Lange afstand fietser Klik op de foto om de pps of verslag te bekijken.
26-11-2021
10 Dag 10 Rondje Texel woensdag 7-07-2021
Dag 10 Rondje Texel woensdag 7-07-2021
We voelen ons meer dan thuis bij Ria. Ze is een echte “mama”, een plezierige madam. Samen met haar gasten ontbijten, vind ze echt nodig. We kunnen blijven eten en babbelen, ze is niet te stuiten. Onze fietskledij ligt mooi gewassen en geplooid klaar. Ik doe dat meestal zegt ze, mijn logeerders vinden het altijd fijn. Ook wij bedanken haar…In de vakantiemaanden is er hier nooit een plaatsje vrij, mijn agenda staat propvol. Gelukkig hebben jullie vroeg gereserveerd, lacht ze.
We maken haar duidelijk dat we vandaag het eiland willen rondfietsen. Nu krijgen we een aantal bezoek opdrachten….Oei, zal dat allemaal wel lukken??? Het is voor mij, van 2007 geleden dat ik hier nog was. Toen samen met Hugo, Jacques en Pol. Benieuwd, wat nog te herkennen valt na 14 jaar. Wat hebben we geluk, er is zon, wel een stevige wind van zo’n 4 à 5BF, maar ’t blijft droog, hebben ze beloofd. Zalig zonder de fietstassen zo’n 12kg minder, ‘t geeft ons een prettig gevoel.
We vertrekken op de fiets- knooppunten westwaarts, richting Ecomare. Hier worden jonge en zieke zeehonden opgevangen, die het op eigen kracht niet zouden redden. We komen heel dicht bij de Noordzee en rijden voorbij “Bos en Duinen” aan het Kogerstrand. Tussen de vele campings, ligt een fietssnelweg, waar we tussen een massa fietsers moeilijk op dreef geraken. Vele e-bikers zijn de duinhellingen niet gewoon en vergeten, zoals meestal bij die e-bikers, hun versnellingen te gebruiken, wat een gevaarlijke toestand!
Na 15km komen we bij het Nationaal park “De Slufter” Het is een gebied welke in open verbinding staat met de Noordzee. Het gebied bestaat uit een groep kreken, die soms, na een storm, onder water staan. Er komen veel zoutplanten en bloemen voor. Het is ook een vogelbroed- en rustgebied. We stallen onze fietsen en maken een flinke wandeling in het park.
Nadien gaat het verder, op een uitzonderlijk mooi nieuw fietspad. We vermoeden dat het pas in de vorige winter aangelegd is. Bij “de Robbejager” zijn we op het uiterste punt van het eiland. We fietsen steil omhoog tot bij de vuurtoren. Deze “Eierland vuurtoren” staat op het Noordelijkste puntje van Texel. De vuurtoren is gebouwd ter bescherming van het Eierlandse Gat, voor de kust van Texel, vroeger zijn hier veel schepen vergaan.
We buigen af langs de Waddenzeekust tot voorbij de aanlegsteiger van het Veer naar Vlieland. Heel snel zijn we in De Cocksdorp, ik ken het dorp want in 2007 kwamen we hier enkele keren souperen in “De Rog”. Het eetcafé bestaat nog, maar de patroon heeft nog geen zin om te openen! Kom deze avond na 18h, roept hij ons toe, nu kan het niet! We zoeken een ander terrasje en moeten niet ver lopen om onze honger en dorst te kunnen stillen. In het “Grand Café” zijn we meer dan welkom, een “Texel Skuumkoppe” en een vissoepje smaken in het zonnetje.
Vanaf het dorp rijden we richting de Waddenzee. Eenmaal aan de dijk blaast, de bijna stormwind, recht op onze neus. De eerste 12km elk om beurt koptrekken tot Dijkmanshuizen en dan is het op halvewind langs kerkwegelpaadjes naar Den Burg. Fel bezweet komen we terug op ons slaapadres. Een lange douchepartij komt best van pas….
Terwijl Antoine souvenirs aankoopjes doet, neem ik rust en kijk op TV naar de Tour de France. Wat een triestige commentaar op de Nederlandse sportzender, een negatieve en onbekwame wielersportjournalist zonder enige animo. Ik kan het niet meer aanhoren, alles is fout en zelfs zijn Nederlands is erbarmelijk en bijna onverstaanbaar. Via Wifi kan ik gelukkig luisteren naar de VRT met Wuyts en De Cauwer. En wat meer is, Wout Van Aert wint die dubbele Mont Ventoux-rit op fenomenale wijze….Proficiat Wout, ik heb er meer dan van genoten, wat een coureur! Ik heb het mij niet beklaagd dat ik ben blijven kijken….
Nu Antoine de weg kent in het stadje, gaan we op wandel. Den Burg is de hoofdstad van Texel en er heerst een aangename drukte in de winkelstraten.
Antoine heeft in de namiddag de kerktoren beklommen, nog steeds is hij vol enthousiasme over het uitzicht op het eiland. Zoals steeds wilde hij echter kaarsjes laten branden….maar in een protestantse kerk lukt dat niet, weet hij te vertellen. Op een plein staan een 5-tal bepakte fietsers. Het zijn jongelingen uit het Antwerpse. Ze zijn op zoek naar een overnachtingsplaats. Ze zijn van plan alle Waddeneilanden af te fietsen. Ik raad hen aan om inlichtingen te vragen bij het VVV. Ik veronderstel dat de overtocht naar Vlieland vanuit De Cocksdorp enkel op afspraak kan……Ze weten dat het een avontuurlijke onderneming wordt .
Na een zonneterrasje wordt het etenstijd en wandelen we naar ons afgesproken adres “ De 12 Balcken”. We krijgen een mooi plaatsje in het overdekte terras. Met veel zwier presenteert de patroon ons de bier- en menukaart. Een groep enthousiastelingen die de start van hun vakantieweken willen vieren maken het heel bont, de patroon moet hen bedaren.
Met enkele La Trappe-trappisten genieten we van een smakelijke Zeebaarsfilet en een overvloed aan verse groenten. Ondertussen is Antoine de beste vriend van de baas en wordt het moeilijk om hier weg te geraken…Maar de plicht roept, uiteindelijk geraken we op een deftig uur in ons bed. Ik vermoed dat oordopjes nodig zullen zijn!
Op vraag van ons gastgezin, nemen we iets vroeger dan gewoonlijk ons ontbijt. Rein is juist vertrokken en Els houdt ons, aan de rijkgevulde ontbijttafel, gezelschap. Zoals beloofd zijn we om 9h00 klaar om te vertrekken. Nog vlug een foto, bedankt familie van Kampen, we waren graag in Hoorn. We rijden door het stille centrum en moeten wat zoeken naar onze uitgestippelde weg.
Het is vandaag een beetje een overgangsdag op weg naar Texel, waar we zo vlug mogelijk willen zijn. We hebben gekozen om via de fietsknooppunten in een bijna rechte lijn tot in Den Helder te geraken, via Wognum, Wadway en Spanbroek, dwars door een landbouwgebied. We vorderen goed er is bijna geen verkeer, enkel nu en dan een, volgens onze mening veel te snel rijdend landbouwvoertuig….We moeten soms in de graskant duiken!
Wanneer we de Westfrieschevaart kruisen, hebben we al 32km saaie weg op ons tellertje staan. De kleine dorpjes, met enkele huizen, lijken verlaten. Doorstoempen tot we plots de omgeving herkennen. Een eindje voorbij Wieringenwaard richting Anna Paulowna, zien we de Windmolen “Leonide”, ooit een houtzagerij. Hier waren we al eens, op onze Ronde van Nederlandtocht 2015. Toen reden we van Petten naar Harlingen op de LF10.
We moeten over rivier “de Hoge Oude Veer” we hebben 42km. Zonder enige afspraak, draaien af op de parking van eetcafé “de Ben”. Grote dorst doet ons onmiddellijk een “Texels Skuumkoppe” bestellen. Blijkbaar verwachten ze dat helemaal niet van fietsers, de meesten drinken hier koffie, thee of karnemelk. We vrezen dat er op onze weg niet zoveel meer zal komen en blijven ook lunchen…..een boerenomelet is meer dan welkom. De patroon legt ons uit dat het dorp, Anna Paulowna, genoemd is naar een Hollandse koningin. Deze Russische prinses uit St-Petersburg werd echtgenote van Koning Willem II begin 19° eeuw.
Bij de Kooy, fietsen we voorbij een grote Marine basis met helikopters die aan het oefenen zijn. We rijden op de Westoever naar de Binnenhaven van Den Helder. Het is wat kronkelen en eventjes zoeken om bij het Veergebouw “Teso” te komen. Deze veerdienst is eigendom van de Texel-eilandbewoners. Om 15h nemen we het veer. De overtocht duurt 20 minuten en kost 5€ incluis de fiets.
Volle zon en forse wind , ja we voelen duidelijk dat we op een eiland zijn. We volgen de Waddenzeedijk, met de bijna stormwind in de rug, kunnen we ons zonder trappen laten meedrijven tot Oudeschild….Vanaf hier is het opboksen tegen de harde halve wind, richting Den Burg. Net voor het binnendraaien van het stadje, ben ik alleen. Waar is Antoine gebleven? Na enkele seconden komt hij uit een graskant gekropen, een plotse rukwind heeft hem van het pad afgeblazen, gelukkig zonder erg! Nu eerst naar ons overnachtingsadres. Ai het is nog wat tevroeg, onze gastvrouw is er nog niet, dan maar eerst een terrasje meepikken. Een buurvrouw meent dat ze elk ogenblik kan thuiskomen en stelt voor, om onze bepakte fietsen bij haar te stallen.
We doen het niet en beklagen het ons na 5 minuten. Het is toeristisch druk in de smalle straatjes, fietsen mag niet en de fietsenstallingen staan overvol. Toch vinden we een schaduw terras onder de bomen waar een La Trappe, meer dan welkom is. Als we, iets later, bij Ria aanbellen is ze opgetogen dat we er zijn. We moeten achterom met de fietsen en deze stallen in een heel ruime garage. We krijgen onmiddellijk een grote kamer op de verdieping. Onze kranige gastvrouw is fier op haar gastenverblijf, met alles erop en eraan, zelfs TV, Wifi en koffiezet…..Straks zal ik jullie bezwete fietskledij wassen, gebied ze. Op de 2° kamer is er een jonge strandstapper, die ons ook komt verwelkomen. Ria excuseert zich, we krijgen de sleutels en uitleg waar we kunnen souperen, ze moet naar een familiefeestje….Wij krijgen haar huis voor de rest van de dag, lacht ze!
We willen ons verfrissen en wat uitrusten, na wat zoekwerk krijgen we de TV aan de praat, maar de Wifi-code is niet leesbaar of compleet verkeerd. Ook onze jeugdige buurman krijgt het niet voor elkaar. Toch heb ik bij het binnenkomen, een tellerkast opgemerkt, waar de modem mogelijks in staat….en jaja hierop vind ik de juiste Wifi-code, na enkele seconden is alles in orde. Ik zal de code, maar dan mooi uitgeschreven, in haar gastenboek zetten….de volgende gasten zullen blij zijn.
Op aanraden van onze gastvrouw willen we gaan eten in de “12 Balcken” een uiterst gezellig eetcafé, volgens haar. En inderdaad het zit propvol, zodat we moeten aandringen bij de patroon om een plaatsje te bemachtigen. We voelen ons onmiddellijk thuis, er heerst een uitbundige ambiance en de bier- en menukaart doet ons likkebaarden. We bestellen een Lamsstoofpotje en enkele Zundert trappisten. Het is meer dan genieten. Morgen komen we terug, beloven we de patroon. Slaapwel!
Heerlijk, een ontbijt en een babbel met de gastvrouw. Alles is aanwezig en we slurpen samen nog een extra koffie. Maar de plicht roept, 9H30 fietsen beladen en onze 2°week door Nederland kan starten. Corine geeft ons nog enkele aanwijzingen, hoe we op onze route geraken. Daar gaan we, bedankt Corine we hebben genoten van je gastvrijheid.
Na onze babbel onthouden we dat de stad genoemd is naar de geestelijke vader van de Zuiderzeewerken Cornelis Lely. De eerste bewoners kwamen hier omstreeks 1967, maar rond 1980 kwam er een leegloop, dit ten koste van Almere een Flevopolderstad dichter bij Amsterdam. Toch is Lelystad de hoofdstad van de nieuwe provincie gebleven. Er werd ingegrepen met afbraak en herstructureringen van nieuwe wijken. De uitbereiding naar de kuststrook heeft veel goed gemaakt, met de Bataviahaven en een snelle verbinding naar de Randstad.
Na 10km komen we bij het Bataviapretpark aan het Markermeer. Het is een educatief park waar historisch, het leven aan boord van reuze zeilboten op weg naar de koloniën, wordt weergegeven. Enkele kilometers verder komen we aan het begin van de dijk, dwars door het IJsselmeer en het Markermeer.
Na de Houtribbesluis zijn we op weg voor 26km door het water. In 2015 op onze “Ronde van Nederland” fietstocht moesten we ook door het water fietsten. Toen 32km van Den Oever naar Friesland. Net als toen hebben we geluk met het weer, geen stralende zon maar het blijft droog en de wind speelt wat in ons voordeel. Halverwege houden we een stop op een parking is een afspanning waar er een gezellige drukte heerst.
Voor we in Enkhuizen toekomen, dwarsen we nog sluizen. De “Krabbersgatsluis” voor beroepsvaart. Maar er is ook een nivaduct voor pleziervaart en rivierschepen. Het is een aquaduct in kombinatie met een sluis. Het verkeer gaat dus onder de nivaduct-sluis door, zo is er geen oponthoud. We staan in bewondering voor dit Nederlands ingenieus kunstwerk. Om 13h stipt, nemen we plaats op het terras van ’t Ankertje, recht tegenover een dubbelbrugje en de “Dromedarispoort”. Om de paar minuten varen er jachten voorbij en het is telkens een spektakel, omhoog, omlaag en terug omhoog.
Het café is ook een brouwerij, we willen eens proeven…..De Biermeester komt met veel blabla, bier schenken en het restgist presenteren. We moeten vaststellen dat onze favoriete zuidelijke zware bieren ons meer bekoren… We willen ook iets eten en jaja de vissoep is wel heerlijk.
We rijden naar het centrum van Enkhuizen. De stad is bekend als de Haringstad, dit vanwege zijn verleden voor de haringvisserij. We bewonderen, de goed bewaarde historische, met grachten doorsneden binnenstad. Alles ligt binnen de vestingwallen. Deze dateren uit de 17e eeuw en zijn nog in prima staat. Met wat spijt verlaten we de stad, we moeten terug naar het meer.
We hadden het moeten weten, vanaf hier is het 15km opboksen tegen een strakke wind. Elk om beurt op kop, met links van ons het Markermeer en rechts een diepliggende vlakte. Af en toe enkele huizen en molens, maar we willen zo vlug mogelijk in Hoorn geraken.
