Lange afstand fietser Klik op de foto om de pps of verslag te bekijken.
04-06-2020
11 Dag 10 Melk – Grein 20-05-2013
11 Dag 10 Melk – Grein 20-05-2013
De maatjes Hugo en Antoine heb ik niet gehoord, mijn oordopjes hebben goed gewerkt. Nadat we de kader van de norse Kaiser Franz Joseph opnieuw op zijn plaats hebben gehangen is het ontbijttijd. Er heerst vrolijkheid in de eetzaal. De dartele Regina doet ons onmiddellijk plaats nemen. We kunnen genieten van een uitgebreid ontbijtbuffet. ’t Gebeurt niet dikwijls dat er zo vroeg zoveel optimisme troef is. Onze gastvrouw zorgt dat de hotelgasten met plezier hun dag starten……
De hoteluitbaters en enkele gasten wuiven ons uit. We weten gelukkig langs waar we Melk moeten verlaten om de rioleringswerken te vermijden. We moeten over een zijrivier, langs een grote parking om bij de Donau te geraken. We worden aangemoedigd door een groep wandelende leeftijdsgenoten die juist ontscheept zijn. De grote plezierboot ligt aan de stijger” Melk Hafen” waar we bij de Radweg komen.
Na de kronkel bij Kraftwerk Melk Welterbesteig is het zalig fietsen tussen het overvloedige oevergroen. We vorderen goed, ’t is boffen met het lenteweertje. Zon, bijna geen wind een echt fietsweertje. We vorderen prima en genieten van de schilderachtige uitzichten op de andere oever.
Na Pochlarn, komen we in Krummnusbaum en zien op de andere oever het dorp Marbach. Op de achtergrond hoog op een bergrug ligt het bedevaartsoord en basiliek “Maria Taferl”. Het is een pelgrimsoord te zijn, toch is het ons niet bekend. Na het drukke veer van Krummnusburg rijden we noodgedwongen weg van de Donau. Langs een spoorweg komen we in Wallenbach.
We moeten door Diedersdorf en Sausenstein om een enorme bocht te maken en na Sarling in Ybbs te arriveren. Ybbs is een historisch stadje waar een rivier in de Donau vloeit. Het zal wel een belangrijk handelscentrum aan de Donau geweest zijn. We blijven tussen de stroom en de oude stadsmuren rijden, hier en daar staan hoogwaterstanden genoteerd. Iets verder rijden we voorbij de stuwsluizen van Persenbeug met er juist naast een machtig kasteel.
Tussen Donaudorf en Willersbach rijden we door oevercampings. Stilaan is er meer tegenliggend fietsverkeer. Toch heeft het ons al erg verwonderd dat wij niet meer fietsers gezien hebben. Het is nochtans Pinkstermaandag….zou dit hier een vrije dag zijn ??? Bij een van de campingterrassen houden we aperitiefpauze.
We besluiten nog iets verder te rijden eer we middagpauze houden. Toch voelen we ons wat loom en in Freyenstein, we hebben dan al 40km op ons tellertje, stoppen we bij “Gasthof Ziseritsch” om te lunchen. Het is genieten in de zon op een groot terras van enkele Weizen bieren en een koude schotel. Ook hier vinden we het abnormaal kalm.
Zalig op die Radweg vlak tegen de waterkant. We zien op de andere oever St- Nikola en Struden. Na Hossgang komen we aan de overzet naar Grein. Het is rijtje schuiven het klein bootje maakt en grote omweg om uiteindelijk in het dorp aan te meren.
Ondertussen kunnen we het “Schloss Greinburg” bewonderen. Wanneer we aankomen is er eindelijk wat ambiance op de oever. Er is een concert door de dorpsfanfare. Grote belangstelling op alle terrassen. Het is nog maar 15h30, te vroeg om onze overnachtingsplaats op te zoeken. We besluiten het eerste het beste terrasje uit te testen en ons zweet te laten opdrogen.
Toch steekt het hoempapa muziek vlug tegen en volgen we onze gps tot bij ons Gästehaus voor vandaag. Het is ietsjes zoeken en klimmen om terplaatse te geraken.
Marianne Lumesberger, onze gastvrouw voor vandaag, ontvangt ons met veel enthousiasme. We kunnen onze fietsen in de garage stallen, en krijgen onmiddellijk twee zeer ruime kamers met een living en zitkamer op de 1° verdieping ter beschikking. Luxe is troef.
We nemen onze tijd om een wasje te doen en op het terras een drankje te nemen. Toch willen we al spoedig een bezoekje brengen aan het stadje. We wandelen bergaf naar het centrum. Een hele verassing, de stadskern is goed bewaard gebleven. Rond het sierlijke stadsplein staan er voorname patriciërswoningen.
Het is aangenaam wandelen met op de achtergrond aangepaste fanfaremuziek. Uiteindelijk krijgen we honger en dorst. We zijn van plan er eens goed van te genieten. Hotel Goldenes Kreuz” bied een asperges souper aan. Voor zoiets zijn we altijd te vinden. Inderdaad het is prima met voorgerecht, hoofdgerecht en dit alles overgoten met een heerlijk wijntje…..
We blijven nog wat, na het dessert met koffie, van de ambiance genieten. Het is donker wanneer we het prachtige hotel-restaurant verlaten. Op de Donauoever drinken we nog een slaapmutsje en slenteren naar ons verblijf.
Gelukkig slaap ik in de afzonderlijke kamer……Best! Oordopjes zullen voor mij niet nodig zijn!
Afstand: 54km
Prachtig fietsweer Zonnig en rustig weinig wind 21°C
Verblijf: “Gästehaus Marianne Lumesberger” Groissgraben 13 Grein
Iets later dan normaal komen we in actie. Het is abnormaal, wat blijven mijn maatjes lang stil. Zou ons zwaar tafelen van gisterenavond hen parten spelen? Ik gebruik deze morgen als eerste de badkamer….Toch zijn we iets na 8h00 in de eetzaal. Er heerst een aangename drukte. Enkele families met kinderen bezetten een deel van de zaal. Ze gaan stappen, is duidelijk te zien aan hun uitrustingen. We blijven iets langer genieten van het uitgebreid ontbijtbuffet. We boffen met onze hotelkeuze, je wordt hier heel goed verzorgd door een attente hoteliersfamilie.
Om 9h00 staan we klaar om te vertrekken, afrekenen, een foto en daar gaan we dan. We moeten door de stadspoort langs het riviertje de Traisen naar de jachthaven en komen zo aan de Donau op de vertrouwde Radweg.
We blijven op de rechteroever richting Kerms. Op de andere oever zien we “Kraftwerk Theiss” een grote elektriciteitscentrale op stookolie en aardgas. Deze grondstoffen worden aangevoerd via de Donau. Na Hollenburg en Brunnkirchen komen we in Kerms Sud. Kerms an der Donau ligt op de andere oever.
We blijven flink doorfietsen op het uitstekend oeverfietspad tot we plots 1,5 km langs een beek landinwaarts gedreven worden.
Op bet brugje net voor we terugkeren naar de Donau, zien we in de verte het “Göttweig stift” een machtig Benedictijnenklooster op een heuvel. We twijfelen om er naartoe te fietsen, de afstand schatten we op ongeveer 3km met een flinke klim. Na een korte twijfelpauze doen we het niet en keren op de andere oever van de beek terug naar de Donau.
Het is zalig fietsweer zonnig bijna geen wind en +/-22°C. De groene oevers zijn een zaligheid. Ter hoogte van Dürnstein in Rossatzbach houden we een fotopauze. Wat een zicht hebben we hier op de andere oever….onvergetelijk. Het opvallend baroktorentje is alom bekend en wordt vermoedelijk duizenden keren gefotografeerd. Je ziet het op bijna elke gids verschijnen. Onze vriend Hugo mag en kan als fotograaf niet achterblijven toch!
Na Rührdorf en Sankt Lorenz belanden we aan het veer van Spitz. Wat een drukte, iedereen wil precies naar de andere oever. Wij hebben dorst en honger het is 12h30 hoog tijd om een eet- drank- en rustpauze te nemen. Het duurt even, maar de mensen zijn heel gedisciplineerd bij het in- en ontschepen.
