***xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
"Je komt toch"?
"Je zal er toch zijn"?
"Ik mag toch op je rekenen"?
"Je zal het toch vinden"?
"A.s. vrijdag hebben we afgesproken he,
d.w.z. overmorgen,
m.a.w. nog 2 maal slapen!"
Je moest al heel erg dementerend zijn
om niet te beseffen
dat deze schriftelijke kreet
steeds opnieuw
en met nauwelijks verholen achterdocht
gelanceerd werd door een man
die bij herhaling
voor Piet Snot had gestaan.
Hier had het licht al moeten knipperen.
*
Die vrijdag stond ze dus,
zoals afgesproken,
onder de uitgestrekte arm van Jacob,
en onder haar paraplu,
op haar date te wachten.
Gemakkelijk gevonden, in Gent staat
maar één Jacob in dergelijke positie.
En nog maar eens, onder een paraplu,
het regent altijd als zij een date heeft.
Een omen.
Ondanks de regen, kwam hij
ongeïnteresseerd aanslenteren.
De chemie ontbrak totaal.
Zijn verwachting werd ingelost
door het simpel feit dat zij
haar afspraken was nagekomen.
Haar verwachting liep te pletter
op zijn dode, gevoelloze,
staalharde grijze ogen.
Het etablissement, waar je van de
meest aromatische koffies
in de ruime omgeving kan genieten,
de place to be
waar hij haar reikhalzend
een paar onvergetelijke arabica's
in het vooruitzicht had gesteld,
bleek gesloten.
Zoiets elementairs chèck je vooraf.
Op zoek naar iets evenwaardigs,
leidend naar iets totaal onwaardigs uiteindelijk,
sleepte hij haar dertig minuten
doorheen nauwe straatjes,
in de gutsende regen
en op gesofisticeerd fijne, open pumps.
Beneden het vriespunt waren inmiddels
haar interesse, haar geduld en haar
humeur gezakt.
The point of no return bleek niet
zozeer haar geruïneerd schoeisel,
maar zijn totaal onvermogen tot basisconversatie,
laat staan communicatie.
Vertwijfeld, wanhopig, had zij het uiterste
uit haar arsenaal en uit zichzelf geperst.
"Wat doe je"?
"Tekenen".
"Zo? grafisch, technisch, creatief"?
"Op een tekenplank".
Stilte.
"Interessant. Uitvoerend? Ontwerp? Installaties? Detail"?
"Motoren".
"Ah? Elektrische, hydraulische"?
Stilte. Misschien was zij uitzonderlijk
een ietsje technisch onderlegd. Dit zou hem
te ver leiden.
"Op pensioen nu"?
Overbodige vraag, de man naderde onheilspellend de zeventig.
"Firma gesloten".
Vragen naar zijn gezondheid en/of
alleenstaande toestand, deden niet terzake. Ze lagen
voor de hand.
Drie glazen wijn later, kwamen zijn tong
en zijn ogen enigszins tot leven.
Culturele uitstappen, dat maakte hij vaak.
Grote en enige hobby van hem.
Met de trein. Met zijn rugzak. En met zijn oudere zus.
Een enkele keer met zijn zus en een vriendin van haar.
Op deze favoriete trips was hij
in willekeurige volgorde en achtereenvolgens vergeten,
verloren gelopen, misverstaan, opgelicht,
vergiftigd, flauwgevallen, bestolen,
zowaar zelfs bijna verkracht.
Het zal aan haar liggen.
Niet de poging tot verkrachting,
maar haar absolute onwil
zich in te leven in grootoudergevoelens.
Haar nageslacht vertikte het, zelf
voor verder progenituur te zorgen.
En onthield haar zodoende of zo-niet-doende, van de
ronduit vervelende, extatische,
maniakale adoratie die grootouders
hun kleinkinderen aandoen.
Ze zag het aankomen.
Het wonderkleinkind Saartje.
Eentje uit de vruchtbare schare die zich mettertijd
rond hem had gevormd, maar eeuwig in haar
schaduw zou staan.
Saartje als prima perpetua,
Saartje als musica, als poetica, als historica.
Saartje als lux vitae unica, als femina passionata
ergo eterna.
Anderhalf uur en anderhalve fles
beaujolais nouveau ging hij zo zonder ademgehap
en steeds opgewondener door. Een alleenspraak.
Aan dit gesaar maakte zij uitgeput, bruusk en
geheel opzettelijk een einde door hem op de weg naar zijn bus
naar huis te begeleiden. En er zorg voor te
dragen dat hij er op stapte ook.
Enkele stilzwijgende maanden later kreeg
zij, via een andere datingsite weliswaar,
hetzelfde verzoek-om-kennismaking van deze
onderhoudende man toegezonden.
Met hetzelfde Jacob-voorstel.
Hij had haar niet herkend. Het was nochtans
dezelfde foto. Blijkbaar waren zijn kille grijze ogen er niet
op vooruitgegaan.
Ditmaal knipperde het licht wèl.
***