Fel bezweet, rijden we recht naar het centrum van Hoorn en ploffen ons neer op een zonnig terras. Het is echt van de grote dorst, in een teug is onze Grimberge leeg. Grote verwondering bij de mede terraszitters, wanneer we een 2° maal bier bestellen…..We stellen hen gerust, we zijn ter bestemming voor vandaag. De stad Hoorn is bekend als oude handelsstad. In de 17° eeuw was het een van de belangrijkste centra voor de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Veel van de monumentale panden en standbeelden, in de binnenstad, herinneren aan deze historische periode. Uiteindelijk zoeken we ons overnachtingsadres “Achter op ’t Zand”. Onze gastheer Rein is blij ons te kunnen ontvangen, hij had ons opgemerkt toen we naar de stad fietsten, hij was zeker dat wij zijn gasten, voor deze avond waren. We stappen vol bewondering het historisch pand binnen. Rein legt ons uit dat het huis uit twee woningen bestaat. De huizen lopen nu in elkaar en zijn één groot geheel. Het zijn vroegere cipierswoningen, ze vormen een beschermd stadsgezicht aan de haven waar scheepsballastzand lag. Vandaar wordt het nog steeds “Achter op ‘t Zand” genoemd. We betrekken een zeer ruime voorkamer met twee eenpersoonsbedden, een zitruimte en aansluitende een bad- en sanitaire ruimte. Nadat we opgefrist zijn, kunnen we ook met Els kennis maken, samen houden we een koffiepauze. Waar we kunnen souperen, zal wel een probleem vormen, meent ons gastenpaar…het is maandag en heel wat goede adresjes zijn gesloten.
Els vertelt ons ook nog enkele hilarische belevenissen als “Vrienden op de Fiets” gastgezin. Zo hadden ze ooit vier fietsende dames, die voor de deur stonden en met totale overtuiging, beweerden afgesproken te hebben voor overnachting en avondeten, alhoewel, hier slechts twee mensen zonder avondmaal kunnen overnachten. De vier dames wilden van geen wijken weten en eisten fors en wat arrogant, slaping en een souper…..Ons gedienstig gastgezin heeft ze dan maar een souper klaargemaakt en slaping bezorgd. Later is Els te weet gekomen dat de dames echt fout waren. Ze maakten per vergissing een telefonische afspraak, met een boven Els en Rein staand adres in het boekje van de vereniging. Het vermeende gastgezin, heeft een gehele avond gewacht en stonden met een avondmaal klaar………Sindsdien neemt Els, enkel met email, bevestigde afspraken aan. Het lijkt soms wel wat verwarrend aangegeven in het “Vrienden op de fiets” adressenboekje. En….waarom staat het email adres niet in het boekje en wel op de site ???
Na wat rondzoeken, naar eetgelegenheid, belanden we bij een Italiaans restaurant “La Sfida”. Het is er druk, we proberen de verrassingsmenu met alles erop en eraan.
Chef Anglani brengt ons van alles, we moeten maar blijven proeven. Het wordt een onvergetelijke smulavond. Ze blijven ons maar verschillende gerechtjes brengen. Zolang je niet vraagt om te stoppen, zal het blijven duren, lacht de dienster…..en als je niet alles opeet moet je bijbetalen. Zoiets maak je maar éénmaal mee! Wat moe, sluipen we naar ons gastadres en liggen heel vlug in de bedjes. Slaapwel!
Wat een luxe hebben we hier in Vollenhove. De rust en een machtig zicht, op de prachtig onderhouden tuin van de familie den Bakker, ‘t is heerlijk. Wanneer we beneden komen, worden we door Feikje verrast met een uitgebreid ontbijt. Vooraleer we het historisch pand verlaten, houden we nog een gezellige babbel met de gastheer. We komen heel wat te weet over Vollenhove en de streek er rond. Het dorp lag eeuwenlang aan de Zuiderzee. Er staan hier zelfs enkele oude monumenten van in de Franse revolutietijd.
Straks moeten we over het Vollenhovemeer en komen in Flevoland. De provincie Flevoland, waar wij door moeten, is het grootste inpolderings project ooit. Het droogleggen van de Zuiderzee duurde in totaal 75 jaar. Eerst een dijk naar Wieringen, daarna de afsluitdijk tussen de Noordzee en de Zuiderzee, zo ontstond het IJsselmeer. Het Wieringermeer werd drooggelegd en er werd een dijk gebouwd naar het eiland Urk. Door het aanleggen van dijken konden ze steeds meer droogleggen en inpolderen. Tot het huidige Flevoland een echt vasteland is en de 12° provincie van Nederland.
Na de bocht rond de haven, rijden we voorbij de palingrokerij “Konter”, over het hefbruggetje voorbij de Sint-Nikolaaskerk en over het Vollenhovekanaal. Op een kaarsrechte weg door landbouwgebied fietsen we naar Markenesse. Hier zijn we in de Noordoostpolder, waar we langs een van ver zichtbare watertoren, in Emmeloord toekomen. Nu moeten we naar Urk, het voormalig eiland met een fascinerende reputatie. ’t Is zondag en er staat ons iets te wachten! Uit een radio-interview met een Vlaamse journalist, herinner ik mij enkele uitspraken: “Op Urk, zou een van de meest gesloten en onbegrepen gemeenschappen leven, een minzaam en godvrezend volk. Toch blijkt het een schimmige en tragische wereld met baldadige jeugd, fraude en drugs.”
We hadden het moeten weten….de zondag is “De” rustdag voor de diep gelovige Urkers. En toeval of niet we zijn er precies wanneer ze de kerkdienst verlaten. Blijkbaar gaan de diepgelovigen, zelfs tweemaal naar de kerk, in dit absolute Biblebelt dorp. Mooi uitgedorst in zwarte klederdracht met hoeden, waar zelfs Maxima jaloers op zou zijn, komen ze midden op de straat in een brede rij, recht op ons af. Wij moeten noodgedwongen uitwijken en de graskant opzoeken. Ja wij hebben het begrepen, dit is hier “Hun” wereld en wij horen hier niet thuis. We rijden door de kleine straatjes, alles is potdicht en op de vele terrassen van cafés en eethuizen staan de tafels en stoelen op elkaar gestapeld. Op de dijk, zien we toch beweging, onmiddellijk bezetten we een toevallig leeg plekje onder een zonneparasol. De patroon van “De Kaap” beweert dat hij de enige is, die open doet op zondag. We bestellen een Duvel en een gerookt palingslaatje. Hebben we geluk ja! Na een 2° Duvel kunnen we er opnieuw tegenaan.
We kronkelen langs de jachthaven tot bij een scheepswerf voor vissersboten. Hier ontwaren we een nieuwe visserskotter met een Z op de boeg. Hij staat op het droogdok. Zouden ze hier een nieuwe Zeebrugse kotter aan het afbouwen zijn ??? We trachten op de dijk, bij de vuurtoren te geraken. We komen op een hoger gelegen plein met een muur er rond en een merkwaardig standbeeld. Het is het “Vissersmonument”. Op de muur zijn alle verongelukte vissers van het eiland Urk per jaartal vermeld, honderden in de loop der jaren. Het laat ons stil worden, wanneer we de ouderdom van sommigen lezen, velen waren nog kinderen.
Achter het vissersmonument, langs de dijk, die het IJsselmeer van de polders van Flevoland scheidt, staan rijen, met tientallen reusachtige windmolens. Ze domineren de horizon. We blijven die dijk volgen tot aan het Ketelmeer. Na de brug volgen we opnieuw de boorden van het IJsselmeer wel 12 km en tellen de kilometers af, aan de hand van de windmolens tot aan de Engie-centrale. Het lijkt eindeloos…..
Bij fietsknooppunt 95, begint er een andere ellende, het doorkruisen van Lelystad. Het lijkt wel een urbanistische miskleun….Fietspaden kruisen drukke wegen en lopen soms dood in bosjes. Ze stoppen plots of maken een U-bocht naar nergens, we geraken maar niet vooruit. Plots moeten we over bruggetjes door een kleine woonkern en daarna weer door een park met kronkelfietspaden, voetpaden en wegen alles door elkaar en kruisend. Wat is dat toch allemaal…..een zielloze bedoening. We sukkelen 10 km eer we toch plots ter bestemming zijn. Onze gastvrouw Corine ontvangt ons, vol enthousiasme in haar ruime zonnetuin, we moeten samen met haar een biertje snoepen.
Wanneer we haar onze tocht door de stad beschrijven, geeft ze ons volmondig gelijk. Ja zegt ze, ik was gemeenteraadslid en heb zelf gestreefd naar een betere circulatie en een efficiënter verkeersplan….maar ze luisteren helemaal niet naar de bewoners. Ze hoort dezelfde verkeersproblemen van al haar fietsgasten. We zijn er en dat is het voornaamste, laten we erop klinken…..en jaja Corine nipt gezellig, een wit wijntje mee.
We krijgen van onze gastvrouw de complete bovenverdieping ter beschikking. Toch maken we haar duidelijk dat één kamer en één badkamer voor ons volstaat. Terwijl we ons verfrissen en klaarmaken om te gaan eten is het plots hevig aan het regenen. We moeten echter gaan souperen, ongeveer 3km fietsen naar “Het hof van Lelystad”. Onze gastvrouw heeft daar voor ons gereserveerd. Regenpak aan en vertrekken maar…..Grote verwondering bij de ontvangst in het restaurant, doorweekte gasten dat zijn ze niet gewoon. Toch worden we hartelijk begroet en kunnen ons opfrissen in het sanitair. We laten het ons niet aan ons hart komen en vieren het einde van onze eerste fietsweek, met een uitgebreid maal met aperitief, voor- hoofdgerecht en dessert. Oei we verlaten als allerlaatste de zaak…
Gelukkig geraken we in droge omstandigheden, terug op ons slaapadres.
We zijn wat later opgestaan, onze Duitse vrienden hebben met ons afgesproken om als eersten de badkamer te gebruiken. Als we bij de ontbijttafel komen kunnen we nog juist vernemen dat zij tot Amsterdam moeten vandaag. Daar zullen ze terug naar huis sporen….Hennie heeft de ontbijttafel rijkelijk klaargezet met alles wat je maar kunt wensen, we laten het ons smaken. Bedankt familie Koetsier voor het aangenaam verblijf. Om 9h en met een “lekker” ( jaja we kennen al een beetje de plaatselijke taal) zonnetje worden we uitgewuifd.
Het zou zonde zijnom niet nog eens door Elburg te fietsen. Er is nog geen drukte en we kunnen alles rustig bewonderen. Na de Vischpoort en de haven komen we op de dijk van het Drontermeer. Dit is een Veluwerandmeer en lijkt wel ondiep, het meer is ontstaan door de inpoldering van Flevoland. We volgen de LF23 op de Zwartedijk.
In Kampen rijden we door een prachtig park naar de Broederspoort. Kampen is een Hanzestad. We komen bij een grote kerk, het is juist markt op de Botermarkt. Zoals steeds, een aantrekkingspool voor mijn vriend Antoine. We stallen onze fietsen en terwijl Antoine rondneust tussen de kraampjes zoek ik een gezellig terrasje.
Met oude deuntjes van een draaiorgel genieten we samen van een aperitiefje, het wordt gelukkig een La Trappe Quadruple. Nadien moeten we over de IJssel. De stad ligt op een soort eiland tussen het Ketelmeer de IJssel en het Vossemeer. Bij een merkwaardige brug is het opletten geblazen. Hoe druk kan het zijn, van alle kanten auto’s maar vooral fietsende jongeren die helemaal geen oog hebben voor rustige trekkers zoals wij. Even is het toch in bewondering staan voor de hefbrug met vier grote katrollen boven op de hoge pijlers.
Gelukkig wordt het iets verder bij IJsselmuiden veel kalmer, we rijden door een soort slaapstad met veel groen en afgelegen fietspaden tot Grafhorst aan het Ganzendiep. Wanneer we door Kamperzeedijk rijden, stoppen we gelijktijdig. Het ruime terras van eetcafé “De Pompe” komt net op tijd het is 12h30 en we hebben 32km. Wanneer de patron ons Vlaams hoort, presenteert hij onmiddellijk een Orval. Hij lijkt wel geobsedeerd door een promotiebezoek aan de brouwerij. Sedertdien ben ik grote pleitbezorger geworden van dit Trappistenbier, lacht hij. Wij happen toe en bestellen ook een uitsmijter. We blijken wel aangevers te zijn, na 10 minuten zit het terras propvol…..Toch zijn we de enige Orval drinkers, de meeste e-bikers drinken tot onze grote verwondering melk! Wat moeten ze van ons denken???
Na Genemuiden moeten we met de pont over het Zwarte Water naar Zwartsluis. Nu komen we in het Steenwijkerland de kop van Overijssel. Een waterrijk gebied waar we voortdurend tussen meren, plassen en vaarten blijven rijden. Zo komen we in Giethoorn, wat een toeristische drukte….na een poos beklagen wij het, dat we hier binnen gefietst zijn. Het is niet plezant, in de grachten geraken de bootjes niet vooruit!
Het is een geroep en gekrijs. Er wordt zelf heftig ruzie gemaakt op het water. Zou er een toeristische uitstap gepland zijn voor gesluierde medemensen misschien? Ook op de boorden van de grachten is het een chaos. Minder jonge e-bikers hebben schrik en stappen elke 10 meter van hun fiets en maken een praatje op het fietspad…..We maken ons vlug uit de voeten!
We plannen om tot Blokzijl te fietsen en verwachten daar meer rust…We rijden door het Nationaal park Weerribben - Wieden. Door moerassen, bossen en bloemrijke hooilanden, wat een verademing. Hier hebben we de paden bijna voor ons alleen. In Jonen moeten we met een mechanisch aangedreven voetveertje over de Walengracht.
Wanneer we Blokzijl binnenrijden herken ik onmiddellijk het Hotel-Restaurant “Kaatje bij de sluis” ook al is het 20 jaar geleden dat ik hier overnachte en gesoupeerd heb. Waar is de tijd naartoe ? Op de havenkade vinden we een zonnig plaatsje op het terras van “Grand Café” en genieten van een frisse Duvel…..echt zalig! We moeten ons inspannen om de laatste 8km aan te vatten. We volgen de boorden van het Vollenhovemeer tot aan de brug. Nu maken we een kronkel rond de plezierhaven en de kerk en staan verwonderd voor de deur van ons gastenverblijf.
We worden hartelijk ontvangen door Feikje en Roel. We moeten onmiddellijk onze fietsen stallen en met hen samen een biertje snoepen op hun tuinterras. Wat een tuin, wat een verblijf alles kraaknet en ruim. We krijgen de gehele bovenverdieping van de prachtig aangeklede villa ter onze beschikking. Een grote ruime kamer, een zitgedeelte en badkamer. Blijkbaar zijn het echtpaar uitbollende herenboeren van een reuzegroot landbouwbedrijf op Flevoland. Het bedrijf wordt nu door een zoon verdergezet met hun hulp. ’s Avonds gaan we uitgebreid souperen in het pittoreske dorpje. Het is genieten maar we voelen ons moe en zitten vroeg onder de lakens. Slaapwel!
We zien er echt naar uit, het is vandaag onze Veluwe-dag. Het is helemaal niet de eerste keer dat wij in dit natuurparadijs fietsen. In 2009 deden we onze voorjaarstocht met 6 man en beleefden toen één dag Kröller-Müller Museum. Ook in 2015 bij onze “Ronde van Nederland” fietstocht kwamen we op de Veluwe. Nu verheugen we ons erop, om het Westelijke gedeelte te doen. Op vraag van ons gastgezin ontbijten we iets vroeger. Nieke en Steven willen vandaag nog op vakantie vertrekken. Toch wil Nieke ons nog verwennen met een uitbundig ontbijt en een bijpraatmoment. Zo vertelt ons gastgezin dat het dorp behoort tot Barneveld met een zeer sterke Protestantse gemeenschap. Stroe zou een van de oudste nederzettingen van Nederland zijn, hier op de rand van de Veluwe. We zijn ook benieuwd naar de Bijbelbelt, een strenge protestantse gordelstrook. Komt deze strook ook tot hier??? Maar er volgt stilte en er komt geen antwoord…
Nadat de familie Top ons uitgewuifd heeft, moeten we door de Stroeseheide. Na Kootwijkerzand belanden we bij Radio Kootwijk. Een merkwaardig behouden voormalig radiogebouw van een zendpark, in een soort art-deco stijl. Na het opdoeken van de verbindingen met de Nederlandse koloniën is het een ruimte voor concerten en tentoonstellingen. Nabij het gebouw worden we uitgenodigd door enkele vrijwilligers van een zorggroep voor jong- en oudere dementie. We drinken er koffie en snoepen een wafel. Onze financiële steun wordt erg gewaardeerd.