Recht tegenover het veer is er een pizzeria met een druk bezet terras. We bemachtigen een plaatsje met uitzicht op de stroom. We genieten in ’t zonnetje van de gezellige drukte bij het veer. Maar….. nog meer van enkele Weizen bieren en een veel te grote pizza.
Nu blijven we op de linkeroever en moeten door enkele gehuchten tussen prachtige gebouwen. Iets verder komen we voorbij een ruïne “Burg Hinterhaus” gelegen op een rotswand. We slenteren verder tussen wijnvelden. Zouden ze hier Rieslingdruivensoort aangeplant hebben? Na de dorpjes Schwallenbach, Willendorf en Aggbach moeten we, om in Melk te geraken, de Donau over, na Schallemmerdorf. Het was zalig fietsen, ook als is het zondag, we komen slechts af en toe fietsers tegen….We zijn heel verwonderd en hadden het veel erger en drukker verwacht vandaag.
Wanneer we de stad naderen kunnen we er niet naast kijken. Het enorme barokke en wereldberoemd bouwwerk het klooster van Melk zien we opdoemen tussen de bomen hoog boven ons. Het Benedictijnerklooster zullen we straks bezoeken, maar eerst willen we naar ons hotel. We hebben dorst en willen ons verfrissen. Ons hotel ligt aan de voet van de rots waar het klooster op staat.
We moeten te voet naar boven, eerst over een stelling. Ze zijn enorme rioleringswerken aan het uitvoeren. Niet zo simpel met zwaar beladen en brede fietszakken. Het lukt ons en om 15h30 staan we bij “Gasthof Goldener Stern”.
Het terras zit afgeladen vol met een groep plezier makende gasten in lederhosen en typische klederdracht. De hoteluitbaters hebben het zo druk. Ze doen ons ook plaatsnemen op ’t terras en brengen ons, zonder dat we het ook maar bestellen, elk een halve liter bier. “Jullie hebben heel zeker grote dorst” lacht de vrolijke Regina ons toe…..Allé ’t zal wel zoiets geweest zijn maar dan in haar Duits taaltje!
Iets later neemt de drukte op het terras af. We worden door Frau Regina naar onze kamer begeleid. Een prachtige antiek aandoende kamer met een hemelbed en een afzonderlijk bed. We worden echter beloerd door een nors kijkende, zwaar besnorde “Kaizer Franz Jozef”. We vinden het een afschuwelijke afbeelding…..en draaien de verschrikkelijk lelijke kader om.
Na onze verfrissingsbeurt haasten we ons om op stap te gaan. We moeten heel wat trappen op om bij het wereldberoemde klooster te geraken. We staan perplex, het is werkelijk het mooiste barokgebouw dat we ooit gezien hebben. Wat een pracht, wat een praal. Echt waanzinnig en overdadig….en dit voor kloosterlingen. Wanneer we de kloosterkerk binnenstappen staan we in bewondering voor het indrukwekkend hoogaltaar en de enorme koepel.
Was het Benedictus die een van de regels of gelofte van armoede liet toepassen ??? Amaai…. hier zijn ze er duidelijk in geslaagd dit te negeren…..Ach waar zijn de religieuzen dat niet vergeten? We wandelen naar de bibliotheek met duizenden waardevolle boeken. We geraken er niet binnen, het is sluitingstijd. Er is een fraaie tuin waar we na dit lange bezoek moeten bekomen van al die praal en pracht, we worden er duizelig van.
Na onze rustpauze, op religieuze bodem, keren we terug naar de realiteit en wandelen door de straatjes met souvenirwinkels. Er is geen gebrek aan terrasjes en daar kunnen we toch niet voorbij. Het centrum van Melk is niet zo groot en wat het nog kleiner maakt zijn de wegenis- en rioleringswerken. We zijn vlug rond.
Wanneer we terugkeren naar ons hotel wordt het tijd voor ons souper. Het is frisser geworden, we moeten in het eetsalon plaats nemen. De eetzaal lijkt wel een bruine café met overdreven zware donkerbruine balken en muur lambrisering. Alles zowel tafels als stoelen zijn loodzwaar en het voelt aan zoals in een eeuwenoude herberg. De dartele gastvrouw komt ons enkele menu’s voorstellen…..we begrijpen er niets van.
Uiteindelijk maken we haar duidelijk dat wij de plaatselijke specialiteiten willen proeven. Ze heeft er plezier in en zal voor het nodige zorgen. En we moeten toegeven we hebben niet lang moeten wachten. Goed voorzien van eten en drinken besluiten we na een zoet dessertje en enkele witte wijntjes onze bedjes op te zoeken.
Met drie op één kamer……ai, ai dat zal oordopjes worden!
Slaapwel maatjes.
Afstand: 60km
Prachtig fietsweer Zonnig en rustig weinig wind 22°C
Na twee nachten op de zelfde plaats, is het wat rommelig in ons appartement. Dat geeft ons elke keer extra zoekwerk. De fietstassen moeten deftig gevuld worden. Antoine heeft de taak nog eens overal controle te houden, hebben we niets laten liggen? De bende is blij dat we vandaag opnieuw kunnen fietsen. Eén dagje stadsmens spelen, is voor ons meer dan genoeg. Het is 8h00 wanneer we onze sleutel van het verblijf in het kluisje gooien. Ontbijten doen we, net als gisteren, op dezelfde plaats. We zullen eens vanalles proeven. Toch zijn er zaken welke we niet lusten en moeten laten liggen. Een typisch Noord-Afrikaans ontbijt, neen dat is niets voor ons. Maar honger zullen we de eerste uren zeker niet hebben.
Zoals in alle steden is het hier ook druk en zijn er files. We hebben er, als niet gemotoriseerden gelukkig, geen last van. Er is wel heel wat meer fietsverkeer dan eergisteren, maar het lukt ons wonderwel om zonder enige moeite Wenen uit te geraken. Wat een luxe die vrij liggende fietspaden en oversteekplaatsen. We herkennen vele gebouwen en parken waar we gisteren voorbij gekomen zijn op de Ringstrasse. Bij de “Uniqa Tower” rijden we over het Donaukanaal. Na de grote rotonde aan de Praterstern komen we aan de Reichsbrücke. We blijven op het eiland “Donauinsel” om de Radweg te volgen.
Het is warmer en zonniger, dit hadden we niet gedacht bij onze start. We zijn heel blij dat we kunnen fietsen en voelen ons vrij en verlost van de stad. Hugo en Antoine willen zich er lichter op zetten. We zijn pas vertrokken en hebben al behoefte aan een drankpauze. Onze bidons zijn goed gevuld, het beloofd een dorstige dag te worden…..of is het nadorst van gisterenavond misschien?
In Langerdorf rijden we op de Radweg van de linkeroever…….Zalig in het zonnetje richting Korneuburg. Er is een veer, waar we even halt houden en de schaarse passagiers van een voorbijvarende plezierboot begroeten! Het is bijna windstil en op die prachtige fietspaden vorderen we erg snel. We worden niet gehinderd, niettegenstaande het toch weekend is. Af en toe een ploegje wielertoeristen maar ze zijn heel gedisciplineerd.
Aan kilometer 30 rijden we over Kraftwerk Greifenstein naar Altenberg en volgen nu de radweg op de rechteroever. Dit machtige kunstwerk is niet alleen een stuwsluis maar tevens een elektriciteitscentrale. Mijn maatjes willen verder…..ik ben nog altijd, als bouwkundige, gefascineerd door zo’n machtige bouwprojecten. ’t Zal wel nooit meer veranderen zeker….aard van ’t beestje.
Na het jachthaventje van Andrä Wörden, Muckendorf en Langenlebarn komen we in Tulln an der Donau.
We zijn al 46km ver en ’t is bijna middag. Hoog tijd voor onze aperitief. ’t Worden een paar Weizen bieren om onze grote dorst te lessen. We hebben een mooi plaatsje op een terras met zicht op de Donau. We beslissen om hier ook maar te middagmalen.
Tulln was al gekend in de oudheid. Er is bij de Donauoever een Romeinse vesting overgebleven. Het zou het oudste bouwwerk van Oostenrijk zijn. We kunnen niets anders dan dit maar te geloven.
