De bramensprinkhaan, ook wel gespeld als bramesprinkhaan (Pholidoptera griseoaptera) is een insect uit de sprinkhanenfamilie sabelsprinkhanen (Tettigoniidae), onderfamilie Tettigoniinae.
De bramensprinkhaan werd voor het eerst beschreven door Charles De Geer in 1773 (Zweeds industrieel en wetenschapper).
In Nederland is de sprinkhaan alleen langs de grote rivieren te vinden, in België komt de soort door het hele land voor.
Engels : dark bush cricket Duits : Gemeine Strauchschrecke Frans : La decticelle cendrée
Bramensprinkhaan - vrouwtje
auteur : Olaf Leillinger CC 3.0
De mannetjes worden 15 tot 20 millimeter lang, de vrouwtjes 16 tot 20 mm.
De kleur is bruin tot grijsbruin, het halsschild valt op doordat de randen lichter tot wit zijn omzoomd.
De buik is geelgroen van kleur.
De vleugels zijn kort, bij de mannetjes zijn ze ongeveer even lang als het halsschild, bij de vrouwtjes zijn ze verworden tot onooglijk kleine, schub-achtige flapjes.
De antennes zijn duidelijk veel langer dan het lichaam, ook de achterpoten zijn zeer lang en sprieterig.
Vrouwtjes hebben een vrij korte, iets omhoog gerichte legbuis die vrij breed is, bruin van kleur en sterk zijdelings afgeplat.
De habitat bestaat uit dichte vegetatie in gebieden met veel open plekken zoals bosranden, rivieroevers en wegbermen.
De bramensprinkhaan heeft een voorkeur voor planten met grotere bladeren zoals braamstruiken maar ook wel andere soorten planten.
De soort wordt meestal in loofbossen aangetroffen maar kan ook voorkomen in de ondergroei van naaldbossen zoals op de Veluwe.
De bramensprinkhaan is als imago actief van juli tot oktober, de mannetjes zingen vrijwel de hele dag van elf uur 's ochtends tot drie uur in de nacht.
Het geluid dat wordt geproduceerd bestaat uit hoge, schrille en korte geluidjes: sri...sri...sri.
Braille is een speciaal voor blinden ontwikkeld lees- en schrijfalfabet.
De Fransman Louis Braille (1809-1852), die zelf op driejarige leeftijd blind was geworden, ontwikkelde en perfectioneerde dit schrift, tot het in 1829 als bruikbare methode gebruikt kon worden op het Parijse blindeninstituut waar hij verbleef.
Pas in 1854 werd het echter officieel als alfabet geaccepteerd.
Waarschijnlijk had Braille het idee voor een reliëfalfabet van een Franse militaire uitvinding uit 1819.
De artillerieofficier Charles Barbier ontwikkelde het 'nachtschrijven', een systeem van twaalf puntjes waarmee ook 's nachts boodschappen konden worden doorgegeven.
Engels : Braille Duits : Brailleschrift Frans : Le braille
Bijzondere combinaties: tweeklanken (zoals de 'ui'), lettercombinaties, letters met accenten, en leestekens, waaronder ook cursieven, hoofdletteraanduiding, cijfers, een herstelteken, dollarteken, enz.
Alle combinaties zijn ingedeeld in 7 groepen.
Cijfers worden overigens aangeduid door het cijferteken (=hekje, de puntjes 3, 4, 5 en 6) voor de letters a t/m j te zetten.
Een hoofdletter wordt voorafgegaan door een speciaal hoofdletterteken.
Afkortingen zoals 'NAVO' kunnen door gebruik van een kapitaalvast teken worden aangeduid met 5 tekens.
Braille cijfers
Braille is een zogenaamd reliëfalfabet, de letters en andere aanduidingen worden door middel van puntjes in het papier gedrukt, zodat er een kleine verhoging voelbaar is, die met de vingertoppen 'gelezen' kunnen worden.
De puntjes zijn gegroepeerd op rasters van 2 bij 3 puntjes (een vereenvoudiging van de twaalf puntjes van het nachtschrijven), waarbij in totaal 63 tekens mogelijk zijn.