Na de Turfberg komen we is Assel aan de spoorlijn, iets verder in Hoog-Soeren, een dorp midden in de bossen van Het Loo. Volgens aanduidingen zouden hier in de heidevelden, edelherten, wilde zwijnen, dassen en vossen zitten…..We hebben ze niet gezien! We zijn niet stil genoeg zeker !!! Hier zijn prachtige ruime fietspaden die alle glooiingen van de heuvels volgen…
We komen voorbij Paleis “Het Loo” maar we kunnen niet binnen, er zijn renovatiewerken bezig. Alles staat afgezet, we moeten zelfs aandachtig zijn voor het werfverkeer…..We maken ons vlug uit de voeten. Het is precies 13h en we hebben al 45km op onze teller wanneer we op het terras van een afspanning in Vierhouten kunnen middagmalen.
We hebben grote dorst na deze helse tocht en bestellen onmiddellijk enkele plaatselijke biertjes. “Zwaar - Leven” (erg toepasselijk menen we) en salade met geitenkaas…heerlijk! We hebben geluk, gedurende onze lunch krijgen we een harde regenvlaag te verwerken, maar we zitten veilig op het overdekt terras. In de tuin staat een merkwaardig houtsnijwerk….De uitvergrote kever in hout, doet ons denken aan onze fietsvriend Hugo. Dat zou onze Knokse fietsmaat ook wel kunnen maken!
Het voelt wat loom aan wanneer we vertrekken, gelukkig moeten we maar 25km meer. Plots zitten we opnieuw in de bossen met kathedraal hoge beukenbomen. Iets verder verandert het gebied in een glooiend heideveld met vennen, grafheuvels en zandverstuivingen. Het zonnetje geeft warmte en ’t gevoel is zalig. Na een kaarsrecht bospad komen we in Nunspeet. We moeten langs kronkelweggetjes richting Veluwemeer. Maar een wegwijzer met “ ijsboerderij” doet ons afwijken….richting het bedrijf “Lage Bijsel”. Een modern melkveebedrijf met grote stallingen en een carrousel-melker voor 44 dieren. Op het terras in het zonnetje, smullen we van een heerlijk vers gemaakt schepijsje. Nadien gaan we alles bekijken…
Na deze korte rustsnoeppauze, komen we aan het Veluwemeer. Een brede plas met enkele stranden op beide oevers. Heel vlug zijn we nu bij Elburg. We kunnen onze ogen niet geloven wanneer we door de poort het stadje binnen rijden. We lijken wel in de Middeleeuwen beland te zijn. Net zoals in Brugge is alles goed bewaard en mooi gerenoveerd zonder veel poespas. Het is druk in de rechte straatjes vol toeristenwinkeltjes en overvolle terrassen. Toch willen we eerst naar ons overnachtingsadres. We willen ons verfrissen en onze fietsen veilig stallen. We rijden aan de andere zijde het vestingstadje terug buiten en blijven ons verwonderen over de prachtig aangelegde parken rond de vestingmuren.
Enkele minuten later worden we hartelijk ontvangen door Hennie en Rein. We moeten, na het stallen van de fietsen, met hen lekker in het zonnetje in hun tuin een welkomstdrankje nippen. De familie Koetsier is een ervaren “Vrienden op de Fiets”-stel. Ze weten hoe ze hun gasten in de watten moeten leggen. Ze zijn fier op hun Elburg en vertellen met veel enthousiasme over het verleden van het vestingstadje.
Het eeuwenoude vissersstadje lag vroeger aan de Zuiderzee, nu aan het Veluwemeer. Rondom is er een verdedigingswal met vestingmuren welke uitzonderlijk goed bewaard zijn. Jammer slechts één poort werd behouden. Rein had ook iets te maken met scheepsbouw en in zijn berging zien we nog veel van zijn werktuigen. Na de lange praatstonde, waarbij ook wij over onze tocht en de volgende ritten moeten vertellen, kunnen we de kamer betrekken en ons verfrissen. Er is nog een tweede gastenkamer, er worden nog Duitse fietsers verwacht deze avond.
Grote honger drijft ons te voet naar het stadje. Bij de haven hadden we eerder een gezellig terras bij restaurant “De Herberg” aangestipt. We vleien ons neer tussen de talrijke gasten en genieten van een uitgebreid maal met gerookte paling en gebakken mossels overgoten met het nodige gerstenat natuurlijk. Met een dik en goedgevuld buikje strompelen we door de nu wel stillere straatjes tot bij Rein en Hennie. Ze zullen ons niet in slaap moeten wiegen. Oordopjes zijn absoluut nodig!
Slapen als een roos. Dat hebben we hier gedaan bij familie de Waard. Wanneer we naar buiten kijken zijn we beiden vol optimisme, we zien de zon.
Om 8h30 zitten we aan de overvloedige ontbijttafel van Els. Ze is niet te stillen en vertelt over haar goed gevuld leven vol opvoeding en kinderenopvang van geplaatste kinderen. Fier toont ze foto’s van het grote gezin met haar kinderen en kleinkinderen. We hebben moeite om haar duidelijk te maken dat we ook vandaag nog een +/-70km verder moeten. Onvergetelijk …hierover zullen we nog jaren napraten.
Met spijt verlaten we ons Soestse gastgezin richting Soestdijk.
We moeten door de Soester Duinen.
Een Nationaal Park op de Utrechtse Heuvelrug met zandverstuiving en prachtige bossen er omheen.
We rijden langs het gekende “Paleis Soestdijk” de vroegere verblijfplaats van de Nederlandse prinses Juliana en prins Bernard. Bij Baarn maken we een grote bocht en kruisen de drukke A1 autostrade.
Na de jachthaven van Eembrugge volgen we de Eem tot aan het Eemmeer. In Spakenburg moeten we onvermijdelijk rond de haven met prachtige oude platbodems. Het lijkt wel een museum van oude scheepsbouw. Spakenburg lag vroeger aan de Zuiderzee en was een vissersdorp, toch zien we hier nog visverwerkende bedrijven. We blijven het Eemmeer volgen en komen op een smaller gedeelte van het meer, het Nijkerkernauw. Na de kruising met de Ankervaart blijven we op de boorden van het meer, de Zuiderzeeroute volgen tot Horst. In Horst-Zuid buigen we af richting Ermelo.
We hebben al 42km op ons tellertje wanneer we aan het biercafé “Burg” stoppen om te eten. Antoine wilde absoluut naar dit beroemd adres. Hij hoorde veel lof, vanwege zijn oud-collega’s na bezoek met een toerbusreis.
Grote dorst doet ons onmiddellijk plaatsnemen op het ruime terras. We bestellen elk een Paix-Dieu. Eigenaar Jan van Wildenburg komt ons in hoogst eigen persoon begroeten.
Ons Vlaams taaltje maakt hem nieuwgierig. “Goed gekozen” wijst hij naar ons biertje. We zijn benieuwd naar zijn brouwerij en de beroemde “Biertunnel”. Tot onze grote verwondering neemt hij ons mee naar de kelder. We krijgen een mini-rondleiding met de nodige toelichting. Jan heeft samen met enkele vrienden dit unieke transport uitgedacht en ook samen met hen gerealiseerd. Wanneer er een bier uitgekozen is in ’t café, wordt het bier uit de winkel in een mandje op de transportband gezet en gaat via een tunnel naar de koelmachine. Na 3 à 5 minuten komt het bier naar boven in het café, om op de juiste temperatuur geserveerd te worden.
Alles is te volgen via een scherm. De meest geserveerde bieren zijn uiteraard afkomstig uit Belgische Trappisten brouwerijen zoals Westvleteren, Westmalle en Chimay. Ondertussen is onze maaltijd klaar en wordt het tijd voor een 2° biertje. We zouden hier nog uren kunnen blijven en rondneuzen in de bierwinkel. Er zijn wel meer dan 3000 soorten bier te koop….ongelofelijk!
Na Ermelo komen we in het Speulderbosch en op de Ermelose heide met de Postweg. Wat een zaligheid, wij zij helemaal alleen op het prachtig fietspad. Het loopt over de glooiende duinen door het bos en over de nog niet bloeiende heide. Enkel schapen versperren af en toe het fietspad. We vorderen goed en zijn blij dat we eindelijk op de Veluwe beland zijn.
Langs de Harderwijkerkarweg een kaarsrechte weg door het Hunnenbos komen we in Stroe. Op de gps is het geen probleem om ons overnachtingsadres te vinden. Steven en Nieke horen ons en we kunnen onze fietsen onmiddellijk in de ruime garage bergen. Na een lang ontvanggesprek, met een lekkere koffie, wordt het tijd om onze slaapplaats te betrekken. Na onze was- en plaspauze is het tijd om onze dorst te lessen. We wandelen tot bij Café- restaurant “de Rotterdammer”. Na enkele glaasjes krijgen we honger ’t is niet veel zaaks maar na een toetje en een slaapmutsje worden we moe en kruipen we wat vroeger dan normaal onder de lakens….
Ai ai ai…. de regen klettert op de velux-koepel boven onze slaapkamer. ’t Belooft niet veel soeps voor vandaag. Mijn vriend Antoine weet nog niet dat het dag is en blijft maar doorslapen. Allé we gaan ons nog eens draaien….We houden het extra lang vol maar om 8h vind ik het toch tijd, weer of geen weer we moeten verder. Koffie maken een eitje bakken en genieten van ons ontbijt aan het venster. Regelmatig zien weg regenschermen voorbijkomen. Net wanneer we onze fietsen aan het beladen zijn, is er een droge periode.
Plots komt onze gastheer binnen, hij dacht dat wij al vertrokken waren. Wij maken hem met een kwinkslag duidelijk, dat wij gehoopt hadden dat zijn vrouw Anne, ons zou uitwuiven… Maar zegt hij lachend, ik ben “Anne”. Wij kunnen het moeilijk geloven, bij ons in Vlaanderen is “Anne” absoluut een meisjesnaam. Nu krijgen we te horen dat Anne een veel voorkomende Friese voornaam is. Hij is hier in Gorinchem als jongeling, met zijn varende ouders uit Friesland beland en is blijven hangen door een slepende ziekte. Wij aanhoren zijn levensloop en wensen hem veel sterkte.
We verlaten de stad via het Paardenwater en moeten door een afsluitbare vestingwal. Richting Arkel komen we op de Lingedijk voorbij de Koepelkerk. Een merkwaardig gebouw met een kerkhof errond. Iets verder moeten we ons noodgedwongen wapenen tegen de hevige regen. We volgen het Merwedekanaal met de regen recht in ons gezicht, wat een weertje….In Meerkerk dwarsen we het kanaal bij de Bonkmolen. We rijden door een gebied met veel fruitbomen, is dit de Betuwe ??? Bij Vianen moeten we over de Lek. Vianen is een Middeleeuws stadje met poorten en wallen. Met het veer over de rivier komen we in Nieuwegein. We moeten een eindje door industrie, niet plezant met al die regen. We zoeken een rustiger weg langs de Kromme IJssel, we hebben 30km op de teller en willen absoluut een pauze nemen. Langs het Amsterdam-Rijnkanaal draaien we een dorpje in en vinden een broodjeszaak met zitmogelijkheden. Gelukkig kijken ze ons niet buiten. De toog-dames hebben blijkbaar compassie met ons, we mogen plaatsnemen. Ze maken soep en een lekker broodje klaar. We blijven wat langer dan normaal met de hoop dat het straks niet meer zal regenen.
Na 1h1/2 en met een goedgevuld buikje kunnen we niet anders dan onze regenkledij aantrekken en vertrekken richting Utrecht. Door deze stad rijden is voor ons een absolute ramp met dit rotweer. Het drukke fietsverkeer en de agressieve automobilisten hebben geen oog voor zoekende trekkers en enkele keren hebben we echt ons leven geriskeerd.
Gelukkig zijn we elkaar niet uit het oog verloren, maar aangenaam is iets anders. We zijn blij wanneer we na het kruisen van de A27 in het groen belanden. Ook al reden we langs de grachten, toch hebben we bijna niets van de stad Utrecht gezien met dit rotweer. We zullen echt blij zijn wanneer we bij ons gastgezin in Soest zullen arriveren….
We kunnen het niet beter treffen vandaag, wat een ontvangst door Els en Klaas. Onze gastvrouw wil onmiddellijk onze kletsnatte kledij wassen en drogen, we krijgen warme koffie met een gebakje. Hebben we geluk ja! Nadat we een beetje op onze positieve zijn gekomen bij die rotdag, krijgen we een prachtkamer met een eigen badkamer ter beschikking. Els had ons graag een souper aangeboden maar is er helemaal niet op gesteld.We stellen haar gerust en zullen in Soest wel iets vinden, er is een Chinees niet zo heel ver legt ze ons uit…..Vol goede moed gaan we op stap, maar het is echt onze dag niet, na wat rondzwerven door enkele verloren straten vinden we de Chinees. Maar er is enkel takeaway mogelijkheid….Weer een domper en het is ondertussen bijna 20h. We vliegen het naastgelegen grootwarenhuis binnen en kunnen nog juist 2 klaargemaakte schotels en een fles wijn bemachtigen vooraleer ze sluiten. Onze gastvrouw zal ze wel opwarmen menen we.
Wanneer we na een 1/2h stappen opnieuw bij Els toekomen is ze echt verwonderd dat we haar telefonisch niet verwittigd hebben over ons avontuur. Onmiddellijk dekt ze de eettafel en warmt onze schotels op en nadien maakt ze een ijstoetje. Samen met ons gastgezin, Klaas en Els houden we nog een lange praatavond. Hierbij komen we te weet dat zij een te verhuren huis “les Roches” bezitten in de Drôme-Provençale bij het pittoresk dorp La Motte Chalançon. Wij kennen ook de streek en herinneren onze Provence-fietstocht van 2018. We kunnen blijven vertellen maar morgen moeten we verder. Slaapwel.
’tIs altijd plezant om samen met de gastvrouw te ontbijten. Miek heeft het aangenaam gemaakt, er kan niets meer bij op de ontbijttafel. Onze gastvrouw geniet van ons gezelschap en is een spraakwaterval. Ze heeft last van haar rug en wacht op beterschap om opnieuw de wijde wereld in te trekken. Ze is een ervaren stapster en heeft blijkbaar voorkeur voor het hoge Noorden, maar ook voor Zuid-Amerika. Wanneer we haar duidelijk maken dat we haar smaakvol ingericht appartement, met waardevolle designmeubelen moeten bewonderen, is ze nog enthousiaster. Mijn man was architect, zegt ze, maar de aankleding van ons appartement is mijn verdienste. Dank Miek en spoedig herstel.
We kunnen Breda niet verlaten zonder door de binnenstad te rijden. Erg ver is het niet en Antoine wil absoluut bij het VVV gegevens bekomen over de Mark-fietsroute. Bij Dorst moeten we het bos binnen. Het is de Baronie van Breda, met grote plassen, vermoedelijk zijn het steenbakkerij kleiputten. Bij Laareind verlaten we het bos en komen via Dongen in ’s Gravenmoer.