Een tafereel met beeldengroepen en een fontein moet het verlovingsfeest afbeelden van Kriemhilde en Etzel. Een heldenepos uit de 13° eeuw. Ons onbekend! In de middeleeuwen was Tulln een wetenschappelijk centrum, later verschoof dit naar Wenen.
Voor we wegrijden doen we nog een rondje in het stadje. We kunnen volgens de aanwijzingen niet langs de Donau blijven. Een waterloop doet ons dieper het land inwaarts rijden. We komen opnieuw bij Langenschönbichl aan de Donau. In Zwentendorf rijden we tussen een ontworpen kerncentrale en de stroom. Maar deze centrale is nooit in bedrijf gesteld na protesten. Het is nu een museum. Iets verder is er wel een conventionele centrale.
Opnieuw moeten we een bocht maken bij de Traisenmonding. Dit riviertje komt in de Donau juist voor het Kraftwerk Altenwörth. Een machtige stuwsluis met elektriciteitscentrale. Dit kunstwerk zien we beter wanneer we opnieuw boven op de dijk komen.
Het tellertje wijst 75km net wanneer we een plaatje opmerken die ons doet afbuigen naar Traismauer. Dicht bij de kleine jachthaven is er een uitnodigend terras, waar we niet voorbij kunnen. Grote dorst doet ons afstappen ’t mag wel bij zo’n prachtig fietsweer. We hadden meer drukte verwacht op het terras.
We bestellen Edelweiss bier en laten ons zweet wat opdrogen. Volgens onze planning is het nog 3km en we zijn ter bestemming voor vandaag.
Om 16h00 rijden we door een poort en zijn we bij het “Gasthof zum Schwan” in Traismauer. Wanneer we binnenstappen, valt het ons onmiddellijk op, hier heerst een traditie van gastvrijheid. Het hotel heeft een charmante rijkelijke indruk.
We kunnen onze fietsen in een ruime fietsenberging stallen. Het is overduidelijk dat fietstoerisme hier geen geheimen kent. De patroon begeleidt ons naar een suitekamer aan de achterzijde van het heel ruime gebouw. Grote chick vinden we, zoiets hebben we op onze Donautocht nog niet gehad. De kamersuite bestaat uit twee ruime kamers een zitplaats en een grote badkamer.
Na onze was-en plasbeurt willen we van een wijntje genieten in de tuin. Raar maar waar het valt ons op hoe wij als eenvoudige trekkers, ons aanpassen aan de omstandigheden. De patroon komt ons wijn serveren op het tuinterras, het lijkt wel de hemel op aarde! Wat een luxe! Ach, ja we zijn een week onderweg en we mogen ons wel eens laten gaan niet?
We willen het stadje of is het een dorp inwandelen. Volgens de hoteluitbater is er niet veel speciaals te zien. Toch vertel hij ons dat Traisen een wijngebied is, gelegen op licht glooiende hellingen…..Er zou zelfs een fietsroute doorlopen. We menen dat we genoeg gefietst hebben en willen wandelen. Ver geraken we niet, een terras op het dorpsplein trekt ons aan. We kunnen er niet aan weerstaan en genieten in het zonnetje van een fris wit streekwijntje.
Wanneer we een beetje loom terug wandelen naar het gasthof en denken daar te kunnen eten, worden we teleurgesteld. Frau Gerda maakt ons duidelijk dat het personeel een vrij weekend neemt. Ze verwijst ons door naar een collega hotelier-restauranthouder. We moeten door een historische poort en een straat verder vinden we “Nibelungenhof”. Er is al heel wat ambiance op het buitenterras in de tuin.
We krijgen een tafeltje en genieten van een prachtig gevarieerd souper, rijkelijk vergezeld van plaatselijke wijn. Het is laat en donker wanneer we in onze kamers geraken….Oei, dat zal morgen pijn doen!
Op onze vele tochten nemen we slechts af en toe een vrije dag. En….Wenen die stad verdient zelfs veel meer dan één bezoekdag. Neen, we houden het bij één dag, we zijn geen musea bollebozen, fietsen en genieten is onze hoofdleuze! Wanneer we zo’n prachtige stad bezoeken willen we zoveel als mogelijk de bekendste zaken zien en of meemaken. Benieuwd, zal Wenen ons evenveel kunnen bekoren als Budapest?
Genoeg gedroomd, Hugo is al klaar en Antoine is badkamergebruiker wanneer ik plots besef dat het mijn beurt is. Het is 8h00 wanneer we ons appartement verlaten om te ontbijten. Gisteren hebben we dicht bij het metrostation Stadthalle Burggasse een ontbijtcafé opgemerkt, 6,50€ per ontbijtbuffet à volonté. We stappen er binnen en onmiddellijk valt het ons op, we zijn in een soort Noord-Afrikaans eethuis beland.
We moeten tussen de ons onbekende gerechten zoeken naar iets wat met onze gewoonten overeenkomt. Het lukt, we zullen de eerste uren zeker geen honger hebben, na wat we allemaal proefden. We blijven nog een tijdje overleggen wat we vandaag willen doen. Ons besluit staat vlug vast, eerst willen we een bustour maken en daarna een flinke wandeling. Allé we zien wel, we zullen ons niet vervelen toch!
We nemen bij de metro een 24h kaartje à 7€ pp. Het is een plezier om met de metro naar het stadscentrum te sporen. De metro is heel luxueus en de station zijn net en hebben een mooie architectuur. In West Bannhof moeten we van lijn U6 overstappen op U3, enkele minuten later stappen we uit aan de Stefhansplatz.
We wandelen naar de Dom er is al heel wat volk en we worden regelmatig tegengehouden door mensen in Operakostuum.
Ze prijzen ons hun muzikale optredens aan voor deze avond. De Stephansdom is een gotisch gebouw met heel wat kunstschatten, jammer, ze zijn echter enkel te zien tijdens georganiseerde rondleidingen. De toren is wel 130m hoog. De dom is in 1945 door de SS compleet verwoest en heropgebouwd in 1952.
Aan de zijkant van de kathedraal staan er heel wat twee-paardenkoetsen, ze heten “fiakers”. De meeste koetsiers zijn stijlvol gekleed. Een ritje met deze koetsen moet wel een hele ervaring zijn….Toch verkiezen we de “Vienna City Tour” per bus.
We wandelen naar de “Staatsoper” en nemen een dagkaart. Hiermee kunnen we drie ritten doen en hebben tijd om op en af te stappen waar we het wensen.
We starten met de rode, of kleinste tour. Van de Staatsopera rijden we naar de Heldenplatz. Deze plaats wordt begrensd door een triomfpoort die de slag om Leipzig herdenkt, de slag waarbij de Pruisen, Russen en Oostenrijkers Napoleon versloegen. Daarna rijden we naar het Burgtheater, waar alle belangrijke Europese theaterverenigingen optreden. Ertegenover zien we het fameuze Rathaus.
Het monumentale gebouw is de zetel van de Weense stadsraad. Met de 100m hoge toren is het precies een kerkgebouw met klokkentoren. Naast en achter het gebouw is er een park met heel wat standbeelden. We blijven op de Ringstrasse tot bij de Universiteit, Schwedenplatz naar de Stephansdom en door het straatje van het Ankeruhr rond het stadspark terug naar de Staatsoper.
Net wanneer we afstappen kunnen we de gele bus nemen naar het “Schloss Schönbrunn” . Dit prachtige zomerpaleis van de keizerlijke familie ligt zo’n 5 à 6km buiten van het centrum. Amaai, wat hebben die Habsburgse monarchen hier neergepoot zeg! Na de heerschappij van de Habsburgers in 1918, is het paleis staatseigendom geworden.
Het uitgestrekte park achter het paleis was ooit een jachtterrein. We zien bloemenperken met fonteinen. De Neptunusfontein is de meest bekende. Er is ook een zuilengang boven op de heuveltop. Verder zien we een machtige stalen serre met exotische planten, het Palmenhaus.
Wanneer we van hier vertrekken is het opnieuw ruim 6km rijden naar het “Heeresgeschichtliches Museum” . Dit is het militair museum met de geschiedenis van het Oostenrijkse leger. Een gebouw dat er eerder uitziet als een fort.
