2017 Voorjaars Fietstocht verslag
Noord Brabant & Zeeland
de Bende van Bob
Hugo, Antoine, Robrecht & Bob
Als we denken aan zand dan denken we aan strand en duinen, lekker zonnen aan zee. Maar er is ook een enorme laag zand dat het binnenland van Nederland bedekt. Dit zand werd door de wind afgezet 20.000 Jaar geleden. Tijdens onze fietstocht door Nederlands Brabant hebben we dat zeer duidelijk vastgesteld.
Deze gronden zijn bijvoorbeeld zeer geschikt voor het telen van asperges. In die streek noemen ze de asperges het witte goud. In Waalwijk hebben we asperges geproefd met een doorsnede van 20 mm-28 mm, de beste kwaliteit dus. Op deze gronden zie je ook duinen en vennen, ondiepe waterplassen van enkele hectaren groot. De fauna en flora zijn er divers met heide, gemengde bossen en een grote variatie aan vogelsoorten door Hugo herkent zoals buizerd, sperwer, blauwe reiger, aalscholver, eenden, vinken, enz… - terwijl Antoon ze probeerde na te fluiten-. Duif en koekoek klonken het best.
Op dinsdag 25 april zijn we in Hasselt aan het station op onze fiets gesprongen om deze regio te gaan verkennen. Bob, Hugo en Robrecht kwamen met fietsen en bagage per trein vanuit Brugge om 12u30 aan in Hasselt en daar stond Antoon in volle glorie te wachten aan de uitgang van het station. Bob had de gps ingesteld op Valkenswaard in Nederland en op zijn planning stond te lezen dat we een aantal kanalen zouden kruisen zoals daar zijn het Albertkanaal, Maas-Scheldekanaal, Beatrixkanaal, Wilhelminakanaal. Maar we konden zijn gedachten niet lezen. Al na 15 km besliste hij om in Zonhoven een kompelbier te drinken. Kompels zijn arbeiders die uit de diepe ondergrond van Limburg steenkool bovenhaalden, het zwarte goud van de streek. De timing om te stoppen was perfect, want plots hadden de wolken een aprilse gril met regen, hagel en sneeuw. Het ergste hadden we doorgemaakt. Voor de rest van de week won de koude noordwester van de bollende wolken en de zonnewarmte. Op de grens met Nederland sprongen we van de fiets aan de Benedictus Abdij met de brouwerij De Kluis om er een Acheltrappist te proeven, één van 8,5% en één van 9,5%, met zicht op de brouwketels. We trokken de aandacht van twee mannen die droomden van dergelijke fietstochten zoals de onze. Bob, heel alert zoals gewoonlijk, presenteerde meteen zijn coördinaten zodat ze zijn blog konden lezen op de computer.
Naar Valkenswaard was het niet meer zo ver. Vlak over de grens ontwikkelde zich daar de valkerij, het jagen met valken, een geliefd tijdverdrijf. Wij vermoeden dat Hugo daar een slechtvalk heeft gespot. Bob heeft onze overnachtingen tot in de puntjes voorbereid bij vrienden op de fiets en we hadden daardoor ontmoetingen met vier interessante dames. In Valkenswaard was onze gastvrouw een echte wereldburger. Zij had gewoond in Singapore en in Australië. Van daar geloofde zij niet in het paradigma van de “specifieke identiteit” van de “Nederlander” van de “Vlaming” van de … . Meermaals per jaar vertoeft zij ten westen van Londen bij haar kleinkinderen en haar zoon die actief is in de bankwereld. Zo kwam de Brexit ter sprake en nog zoveel meer zoals ook de bijbelbelt in Nederland. Dat is een strook waar zeer streng gereformeerde gelovigen wonen. Ons eerste morgenmaal bevatte enkele typische ingrediënten zoals een worstenbroodje en cake met noga. We waren klaar voor onze tweede dag. Bij het verlaten van Valkenwaard na 15 km kwamen we terecht in het stroomgebied van de Dommel met zijn stroomversnellingen.
Een aantal watermolens langs de Dommel zijn nog bewaard. Zo’n watermolen die kleinschalig elektriciteit produceert was de eerste fotostop van de dag. Merkwaardig zijn ook de mooie boerderijen met hun daken half bedekt met riet en half bedekt met rode pannen. Volgens Hugo had dat iets met fiscaliteit te maken. Op de Dommel die bovendien door een aantal natuurgebieden voert, kan men kanovaren.
In Waalwijk verbleven wij bij een kunstenares die samen met haar man het bridgen beheerst. Wij houden van Nederland, omdat wij het herkennen als een open maatschappij. Met spijt in het hart bekenden onze hospita’s dat die openheid aan het verminderen is.
Nochtans zoals wij ’s anderendaags de Oranjegekte ervaarden, moeten we erkennen dat er daar nog altijd veel gemeenschapszin is. Op donderdag 27 april was er koningsdag. Alle dorpen waren boordevol oranje vlagjes, slingers, bloemen. Kinderen trokken verkleed en beschilderd met versierde fietsen in stoet door de straten. De fanfare speelde. Er waren rommelmarkten en braderieën. Podia stonden opgesteld. In Geertruidenberg genoten we met volle teugen van het evenement op de driehoekige markt.