Na Waspik zijn we bij Raamdonksveer, het is bijna middag en we hebben 35km op onze teller. Langs een kaarsrechte weg tussen de fruithaarden komen we aan een kersenboerderij met tuinterras. We draaien gelijk af, de zon is er en het is zoeken naar een vrij plekje. We proeven van de lekkere verse kersen en nemen onze lunch, een soepje met een boerentosti en nadien een kersenwafel met ijs. Wanneer we ons buikje gevuld hebben wandelen we nog wat rond en bezoeken de boerderijwinkel. Blijkbaar is boer Hubert ook imker. Dat trekt natuurlijk de volle aandacht van onze honing-man Antoine. Hebben we weer geluk gehad??? Op de rest van onze rit vinden we geen enkel terras meer open.
We verlaten het Kersenhof en stuiven door naar Raamdonksveer waar we over de Bergse Maas moeten. Een gegraven gekanaliseerd oude arm van de Maas. Na Dussen komen we in een open landbouwgebied met enkele rustige dorpjes zoals Korn, Almkerk en Uitwijk. Bij Rijswijk moeten opnieuw over het water, de Afgedamde Maas met eerst een sluis en dan een dameiland tussen Maas en Waal. We willen tot bij het kasteel Loevestein geraken, om zo het veer naarFort Vuren te nemen. Een plaatselijke fietser maakt ons duidelijk dat deze veer nog niet vaart en wij best met hem meefietsen tot Woudrichem. We volgen de man en komen door de Gevangenpoort en een waterkeringsmuur tot aan het veer. Druk druk druk…. blijkbaar hebben alle minderjonge Hollanders hun e-bikes getest vandaag. We zijn de enigsten met een fiets zonder ondersteuning. We worden met belangstelling aangesproken en kunnen onze plannen met enkele wachtenden delen…..Ze kunnen bijna niet geloven wat wij de volgende 2 weken nog zullen affietsen. We krijgen van hen ook wat uitleg over het rivierenland we weten nu dat Gorinchem op de strategische plaats ligt waar
Waal, Afgedamde Maas en Merwede samenkomen.
Na 15 minuten zijn we in Gorinchem, we herkennen de aankomstplaats. In 2015 op onze Ronde van Nederland Fietstocht moesten we hier toen we te laat waren het taxiveer nemen naar Sleeuwijk. Vandaag zijn we veel te vroeg we rijden naar de binnenstad en zoeken een terrasje….en drinken een deugddoende tripel.
Iets na 17h bellen we aan op ons gastenadres, een typisch Hollands stadshuisje. We krijgen de gehele gelijkvloerse verdieping ter onze beschikking. Living, keuken, badkamer en slaapkamer, wat moet je nog meer hebben??? Onze gastheer kan morgenvroeg niet aanwezig zijn, maar alles is aanwezig voor het ontbijt, de ijskast zit proppens vol, we mogen alles zelf klaarmaken. En….er is om onze dorst te lessen, een Texelbiertje als ontvangst.
Geen probleem we trekken ons plan.
Na onze was- en plaspauze rusten we even uit om daarna vol enthousiasme het stadje te bezoeken. Het is niet zo druk als gisteren in Breda, maar dicht bij de kerk op de markt stappen we binnen bij Kees. We mogen zeker niet klagen van ons uitgebreid avondmaal. En ja ook hier kennen ze onze Belgische bieren. Gelukkig moeten we niet ver, na enkele minuten zijn we op ons slaapaddres. Antoine legt zich neer en slaapt, ikzelf kan maar na uren de slaap vinden, ondertussen is het via de smathphone oortjes en Wifi muziek beluisteren. Slaapwel…
01 Verslag dag 1 Berchem - Breda Holland Fietstocht 2021
2021
Holland Fietstocht
Met Antoine en Bob, later Pol
Dagboek van een fietstocht van 28-06 tot 12-07-2021
Dag 1 Berchem - Breda maandag 28-06-2021
Het is precies 11h wanneer ik Antoine opmerk in de aankomsthall van het station Berchem. Met zijn gekend enthousiasme, stormt hij naar buiten. Hij heeft er al 20km opzitten, een ritje van Beveren door Antwerpen naar Berchem. Na 1h15 sporen vanuit Brugge, ben ik heel blij mijn maatje te zien.
Na deze vervelende corona periode zijn we, uitzonderlijk slechts met twee. Onze fietsvrienden Pol en Robrecht, zijn met hun familie op uitgestelde vakantie. Bij “Vrienden op de Fiets” waar wij onze overnachtingen gepland hebben, wordt er geadviseerd om slechts 2 personen tegelijk te ontvangen… Nu we met 2 zijn, blijkt dit plots een meevaller. Iedereen wil ons overnachting toestaan, we zijn tenslotte al enkele weken dubbel gevaccineerd!
Daar gaan we dan, vol goede moed, onder een grijze hemel met 20°C. Langs de Antwerpse ring zijn we vlug in het Provinciaal domein het Rivierenhof. Het grootste park van Antwerpen met een kasteel en enkele vijvers aan de rivier Grote Schijn. Na de onvermijdelijke autodrukte bij Schoten belanden we langs het kanaal “Dessel-Turnhout-Schoten”.
Het is zalig fietsen langs het kanaal. Bij de brug van Sint-Job in ’t Goor is het prijs. We kunnen het drukke terras van brasserie De Kolonie niet voorbij. Onze allereerste stop vieren we met een zalige “Paix-Dieu trippel”, gelukkig kunnen we hier ook een middagmaal nuttigen. Nadien beseffen we dat we geluk hadden om daar onze middagstop te houden. ‘t Is maandag een sluitingsdag voor de meeste eet- en drinkgelegenheden.
Bij Brecht verlaten we het kanaal richting Sint-Lenaarts en Minderhout. Na het dorp Meer, komen we aan de Mark, een rivier die ontspringt bij Merksplas. Het is zalig op de oevers van deze groene meanderende rivier.
In Meersel stuiven we zonder dat we het beseffen Nederland binnen. We vorderen goed op de fietsknooppunten tot het plots veel drukker wordt. We zijn in Breda, op gps is het opletten in de meest Bourgondische stad van Nederland
Bij een brug over de Boven Mark moeten we rechtsaf tot we plots midden tussen hoge woontorens, aan ons eindpunt zijn. Het is wat zoeken, we hadden helemaal niet kunnen vermoeden in zo’n sjieke buurt, (jaja we moeten het een beetje op zijn Hollands uitspreken toch) te kunnen overnachten.
We zijn wat vroeger dan afgesproken, toch wagen we het erop om aan te bellen. Een vriendelijke vrouwenstem gebiedt ons eventjes te wachten, “Ik kom jullie ophalen”. En daar is Miek, onze gastdame. We moeten onze fietsen via de lift in haar kelderberging plaatsen. Maar haar berging lijkt meer een eetwaren- en wijnmagazijn….dat belooft meent Antoine!
Onze verwondering is nog groter wanneer we het reuzegroot appartement betreden. We komen midden in een dames bridgemiddag en moeten met een fris glas wijn, onze plannen voor de komende 2 weken uitvoerig uitleggen. Miek heeft er duidelijk plezier in om haar drie vriendinnen te laten kennismaken met haar Vrienden-op-de-Fiets ervaring.
Na een uurtje uitleg en vele verwonderingen beeindigen de dames hun kaartspel. Wij kunnen ons verfrissen en opmaken om de stad in te trekken. We wandelen naar het stadcentrum. Het is ondertussen zonnig en warmer geworden. Op de grote markt tussen een uitbundige massa genieten we van ons eerste uitgebreid avondmaal. Na enkele Belgische slaapmutsjes keren we terug naar onze overnachtingsplaats.
Vrienden, Hugo en Antoine bedankt, jullie zijn fantastische fietsmaten.
Pol we hebben je ongelofelijk gemist maat! Elke dag dachten we, wat zou onze Pol genieten van deze rit en van de zwansmomenten…..
Het is alweer voorbij! Het was een hele ervaring om door deze totaal onbekende landen en streken te trekken. De vele jaarlijkse fietstochten en de vriendschap zijn voor ons allen een zegen. Ik ben blij met de waardering voor het voorbereidend werk, dat ik met plezier doe!
Onze 9° grote tocht was een mengeling van natuur en cultuur langs de machtige Donau. We kwamen in vier verschillende landen. Met start in de hoofdstad van Hongarije, langs Slowakije, Oostenrijk tot Regensburg in Duitsland. De temperatuur en het weer waren gematigd met toch regelmatig zon. Enkel de drie laatste Duitsland dagen vielen tegen, ze waren regenachtig grijs en koud. De fietswegen waren iets minder in Hongarije maar in de drie andere landen uitstekend. Toch spant Oostenrijk de kroon met zijn vele wegwijzertjes en panelen.
De tocht was niet uitsluitend fietsen, er was heel wat te zien en te beleven. De steden Boedapest en Wenen deden ons genieten van hun rijk historisch verleden. Maar we waren ook vol bewondering voor het waterbouwkundig vernuft en de talrijke constructies met energiestuwen, sluizen en bruggen op de Donau.
We kregen waarschuwingen over de grote fietsdrukte en het gevaarlijke tegenliggend fietsverkeer. Gelukkig is ons dit bespaard gebleven, hoofdzakelijk door de datakeuze buiten de traditionele schoolvakanties.
We bewaren de beste herinneringen aan:
De stad Budapest, voor ons de meest verrassende en mooiste stad op onze tocht.
Veel dank zijn we verschuldigd aan ons gastgezin Elvira en Jozsef Haas. Zij hebben ons, met hun aanstekelijke en vurig betoog, van hun stad doen genieten.
De DOM van Esztergom met zijn pompeuze bouwstijl, hoog boven de Donau op een steile rots in een rivierbocht.
Het verrassend prachtige Györ, de stad heeft een meer dan aantrekkelijk barokke centrum. Het zoeken naar de B&B en de hulp van de gastvrouw Jónis.
De drielanden rit van Györ naar Hainburg met de machtige Gabcikovo-dam en waterkrachtcentralestuw. De sleutel perikelen in hotel “Goldener Krone”.
De natuurrit op de Marchfelddamm door het nationaal park “Donau-Auen”. De intrede over de Reichsbrücke en de vrij liggende fietspaden van Wenen.
Wenen de onvergetelijke “Vienna City Tour” per bus, waarbij we de absolute praal en pracht van de muzikale en fietsvriendelijke stad konden bewonderen.
De rit van Wenen naar Traismauer met in Tülln de beeldengroepen, de afbeelding van het heldenepos van Kriemhilde en Etzel. Het mooiste hotel op onze tocht in Traismauer, “Gasthof zum Schwan” met de vriendelijke gastfamilie Schmidt.
Het enorme barokke en wereldberoemd Benedictijnerklooster van Melk. De waanzinnige, overdadige pracht en praal. De vrolijke gastvrouw Regina van Gasthof “Goldener Stern”.
De rustige rit en het overzetveer naar Grein, de zeer goede B&B bij “Gästehaus Marianne Lumesberger”. Het beste souper van de tocht in Hotel Goldenes Kreuz”.
Het bij ons spijtig genoeg minder bekende uitroeiing Nazikamp van Mauthausen.
Het triestige gevoel bij het denken aan al die vermoorden en iedereen die ook maar de oorlogsgruwel heeft meegemaakt.
Het ontbijt en de gevaarlijke hinderende trams in Linz.
De plotse temperatuurdaling en hevige regen op de grens Oostenrijk-Duitsland. Het gemis aan een deftig bezoek aan de stad Passau.
De rit door de overstromingsgebieden rond Straubing. Het zicht op het Walhalla. Ons eindpunt na +/- 900km in Regensburg met het fijne middagmaal bij de jonge Italiaan.
Onze uiterst vervelende en te lang durende treinreis van Regensburg naar Brugge.
Het was een enige wondermooie culturele natuurtocht met culinaire verrassingen.
Ze kunnen het ons niet meer afnemen.
Vrienden Antoine Pol & Robrecht bij leven en welzijn hopen we in september 2020 onze 14 daagse tocht “Texel en terug” te kunnen doen.
Weinig geslapen, de zware hoest en het vele niezen en snotteren heeft mij wakker gehouden. Koorts is duidelijk te voelen. Wat een geluk dat mijn vrienden in een andere kamer slapen. Onze ontbijt afspraak hebben we om 8h00 gepland. Veel krijg ik niet binnen, voor mij heel abnormaal vinden mijn maatjes. Toch doe ik mijn best, hopelijk wordt alles beter wanneer ik op de fiets zit!
Het is 9h00, onze gps begeleidt ons door de stad Straubing tot aan de Radweg op de linker oever. Enkele fietswegwijzers doen ons twijfelen, er zijn namelijk drie verschillende mogelijkheden om in Regensburg te geraken. Ik beslis om de eerder uitgestippelde route op gps te volgen.
Ook al geven de aanduidingen op de plaatjes meer kilometers….we zien wel, groot kan het verschil niet zijn. We volgen het jaagpad vlak naast de Donau. We zijn met een fris waterzonnetje vertrokken. Na een poos begint het dreigend donkergrijs te worden….We hebben onze capes boven in de fietstassen geborgen….kunnen we ze nog een tijdje laten zitten??? De stroom maakt kort na elkaar bochten en kronkels. Na een 10-tal kilometer moeten we op een onverharde dijk met twee fietssporen. Een landbouwgebied rechts van ons ligt veel lager dan de Donau menen we. We zien enkele kleine dorpjes, Oberzeitldorn, Pondorf en Niederachdorf.
We worden de dijk afgestuurd en moeten op een boerenwegel naar Stadldorf, weg van de stroom. We rijden door een opening in een betonnen omheiningsmuur. Nadat we een grote boerderij met woningen voorbij zijn, zien we opnieuw deze betonnenmuur. Bij de opening waardoor we nu rijden liggen een stapel schotbalken en stellingsbuizen. We kunnen zelfs aanduidingen van hoogwaterstanden aflezen. De hoogste stand was 2002……Hopelijk is de muur hoog genoeg om de nakende vloed tegen te houden binnen enkele dagen. Na Leithen rijden we een 2-tal kilometer op een ventweg naast de A3 snelweg tot Tiefenthal. Recht voor ons zien we op heuvelruggen de Beierse wouden. Nog verder kunnen we het slot Thurn ontwaren in de stad Wörth.
Wanneer we in Kiefenholz terug aan de Donau komen moeten we op een betonweg naast een hoge dijk verder tot Frenghofen. We snijden een aantal Donaumeanders af en arriveren in Demling. Vanaf hier zien we op een hoogte het fameuze Walhalla opduiken.
Hoe dichter we komen hoe meer we het tempelachtig gebouw kunnen waarnemen.
Het lijkt wel een pompeuze copy van een Griekse tempel. In de zaal staan er een groot aantal bustes van Germaanse grootheden en staatslieden. We kunnen er niet voorbij zonder foto’s te nemen. Het Walhalla staat op de 100m hoge Bräuberg. Wanneer we dichter komen zien we een steile trappenpartij. Men moet boven een machtig zicht hebben over de Donaubocht van Donaustauf.
De Donau is opnieuw veel breder geworden. We rijden voorbij Tegernheim en Schwabelweis. Plots staan we bij de plaat Regensburg. We beseffen nu pas dat onze fietstocht bijna ten einde is na +/- 900km.
Het is 12h30, honger en dorst doet ons een eethuis zoeken vóór we de stad binnenfietsen. Op de kaaien dichtbij het Schiffahrtsmuseum vinden we een klein typisch Italiaans restaurant. Het is er niet druk. We worden door de vriendelijke Italiaan met open armen ontvangen. Als we hem duidelijk maken dat we onze fietstocht van Budapest tot Regensburg hier beeindigen, zijn we zijn beste vriend….