Het is gebouwd midden 19°eeuw onder het bewind van de roemrijke keizer Frans Jozef. Het museum bezit belangrijke getuigenissen en oorlogstuigen tot en met de 2° wereldoorlog. Zoals Oostenrijkse, Russische, Duitse en Franse tanks.
Iets verder ligt het prachtige paleizen complex “Schloss Belvedere”. Het zijn twee machtige tegenover elkaar staande paleizen in een ongelofelijk groot park. De bouwstijl doet wat Frans aan, het is ook gebouwd door de prins van Savoye. Het was ook de residentie van Franz Ferdinand tot deze vermoord werd, wat zogezegd de aanleiding zou geweest zijn tot het uitbreken van de 1° wereldoorlog. De paleizentuin bevat heel wat waardevolle kunstwerken, versierde fonteinen, cascades en standbeelden.
Na deze lange rit belanden we opnieuw aan de Staatsopera. We zijn het bus- zitten wat beu en hebben honger maar vooral dorst gekregen. Ver moeten we niet lopen in Wenen zijn eet- en drankgelegenheden genoeg…..Bij een Italiaans restaurant stappen we binnen bestellen elk een verschillende pizza en koele witte wijn. De joviale patroon komt een praatje slaan bij elke tafel. De pizza’s waren uitstekend en we eindigen met een ijsje.
We slenteren door de steeds drukker wordende winkelstraten naar de opstapplaats voor onze laatste Vienna City tour. De blauwe- of Donauline is niet zo druk als de twee vorigen. We vertrekken op de Ringstrasse voorbij het Stadtpark en volgen het Donaukanaal met een stop bij het ”Kunst Haus Wien”. Dit kleurrijk sociaal appartementencomplex wordt ook “Hundertwasserhaus” genoemd. De ontwerper, was een op en top kunstenaar-architect, zoals een architect echt moet zijn toch!
Het gebouw is echt controversieel en zal met zijn kleuren en vormen wel heel wat tegenstanders gehad hebben. Het ziet er architectuur uit welke doet denken aan de natuur. Het vele groen, planten en klimoppen met afwisseling van rondingen zal wel veel kijklustigen aantrekken.
We rijden verder en komen aan het “Prater” een jaarrond kermis in een groot park. Het ligt tussen de Donau en het Donaukanaal. Algemeen gekend door het “Riezenrad”. Dit reuzenrad was decor in de film “The third man” van Orson Welles. Het pretpark heeft nog veel meer attracties zoals draaimolens, schietkramen en een circus. Maar er is ook een “Grüner Prater” een natuurpark met bos en vijvers waar men in kan wandelen en fietsen er is zelfs een miniatuur spoorweg en een voetbalstadion.
De bus zet zijn weg verder langs de Donau, we rijden over de stroom naar “Uno City” . Het is het Internationaal Centrum van de Verenigde Naties met congreszalen. ‘t Is een verzameling van moderne toren- gebouwen met veel glaspartijen waar een 5000 personen werkzaam zijn. We kruisen opnieuw de Donau en rijden over de Reichsbrücke de stad binnen. We zijn het alle drie eens. Het was een leerrijke onderneming met aangename Nederlandstalige uitleg. We zijn uitermate tevreden over deze bustochten.
Hoog tijd voor een drankpauze, op een van de vele terrassen drinken we enkele Edelweiss bieren. We willen nog een wandeling maken. Het “Stadtpark” lijkt met dit weer, het meest aangewezen. Heel wat bezoekers denken er ook zo over, het is een hele populaire openbare wandelplaats met standbeelden en fonteinen. Er is zelfs een smal riviertje met bruggetjes naar enkele paviljoentjes. Er is ook een nogal groot gebouw op de rand van het park, het “Kursalon” dat een concertzaal is
Er staan heel veel standbeelden van beroemdheden.
We blijven even staan en maken enkele foto’s bij de meest bekende componist “Johann Strauss”. Er zijn ook nog beelden en borstbeelden van Mozart, Schubert en Brückner en de laatste operettekoning Robert Stolz.
Met de metro rijden we naar het “Parlement” een gebouw dat onze aandacht getrokken heeft op de busrit deze voormiddag. We zijn er voorbijgereden en hebben het maar half gezien, menen we. Het is een monumentaal klassiek bouwwerk, het ziet er echter wat Grieks uit. Hier is in 1918 de Oostenrijkse republiek uitgeroepen. Toch zijn er nog sculpturen van de fameuze keizer Frans Jozef.
Er zijn denken we, meer dan 100 beelden en beeldengroepen het houd niet op.
Na een deugddoende wandeling doen we nog enkele ritten met de metro. We stappen in en uit in verschillende stations, opvallend toch hoe gedisciplineerd iedereen zich hier gedraagt. De stations hebben wel niet de praal en pracht van de Weense gebouwen maar net en functioneel zijn ze wel. Zonder enig probleem arriveren we, het is dan al 19h00 op ons verblijf.
Na een was en plasbeurt slenteren we met ietsjes pijnlijke voeten naar een restaurant bij de Stadthalle. Het is er gezellig en iedereen is blijgezind. We dragen de bazin op, ons een echt Weens avondmaal te serveren. En wat denk je wel, we genieten van heel lekkere wijn met…hoe kan het ook anders, “Wienerschnitzel”. Als toetje brengt ze ons nog zoete patisserie. Toch moeten we, om deze nacht zeker geen dorst te leiden, alles nog doorspoelen met een grote Weizen bier. Neen ze geloven ons niet als we voor we vertrekken vertellen dat we morgen moeten fietsen!
Rustiger kan het niet zijn in een hotel, menen we! We zijn de enigen, in dit toch wel grote erg verouderd hotel. Hoe lang houdt de uitbater dit nog vol? Wanneer we in het café-restaurant binnenstappen, staat de patroon achter de toog….Heel fris ziet hij er echt niet uit! De poetsvrouw heeft ons opgemerkt en brengt een thermos koffie en enkele broodjes met wat confituur.
Ze begrijpt noch Duits, noch Engels wanneer we haar meer koffie en vers brood vragen….De uitbater komt met het gevraagde en maakt duidelijk dat zijn Slowaakse is. We hebben gegeten en dat is ook alles! Afrekenen en de biezen nemen, meer zit er hier niet in. We moeten ons financieel bevoorraden en drank anschaffen. Op het in de volle zon badend kerkplein vinden we alles…..
Wanneer we onder de bogen van de spoorweg viaduct door, op het fietspad komen moeten we onze jassen uitspelen. Wat een zicht op de blauwe Donau zeg!
We fietsen richting brug Bad Deutsch Altenburg. Over de lange brug zijn we in Stopfenreuth op de andere oever. Hier begint het Nationaalpark Donau-Auen. We komen op een brugje waar we in vele talen over de geschiedenis van dit park kunnen lezen. Er staan ook enkele foto’s bij, die onze aandacht opeisen. We zien er vooral foto’s met dreigende en bewapende soldaten. Zo lezen we dat er hier in 1984 een protestopstand was van de plaatselijke bevolking met steun van de milieuverenigingen.
Men wilde in dit enorme gebied, wat trouwens al op vele plaatsen bezig was, een elektriciteitscentrale bouwen. Het waardevol Donaugebied zou worden vernietigd. Alle laagliggende winterbeddingen en vrij stromende bochten en meanders met ooi en bebossing zouden worden afgesloten en voor goed verloren zijn.
Er kwam, juist voor men, met de bouw van de centrale ging starten een forse maar niet gewelddadig protestopstand. De milieuverenigingen bezetten de bossen.
Het leger en de politie hebben een einde gesteld aan de bezetting. Toch heeft de politiek een wachtpauze ingelast en een nieuw onderzoek laten uitvoeren. Uiteindelijk werd in 1989 definitief afgezien van de bouw van de centrale. Nadien is het gebied als Nationaal Park door de Oostenrijk regering erkend.
We rijden onder een stralende zon op de Marchfelddamm door een ongelofelijk prachtig landschap, de afwisseling van waterpoelen met bos is een onvergetelijke belevenis. We houden vele kijkpauzes en bewonderen alle soorten watervogels, bomen en planten ja zelfs orchideeën.
