen hebben de Duitsers ons land de oorlog verklaard en doen de geruchten de ronde dat het Belgisch leger al na enkele dagen heeft moeten zwichten voor de overmacht.
    Ma hoopt dat ze nu gauw iets van hem zal vernemen maar het duurt nog een hele tijd eer ze een eerste briefje krijgt vanuit een krijgsgevangenenkamp in Spandau, ergens in de buurt van Berlijn.
    Haar man is gezond en wel maar klaagt over het voedsel in het kamp dat onvoldende en van slechte kwaliteit is.
    Ma begint dadelijk met het opsturen van voedselpaketten maar niet alles komt bij hem terecht. Dikwijls zijn de pakken geopend en de beste dingen eruit gehaald. Na verloop van tijd heeft ze geen geld meer en stuurt nog zelden iets op.
    Kortom, vele maanden later, als pa eindelijk thuis komt is hij zo mager als een graat en helemaal uitgehongerd. Zijn kleren hangen als losse vodden aan zijn lijf en hij stinkt naar zweet en urine.
    Nog voordat ma hem in de kamer kan loodsen, om zich te wassen en proper kleren aan te trekken, zit hij al aan tafel.
    ‘Honger..., ’k heb honger, ik wil eten...’ herhaalt hij steeds.
    Zonder dralen snijdt ma een boterham af van het plakkerige oorlogsbrood en smeert er wat smout op.
    Het beeld van pa, die in één keer een halve boterham in zijn mond steekt en hem bijna zonder kauwen doorslikt, zal ik mijn leven lang blijven onthouden.
    Met open mond staan mijn broer en ik hem aan te staren. Het is eigenlijk komisch hoe hij de ene boterham na de andere naar binnen werkt, maar wij durven niet lachen.
    Pas als pa verzadigd is schijnt hij ons op te merken en mogen we even op zijn schoot komen zitten.
    ‘Vertel nu.’ Zegt ma, en schuift bij ons aan tafel, maar hij is te moe om te vertellen. Hij wil gaan slapen.
    De volgende dag is hij erg zwijgzaam en geeft steeds een ontwijkend antwoord als ma hem iets over zijn gevangenneming en over Duitsland vraagt.
    Ook de dagen en weken daarna zegt hij haast niets en geeft te kennen dat ze hem maar moet gerust laten.
    Niemand kan hem aan de praat krijgen, ook buren en familie niet, en na een tijdje geven ze het op. Louis wil niet over zijn krijgsgevangenschap spreken en dat moeten ze maar aanvaarden.
    Later, pas veel later, als die vreselijke oorlog voorbij is, zal hij het misschien kunnen ...

    10-04-2007 om 00:00 geschreven door Fikske


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Koekelberg
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Vaak heb ik mijn hersens gepijnigd om te weten te komen wat nu eigenlijk mijn verste herinnering is die ik heb.
    Ik was nog heel jong toen de oorlog uitbrak, maar hoe hij voor ons eigenlijk begon weet ik niet meer.
    Slechts één bepaalde gebeurtenis, die duidelijk nog moet hebben plaatsgevonden vóór het uitbreken van die oorlog, staat me nog vrij scherp voor de geest.


                 September 1939 : Algemene mobilisatie!


    Ik ben bijna vier jaar en Mil, mijn broer, drie, als ma ons die zondagochtend meeneemt naar Koekelberg.
    Dat het zondag is weten we omdat ma ons vandaag een proper hemdje aantrekt en onze haren kamt.
    ‘Vooruit,’ zegt ze, ‘we moeten ons haasten. Geef mekaar de hand! Ik wil jullie onderweg niet verliezen.'

    Ze pakt mijn jongere broer bij de arm en met haar andere hand grijpt ze de zware boodschappentas.
    ‘Treuzel toch zo niet Roger, kom buiten!’ Ze staat al met de klink van de voordeur in haar hand en ik kan nog maar net tussen de deur doorglippen voordat ze wordt dichtgeslagen.

    Met zijn korte beentjes trippelt Mil aan haar hand. Hij moet wel lopen want ons moeder sleurt hem voort.
    Ik heb moeite om hen bij te houden en wanneer ik het vrije handje van mijn broer kan vastgrijpen gaat het beter; we bengelen samen achter de locomotief aan ... Als we bijna aan de tramhalte zijn slaakt ma een gilletje en blijft even staan.
    ‘God! Ik vergat de deur op slot te doen!’ Even twijfelt ze of ze zal teruglopen maar de hoorn van het blauw trammetje klinkt al in de verte.
    ‘Ach, wat zou iemand nu bij ons komen stelen?’ Voegt ze er schouderophalend aan toe en versnelt haar pas.
    ‘Hij komt er aan ...’ Met een laatste spurtje halen we hem nog net.