Hij zal voor een prijsje, een kleine maaltijd met lekkere wijn en een ijsdessert klaarmaken. Wanneer we een grote Weizenbier als cadeau krijgen, zijn we onmiddellijk akkoord. We moeten eerlijk toegeven we worden uitzonderlijk verwend door de jongeman. Nadien blijven we met hem nog een grappa snoepen vóór we de historische stad binnenfietsen.
Regensburg ziet er een goed bewaarde middeleeuwse stad uit. We rijden over pleinen met gerestaureerde historische gebouwen, de moeite waard om af en toe halt te houden. Monumentenzorg heeft hier goed werk verricht menen we. We rijden voorbij de Dom St-Peter en een reeks musea door kleine straatjes. We volgen de gps naar het station. Vóór we ons verblijf opzoeken willen we weten hoe we per spoor thuis geraken morgen. Het is druk in het Bahnhof. We worden aan de inlichtingsbalie vriendelijk ontvangen. Enkele minuten later krijgen we alle gegevens en onze treinbiljetten.
Het is om 7h19 vertrekken en om 22h00 in Brugge toekomen. Van Regensburg, moeten we overstappen in Nürnberg, Würzburg, Frankfurt, Koblenz, Köln, Aachen en Liège. Op papier hebben we netjes alle gegevens met vertrek, aankomst en zelfs de perronnummers. Voor 38€ per persoon fietsen inbegrepen zullen we 15 uren onderweg zijn. We zien er tegenop, maar we hebben geen andere keus. Van het station moeten we op aanwijzen van onze gps opnieuw door het stadscentrum over de alom bekende “Steinerne Brücke” naar de samenvloeing van de rivier Regen met de Donau. We zijn verwonderd, hoe hebben ze de historische stadskern zo ongeschonden kunnen bewaren tijdens de 2° Wereldoorlog?
Ons verblijf voor deze avond ligt langs de Regen. Het is 17h00 wanneer we toekomen. Onze gastheer is ontgoocheld wanneer ik hem duidelijk wil maken dat wij slechts één nacht blijven. We krijgen de 1° verdieping van de woning ter beschikking. We moeten nu afrekenen, ons gastgezin zal het gehele weekend afwezig zijn…..
Toch kunnen we nog enkele adresjes en een plannetje van nabij gelegen restaurants en een plannetje krijgen van de haastige man. Het is een zeer ruim appartement met 3 slaapkamers een ruime living een keuken en badkamer.
Om 19h00 slenteren we op een wandelweg langs de “Regen” richting Regensburg. Het is te voet ruim 3km eer we aan het opgegeven restaurant toekomen. Auerbräu net over de brug, is een typisch Beiers café-restaurant met een inkompoort een gezellige open haard en donkerbruine lambrisering en uitterst zware lange tafels. Iedereen zit gezellig bij en naast elkaar.
Er heerst een aangename drukte met veel jongeren. We willen onze gezamelijke laaste avond op onze Donautocht feestelijk afsluiten. Spijtig dat we onze vriend Pol moeten missen…..We weten dat hij steeds enorm kan genieten van zo’n souper. We starten met enkele Weizenbieren een uitgebreid voorgerecht met vis en asperges en een te zware hoofdschotel met vlees en groenten, alles ruim overgoten met aangepaste wijn. We krijgen zelfs geen dessert meer binnen. Loom en met een zware maag wandelen we terug naar ons verblijf….het lijkt verder dan daarstraks, alhoewel! Slaapwel vrienden, ’t zal morgen vroeg dag zijn!
Afstand: 60km
Grijs Fris en dreigend met enkele regendruppels +/- 12°C
Na enkele nies- en hoestbuien, heb ik mijn vrienden wakker gemaakt. Het is 7h00 en Hugo vindt het tijd om op te staan. Elk om beurt maken we gebruik van de badkamer en tegen 8h00 is alles ingepakt en kunnen we gaan ontbijten. De eetzaal zit behoorlijk vol. We zijn verwonderd…..er moet hier heel wat volk logeren!
We genieten van het ontbijtbuffet met alles erop en eraan. We zullen de eerste uren geen hoger hebben. Madame Heidi slaat een praatje bij iedere tafel. Wanneer wij aan de beurt zijn, vragen we naar de weersvooruitzichten. Deze zijn weinig hoopvol. Er wordt zeer veel regen voorspeld vanaf zaterdag.
Men vreest zelfs voor zeer hoge waterstanden in de Donauvallei…..
Voor vandaag en morgen geven ze grijs weer met mogelijk enkele buien. We zitten er wat beteuterd bij! Er zit niets anders op dan met veel moed te vertrekken.
Na het afrekenen en afscheid nemen is het fietsen beladen en vertrekken. We willen absoluut nog eens door de oude stad rijden. We vinden dat we te weinig tijd gehad hebben en fietsen door de smalle hellende straatjes. Door een gesteund steegje belanden aan het Rathaus en bij het restaurant, waar we gisterenavond soupeerden.
We zien op de gevel aanduidingen van de hoogste waterstanden. Er moet hier al eeuwenlang hoogwaterstand met af en toe watersnood geweest zijn in ’t verleden. (wat we toen nog niet wisten is dat ze hier 10 dagen later de hoogste stand in eeuwen te verwerken zouden krijgen en meters onderwater staan).
Vanaf de aanlegsteigers op de oever volgen we de aanduidingen om op de Radweg te komen. Het is wat kronkelen tussen geparkeerde autobussen en auto’s. Eenmaal onder de Schanzbrücke door, weten we dat we op de juiste weg zijn. We moeten enkele keren een grote baan kruisen en na wat bochten komen we aan “Kachlet-Werk”.
We moeten naar de andere oever over deze watercentrale. We kunnen op de aanduidingen lezen dat het de oudste waterenergie centrale van Europa is. Vanaf hier hebben we nog een laatste zicht op de stad Passau. We hebben spijt dat we van deze historische stad, met dit druilerig weer, niet meer hebben kunnen genieten. Het is fris en grijs, we zullen er wat meer vaart in houden. Na enkele kilometers voel ik dat ik vandaag betere benen heb dan gisteren. Toch moet ik bijna elke kilometer van mijn zakdoek gebruik maken. In sneltempo fietsen we voorbij Irring, Gaishofen en Besensandbach. In Windorf moeten we een bocht maken. We houden een korte pauze terwijl we onze drank aankopen.
Na het vliegveldje van Vilshofen komen we in Hilgartsberg en kunnen niet meer op de oever van de Donau blijven. We worden omhoog het dorp Hofkirchen in gestuurd. Verder richting Satting en Gries. In de landbouwdorpjes is er niets te beleven en we zijn blij wanneer we in Loh en Ottach opnieuw op de dijk komen. We blijven op, maar ook soms naast de dijk door een laag gelegen overstromingsgebied tot Niederalteich.
Tot onze grote verwondering hebben we nog geen enkele fietser gezien vandaag. Gelukkig is er wat variatie op de Radweg, met af en toe een dorpje en een mini overzetveer. Bij de kerk van Seebach hebben we reeds 55km op ons tellertje staan en het is nog maar 12h30. Er is een koffiehuis en we willen toch een kleinigheid eten. Een warme koffie met een belegd broodje doet wonderen.
We zijn nog slechts 8km verwijderd van onze voorziene overnachtingsplaats in Deggendorf en alles loopt uitstekend. We zijn nog niet moe en het weer blijft droog. Ik stel voor, gezien mijn toestand, verder door te rijden en ons verblijf met één dag te verkorten. Mijn maatjes zijn direct akkoord om in plaats van zondag, zaterdag naar huis te sporen en geen vrije dag in Regensburg te nemen.
We vragen de patroon waar we tussen Deggendorf en Regensburg zouden kunnen overnachten. Nadat hij zijn IPod geraadpleegd heeft, stelt hij voor een hotelletje in Straubing te reserveren voor ons. We zijn ook akkoord met de prijs. Toch wil ik mijn afspraak in Deggendorf annuleren, wat mij zonder probleem lukt. We trakteren de patroon en onszelf op een gebak met koffie. Goed opgewarmd vertrekken we met goede moed voor nog een 40-tal kilometers.
Na Deggenau zijn we vlug in Deggendorf. Het is er het veel drukker dan dat we gedacht hadden. We vermijden het centrum en blijven zo dicht mogelijk bij de stroom. We volgen de gps en na een paar kronkels komen we onder de autostrade aan een camping. We moeten door deze camping en een tunneltje en zijn terug op het jaagpad.
Onze Radweg is nu niet meer geasfalteerd, toch blijft het een uitstekend lopend schelpenpad. Het is een groene bosrijke laagvlakte met hier en daar waterplassen met veel watervogels. We zien rechts van ons in Metten een fameuze kerk. We houden een korte stop. Het is een Benedictijnenabdij met een uiterst verzorgde tuin er rond.
Na Zeiltdorf rijden we door een groene landbouwomgeving met af en toe grote boerderijen. De woonkernen zijn uiterst klein en dicht tegen de Donaudijk gelegen. Toch zijn ze allemaal voorzien van een kleine kerk of zijn het kapelletjes? Wanneer we door een toeristisch stadje vliegen voorbij een bedevaartkerkje hebben we 90km op onze teller. Raar maar waar de zon komt er door, maar het blijft fris zo’n 12 à 13°C denken we.
De Donau is hier veel smaller en maakt veel korte bochten. Na de dorpen Reibersdorf en Thurnhof zien we in Hornstorf een fietswegwijzertje naar Straubing. We moeten linksaf over een Donaubrug en komen op een eiland met onmiddellijk nog een brug. We krijgen steeds meer tegenliggende fietsers, het zijn jongeren op weg naar huis vermoeden we.
Het is opletten geblazen. Ze hebben veel plaats nodig en gebruiken de volledige fietspadbreedte. De gps begeleidt ons dwars door de stad , soms moeten we zelfs wandelend door de autoloze winkelstraten. We moeten naar de andere kant van de stad om aan het hotel te komen. Het is 16h30 wanneer we aan het Gasthof “Zur Sonne” arriveren. We rijden langs achter de parking op. De deur staat open, maar we vinden niemand. Na een poosje komt de patroon ons verwelkomen. We krijgen twee afzonderlijke kamers. Ik ben blij, zo zal ik mijn maatjes met mijn gehoest en gesnotter zo niet storen. Voor we een was- en plasbeurt nemen willen we, want we hebben reuze dorst, iets fris drinken. De patroon serveert ons Weizenbieren in de eetzaal. Gelukkig kunnen we hier straks ook souperen. We nemen alle drie een rustpauze. Na een lekker Bayerisch avondmaal, goed overgoten van zowel witte als rode wijn, zitten we vroeger dan normaal onder de dekens. Slaapwel maatjes!
Zo vroeg wakker, dat is mij op deze tocht nog niet voorgevallen……Zijn het de trams, die juist voor ons verblijfsadres een halte hebben? Of ligt het aan mezelf? Ik voel me wat koortsig en moet veel snotteren en hoesten…..Het zal wel beteren als ik aan het fietsen ben, hoop ik! Gelukkig liggen mijn maatjes in een andere kamer…..Ik hoop dat ik ze niet gestoord heb. Iets vóór 7h maak ik als eerste gebruik van de badkamer. Hugo en Antoine volgen vlug. Het is nog geen 8h wanneer we onze sleutel in het aangewezen kastje gooien en vertrekken.
Ontbijten willen we, in een bakkerij enkele straten verder …..’t Wordt een teleurstelling, de zaal zit overladen vol. Iets verder is het opnieuw hetzelfde…. We zullen Linz moeten verlaten zonder ontbijt vrezen we. Toch probeer ik nog eens in een kleine bakkerswinkel zonder ontbijtzaal. Er staan wel enkele tafeltjes. Na wat aandringen kan ik de bakkersvrouw toch overhalen, om voor ons koffie met verse boterkoeken te serveren……We zijn blij dat we in de warmte en met wat geluk kunnen genieten van enkele lekkere kopjes koffie, voor we onze rit starten.
We moeten door een winkelstraat naar de Hauptmarkt, gemakkelijk wordt het niet! We worden een tweetal keren door de ongeduldige trams de straat afgeblazen. Het is haastig op het voetpad springen…..Ze zijn in Linz fietsonvriendelijk, ’t verschil met Wenen kan niet groter zijn.
Uiteindelijk zijn we blij wanneer we over de Donaubrug op de linkeroever het oeverpad vinden. We fietsen voorbij het slot Linz richting Puchenau. Linz heeft ons als verblijfstad, niet kunnen bekoren….
Het is fris en grijs, we vrezen voor regen vandaag. Na 12km komen we door het schilderachtig dorp Ottensheim. Iets verder maken we een bocht om over de energiecentrale en stuw van Ottensheim-Wilhering op de andere oever te geraken. Door een bosrijkgebied en over een breed geasfalteerd fietspad vorderen we heel vlug. Het zicht op de andere oever laat ons enkele mooie kerkjes zien.
In Aschah an der Donau moeten we kronkelend door het dorp. Het is 11h00 en aperitieftime! Een terras op een oevercamping is de oplossing. Druk is het niet, we zijn de enige klanten.
Na dit dorp maakt de stroom enkele ferme bochten tussen de toch iets hogere bergen. We rijden door het Sauwald voorbij de dorpen Sommerberg, Paching en Hainbach tot Inzel. Tussen Inzel en Schlögen maakt de Donau een bocht van 180° we keren precies terug….het dal is zeer smal.
Wanneer we door een camping moeten rijden komen we aan het Hotel-Restaurant “Donauschlinge”, het is ondertussen 12h30. We hebben al 60km op ons tellertje staan. We vinden dat we best hier ons middagmaal nemen. Het is te fris en te grijs om van het terras met uitzicht op een van de mooiste plekken aan de Donau plaats te nemen. Dan maar binnen en aan het venster. Grote dorst, we bestellen voor elk een Weizenbier en als middagmaal een forel met een witte wijn. Net op tijd, want enkele minuten later komt er een bus met leeftijdsgenoten ook middagmalen.
Wanneer we opnieuw vertrekken, zien we recht voor ons donkere wolken opdoemen. De zon is verdwenen, het is 5à 6°C en frisser geworden. Er steekt een koele wind op. Hoe lang houden we het nog droog? In Kager steken we de brug over en fietsen flink door op de linkeroever. Het wordt steeds dreigender, af en toe voelen we zelfs enkele druppels.
We hebben niet veel oog meer voor de omgeving en drijven de snelheid op, hopelijk bereiken we Passau zonder regen. Na Kramesau komen we juist vóór Jochenstein aan de grens Oostenrijk-Duitsland. Laat het nu daar plots hevig regenen! We vliegen in volle vaart tot aan het dorp en hopen daar een schuilplaats te vinden….We hebben echt verkeerd gegokt, doornat stoppen we bij een herberg en hopen hier te kunnen schuilen, alles is echter potdicht. Ik sta te trillen op mijn benen en voel plots hevige koorts opsteken, wat een ellende. We zoeken een droog plaatsje, maar meer dan een potte bakkerswinkeltje is er niet.. Gelukkig kunnen we daar in de tuin onder een afdak een pauze nemen. Toch stap ik ten einde raad het pottebakkersatelier binnen en we geraken aan warme koffie, een zaligheid!
We zoeken onze capes en wanneer het iets minder regent, starten we opnieuw. Ik voel mijn krachten wegvloeien en geraak bijna niet meer vooruit…..Mijn maatjes moeten me aanmoedigen, wat een toestand.