Bij Orth houden we, bij een van de zeldzame gebouwtjes op de dijk, een drankpauze. Gelukkig hebben we onze drinkbussen goed gevuld deze morgen.
In de verte zien we een fietser naderen.
Het is een pezige Nederlander, zo denken we. En inderdaad zo is het! Hij heeft nood aan een babbelmoment. Hij is al weken geleden vertrokken uit Holland en is op weg naar de Zwarte zee, hij volgt hoofdzakelijk de rivieren. Wanneer hij daar zal toekomen interesseert hem helemaal niet. Wat die man allemaal meesleurt op zijn fiets zeg! We schatten zo’n 25kg …..hoe krijgt hij het voor elkaar!
Bij Schonau vinden we naast de dijk een terras, gelukkig, eindelijk kunnen we een aperitiefpauze houden op een deftig uur. We blijven niet te lang treuzelen. We zijn ondertussen al 30km ver en het is nog maar 11h30, we willen vroeg in Wien toekomen. Bij het Donau Oderkanaal is het even door een industriezone met olieopslag fietsen. Gelukkig komen we een eindje verder weer op een groene dijk.
Vóór we over de Steinspornbrücke naar het Donaueiland fietsen komen we een restaurant tegen met een terras. Zonder veel nadenken stoppen we en willen iets kleins en kort eten. Het is prachtig op het grote terras in het zonnetje, met zicht op de Donau. Hier is er snelle bediening zowel drank als eten komen vlug en er is bijna geen tijdverlies, toch heeft het bier ons meer gesmaakt dan het gerecht met noedels.
We rijden heuvelend op het Donaueiland, nu eens op de hoge dijk iets verder beneden tegen de oever. Een prachtig stuk groen voor wandelaars, fietsers en ja het is even schrikken ook voor naturisten.
Hier en daar zijn er goed bevolkte naaktweiden. We moeten zelfs enkele keren een naakt wandelende medemens ontwijken op het nochtans brede fietspad. We blijven op het Donauinsel en zien in de verte de Reichsbrücke waar we over moeten om Wenen binnen te rijden. Het is kronkelen om op het fietspad van de machtige brug te geraken. We rijden precies op een balkon hangend aan de brug.
We volgen de gps rechtdoor de stad binnen op afzonderlijke fietsstroken. Voorbij het Bahnhof-Wien-Nord. Daarna over het Donaukanal voorbij het Stadtpark op de Burgring. Het fietspad loopt tussen een dubbele bomenrij, hier hebben we geen hinder van het andere verkeer. Wat een luxe zeg, dat is tenminste een fietsstad.
Zelfs bij oversteekplaatsen krijgen we voorrang! Laat het stadsbestuur van Brugge hier maar eens een voorbeeld aan nemen. We zijn er wild enthousiast van aan ’t worden. We vinden Wenen een echte voorbeeldstad, voor veilig fietsverkeer!
We fietsen tussen gebouwen met naam en faam, rijkdom, pracht en praal is er genoeg. Wat een grandeur zowel links als rechts zijn het allemaal musea. We verlaten de ring en zijn enkele minuten later aan ons verblijfsadres.
We moeten enkele instructies volgen die mij per mail toegestuurd zijn om aan de sleutel van het appartement te geraken. Na wat zoekwerk lukt het ons en kunnen we het ruime appartement betrekken. Het is een duplex appartement met beneden een zit- en eetplaats met keuken en badkamer. Boven zijn er twee ruime slaapkamers.
Wat een luxe….de eigenaars zullen we niet zien, we moeten het overeengekomen bedrag in een kluis achterlaten.
We zijn nog nooit zo vlug klaar geweest, mijn maatjes staan te popelen om Wenen te bezoeken……Het wordt een verkenningsronde. De appartementsbaas heeft enkele nuttige tips doorgespeeld. We stappen naar de Burggasse Stadthalle, daar is een metrostation. We wandelen door winkelstraten en over een drukke viervakbaan met zeer veel tramverkeer.
Na een terrasbezoek in een park, krijgen we honger. We wandelen terug richting centrum, de vermoeidheid slaat toe. We belanden in een volkscafé-restaurant. Het wordt een gezellige eet en drinkavond. We moeten heel dikwijls ons pover Duits boven halen. Gelukkig heb ik mijn fiets gps meegenomen na een 1/2 uurtje stappen belanden we in ons appartement.
We nemen ons voor morgen vroeg op te staan en er een toeristische dag in Wenen van te maken. We zijn alle drie doodmoe van onze wandelpartij en vallen onmiddellijk in slaap. Bijkomende geluiden heb ik niet gehoord….moe zijn zeker!
06 Verslag dag 5 Donau fietstocht van 2013 Gyor - Hainburg
06 Dag 5 Győr – Hainburg 15-05-2013
Grote verwondering, mijn maatjes zijn zo stil, zouden ze nog slapen misschien?
Net wanneer ik wil opstaan, sluipt Hugo voorbij mijn bed naar de badkamer.
Na enkele minuten is het mijn beurt, Antoine, anders ook wel een vroege vogel, ligt nog in dromenland. ’t Zal vandaag wat langzamer verlopen vermoed ik. Inderdaad wanneer we in de eetzaal komen, is onze gastvrouw enkele tafeltjes aan het afruimen, we zijn de laatsten. Ze wijst ons waar we moeten plaats nemen…..We kijken op de tuin, die uitgeeft op de spoorweg waar we gisteren ons eindpunt bereikt hadden. Het is een ontbijtbuffet. We laten het ons smaken.
Gastvrouw Jónis wil weten waar wij vandaag naartoe fietsen. Wanneer we uitleggen dat we naar Oostenrijk gaan, lijkt ze teleurgesteld. Na enige tijd komt ze met enkele folders van het Balatonmeer. Daar hebben we een buitenverblijf, zegt ze. Waarom fietsen jullie niet naar daar? Ze vindt het niet normaal…..iedereen rijdt gewoonlijk in de andere richting. We krijgen het moeilijk uitgelegd in het Engels. Gelukkig komt haar dochter alles vertalen en ze lijkt gerustgesteld.
Na het afrekenen, is het fietsen beladen en afscheid nemen. We willen absoluut nog eens door de stad rijden. We vinden dat we te weinig tijd gehad hebben en fietsen voorbij het prachtige neobarokke stadhuis. Door de wandelstraat belanden we op de grote Széchenyl marktplaats, waar we gisterenavond soupeerden. De enorme markt is omringd door een Benedictijnenklooster en enkele mooie musea. In ’t midden staat er een kolom met Mariabeeld.
Na onze drankbevoorrading moeten we de mooie stad Győr verlaten richting Medvedov. Langs een 2-vakbaan met aan beide kanten een fietspad, is het zalig rijden. Het is al warm maar grijs, we vinden het ideaal fietsweer. Na enkele kilometers beleven we opnieuw iets heel eigenaardigs. De fietspaden stoppen plots, we moeten op de autobaan verder. Tot onze grote verwondering staat er net zoals gisteren een plaat waarbij duidelijk gemaakt wordt dat fietsers niet toegelaten zijn. Toch blijven we doorrijden, ik zie geen andere uitweg. Na 10km komen we voorbij een verlaten grenspost, aan de Donau. Over de brug zijn we in Slovakije, nu kunnen we de trekweg op de Donauoever volgen.
Wat een natuur, wat een verademing, het is precies of we zijn alleen op de wereld.
We rijden richting Sap op de “Dunajska Cyklisticka”. Het fietspad is mooi breed en van prima kwaliteit. Het is bijna windstil en we kunnen met de stroom links van ons een flink tempo aanhouden. We moeten over de Gabcikovo-dam met sluizen naar de andere oever. Deze dam vormt samen met de Cunovo dam, 30 km verderop, een waterkrachtcentrale. Door deze twee dammen heeft de Donau soms een breedte van 4km gekregen, het is precies een groot meer. De sluizen overwinnen 20m hoogteverschil. Het complex vormde een politiek dispuut tussen toen nog Tsjecho-Slowakije en Hongarije en kreeg door de VN een oplossing.
