Vanuit Putte-Kapellen overschrijdt de "doodendraad"de Kalmthoutse gemeentegrens langs de Driehoeven (Grensstraat langs de zijde van Kapellen) om er onder grenspaal nr.254, aan de puntige inham van Nederlands Putte, evenwijdig met de Putse steenweg verder te lopen.
Hij verlaat er voorgoed het Putse polderlandschap voor het duinenlandschap van de Kalmthoutse heide . Daarbij betreedt hij de Kempense landrug, dat scheidingsvlak tussen het Schelde- en Maasbekken, die er zich verheft op een hoogte van 20 meter boven de zeespiegel om verder door langzaam van West naar Oost af te hellen.
De zanderige bodem wordt er gedragen door de in de ondergrond reeds op 1 meter diep priemende kleien van de Kempen. Deze kleilaag is dermate robuust en kleverig dat zij omzeggens onaantastbaar is.
Hoogteligging en kleverige ondiepe kleiondergrond beletten dat er natuurlijke waterwegen tot stand komen. De enige natuurlijke watertoevoer komt er dan ook vanuit de lucht : regenwater. Dit neervallende water infiltreert slechts heel langzaam tussen de kleilenzen door. Van een natuurlijke waterstromingsafvoer kan nauwelijks gesproken worden.
Een onvermijdelijke veenvorming en een daarna door de mens "om den brode" uitgevoerde ontvening zijn er het gevolg van. De ontvening heeft vervolgens wel aanleiding gegeven tot het ontstaan van vennen. Om het overtollige water te kunnen afvoeren heeft de mens dan finaal de vennen met elkaar verbonden door afwateringsgrachten.
In de onmiddelijke omgeving van de Driehoeven zijn er aldus enkele kleinere vennen ontstaan zoals het Visserijke en het Middelven die door de grachten langs de Visserijdreef en de Middeldreef met elkaar verbonden worden en waardoor het water gedeelteljk is kunnen afgeleid worden naar de Middelbeek in Kapellen.
Het lagere centrale landschap aan de gemeentegrens noordwaarts de Putse steenweg is er sinds de belle-époque langsheen de vennen en afwateringsgrachten met hun drassige oevers uitgegroeid tot een aaneenschakeling van weiden en bossen met een gemengde begroeiing van naald- en loofbomen. Enkele boerderijtjes en later ook enkele burgerwonngen hebben er zich doorheen de tijd neergezet.
Boven en onder deze centrale zandpan ogen in het noorden, op Nederlands grondgebied, de duincomplexen van de Molen- en de Hoge berg en in het zuiden aan de andere kant van de Putse steenweg de vooruitgeschoven duinen van de Geuzenbak.
Over de naamgeving van die Geuzenbak bestaat onduidelijkheid. De betrokken gronden zouden oorspronkelijk deel uitgemaakt hebben van het landdomein de Driehoeven aan de overzijde (vandaar de straatnaam), van oudsher private eigendom.Volgens de verhalen zouden er geuzen verbleven hebben die tijdens de godsdienstoorlogen naar Nederland zijn gevlucht.
Door de verkoop van gemene gronden in de belle-époque is er in de Geuzenbak, tussen de Canadezenlaan (voorheen de Heikantstraat) en de Max Temmermanlaan (voorheen de Keienhoflaan) rond 1906 een verkaveling ontstaan met zo maar 76 kavels. Kenmerkend voor de huizen van deze verkaveling is dat ze op de één of andere wijze ingekapseld zitten in het duinenzand. Dit is ook het geval met het in Antwerpen goed gekend Melkhuisje dat na de eerste wereldoorlog in de periode van 1920 tot 1930 eigendom is geweest van Geert Pijnenborg (pseudoniem voor Geert Grüb), ooit kunstrecensent voor de Nederlands Rotterdamse Courant en die heel goed bevriend is geweest met de Antwerpse burgemeester Camiel Huysmans en de gekende dichteres Alice Nahon, die meermaals het Melkhuisje hebben bezocht.
Vermelden we nog dat de Geuzenbak tijdens de belle-époque de reputatie verworven heeft van "het kleine Zwitserland". De lievelingswandeling van de Antwerpse burgerij liep er door. En aan de voet vestigden zich langsheen de gemeentegrens doorheen de tijd de exclusieve toeristentavernes "De Groene Wandeling " en de "Kar".
Om dit hoofdstuk af te sluiten moeten wij nog vermelden dat aan de Driehoeven in 1917 aan de "doodendraad "de broertjes 't Seyen, respectievelijk 11 en 13 jaar, het leven hebben gelaten. De juiste oorzaak is niet gekend, maar een nog bestaand beeld toont aan hoe verschrikkelijk onmenselijk de elektrokutie voor de kindjes moet zijn geweest.
Poëzie +
(uit) De moeder en de zonen van Anton Van Wilderode (4)
....................
De moeder :
Alles is voorbij.
De kinderziekten, de koortsen, de onredelijke angst voor de kou,
het diepe water, de hoge kerseboom.
De kleine wonden van messen en glas,
de wilde jongensspelen.
Hij is heelhuids groot geworden voor een gevaar dat ik niet kende,
waartegen ik hem niet kon beschermen.
Nooit meer en nooit meer.
Alles zal gelijk blijven, de sneeuw, het gras, het dorp vol vogels.
De avonden zullen langer worden en onvermijdelijk.
Ik zal met hem spreken
met de lieve jongen, de knaap die wegging voor een maand van vuur.
De derde zoon :
Luister niet moeder.
Sluit de deur voor alle nieuws, voor alle brieven.
Bid voor ons moeder,
nu en in het uur van onze dood amen.
.......................
(vervolgt)
Actua +:
- Heden Zaterdag 6 september zet ons Kalmthouts Dienstencentrum "De Grote Uitleg" , Kerkeneind 20, o.m. een oase van rust voor onze senioren, van 13u.30 tot 16u.30 voor iedereen de wijdse deuren open. Zij die beter kennis willen maken met de dienstverlening, de werking en de medewerkers worden er o.m. ook vergast op heel wat culturele voorstellingen.
- Morgen Zondag organiseren onze Kalmthoutenaars van "Achter het Broek" van 10 tot 15 u. op de speelplaats van De Linde en aan de sporthal langs de Brasschaatse steenweg opnieuw hun dorpsmarkt. De manifestatie wordt opgefleurd met heel wat creatieve nevenactiviteiten.
.........................................................................................................................................................
Volgende zaterdag 13 september weer een Kalmthouts broodje :
III/5."De doodendraad"/Ten zuiden van de Putse Moer.
..........................................................................................
06-09-2014 om 00:00
geschreven door Jan Caluwaerts
|