De wind en de regen hebben het leven in hun greep, zij trekken mij over de streep van haasten, lopen, rennen en vliegen tot stilstand en rust naar een wiegen in mezelf.
Zo-even stond ik roerloos naast een regenplas zonder muts, zonder sjaal of jas, zonder haasten, lopen, rennen, vliegen koos ik heel bewust mee te wiegen met mezelf.
De wind streek door mijn haar en de regen streelde mijn huid, Ik was hun prooi , hun zachte buit zonder haasten, lopen, rennen, vliegen werd ik stil gekust bij het wiegen in mezelf.
De wolken vol van regen wegen zwaar op de daken zij en ik we wachten zonder haasten, lopen, rennen, vliegen op het stil ontwaken van de zon die ergens ligt te wiegen in een bed van rozen. Ik vluchtte het huis in en ik lachte naar mijn spiegelbeeld waarin ik stond te blozen....
|