Het is middag, we krijgen honger en dorst. Juist vóór het veer “Vojka-Kyselica” rijden we de dijk af. We stoppen bij het café “Csente Csarda”. Wat een geluk, madam doet open en we mogen lekker in ’t zonnetje op het terras plaats nemen.
Ons biertje komt onmiddellijk, maar wanneer we ook een vispannetje bestellen zullen we wat geduld moeten oefenen, laat de bazin ons in ’t Duits weten. Ik maak haar duidelijk dat wij geen Duitsers zijn maar wel Vlamingen uit België. Jawel! België is een probleem precies, ik houd het dan maar bij Brussel en dat kennen ze hier duidelijk wel! We zijn ook bij de Eurozone, zegt ze terzijde! We bestellen nog een biertje en wachten geduldig. We zijn ondertussen al 46km ver. Na een wat lange rust- en eetpauze is het omhoog, terug op de Donaudijk waar we tussen de wachtende auto’s voor het veer, onze weg op het mooie fietspad verder zetten.
Voorbij het veergebouw rijden we 10km op een smalle landengte. Rechts van ons is de Donau enorm breed, links de gewone breedte. Iets verder rijden we op een strook amper breed genoeg voor een 2-vakbaan. We komen aan de stuwsluis “Dunabiana” bij Cunovo. We lezen dat dit enorm waterbouwkundig werk gebouwd is om Bratislava te beschermen tegen overstromingen. De elektrische centrale wekt, samen met deze van Gabcikovo, 8% op van de gehele productie van Slowakije.
Na Cunovo, Rusovce en Javorske Rameno zien we Bratislava liggen. Het is een wat troosteloze aanblik, het is de Oost-Europese bouwstijl met hoge woonblokken en schouwen van raffinaderijen. We doen de moeite niet om de Donau over te steken en blijven lekker doorfietsen. Onder enkele bruggen door rijden we in een park met enkele aanlegsteigers voor plezierboten. Op de bankjes nemen we een korte rustpauze, voor enkele fotootjes.
Wanneer we opnieuw vertrekken zien we dat we al 80km op ons tellertje hebben.
We rijden voorbij een heel groot kasteel op de linker oever. Het staat op een heuvel met zicht op zowel Hongarije als op Oostenrijk. Het slot van Pressburg zoals het ook wordt genoemd heeft een erg strategische ligging, het is nu het Slovaaks Nationaal Museum.
We rijden onder een autostrade door en komen eindelijk in Oostenrijk, ons 3° land voor vandaag. Platen en panelen genoeg nu….We zullen het gemakkelijker krijgen met al die aanduidingen met “Donau Radweg”. Nog 10km en we moeten op onze bestemming voor vandaag toekomen.
De gps brengt ons om 17h precies bij het hotel “Goldenen Krone” in Hainburg.
We stappen binnen en oefenen wat geduld. Na 5 minuten komt er nog niemand! Wat is dat hier allemaal ??? Hugo blijft bij onze fietsen, terwijl Antoine en ikzelf op verkenning gaan. We kunnen het complete hotel rondstappen, langs de kamers en door het café-restaurant, maar er is niemand te bespeuren! Het hotel heeft de aanblik van vergane glorie van +/- 1950.
Zoiets hebben we, ook al hebben we al heel wat beleefd met overnachtingen, nog nooit meegemaakt. Het hotel is verlaten en voor ons alleen. Gelukkig heb ik het gsm nummer van de patroon in mijn reiswegboekje genoteerd. Helfried excuseert zich, hij zal rond 19h aanwezig zijn. De sleutel van onze kamer is bij de bloemen weggestopt. Mijn maatjes zoeken in alle bloempotten op de vensterbanken…..niets te vinden. Na een nieuw telefoontje krijg ik te horen dat er een glazen kom staat met gedroogde bloemen en rozen, daar moet de sleutel te vinden zijn…..
Algemene opluchting wanneer we de sleutel met het nummer van onze kamer hebben. We betrekken een suite met 2 afzonderlijke in elkaar lopende kamers en een gemeenschappelijke badkamer…..Ook hier doet het ons denken aan de vijftiger jaren van vorige eeuw!
Na onze was en plaspauze willen we op stap en het stadje bezoeken. We zijn nog steeds de enigen in het hotel. 100m verder vleien we ons op een terras bij de kerk. Hier krijgen we enkele eetadresjes en wandelen verder. Hainburg is een strategisch gelegen grensstad tussen de heuvels en wordt toegangspoort tot Wenen genoemd. Op onze wandeling komen we voorbij enorme vestingmuren en goed bewaarde stadspoorten.
Wanneer we bij het eerste restaurant komen, besluiten we hier te eten. Het is meer een volkscafé dan een eethuis. Het deert ons niet. We worden met veel sympathie onmiddellijk getrakteerd op een Jägermeister. We bestellen het dagmenu en drinken ondertussen enkele biertjes. De tooghangers trachten onze nationaliteit te raden. Iedereen is er zeker van dat we Nederlanders zijn. Ze excuseren zich en we krijgen elk een miniflesje Jägermeister cadeau. Na het wat vettige souper slenteren we via de Donauoever naar ons verblijf. De patroon staat ons op te wachten. Nadat we onze fietsen in een achtergelegen zaal geborgen hebben, drinken we samen met hem nog een biertje. Moe en loom kruipen we onder de dekens. Slaapwel maatjes, wat een dagje.
Oei, mijn maatjes zijn al op ? Ik hoor Hugo en Antoine voorbij mijn kamer op de terrastrap naar beneden gaan…..En toch is het nog maar 7h15, ik zal die vroege vogels maar volgen, opstaan en in sneltempo maken dat ik klaar ben om te ontbijten. Wanneer we het eetzaaltje op het gelijkvloers binnenkomen staat de tafel met het ontbijtbuffet al klaar. Gabriëlla komt zelfs al met de koffie.
Ze wil weten waar de dag ons deze avond brengt. Het wordt een wat moeilijke conservatie met van beide kanten gebrekkig Engels. Toch komen we te weet dat Gabriëlla haar man olympisch kampioen roeien is. Het lukt ons niet meer details te krijgen. Afrekenen, een fotootje en weg zijn wij!
We moeten langs de Szent-Anna kerk om tot bij de Donaubrug te geraken. De stroom vormt de grens tussen Hongarije en Slowakije . Het is precies 9h00 wanneer we op Slovaaks grondgebied komen. Van Esztergom moeten we over de boogbrug naar Sturovo, een dorp met verzorgde huizen en een goed lopende weg. Het is licht bewolkt en zo’n 20°C, ideaal fietsweer.
We moeten op enige afstand van de Donau, voor het eerst wat harder duwen. Een zwak hellende kaarsrechte weg brengt ons tot bij een grote fabriek. Volgens de gps moeten we vóór het fabriek linksaf om op de Donauoever het fietspad te kunnen volgen. We zoeken tussen omheiningen, hekkens en via een parking, hoe we er kunnen komen…..
Makkelijk is het niet, volgens ons is de fietsweg stuk gereden, er is een motorcross parcours van gemaakt.
Toch blijven we op de omwoelde zandwegel. Soms rijden we, soms gaan we te voet, ’t lijkt wel een wildernis. We blijven op de Donautrekweg, door een bijna ongerept natuurgebied met veel groen en struiken rijden, We moeten aandachtig blijven want het fietspad wisselt soms af en wordt een boerenwegel met gras en diepe groeven. Gelukkig is alles droog, we vorderen goed.
Af en toe moeten we op de evenwijdige weg door bijna verlaten dorpen. Er zijn zelfs wijnvelden en fruitbomengaarden maar hoofdzakelijk landbouw. In Zitava beslissen we de goedlopende weg te blijven volgen in plaats van het dicht tegen de Donau gelegen maar moeilijker te berijden pad. Er is bijna geen autoverkeer en we kunnen ons tempo opdrijven tot 25km/h.
Vanaf Iza is er opnieuw een mooier fietspad op de Donauoever en we volgen die tot Komarnó. We komen in de stad, het is middag en we hebben tot nu toe nog geen enkele mogelijkheid, om een aperitief te nemen, tegengekomen. Hier zullen we wel iets vinden. We rijden naar het centrum en komen op de Europa Udvar.
Een bijzonder architecturaal centrum met verschillende bouwvormen.