Passau lijkt maar niet dichter te komen. Tussen veel verkeersdrukte fietsen we eindelijk over de Donaubrug de stad binnen. Langs het historisch centrum bereiken we, na juist geteld 100km ons verblijf. Het pension met de weinig toepasselijke naam: “Zur Goldenen Sonne”. We krijgen onmiddellijk een triple kamer van frau Heidi. Enkele minuten later sta ik bibberend onder een deugddoende hete douche! Terwijl mijn maatjes een was- en plaspauze nemen kruip ik een uurtje, na het nemen van mijn laatste twee sedergines onder de dekens…..
Nadat de koorts wat geminderd is, besluiten we Passau te bezoeken. We moeten ons deftig inpakken, af en toe is er toch nog regen en het is slechts 10°C. Het zou zonde zijn die stad niet even te bezoeken. Passau is gebouwd op een landtong en bijna compleet omringd door water. De rivieren Inn en Ilz monden hier in de Donau.
We wandelen door de oude stad met smalle hellende straatjes naar de alom bekende Gotisch, alhoewel wij vinden het eerder een Barokke kathedraal St-Stephen. We moeten absoluut naar binnen om het grootste pijporgel ter wereld te bekijken. Wanneer we buitenkomen begint het opnieuw te regenen.
We dalen af naar de Donau waar zich het prachtige Rathaus bevindt. We laten ons niet nat regenen en stappen een café binnen. Het is een wat Italiaans aandoend café-restaurant en we blijven hier, nadat we enkele wijntjes genipt hebben, ook eten. Het is bijna donker wanneer we bij ons pension aankomen. Vlug zitten we onder de dekens. Hopelijk maak ik mijn maatjes niet teveel wakker met mijn niezen en hoesten. Slaapwel maatjes.
Afstand: 100km
Grijs Fris en in namiddag veel regen & wind +/- 14°C
Zalig zo’n rustige nacht. Ik moet mij reppen want de slaapmaatjes Hugo en Antoine zijn erg vroege vogels. Ik hoor ze reeds hun fietstassen naar beneden brengen. Nochtans hebben we slechts om 8h30 afgesproken met de gastvrouw om te ontbijten. Wanneer we de eetplaats op het gelijkvloers binnenstappen, zijn er een viertal tafels gedekt. We zoeken het tafeltje voor drie. Marianne komt ons onmiddellijk koffie brengen. We kunnen genieten van een uiterst gevarieerd ontbijtbuffet. Na enkele minuten zijn alle andere gasten er ook. Tot onze grote verwondering is er geen onderling contact tussen de gasten. We zijn anders gewoon, maar deze keer lukt het helemaal niet….Iedereen heeft slechts aandacht voor zijn eigen tafelgenoten!
We moeten bergaf tot aan de Donau om op de Radweg te geraken. We vertrekken met zicht op het machtige Schloss Greinburg” en blijven op de linkeroever.
Het is veel frisser deze morgen. We vermoeden 14°C. We vorderen goed, ’t is bijna windstil….. We fietsen tussen links de Donau en rechts een drukke baan richting Dornach. We kunnen het niet laten om achter ons te kijken en nog een laatste foto te maken van het schilderachtige Grein.
Bij Hochholz moeten we een eindje weg van de Donau om over een brug van een zijrivier te geraken. Bij de stuwsluis van Mitterkirchen-Wallsee, komen we opnieuw aan de oever van de stroom. Zoals aan elke stuw is ook deze een elektriciteitscentrale. We vorderen aan meer dan 22km/h op het prachtige brede dijkfietspad.
Het is 11h00 wanneer we in Au an der Donau ons neerploffen bij de jachthaven. Ondertussen is de zon verschenen. Antoine laat ons genieten van enkele frisse witte wijntjes. Het is abnormaal rustig. We hebben het echt getroffen met ons tijdsschema. Vermoedelijk is het hier in volle zomer niet te doen van de massa fietstoeristen. Iedereen zal op dit plaatsje wel een rust- en drankpauze nemen.
Vanaf Au rijden we door een vlakte met laag gelegen Donauarmen. Vermoedelijk overstromingsbuffers bij hoogwaterstand. Het is een natuurgebied met wandelpaden. Hier zouden ooievaars moeten wonen, maar we zien slechts enkele vervallen nesten.
8km verder komen we in Mauthausen en beslissen om ons middagmaal te nemen. Op de schilderachtige marktplaats zijn we niet de enigen die gebruik maken van het enige terras. Het zijn wel allemaal automobilisten en of campertoeristen.
Terwijl we een broodje verorberen, bewonderen we de fraaie gevels van de vele patriciërswoningen. Met de zon recht in ons gezicht voelen we ons verbranden en moeten in de schaduw kruipen. Hier is de Donau heel breed. Er is de samenvloeiing van de Donau en de bijrivier Enns. Terwijl we nog een biertje snoepen legt er juist voor onze neus een passagiersboot aan. Het wordt plots heel druk. Met veel bekijks trekken we verder.
We willen absoluut het Naziconcentratiekamp uit de 2°wereldoorlog bezoeken. We moeten nog 4km verder en zeker +/- 2km klimmen met op het einde een deel van om en bij de 14%. Zuchtend, puffend en fel bezweet komen we samen boven…..Ai, dit zijn we niet meer gewoon na al die vlakke kilometers langs de Donau.
Het kamp van Mauthausen is bij ons minder bekend dan al de andere Nazikampen. We zijn zelfs verwonderd dat er nergens wegwijzers staan naar dit kamp. De Oostenrijkers zijn nog steeds beschaamd over de gruweldaden die hier zijn gebeurd. Gelukkig hebben ze toch beslist om het kamp als gedenkplaats en hopelijk als bekentenis te bewaren. Het kamp was vroeger een steengroeve en werd in 1938 in dienst genomen kort na de inlijving van Oostenrijk. Er zijn ongeveer 200.000 gevangenen uit alle Europese landen door de SS vermoord. Meestal stierven ze aan uitputting door het zware werk in de granietgroeve “Wiener Graben”. Maar er zijn er ook doodgeschoten, opgehangen en in de gaskamers van dit uitroeiingskamp gestorven. Het merendeel van de gevangenen waren Polen, Russen en Hongaren maar er waren ook Duitsers, Oostenrijkers, Fransen, Italianen, Joegoslaven en Spanjaarden. Na de oorlog, is de lang gezochte Oostenrijkse oorlogsmisdadiger Albert Heim, die hier medische experimenten uitvoerde op de gevangenen, in 1982 in Canada gevonden door de nazi-jagers.
We wandelen ingetogen vanaf het museumgebouw naar de hoofdingang. Je kan nog heel goed, bij de barakken de appelplaats zien. We voelen ons triestig en gedenken alle overledenen en iedereen die ook maar de oorlogsgruwel heeft meegemaakt. Elk land heeft zijn monument. We slenteren voorbij een welke onze aandacht trekt. Bij het Italiaans monument liggen heel veel verse bloemen en kransen. We worden nieuwsgierig, een direct antwoord vinden we niet, toch zien we vele malen dezelfde achternamen vermeld. We vermoeden dat het familieleden en of mensen van het zelfde dorp zijn welke onlangs een gezamenlijke herdenking kregen. We worden er heel stil van….
Als ik dit zie, denk ik aan mijn vader zaliger, ook hij is jarenlang gedeporteerd geweest naar een van de Duitse industriesteden. Ik huiver er nog altijd van. Nooit meer oorlog, wordt dit ooit realiteit? We achten ons heel gelukkig, wij drie hebben het nooit moeten meemaken…………
Het is 15h wanneer we terugkeren naar onze Radweg. De afdaling met grote bochten brengt ons voorbij de dorpen Langenstein en Güsen. We hebben 50km op ons tellertje wanneer we terug bij de Donau komen aan het Kraftwerk Abwinden . In de verte zien we de contouren van de stad Linz. Toch moeten we nog een grote bocht maken eer we aan de brug komen om de stad binnen te rijden. We hebben een prachtig zicht wanneer we op de Nibelungenbrücke halt houden. Er liggen een 8 tal grote passagiersboten aangemeerd. Wat een drukte moet dat geven in de zomermaanden! Tussen twee grote gebouwen door komen we op de Hauptmarkt, wat een drukte, dit zijn we niet meer gewoon. We moeten enkele keren opzij springen voor de trams die om de minuut voorbij razen.
Linz is de hoofdstad van Ober-Österreich en de 2°grootste stad van Oostenrijk. Er is veel industrie, gezien de gunstig ligging en de binnenhaven waar de Traun in de Donau vloeit. De Hauptmarkt is omringd door een gesloten rij monumentale goed bewaarde gebouwen en het Rathaus. Midden op het plein staat een grote zuil, deze Drievuldigheidzuil is opgericht als dank omdat de stad gespaard bleef van oorlog, pest en brand.
We volgen de gps op weg naar ons verblijf . We moeten te voet door een uiterst drukke winkelstraat. We wandelen enkele prachtige kerken voorbij, maar moeten meer aandacht schenken aan het drukke tramverkeer.
Om 17h00 vinden we ons verblijfsadres voor vandaag. Van de conciërge krijgen we onmiddellijk de sleutel en het nummer van het appartement. We moeten voor de rest ons plan trekken, een beetje vriendelijkheid zou wel meer gepast zijn, menen we. Het is een moeilijke trap om met onze fietstassen boven te geraken. Anderzijds moeten we toegeven het is een prachtig ruim appartement met twee kamers een zitplaats met keuken en een heel ruime badkamer, voor de prijs van 90€, midden in een grootstad. We kunnen boffen. Onze was- en plasbeurt verloopt traag, we voelen ons wat vermoeid, mijn vrienden Antoine en Hugo willen zelfs een dutje doen.
Rond 19h00 stappen we de stad in. Na een deugddoend terrasje op de Hauptmarkt beslissen we te avondmalen. We vinden op de hoek van het plein een Chinees waar we à volonté met zelfbediening ons buikje dik eten. Dat was genieten! Het wordt stilaan donker, na nog enkele biertjes dicht bij ons verblijf is het bedtijd.
Afstand: 67km
Prachtig fietsweer Zonnig en rustig weinig wind 20°C
De maatjes Hugo en Antoine heb ik niet gehoord, mijn oordopjes hebben goed gewerkt. Nadat we de kader van de norse Kaiser Franz Joseph opnieuw op zijn plaats hebben gehangen is het ontbijttijd. Er heerst vrolijkheid in de eetzaal. De dartele Regina doet ons onmiddellijk plaats nemen. We kunnen genieten van een uitgebreid ontbijtbuffet. ’t Gebeurt niet dikwijls dat er zo vroeg zoveel optimisme troef is. Onze gastvrouw zorgt dat de hotelgasten met plezier hun dag starten……
De hoteluitbaters en enkele gasten wuiven ons uit. We weten gelukkig langs waar we Melk moeten verlaten om de rioleringswerken te vermijden. We moeten over een zijrivier, langs een grote parking om bij de Donau te geraken. We worden aangemoedigd door een groep wandelende leeftijdsgenoten die juist ontscheept zijn. De grote plezierboot ligt aan de stijger” Melk Hafen” waar we bij de Radweg komen.
Na de kronkel bij Kraftwerk Melk Welterbesteig is het zalig fietsen tussen het overvloedige oevergroen. We vorderen goed, ’t is boffen met het lenteweertje. Zon, bijna geen wind een echt fietsweertje. We vorderen prima en genieten van de schilderachtige uitzichten op de andere oever.
Na Pochlarn, komen we in Krummnusbaum en zien op de andere oever het dorp Marbach. Op de achtergrond hoog op een bergrug ligt het bedevaartsoord en basiliek “Maria Taferl”. Het is een pelgrimsoord te zijn, toch is het ons niet bekend. Na het drukke veer van Krummnusburg rijden we noodgedwongen weg van de Donau. Langs een spoorweg komen we in Wallenbach.
We moeten door Diedersdorf en Sausenstein om een enorme bocht te maken en na Sarling in Ybbs te arriveren. Ybbs is een historisch stadje waar een rivier in de Donau vloeit. Het zal wel een belangrijk handelscentrum aan de Donau geweest zijn. We blijven tussen de stroom en de oude stadsmuren rijden, hier en daar staan hoogwaterstanden genoteerd. Iets verder rijden we voorbij de stuwsluizen van Persenbeug met er juist naast een machtig kasteel.
Tussen Donaudorf en Willersbach rijden we door oevercampings. Stilaan is er meer tegenliggend fietsverkeer. Toch heeft het ons al erg verwonderd dat wij niet meer fietsers gezien hebben. Het is nochtans Pinkstermaandag….zou dit hier een vrije dag zijn ??? Bij een van de campingterrassen houden we aperitiefpauze.
We besluiten nog iets verder te rijden eer we middagpauze houden. Toch voelen we ons wat loom en in Freyenstein, we hebben dan al 40km op ons tellertje, stoppen we bij “Gasthof Ziseritsch” om te lunchen. Het is genieten in de zon op een groot terras van enkele Weizen bieren en een koude schotel. Ook hier vinden we het abnormaal kalm.
Zalig op die Radweg vlak tegen de waterkant. We zien op de andere oever St- Nikola en Struden. Na Hossgang komen we aan de overzet naar Grein. Het is rijtje schuiven het klein bootje maakt en grote omweg om uiteindelijk in het dorp aan te meren.
Ondertussen kunnen we het “Schloss Greinburg” bewonderen. Wanneer we aankomen is er eindelijk wat ambiance op de oever. Er is een concert door de dorpsfanfare. Grote belangstelling op alle terrassen. Het is nog maar 15h30, te vroeg om onze overnachtingsplaats op te zoeken. We besluiten het eerste het beste terrasje uit te testen en ons zweet te laten opdrogen.
Toch steekt het hoempapa muziek vlug tegen en volgen we onze gps tot bij ons Gästehaus voor vandaag. Het is ietsjes zoeken en klimmen om terplaatse te geraken.
Marianne Lumesberger, onze gastvrouw voor vandaag, ontvangt ons met veel enthousiasme. We kunnen onze fietsen in de garage stallen, en krijgen onmiddellijk twee zeer ruime kamers met een living en zitkamer op de 1° verdieping ter beschikking. Luxe is troef.
We nemen onze tijd om een wasje te doen en op het terras een drankje te nemen. Toch willen we al spoedig een bezoekje brengen aan het stadje. We wandelen bergaf naar het centrum. Een hele verassing, de stadskern is goed bewaard gebleven. Rond het sierlijke stadsplein staan er voorname patriciërswoningen.
Het is aangenaam wandelen met op de achtergrond aangepaste fanfaremuziek. Uiteindelijk krijgen we honger en dorst. We zijn van plan er eens goed van te genieten. Hotel Goldenes Kreuz” bied een asperges souper aan. Voor zoiets zijn we altijd te vinden. Inderdaad het is prima met voorgerecht, hoofdgerecht en dit alles overgoten met een heerlijk wijntje…..
We blijven nog wat, na het dessert met koffie, van de ambiance genieten. Het is donker wanneer we het prachtige hotel-restaurant verlaten. Op de Donauoever drinken we nog een slaapmutsje en slenteren naar ons verblijf.
Gelukkig slaap ik in de afzonderlijke kamer……Best! Oordopjes zullen voor mij niet nodig zijn!