    Buiten adem laten we ons op de houten zitbanken neervallen. Oef, dat was op het nippertje. Nu wordt ma wat rustiger.
    In Brussel moeten we nog een andere tram nemen, hij is geel en schokt veel meer dan het vertrouwde ‘blauwe treintje’ en bovendien doet hij niets anders dan bellen aan elke hoek van de straat.
    Uiteindelijk rijden we voorbij een indrukwekkend bouwwerk en moeten uitstappen.
    Op het grote grasplein rond de basiliek zitten vele Belgische soldaten in bosjes bij elkaar op de vochtige grond. Ze hebben hun geweren met de lopen tegen elkaar rechtop gezet. Het lijken wel kleine indianententjes.
    Ma neemt ons bij de hand en gaat op zoekt tussen de vele groepjes. Ze vindt pa bij de kerk waar hij samen met enkele kameraden tegen de muur aanleunt. Hij heeft ons blijkbaar niet verwacht. Met een kreet van vreugde neemt hij ma even vast en daarna tilt hij mijn broer en ik gelijktijdig op alsof we twee pluimpjes zijn, zo licht.
    Wij zitten nu elk op één van zijn armen. Onze gezichten héél dicht bij hem. De man ruikt naar aarde en nat gras.
    Het kaki soldatenkostuum voelt erg ruw aan en schuurt onze blote billetjes rood. Wat ons aan pa het meeste opvalt is zijn soldatenmuts. Ze lijkt precies een omgekeerd bootje waar vooraan een rode flos bengelt die bij elke beweging heen en weer wiebelt over zijn voorhoofd.
    We mogen tussen hem en ma op de grond zitten bij de soldaten en andere mensen met kinderen. Hij ravot met ons, rolt over het gras en wij springen bovenop hem en rijden paardje op zijn rug. Om beurten zet hij het rare bootje op zijn en onze hoofden. Wij schateren het uit.
    ‘Ik heb honger,’ zegt pa.
    Uit haar tas haalt ma boterhammen die we samen snel verorberen.
    Ze heeft ook nog een blikken doos met koekjes mee voor pa. De doos blijft dicht maar we mogen eens proeven van zijn rantsoen soldatenkoeken. Die koeken zijn beenhard en proeven naar karton.
    Ma en pa strekken zich languit op het groene plein terwijl wij nog wat spelen met de andere kinderen.
    Het wordt een kort afscheid want plots weerklinken de schelle tonen van een klaroen en moeten de mannen verzamelen. De soldaten lopen naar de indianententjes en breken ze snel af.
    Haastig geeft pa een kus op de mond van ma en strijkt nog even met zijn zware hand door onze haren.
    Daarna is hij weg.
    Even later, in het gelid, de helm op het hoofd en het geweer op de schouder, marcheren alle soldaten de brede laan voor de Basiliek op.
    Mijn broer en ik beseffen niet wat er gebeurt en weten niet wanneer we pa nog terug zullen zien.

    Als ze uit het zicht verdwijnen merken we pas dat Mil nog steeds de soldatenmuts met rode flos op zijn kop heeft. Zijn witte haren steken fel af tegen de kaki kleur van het hoofddeksel.
    Vliegensvlug ritst ma de muts van zijn hoofd en wil de soldaten achterna hollen maar ziet nog net de troep wegdraaien achter de hoek.
    Er blinkt een traan in haar ogen wanneer ze ons bij de hand neemt Ze bijt op haar onderlip en zet de muts weer op Mil zijn witte kop.
    ‘Jij bent de kleinste,’ zegt ze, ‘ hou jij ze maar…’

    10-04-2007 om 00:00 geschreven door Fikske


    » Reageer (0)
    09-04-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Geboren vóór den oorlog
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Ooit zei Jos Ghijsen...
    Er bestaat een wezenlijk verschil tussen de mensen die de oorlog wel en zij die hem niet hebben meegemaakt. Diegenen die de oorlog niet hebben gekend zijn duidelijk jonger en hebben hem niet aan den lijve ondervonden.
    Daarom is een oorlog iets dat men moeilijk kan uitleggen. Als mensen die hem wél hebben meegemaakt, er over praten begrijpen ze elkaar instinctief en weten dadelijk waarover het gaat. Jongeren doen hun best om het hoe en waarom te verstaan maar kunnen zich maar moeilijk in bepaalde situaties inleven. Ze weten niet wat het is om te leven onder de bezetting, in een atmosfeer van angst en beperkingen.
     
    Iedereen leed eronder. De volwassenen nog meer dan de kinderen, denk ik.

    09-04-2007 om 00:00 geschreven door Fikske


    » Reageer (0)
    08-04-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen. Waarom schrijven?
    Klik op de afbeelding om de link te volgen “Toe peter vertel nog eens iets van toen ge klein waart. Of van den oorlog, dat is ook goed.”

    Hoe dikwijls hebben mijn kleinkinderen dat al niet gevraagd?
    “Je moest eens een boek schrijven.” Zegt onze oudste zoon Bert.
    “Ja, en ik zal jouw schrijfsels dan wel in een goede vorm gieten.” Belooft zijn jongere broer Walter.
    Eerst weet ik niet goed hoe er aan te beginnen.
    Een boek schrijven over uw jeugdervaringen, hoe doe je dat?

    Pas na enkele probeersels besluit ik om al die herinneringen niet in boekvorm op te schrijven maar wel onder de vorm van 'kleine verhaaltjes', zoals ik ze altijd aan de kleinkinderen heb verteld.
    Niet meer dan één gebeurtenis of verhaaltje tegelijk, anders raken we de draad kwijt.
    Onze dochter Marleen vindt het ook beter op die manier. “Dan is het niet te lang om lezen en kan ik stoppen als ik er genoeg van heb.” Lacht ze.

    08-04-2007 om 00:00 geschreven door Fikske


    » Reageer (1)


    >

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!