Je ziet duidelijk architectuur uit veel verschillende Euro-landen….Spijtig genoeg vinden we geen enkel terras of eetgelegenheid. Na wat rondtoeren zien we iets verder dicht bij de oprit naar de Donaubrug een drankgelegenheid met enkele terrastafeltjes.
Twee minuten later hebben we een fris biertje met een belegd broodje. De rustpauze doet deugd. We hebben tot onze grote verwondering al 55km op het tellertje. Het lentezonnetje is zalig.
Maar de plicht roept. We moeten nog minstens 45km verder….Het is met lome benen opnieuw vertrekken…Komarnó is Slovaaks en Komárom Hongaars. De stad is in twee gedeeld door de Donau. Met de grens op een Donaueiland tussen twee bruggen. De verlaten grenspost is er nog steeds. Toch is de bevolking aan beide kanten hoofdzakelijk Hongaars. De splitsing moet iets opgelegd zijn. De grenspost is overbodig nu beide landen bij de EU zijn en het Schengenverdrag van toepassing is, denken we. Wanneer we over de 2° brug zijn moeten we rechts naar beneden langs een industrieweg met kranen en losplaatsen. We blijven ongeveer 2km tussen de spoorweg en de Donau rijden. Tot we een reusachtig Fort zien opdoemen. “Monostori Komáron”. We vergelijken het met het Fort “Vuren” bij Gorinchem aan de Waal in Holland. Zie verslag van de Veluwefietstocht 2009: http://blog.seniorennet.be/veluwefietstocht2009/
We moeten afbuigen, weg van de stroom om rond de site te rijden. We volgen een goed lopende asfaltweg met wat rijkelijker aandoende woningen. Er is heel weinig storend verkeer en we vorderen prima. Wat een lekker weertje hebben we getroffen zeg! De Donau ligt rechts van ons maar is onzichtbaar, we rijden door een naaldbos met hier en daar een grote villa, ’t zouden wel buitenverblijven kunnen zijn menen we. Plots eindigt de weg en toch geeft de gps aan dat we rechtdoor moeten. Moeten we het zandwegeltje tussen de bomen volgen misschien ? We doen het op aanwijzen van de gps…. Het losse duinachtig zand doet ons iets verder afstappen. Het fietspad is duidelijk stuk gemaakt door zandwinningen en de putten worden met afval gevuld. Wanneer we na 1km van veel gesakker, meer stappend dan rijdend op een erg slecht stuk asfaltweg komen moeten we ons zweet drogen en een drankpauze houden. Wat is dat hier allemaal jongens! Het is onbegrijpelijk en toch zijn we volgens onze kaart en de gps juist. We rijden verder tot we enkele boerderijen voorbij komen….de velden er rond zijn geheel verwaarloosd en vol hoog onkruid.
Na 2 km gesukkel op een aartsslechte weg komen we op een T-kruispunt, de gps doet ons rechts de tweevakbaan oprijden. Het is nu op een rijtje, af en toe worden we aan grote snelheid voorbij gereden…..Wat zien we enkele kilometers verder, een verkeersplaat waar fietsen, tractoren en boerenwagens verboden zijn. Toch hebben we al enkele van deze voertuigen tegengekomen. Hugo is er niet gerust in, ik moet hem overtuigen dat er geen alternatief is om op onze bestemming te geraken. Ik zet mij op kop en zonder veel na te denken stormen we aan wel 26km/h verder mooi rechts van de weg.
In Gönyu, we zijn dan al 83km ver is er plots een fietspad zowel rechts als links van de weg…..Nu begrijpen we er echt niets meer van! We hebben er grote dorst van gekregen en stoppen bij het eerste terras van Panzió Anker, we hebben een frisse Edelweiss verdient vinden we! We blijven de grote weg met het mooie fietspad volgen. Vanaf het volgende dorp Györzenti krijgen we meer industrie en wordt het heel druk. We naderen duidelijk een grote stad met enorm veel industrie. Györ is een van de oudste steden van Hongarije en is een heel belangrijk handelsknooppunt. We laten ons leiden door de gps en komen zonder problemen in het centrum. Wanneer de gps onze bestemming aanwijst, zijn we helemaal niet bij Buda Panzió, maar bij een spoorweg die de stad doorkruist.
Geen nood we gaan eerst iets drinken, daar zullen ze ons wel de B&B kunnen aanwijzen, hopen we. Raar maar waar, de waard moet er enkele van zijn gasten bijhalen om ons te helpen. Na wat discutie doen ze ons terug rijden, we moeten over een drukke ringweg en daar zou Buda Utca moeten zijn….Tot onze verwondering vinden we inderdaad Buda Ut maar geen B&B. We rijden opnieuw naar het centrum en na wel 4 à 5 maal vragen worden we steeds naar dezelfde straat verwezen… Wanneer we voor de 2° maal bij Buda Ut staan wordt het ons duidelijk er is weldegelijk een verschil tussen Ut en Utca en er bestaan in Györ dus twee straten met naam Buda!
Teneinde raad rijden we naar de Touristische dienst. Daar telefoneer ik naar ons verblijf, en vraag onze gastvrouw ons daar te komen ophalen. Een ¼ uur later ontmoeten we Madame Jónis en volgen haar auto….Tot onze ontsteltenis moeten we over een spoorwegbrug en staan tegenover de plaats waar onze gps onze bestemming aanwees. Maar wel aan de andere kant van de spoorweg! Wat hebben we tijd verspild zeg…..Moeder en dochter Jónis maken ons duidelijk dat er meerdere gasten dezelfde problemen hadden…..We kunnen onze fietsen in een ondergrondse garage stallen en onmiddellijk de suite betrekken. Het is een soort appartement met twee in elkaar lopende kamers met een salon. Heel mooi en zeer ruim, wat een luxe.
Het is 20h00 en 22°C wanneer we de stad binnenwandelen. Wat een drukte in de winkelstraat. Net zoals we in Spanje meemaakten is de hoofdstraat ook hier een flaneerdomein voor vele families met kinderen. De stad heeft een meer dan aantrekkelijk centrum. Het barokke, duidelijk gerenoveerd centrum geniet onze waardering. We vinden het best aantrekkelijk en het bezoeken waard.
We krijgen honger, gelukkig is er geen gebrek aan eetgelegenheden. Op de reusachtige markt vleien we ons neer op een uiterst druk terras. We laten ons verwennen in Restaurant Palffy en bestellen een typisch Hongaarse menu met aangepaste wijnen. Wat we allemaal binnen gespeeld hebben weten we niet meer, een zaak is wel duidelijk de wijnen zijn zwaar en verraderlijk. Na een ijsje als toetje, slenteren we naar ons verblijf. Het is 23h00 eer we in ons bed geraken na een erg bewogen dag met veel kilometers. Slaap wel en stil wezen a.u.b.!
We zijn iets tevroeg voor het ontbijt. Elvira is de tafel nog aan het dekken. Wij gaan dan maar eerst onze fietsen beladen. We moeten samen met Joszef door de grote tuin naar een achteraan gelegen bergplaats. Het is veel koeler dan de vorige dagen…..Onze gastheer verzekert ons dat het binnen enkele uren opnieuw zonnig en aangenaam zal zijn. Het wordt opnieuw een overvloedig ontbijt met alles erop en eraan. We worden ongelofelijk verwend. Elvira is blij dat wij het gisteren zo goed hebben gesteld. Samen met Joszef overlopen we onze reisweg voor vandaag. Hij raadt ons aan even het “Aquincum”, een blootgelegde Romeinse nederzetting, waar wij op enkele kilometers na voorbijkomen, te bezoeken. We beloven hem het te doen.
We blijven na het ontbijt nog wat praten. Ik waag het om de opstand van 1956 aan te kaarten…..Er valt een algemene stilte bij het gastgezin….Tot Joszef ons duidelijk maakt dat er hierover zeer weinig wordt gesproken. Toch krijgen we te horen dat hij, niettegenstaande hij nog zeer klein was, zich herinnert dat er Sovjetsoldaten met mitraillette in zijn ouderlijk huis binnendrongen.