Afstand: 54km
Prachtig fietsweer Zonnig en rustig weinig wind 21°C
Verblijf: “Gästehaus Marianne Lumesberger” Groissgraben 13 Grein
Iets later dan normaal komen we in actie. Het is abnormaal, wat blijven mijn maatjes lang stil. Zou ons zwaar tafelen van gisterenavond hen parten spelen? Ik gebruik deze morgen als eerste de badkamer….Toch zijn we iets na 8h00 in de eetzaal. Er heerst een aangename drukte. Enkele families met kinderen bezetten een deel van de zaal. Ze gaan stappen, is duidelijk te zien aan hun uitrustingen. We blijven iets langer genieten van het uitgebreid ontbijtbuffet. We boffen met onze hotelkeuze, je wordt hier heel goed verzorgd door een attente hoteliersfamilie.
Om 9h00 staan we klaar om te vertrekken, afrekenen, een foto en daar gaan we dan. We moeten door de stadspoort langs het riviertje de Traisen naar de jachthaven en komen zo aan de Donau op de vertrouwde Radweg.
We blijven op de rechteroever richting Kerms. Op de andere oever zien we “Kraftwerk Theiss” een grote elektriciteitscentrale op stookolie en aardgas. Deze grondstoffen worden aangevoerd via de Donau. Na Hollenburg en Brunnkirchen komen we in Kerms Sud. Kerms an der Donau ligt op de andere oever.
We blijven flink doorfietsen op het uitstekend oeverfietspad tot we plots 1,5 km langs een beek landinwaarts gedreven worden.
Op bet brugje net voor we terugkeren naar de Donau, zien we in de verte het “Göttweig stift” een machtig Benedictijnenklooster op een heuvel. We twijfelen om er naartoe te fietsen, de afstand schatten we op ongeveer 3km met een flinke klim. Na een korte twijfelpauze doen we het niet en keren op de andere oever van de beek terug naar de Donau.
Het is zalig fietsweer zonnig bijna geen wind en +/-22°C. De groene oevers zijn een zaligheid. Ter hoogte van Dürnstein in Rossatzbach houden we een fotopauze. Wat een zicht hebben we hier op de andere oever….onvergetelijk. Het opvallend baroktorentje is alom bekend en wordt vermoedelijk duizenden keren gefotografeerd. Je ziet het op bijna elke gids verschijnen. Onze vriend Hugo mag en kan als fotograaf niet achterblijven toch!
Na Rührdorf en Sankt Lorenz belanden we aan het veer van Spitz. Wat een drukte, iedereen wil precies naar de andere oever. Wij hebben dorst en honger het is 12h30 hoog tijd om een eet- drank- en rustpauze te nemen. Het duurt even, maar de mensen zijn heel gedisciplineerd bij het in- en ontschepen.
Recht tegenover het veer is er een pizzeria met een druk bezet terras. We bemachtigen een plaatsje met uitzicht op de stroom. We genieten in ’t zonnetje van de gezellige drukte bij het veer. Maar….. nog meer van enkele Weizen bieren en een veel te grote pizza.
Nu blijven we op de linkeroever en moeten door enkele gehuchten tussen prachtige gebouwen. Iets verder komen we voorbij een ruïne “Burg Hinterhaus” gelegen op een rotswand. We slenteren verder tussen wijnvelden. Zouden ze hier Rieslingdruivensoort aangeplant hebben? Na de dorpjes Schwallenbach, Willendorf en Aggbach moeten we, om in Melk te geraken, de Donau over, na Schallemmerdorf. Het was zalig fietsen, ook als is het zondag, we komen slechts af en toe fietsers tegen….We zijn heel verwonderd en hadden het veel erger en drukker verwacht vandaag.
Wanneer we de stad naderen kunnen we er niet naast kijken. Het enorme barokke en wereldberoemd bouwwerk het klooster van Melk zien we opdoemen tussen de bomen hoog boven ons. Het Benedictijnerklooster zullen we straks bezoeken, maar eerst willen we naar ons hotel. We hebben dorst en willen ons verfrissen. Ons hotel ligt aan de voet van de rots waar het klooster op staat.
We moeten te voet naar boven, eerst over een stelling. Ze zijn enorme rioleringswerken aan het uitvoeren. Niet zo simpel met zwaar beladen en brede fietszakken. Het lukt ons en om 15h30 staan we bij “Gasthof Goldener Stern”.
Het terras zit afgeladen vol met een groep plezier makende gasten in lederhosen en typische klederdracht. De hoteluitbaters hebben het zo druk. Ze doen ons ook plaatsnemen op ’t terras en brengen ons, zonder dat we het ook maar bestellen, elk een halve liter bier. “Jullie hebben heel zeker grote dorst” lacht de vrolijke Regina ons toe…..Allé ’t zal wel zoiets geweest zijn maar dan in haar Duits taaltje!
Iets later neemt de drukte op het terras af. We worden door Frau Regina naar onze kamer begeleid. Een prachtige antiek aandoende kamer met een hemelbed en een afzonderlijk bed. We worden echter beloerd door een nors kijkende, zwaar besnorde “Kaizer Franz Jozef”. We vinden het een afschuwelijke afbeelding…..en draaien de verschrikkelijk lelijke kader om.
Na onze verfrissingsbeurt haasten we ons om op stap te gaan. We moeten heel wat trappen op om bij het wereldberoemde klooster te geraken. We staan perplex, het is werkelijk het mooiste barokgebouw dat we ooit gezien hebben. Wat een pracht, wat een praal. Echt waanzinnig en overdadig….en dit voor kloosterlingen. Wanneer we de kloosterkerk binnenstappen staan we in bewondering voor het indrukwekkend hoogaltaar en de enorme koepel.
Was het Benedictus die een van de regels of gelofte van armoede liet toepassen ??? Amaai…. hier zijn ze er duidelijk in geslaagd dit te negeren…..Ach waar zijn de religieuzen dat niet vergeten? We wandelen naar de bibliotheek met duizenden waardevolle boeken. We geraken er niet binnen, het is sluitingstijd. Er is een fraaie tuin waar we na dit lange bezoek moeten bekomen van al die praal en pracht, we worden er duizelig van.
Na onze rustpauze, op religieuze bodem, keren we terug naar de realiteit en wandelen door de straatjes met souvenirwinkels. Er is geen gebrek aan terrasjes en daar kunnen we toch niet voorbij. Het centrum van Melk is niet zo groot en wat het nog kleiner maakt zijn de wegenis- en rioleringswerken. We zijn vlug rond.
Wanneer we terugkeren naar ons hotel wordt het tijd voor ons souper. Het is frisser geworden, we moeten in het eetsalon plaats nemen. De eetzaal lijkt wel een bruine café met overdreven zware donkerbruine balken en muur lambrisering. Alles zowel tafels als stoelen zijn loodzwaar en het voelt aan zoals in een eeuwenoude herberg. De dartele gastvrouw komt ons enkele menu’s voorstellen…..we begrijpen er niets van.
Uiteindelijk maken we haar duidelijk dat wij de plaatselijke specialiteiten willen proeven. Ze heeft er plezier in en zal voor het nodige zorgen. En we moeten toegeven we hebben niet lang moeten wachten. Goed voorzien van eten en drinken besluiten we na een zoet dessertje en enkele witte wijntjes onze bedjes op te zoeken.
Met drie op één kamer……ai, ai dat zal oordopjes worden!
Slaapwel maatjes.
Afstand: 60km
Prachtig fietsweer Zonnig en rustig weinig wind 22°C
Na twee nachten op de zelfde plaats, is het wat rommelig in ons appartement. Dat geeft ons elke keer extra zoekwerk. De fietstassen moeten deftig gevuld worden. Antoine heeft de taak nog eens overal controle te houden, hebben we niets laten liggen? De bende is blij dat we vandaag opnieuw kunnen fietsen. Eén dagje stadsmens spelen, is voor ons meer dan genoeg. Het is 8h00 wanneer we onze sleutel van het verblijf in het kluisje gooien. Ontbijten doen we, net als gisteren, op dezelfde plaats. We zullen eens vanalles proeven. Toch zijn er zaken welke we niet lusten en moeten laten liggen. Een typisch Noord-Afrikaans ontbijt, neen dat is niets voor ons. Maar honger zullen we de eerste uren zeker niet hebben.
Zoals in alle steden is het hier ook druk en zijn er files. We hebben er, als niet gemotoriseerden gelukkig, geen last van. Er is wel heel wat meer fietsverkeer dan eergisteren, maar het lukt ons wonderwel om zonder enige moeite Wenen uit te geraken. Wat een luxe die vrij liggende fietspaden en oversteekplaatsen. We herkennen vele gebouwen en parken waar we gisteren voorbij gekomen zijn op de Ringstrasse. Bij de “Uniqa Tower” rijden we over het Donaukanaal. Na de grote rotonde aan de Praterstern komen we aan de Reichsbrücke. We blijven op het eiland “Donauinsel” om de Radweg te volgen.
Het is warmer en zonniger, dit hadden we niet gedacht bij onze start. We zijn heel blij dat we kunnen fietsen en voelen ons vrij en verlost van de stad. Hugo en Antoine willen zich er lichter op zetten. We zijn pas vertrokken en hebben al behoefte aan een drankpauze. Onze bidons zijn goed gevuld, het beloofd een dorstige dag te worden…..of is het nadorst van gisterenavond misschien?
In Langerdorf rijden we op de Radweg van de linkeroever…….Zalig in het zonnetje richting Korneuburg. Er is een veer, waar we even halt houden en de schaarse passagiers van een voorbijvarende plezierboot begroeten! Het is bijna windstil en op die prachtige fietspaden vorderen we erg snel. We worden niet gehinderd, niettegenstaande het toch weekend is. Af en toe een ploegje wielertoeristen maar ze zijn heel gedisciplineerd.
Aan kilometer 30 rijden we over Kraftwerk Greifenstein naar Altenberg en volgen nu de radweg op de rechteroever. Dit machtige kunstwerk is niet alleen een stuwsluis maar tevens een elektriciteitscentrale. Mijn maatjes willen verder…..ik ben nog altijd, als bouwkundige, gefascineerd door zo’n machtige bouwprojecten. ’t Zal wel nooit meer veranderen zeker….aard van ’t beestje.
Na het jachthaventje van Andrä Wörden, Muckendorf en Langenlebarn komen we in Tulln an der Donau.
We zijn al 46km ver en ’t is bijna middag. Hoog tijd voor onze aperitief. ’t Worden een paar Weizen bieren om onze grote dorst te lessen. We hebben een mooi plaatsje op een terras met zicht op de Donau. We beslissen om hier ook maar te middagmalen.
Tulln was al gekend in de oudheid. Er is bij de Donauoever een Romeinse vesting overgebleven. Het zou het oudste bouwwerk van Oostenrijk zijn. We kunnen niets anders dan dit maar te geloven.
Een tafereel met beeldengroepen en een fontein moet het verlovingsfeest afbeelden van Kriemhilde en Etzel. Een heldenepos uit de 13° eeuw. Ons onbekend! In de middeleeuwen was Tulln een wetenschappelijk centrum, later verschoof dit naar Wenen.
Voor we wegrijden doen we nog een rondje in het stadje. We kunnen volgens de aanwijzingen niet langs de Donau blijven. Een waterloop doet ons dieper het land inwaarts rijden. We komen opnieuw bij Langenschönbichl aan de Donau. In Zwentendorf rijden we tussen een ontworpen kerncentrale en de stroom. Maar deze centrale is nooit in bedrijf gesteld na protesten. Het is nu een museum. Iets verder is er wel een conventionele centrale.
Opnieuw moeten we een bocht maken bij de Traisenmonding. Dit riviertje komt in de Donau juist voor het Kraftwerk Altenwörth. Een machtige stuwsluis met elektriciteitscentrale. Dit kunstwerk zien we beter wanneer we opnieuw boven op de dijk komen.
Het tellertje wijst 75km net wanneer we een plaatje opmerken die ons doet afbuigen naar Traismauer. Dicht bij de kleine jachthaven is er een uitnodigend terras, waar we niet voorbij kunnen. Grote dorst doet ons afstappen ’t mag wel bij zo’n prachtig fietsweer. We hadden meer drukte verwacht op het terras.
We bestellen Edelweiss bier en laten ons zweet wat opdrogen. Volgens onze planning is het nog 3km en we zijn ter bestemming voor vandaag.
Om 16h00 rijden we door een poort en zijn we bij het “Gasthof zum Schwan” in Traismauer. Wanneer we binnenstappen, valt het ons onmiddellijk op, hier heerst een traditie van gastvrijheid. Het hotel heeft een charmante rijkelijke indruk.
We kunnen onze fietsen in een ruime fietsenberging stallen. Het is overduidelijk dat fietstoerisme hier geen geheimen kent. De patroon begeleidt ons naar een suitekamer aan de achterzijde van het heel ruime gebouw. Grote chick vinden we, zoiets hebben we op onze Donautocht nog niet gehad. De kamersuite bestaat uit twee ruime kamers een zitplaats en een grote badkamer.
Na onze was-en plasbeurt willen we van een wijntje genieten in de tuin. Raar maar waar het valt ons op hoe wij als eenvoudige trekkers, ons aanpassen aan de omstandigheden. De patroon komt ons wijn serveren op het tuinterras, het lijkt wel de hemel op aarde! Wat een luxe! Ach, ja we zijn een week onderweg en we mogen ons wel eens laten gaan niet?
We willen het stadje of is het een dorp inwandelen. Volgens de hoteluitbater is er niet veel speciaals te zien. Toch vertel hij ons dat Traisen een wijngebied is, gelegen op licht glooiende hellingen…..Er zou zelfs een fietsroute doorlopen. We menen dat we genoeg gefietst hebben en willen wandelen. Ver geraken we niet, een terras op het dorpsplein trekt ons aan. We kunnen er niet aan weerstaan en genieten in het zonnetje van een fris wit streekwijntje.
Wanneer we een beetje loom terug wandelen naar het gasthof en denken daar te kunnen eten, worden we teleurgesteld. Frau Gerda maakt ons duidelijk dat het personeel een vrij weekend neemt. Ze verwijst ons door naar een collega hotelier-restauranthouder. We moeten door een historische poort en een straat verder vinden we “Nibelungenhof”. Er is al heel wat ambiance op het buitenterras in de tuin.
We krijgen een tafeltje en genieten van een prachtig gevarieerd souper, rijkelijk vergezeld van plaatselijke wijn. Het is laat en donker wanneer we in onze kamers geraken….Oei, dat zal morgen pijn doen!
Op onze vele tochten nemen we slechts af en toe een vrije dag. En….Wenen die stad verdient zelfs veel meer dan één bezoekdag. Neen, we houden het bij één dag, we zijn geen musea bollebozen, fietsen en genieten is onze hoofdleuze! Wanneer we zo’n prachtige stad bezoeken willen we zoveel als mogelijk de bekendste zaken zien en of meemaken. Benieuwd, zal Wenen ons evenveel kunnen bekoren als Budapest?
Genoeg gedroomd, Hugo is al klaar en Antoine is badkamergebruiker wanneer ik plots besef dat het mijn beurt is. Het is 8h00 wanneer we ons appartement verlaten om te ontbijten. Gisteren hebben we dicht bij het metrostation Stadthalle Burggasse een ontbijtcafé opgemerkt, 6,50€ per ontbijtbuffet à volonté. We stappen er binnen en onmiddellijk valt het ons op, we zijn in een soort Noord-Afrikaans eethuis beland.
We moeten tussen de ons onbekende gerechten zoeken naar iets wat met onze gewoonten overeenkomt. Het lukt, we zullen de eerste uren zeker geen honger hebben, na wat we allemaal proefden. We blijven nog een tijdje overleggen wat we vandaag willen doen. Ons besluit staat vlug vast, eerst willen we een bustour maken en daarna een flinke wandeling. Allé we zien wel, we zullen ons niet vervelen toch!