De driehoekige vorm werd door Antoon geduid als Keltisch van oorsprong. Een kinderstoet trok voorbij de typische Hollandse herenhuizen met hun renaissance trapgevels en opvallend grote ramen. We waren zo geboeid dat we geen oog hadden voor de steenkool gestookte elektriciteitscentrale een beetje verderop. Een groot stuk van de dag fietsten we langs de Waal, de voornaamste zijarm van de Rijn. Op de hoge dijken blies de koude noordwesten wind volop tegen ons in. Zwart gevlekte schapen begrazen de dijken en kruisten ons pad. De Waal is een monument van een stroom met midden in de rivier verschillende evenwijdige platen. Door de groene vegetatie op de platen krijgt de stroom een gigantische allure. Snelle schepen varen met grondstoffen naar het Ruhrgebied in Duitsland en keren terug met afgewerkte producten naar Europoort in Rotterdam. Het gebied is een wonder van waterbeheersing waar de mens voortdurend triomfeert. Een aantal namen zijn een begrip met verschillende betekenissen zoals Moerdijk, Hollands diep. Moerdijk is een gemeente met verscheidene dorpskernen zoals Klundert, Zevenbergen, Willemstad met de vestingwerken. Moer betekent moeras en met dijken heeft men de moerassen droog gelegd. Hier en daar fietsten we langs jachthaventjes. De gebouwen in de dorpskernen en de foto’s in het museum waar we spek en ei aten, zijn stille getuigen van mensen die konden doorzetten gehard door elementen van de natuur. De gps bracht ons langs een veldweg naar een godvergeten gat met 4 kerken, een paar honderd huizen, één alcoholvrij eethuisje, één dartscafé waar we La Chouffe konden drinken à la volonté.
Dit dorp met de rare naam Ooltgensplaat is omspoeld met water, want het is een plaat met als legende dat de eerste bewoner de schipper Ooltgens is. De charmante gastvrouw beweerde dat er in dit kleine gehucht vroeger nog meer kerken waren. Dit is blijkbaar een Nederlands fenomeen dat beter zou opgelost worden. In de koning van Katoren vertelt Jan Terlouw hoe de vele kerken één kerk vormen. Voor de volgende dag staat Burgh-Haamstede op Bob’s voorbereiding. In de voormiddag fietsten we door een landschap die geleek op een tafel gedekt met tulpen. De velden oogden als tafellakens met blauw, soms geel of, paars, in het groen of in rood. Het Grevelingenmeer verderop, een natuur- en recreatiegebied was een fotostop waard. Het is het grootste zoutwatermeer van West-Europa. Het is een voormalige zeearm van de Noordzee. In het kader van de deltawerken werd die dam afgesloten.
Het zoutgehalte wordt op peil gehouden via de Brouwerssluis. Het zou onze laatste avond worden in Nederland en wel in een heel mooi stadje. De hoofdstraat van Burgh-Haamstede verwelkomde ons met twee rijen wilde kastanjes in volle bloei met witte bloesems. Ze leken als reusachtige bloementuilen. We ontdekten ook een omwald kasteeltje van waaruit destijds de scheepvaart over de Oosterschelde werd bewaakt. ’s Avonds konden we hartelijk lachen met een aantal misverstanden. Antoine houdt van schoenzoolbiefstuk (well done) en Hugo houdt van saignant (no done). Beide biefstukken bleken van een taaie, oude koe te zijn, van nature al schoenzool. De ijscrèmesalon was ook een tegenvaller. De ijsscheppers in Nederland hebben blijkbaar andere maten dan de Vlaamse. Raad eens waar ze de kleinste gebruiken! Onze gastvrouw, een yogalerares, had ’s morgens vooraleer we huiswaar trokken een verrassing.
Ze had de sleutel van het gebouw met de tentoonstelling: “balanceren tussen zoet en zout”. Burg-Haamstede ligt precies op de grens tussen zoet en zout en dat heeft invloed op het leven aldaar. Met de tentoonstelling tonen ze hoe zoet en zout in klei en zand worden waargenomen. De landerijen hebben zoet nodig en het leven in de Schelde heeft zout nodig. http://www.bewaerschole.com/
De laatste belevenis is het overfietsen van de afsluitdijk van de deltawerken die de provincies van Zeeland beschermen tegen het hoog water van de zee. U moet weten dat deze werken als een van de zeven moderne wereldwonderen zijn verklaard. Bob heeft in zijn opleiding als bouwkundige een scriptie moeten maken over deze werken. Tijdens het wachten op de veer in Vlissingen kregen we van Bob interessante technische uitleg.
In de Drie Koningen in Groede aten we voor de laatste keer tesamen op Nederlandse bodem. In Sluis namen we afscheid van Hugo. Aan de Damse Poort in Brugge trok Bob naar Roos en Robrecht loodste Antoine langs de toeristische vesten van Brugge tot aan het station. Als slot van dit cursiefje willen we benadrukken dat we iedere dag aan Pol hebben gedacht. Met dit schrijven wensen we voor hem een voorspoedige revalidatie zodat hij in de kortste tijdspanne weer op de fiets kan.
Verslag door Robrecht voor de Bende van Bob
02-05-2017 om 16:02
geschreven door Via de la Plata
|