Hij wordt wat emotioneel als hij vertelt dat de kogels boven zijn hoofd suisden, terwijl hij onder tafel zat. De projectielen doorboorden de kasten en de kleerkasten. Ik weet nog goed, gaat hij verder, dat al de klederen en mantels van zijn moeder kogelgaten hadden, ze was er doodongelukkig door.
Elvira is uitzonderlijk stil, zij was nog veel te klein en haar ouders hebben zich altijd onthouden om erover te spreken.
Het is duidelijk een zwarte bladzijde voor de Hongaren waar ze liever niet aan worden herinnerd.
Na de lange ontbijtbabbel, waar zowel het gastgezin als wij enorm van genoten hebben, wordt het hoog tijd om afscheid te nemen. We danken Elvira en Joszef en vertrekken voor onze eerste fietsdag door Hongarije.
Wat een geluk dat we de fietsgps kunnen gebruiken, zonder probleem komen we rond de stad en bereiken we de Donau. We kunnen, als fietsers, op het voetpad van een spoorwegbrug op de rechter oever geraken. Aan kilometer acht zijn we bij het Aquincum. Het is gelegen aan een drukke autosnelweg waar de verkeerswisselaar, om Budapest binnen te rijden, start. Er is zelfs een soort viaduct gebouwd boven de blootgelegde oude stad. Het voorbijrazend verkeer is heel vervelend en storend…..We zijn duidelijk tevroeg voor een bezoek alles is nog gesloten. We wandelen voorbij en bemerken een vorm van een amfitheater en beschadigde poort ruïnes. De opgravingen moeten erg geleden hebben onder de aanleg van de autosnelweg.
We maken rechtsomkeer en fietsen terug naar de Donau om onze uitgestippelde route te volgen. We moeten over een Donau-arm waar we definitief de Hongaarse hoofdstad achter ons laten. We krijgen de eerste kilometers een lekker lopend geasfalteerd fietspad tot Szentendre. Op de oever zijn er enkele vervallen aandoende koffiehuizen met slordige speeltuinen.
Bij Sovény moeten we de overzet veerboot nemen. We worden door de bemanning geweigerd, ze willen geen Euro’s aanvaarden en we hebben niet genoeg Forint ’s meer bij ons. We vervolgen dan onze weg maar langs de Donauoever. Iets verder verandert ons pad eerst in een soort schelpenpad , later in een zandweggetje maar na enkele kilometers is het tussen bomen en struiken precies een cyclocrossparcours. Enkele keren is het te voet en door resten van waterplassen crossen. Gelukkig komen we verderop terug op een boerenwegel en kunnen we toch opnieuw gemakkelijker fietsen. Alhoewel…..plots Antoine heeft een lekke achterband. De band herstellen kan niet, we moeten een nieuwe steken…..Mijn maatjes worden er zenuwachtig van, gelukkig kan ik hen verzekeren dat we na enkele kilometers in Viségrad zullen zijn. En wat een geluk de gps brengt ons op een asfaltbaan bij Kisoroszi . Nu zijn we vlug in Viségrad.
Het is middag wanneer we aan de paleispoort van Viségrad halt houden. We zijn erg verwonderd, er staan al 48km op ons tellertje. Deze herstelde poort over de weg maakt deel uit van een verdedigingsmuur die klimt vanaf de weg steil omhoog tot aan een ruïneburcht.
Een kilometer verder komen we aan een veer, er is een café-restaurant, grote dorst doet ons binnenstappen…..Na een paar Weizen biertjes van het merk Edelweiss, willen we geen risico lopen en blijven middagmalen. Alles verloopt hier wat traag, toch genieten we van een goulyassoep met daarna een koude groentebord met gemalen vlees.
We zullen dit tempo moeten gewoon worden. We hebben tijd zat laat ons maar genieten van een lange middag rustpauze! Bij het afrekenen, is het wat moeilijk. Men aanvaardt geen euro’s, dit in tegenstelling met Budapest waar we daarmee helemaal geen moeite hadden. Gelukkig kan ik met mijn “Mastercard” betalen.
Toch willen we het risico niet meer lopen, de retaurantbaas wijst ons een bank aan waar we ons kunnen voorzien van Hongaarse Forinten.
We nemen de pont niet naar de ander oever van de Donau zoals voorzien. We blijven de goedlopende asfaltbaan volgen. Er is niet veel verkeer en we vorderen goed. In Pilismarot, we zijn dan al 66km ver verlaten we de grotere baan en vervolgen onze route door een bosrijkgebied op de Donauoever.
Het pad is zeer goed berijdbaar en 10km verder zien we plots een reusachtig gebouw opdoemen. Het is de DOM van Esztergom met een eigenaardige bouwstijl. Het bouwwerk staat hoog boven de Donau op een steile rots in een rivierbocht. Hoe dichter we komen hoe groter en machtiger de kerk blijkt, het is de grootste van Hongarije…De koepel is wel 100m hoog en er zijn machtige zuilen te zien. We moeten dit straks toch eens van nabij bekijken, nemen we ons voor. Toch willen we eerst ons gereserveerd verblijf opzoeken.
We moeten nog een eindje de stroom volgen en bij een Donauarm linksaf de stad binnen rijden…..Op gps vinden we met gemak ons verblijf voor deze avond. Dicht bij de Sint-Anna kerk staan we plots voor Panzió Szent Anna. We worden in het Engels ontvangen door Miss Gabriëlla. Onze fietsen kunnen we onder een balkon, in de groene binnentuin stallen. We krijgen onmiddellijk 2 ruime verzorgde kamers op 1° verdieping, uitziend op de binnentuin. Gabriëlla is heel attent en brengt ons een fles frisse witte wijn. Het is zalig genieten op het grote terras.
Na onze gebruikelijke was en plasbeurt, staan we te popelen om de stad te verkennen. We gaan met de fiets, we weten dat het minstens 4km is. Gabriëlla geeft ons enkele adressen van restaurants dicht bij de DOM. We laten het door haar noteren, je kan helemaal niets begrijpen van het Hongaars….
Bij het eerste adres hebben we geen geluk, vandaag is het restaurant gesloten. Tot onze grote verwondering worden wij plots in ’t Vlaams aangesproken, een jongeling die ook kwam eten heeft ons taaltje gehoord. Hij is hier tijdelijk werkzaam voor een bedrijf uit Lokeren. Zijn vrienden wijzen ons het 2° restaurant aan, we moeten iets terug naar beneden aan de voet van de rots waar de Dom op staat.
We krijgen een zalig plaatsje op het terras in de avondzon. Na enkele Weizen biertjes, genieten we van een Cordon bleu met lekkere wijn en een ijsdessert. Bij het afrekenen zijn we heel verwonderd, het is hier stukken goedkoper dan in Budapest. Voor het donker wordt, fietsen we naar boven en bezoeken de reusachtige kathedraal. Wat eenmastodont. We rijden er rond, zo laat is alles al dicht. Vanaf het plateau hebben we een prachtig panoramisch zicht op de Donaubocht met in de verte twee bruggen naar Slowakije. Wat we niet wisten is dat Esztergom de vroegere hoofdstad van Hongarije was. Het wordt hier veel vroeger donker dan bij ons. We vliegen de berg af tot aan de Donau en volgen deze tot buiten het centrum. Aan de Szent-Anna kerk vlak bij ons verblijf vinden we nog en volkscafé open. Grote verwondering wanneer we binnenstappen en ons aan een van de schaarse tafeltjes zetten. De tooghangers, hangen werkelijk uit gewoonte aan de toog, roken is hier duidelijk niet verboden. We moeten gebarentaal gebruiken en zelf het bier, dat we willen drinken aanwijzen. Veel keuze is er niet maar we kunnen onze dorst lessen….
Wanneer de waardin één na één haar klanten ziet vertrekken, gaan we ook maar.
Ze is blijkbaar opgelucht. De deur wordt na ons op slot gedraaid.
Ook in het Panzió is het doodstil, er zit niets anders op dan onder de dekens te kruipen….. Bij mijn maatjes is het stil…..zal het zo blijven! Laat ons hopen aub.
Ik heb de kamer voor mij alleen zonder onze vriend Pol. Ik overloop onze reisweg voor morgen en val gemakkelijk in slaap.
’s morgens kil en grijs na de middag zonnig en 21°C