We nemen bij de metro een 24h kaartje à 7€ pp. Het is een plezier om met de metro naar het stadscentrum te sporen. De metro is heel luxueus en de station zijn net en hebben een mooie architectuur. In West Bannhof moeten we van lijn U6 overstappen op U3, enkele minuten later stappen we uit aan de Stefhansplatz.
We wandelen naar de Dom er is al heel wat volk en we worden regelmatig tegengehouden door mensen in Operakostuum.
Ze prijzen ons hun muzikale optredens aan voor deze avond. De Stephansdom is een gotisch gebouw met heel wat kunstschatten, jammer, ze zijn echter enkel te zien tijdens georganiseerde rondleidingen. De toren is wel 130m hoog. De dom is in 1945 door de SS compleet verwoest en heropgebouwd in 1952.
Aan de zijkant van de kathedraal staan er heel wat twee-paardenkoetsen, ze heten “fiakers”. De meeste koetsiers zijn stijlvol gekleed. Een ritje met deze koetsen moet wel een hele ervaring zijn….Toch verkiezen we de “Vienna City Tour” per bus.
We wandelen naar de “Staatsoper” en nemen een dagkaart. Hiermee kunnen we drie ritten doen en hebben tijd om op en af te stappen waar we het wensen.
We starten met de rode, of kleinste tour. Van de Staatsopera rijden we naar de Heldenplatz. Deze plaats wordt begrensd door een triomfpoort die de slag om Leipzig herdenkt, de slag waarbij de Pruisen, Russen en Oostenrijkers Napoleon versloegen. Daarna rijden we naar het Burgtheater, waar alle belangrijke Europese theaterverenigingen optreden. Ertegenover zien we het fameuze Rathaus.
Het monumentale gebouw is de zetel van de Weense stadsraad. Met de 100m hoge toren is het precies een kerkgebouw met klokkentoren. Naast en achter het gebouw is er een park met heel wat standbeelden. We blijven op de Ringstrasse tot bij de Universiteit, Schwedenplatz naar de Stephansdom en door het straatje van het Ankeruhr rond het stadspark terug naar de Staatsoper.
Net wanneer we afstappen kunnen we de gele bus nemen naar het “Schloss Schönbrunn” . Dit prachtige zomerpaleis van de keizerlijke familie ligt zo’n 5 à 6km buiten van het centrum. Amaai, wat hebben die Habsburgse monarchen hier neergepoot zeg! Na de heerschappij van de Habsburgers in 1918, is het paleis staatseigendom geworden.
Het uitgestrekte park achter het paleis was ooit een jachtterrein. We zien bloemenperken met fonteinen. De Neptunusfontein is de meest bekende. Er is ook een zuilengang boven op de heuveltop. Verder zien we een machtige stalen serre met exotische planten, het Palmenhaus.
Wanneer we van hier vertrekken is het opnieuw ruim 6km rijden naar het “Heeresgeschichtliches Museum” . Dit is het militair museum met de geschiedenis van het Oostenrijkse leger. Een gebouw dat er eerder uitziet als een fort.
Het is gebouwd midden 19°eeuw onder het bewind van de roemrijke keizer Frans Jozef. Het museum bezit belangrijke getuigenissen en oorlogstuigen tot en met de 2° wereldoorlog. Zoals Oostenrijkse, Russische, Duitse en Franse tanks.
Iets verder ligt het prachtige paleizen complex “Schloss Belvedere”. Het zijn twee machtige tegenover elkaar staande paleizen in een ongelofelijk groot park. De bouwstijl doet wat Frans aan, het is ook gebouwd door de prins van Savoye. Het was ook de residentie van Franz Ferdinand tot deze vermoord werd, wat zogezegd de aanleiding zou geweest zijn tot het uitbreken van de 1° wereldoorlog. De paleizentuin bevat heel wat waardevolle kunstwerken, versierde fonteinen, cascades en standbeelden.
Na deze lange rit belanden we opnieuw aan de Staatsopera. We zijn het bus- zitten wat beu en hebben honger maar vooral dorst gekregen. Ver moeten we niet lopen in Wenen zijn eet- en drankgelegenheden genoeg…..Bij een Italiaans restaurant stappen we binnen bestellen elk een verschillende pizza en koele witte wijn. De joviale patroon komt een praatje slaan bij elke tafel. De pizza’s waren uitstekend en we eindigen met een ijsje.
We slenteren door de steeds drukker wordende winkelstraten naar de opstapplaats voor onze laatste Vienna City tour. De blauwe- of Donauline is niet zo druk als de twee vorigen. We vertrekken op de Ringstrasse voorbij het Stadtpark en volgen het Donaukanaal met een stop bij het ”Kunst Haus Wien”. Dit kleurrijk sociaal appartementencomplex wordt ook “Hundertwasserhaus” genoemd. De ontwerper, was een op en top kunstenaar-architect, zoals een architect echt moet zijn toch!
Het gebouw is echt controversieel en zal met zijn kleuren en vormen wel heel wat tegenstanders gehad hebben. Het ziet er architectuur uit welke doet denken aan de natuur. Het vele groen, planten en klimoppen met afwisseling van rondingen zal wel veel kijklustigen aantrekken.
We rijden verder en komen aan het “Prater” een jaarrond kermis in een groot park. Het ligt tussen de Donau en het Donaukanaal. Algemeen gekend door het “Riezenrad”. Dit reuzenrad was decor in de film “The third man” van Orson Welles. Het pretpark heeft nog veel meer attracties zoals draaimolens, schietkramen en een circus. Maar er is ook een “Grüner Prater” een natuurpark met bos en vijvers waar men in kan wandelen en fietsen er is zelfs een miniatuur spoorweg en een voetbalstadion.
De bus zet zijn weg verder langs de Donau, we rijden over de stroom naar “Uno City” . Het is het Internationaal Centrum van de Verenigde Naties met congreszalen. ‘t Is een verzameling van moderne toren- gebouwen met veel glaspartijen waar een 5000 personen werkzaam zijn. We kruisen opnieuw de Donau en rijden over de Reichsbrücke de stad binnen. We zijn het alle drie eens. Het was een leerrijke onderneming met aangename Nederlandstalige uitleg. We zijn uitermate tevreden over deze bustochten.
Hoog tijd voor een drankpauze, op een van de vele terrassen drinken we enkele Edelweiss bieren. We willen nog een wandeling maken. Het “Stadtpark” lijkt met dit weer, het meest aangewezen. Heel wat bezoekers denken er ook zo over, het is een hele populaire openbare wandelplaats met standbeelden en fonteinen. Er is zelfs een smal riviertje met bruggetjes naar enkele paviljoentjes. Er is ook een nogal groot gebouw op de rand van het park, het “Kursalon” dat een concertzaal is
Er staan heel veel standbeelden van beroemdheden.
We blijven even staan en maken enkele foto’s bij de meest bekende componist “Johann Strauss”. Er zijn ook nog beelden en borstbeelden van Mozart, Schubert en Brückner en de laatste operettekoning Robert Stolz.
Met de metro rijden we naar het “Parlement” een gebouw dat onze aandacht getrokken heeft op de busrit deze voormiddag. We zijn er voorbijgereden en hebben het maar half gezien, menen we. Het is een monumentaal klassiek bouwwerk, het ziet er echter wat Grieks uit. Hier is in 1918 de Oostenrijkse republiek uitgeroepen. Toch zijn er nog sculpturen van de fameuze keizer Frans Jozef.
Er zijn denken we, meer dan 100 beelden en beeldengroepen het houd niet op.
Na een deugddoende wandeling doen we nog enkele ritten met de metro. We stappen in en uit in verschillende stations, opvallend toch hoe gedisciplineerd iedereen zich hier gedraagt. De stations hebben wel niet de praal en pracht van de Weense gebouwen maar net en functioneel zijn ze wel. Zonder enig probleem arriveren we, het is dan al 19h00 op ons verblijf.
Na een was en plasbeurt slenteren we met ietsjes pijnlijke voeten naar een restaurant bij de Stadthalle. Het is er gezellig en iedereen is blijgezind. We dragen de bazin op, ons een echt Weens avondmaal te serveren. En wat denk je wel, we genieten van heel lekkere wijn met…hoe kan het ook anders, “Wienerschnitzel”. Als toetje brengt ze ons nog zoete patisserie. Toch moeten we, om deze nacht zeker geen dorst te leiden, alles nog doorspoelen met een grote Weizen bier. Neen ze geloven ons niet als we voor we vertrekken vertellen dat we morgen moeten fietsen!
Rustiger kan het niet zijn in een hotel, menen we! We zijn de enigen, in dit toch wel grote erg verouderd hotel. Hoe lang houdt de uitbater dit nog vol? Wanneer we in het café-restaurant binnenstappen, staat de patroon achter de toog….Heel fris ziet hij er echt niet uit! De poetsvrouw heeft ons opgemerkt en brengt een thermos koffie en enkele broodjes met wat confituur.
Ze begrijpt noch Duits, noch Engels wanneer we haar meer koffie en vers brood vragen….De uitbater komt met het gevraagde en maakt duidelijk dat zijn Slowaakse is. We hebben gegeten en dat is ook alles! Afrekenen en de biezen nemen, meer zit er hier niet in. We moeten ons financieel bevoorraden en drank anschaffen. Op het in de volle zon badend kerkplein vinden we alles…..
Wanneer we onder de bogen van de spoorweg viaduct door, op het fietspad komen moeten we onze jassen uitspelen. Wat een zicht op de blauwe Donau zeg!
We fietsen richting brug Bad Deutsch Altenburg. Over de lange brug zijn we in Stopfenreuth op de andere oever. Hier begint het Nationaalpark Donau-Auen. We komen op een brugje waar we in vele talen over de geschiedenis van dit park kunnen lezen. Er staan ook enkele foto’s bij, die onze aandacht opeisen. We zien er vooral foto’s met dreigende en bewapende soldaten. Zo lezen we dat er hier in 1984 een protestopstand was van de plaatselijke bevolking met steun van de milieuverenigingen.
Men wilde in dit enorme gebied, wat trouwens al op vele plaatsen bezig was, een elektriciteitscentrale bouwen. Het waardevol Donaugebied zou worden vernietigd. Alle laagliggende winterbeddingen en vrij stromende bochten en meanders met ooi en bebossing zouden worden afgesloten en voor goed verloren zijn.
Er kwam, juist voor men, met de bouw van de centrale ging starten een forse maar niet gewelddadig protestopstand. De milieuverenigingen bezetten de bossen.
Het leger en de politie hebben een einde gesteld aan de bezetting. Toch heeft de politiek een wachtpauze ingelast en een nieuw onderzoek laten uitvoeren. Uiteindelijk werd in 1989 definitief afgezien van de bouw van de centrale. Nadien is het gebied als Nationaal Park door de Oostenrijk regering erkend.
We rijden onder een stralende zon op de Marchfelddamm door een ongelofelijk prachtig landschap, de afwisseling van waterpoelen met bos is een onvergetelijke belevenis. We houden vele kijkpauzes en bewonderen alle soorten watervogels, bomen en planten ja zelfs orchideeën.
Bij Orth houden we, bij een van de zeldzame gebouwtjes op de dijk, een drankpauze. Gelukkig hebben we onze drinkbussen goed gevuld deze morgen.
In de verte zien we een fietser naderen.
Het is een pezige Nederlander, zo denken we. En inderdaad zo is het! Hij heeft nood aan een babbelmoment. Hij is al weken geleden vertrokken uit Holland en is op weg naar de Zwarte zee, hij volgt hoofdzakelijk de rivieren. Wanneer hij daar zal toekomen interesseert hem helemaal niet. Wat die man allemaal meesleurt op zijn fiets zeg! We schatten zo’n 25kg …..hoe krijgt hij het voor elkaar!
Bij Schonau vinden we naast de dijk een terras, gelukkig, eindelijk kunnen we een aperitiefpauze houden op een deftig uur. We blijven niet te lang treuzelen. We zijn ondertussen al 30km ver en het is nog maar 11h30, we willen vroeg in Wien toekomen. Bij het Donau Oderkanaal is het even door een industriezone met olieopslag fietsen. Gelukkig komen we een eindje verder weer op een groene dijk.
Vóór we over de Steinspornbrücke naar het Donaueiland fietsen komen we een restaurant tegen met een terras. Zonder veel nadenken stoppen we en willen iets kleins en kort eten. Het is prachtig op het grote terras in het zonnetje, met zicht op de Donau. Hier is er snelle bediening zowel drank als eten komen vlug en er is bijna geen tijdverlies, toch heeft het bier ons meer gesmaakt dan het gerecht met noedels.
We rijden heuvelend op het Donaueiland, nu eens op de hoge dijk iets verder beneden tegen de oever. Een prachtig stuk groen voor wandelaars, fietsers en ja het is even schrikken ook voor naturisten.
Hier en daar zijn er goed bevolkte naaktweiden. We moeten zelfs enkele keren een naakt wandelende medemens ontwijken op het nochtans brede fietspad. We blijven op het Donauinsel en zien in de verte de Reichsbrücke waar we over moeten om Wenen binnen te rijden. Het is kronkelen om op het fietspad van de machtige brug te geraken. We rijden precies op een balkon hangend aan de brug.
We volgen de gps rechtdoor de stad binnen op afzonderlijke fietsstroken. Voorbij het Bahnhof-Wien-Nord. Daarna over het Donaukanal voorbij het Stadtpark op de Burgring. Het fietspad loopt tussen een dubbele bomenrij, hier hebben we geen hinder van het andere verkeer. Wat een luxe zeg, dat is tenminste een fietsstad.
Zelfs bij oversteekplaatsen krijgen we voorrang! Laat het stadsbestuur van Brugge hier maar eens een voorbeeld aan nemen. We zijn er wild enthousiast van aan ’t worden. We vinden Wenen een echte voorbeeldstad, voor veilig fietsverkeer!
We fietsen tussen gebouwen met naam en faam, rijkdom, pracht en praal is er genoeg. Wat een grandeur zowel links als rechts zijn het allemaal musea. We verlaten de ring en zijn enkele minuten later aan ons verblijfsadres.
We moeten enkele instructies volgen die mij per mail toegestuurd zijn om aan de sleutel van het appartement te geraken. Na wat zoekwerk lukt het ons en kunnen we het ruime appartement betrekken. Het is een duplex appartement met beneden een zit- en eetplaats met keuken en badkamer. Boven zijn er twee ruime slaapkamers.
Wat een luxe….de eigenaars zullen we niet zien, we moeten het overeengekomen bedrag in een kluis achterlaten.
We zijn nog nooit zo vlug klaar geweest, mijn maatjes staan te popelen om Wenen te bezoeken……Het wordt een verkenningsronde. De appartementsbaas heeft enkele nuttige tips doorgespeeld. We stappen naar de Burggasse Stadthalle, daar is een metrostation. We wandelen door winkelstraten en over een drukke viervakbaan met zeer veel tramverkeer.
Na een terrasbezoek in een park, krijgen we honger. We wandelen terug richting centrum, de vermoeidheid slaat toe. We belanden in een volkscafé-restaurant. Het wordt een gezellige eet en drinkavond. We moeten heel dikwijls ons pover Duits boven halen. Gelukkig heb ik mijn fiets gps meegenomen na een 1/2 uurtje stappen belanden we in ons appartement.
We nemen ons voor morgen vroeg op te staan en er een toeristische dag in Wenen van te maken. We zijn alle drie doodmoe van onze wandelpartij en vallen onmiddellijk in slaap. Bijkomende geluiden heb ik niet gehoord….moe zijn zeker!