Zijn bij de punten- en streepjescode van het 'morse' de meest gebruikte letters het eenvoudigst gehouden, bij braille neemt de gecompliceerdheid van de combinaties toe met de plaats van de letter in het alfabet.
Blad met braille tekens
Het schrijven in braille gebeurt van rechts naar links, zodat bij omkering van het papier de bobbeltjes van links naar rechts gelezen kunnen worden.
Een geoefende braillelezer kan vrijwel even snel lezen als een ziende.
Brailleboeken nemen wel vijf keer zoveel volume in als gewone boeken.
enkele speciale tekens
Ook bestaat er het Kortschrift in graden, een soort steno voor braille, en braillemethoden voor muziek en wiskunde.
Speciaal voor tekstverwerking op de computer is een nieuwe braillemethode ontwikkeld met 8 puntjes, zodat er enkelvoudige combinaties voor stijlaanduidingen, cijfers en hoofdletters beschikbaar kwamen.
Hierdoor neemt het brailleschift niet meer plaats in dan het gewone schrift.
braille-tattoo
plastic of titanium bolletjes, geïmplanteerd onder de huid
Er bestaan braille-schrijfmachines (met 7 toetsen, 1 voor elk puntje en een spatietoets), braille-printers, en brailleleesregels (waarmee blinden tekst kunnen lezen die anders op het computerscherm verschijnt).
Het tegengestelde van braille - een gedrukte of geschreven tekst die voor ziende mensen leesbaar is - wordt door blinden zwartschrift of zwartdruk genoemd.
Braille-burger
De Zuid-Afrikaanse fastfoodketen 'Wimpy' pakt uit met een speciale 'blindenhamburger'.
Een team van Amerikaanse onderzoekers heeft een manier gevonden waarop blinden en slechtzienden de iPad als een braille toetsenbord kunnen gebruiken.
De vondst zet het denken over de toegankelijkheid van technologie voor deze groep compleet op zijn kop.
Nu kan er in plaats van een gewoon braille-toetsenbord of speciaal schrijf-apparaat direct op het touchscreen getypt worden.
Om dat mogelijk te maken gebruikten de uitvinders een nieuw ontwerp voor het virtuele toetsenbord, om zo het gebrek aan reliëf te compenseren.
Het kan even duren voordat dit project op Stanford daadwerkelijk omgezet is in een echt commercieel product, maar het team is vastberaden om dit te bereiken.
Brahmaea ledereri zaba ( man + vrouw)
auteur : op www.theinsectcollector.com
Deze soort heeft ook nog de ondersoorten :
Brahmaea ledereri christophi, beschreven door Staudinger in1879, komt voor in de Kaukasus
Brahmaea ledereri ledereri, beschreven door Rogenhofer in 1873, komt voor in Turkije
Brahmaea ledereri zaba, beschreven door de Freina in 1982, komt voor in Oost Turkije
Rups van de Brahmaea ledereri (niet bevestigd)
auteur : op wdict.net
De Brahmaea japonica is een nachtvlinder uit de familie Brahmaeidae.
Deze soort wordt soms als een ondersoort van de Brahmaea wallichii gezien.
De spanwijdte bedraagt tussen de 80 en 120 millimeter.
Engels : Japanese Owl Silkmoth Duits : Brahmaea japonica Frans : Brahmaea japonica
De Brahmaea europaea is een nachtvlinder uit de familie Brahmaeidae.
Voorheen werd deze soort in het geslacht Acanthabrahmaea geplaatst, maar dit wordt tegenwoordig als ondergeslacht gezien.
De spanwijdte bedraagt tussen de 65 en 80 millimeter.
Engels : European Owl Moth Duits : Europäische Brahmaspinner Frans : Le brahméide dHartig
De vlinder komt alleen voor in Zuid-Italië.
Het leefgebied bestaat uit loofbossen in berggebied op een hoogte van 250 tot 850 meter.
De Brahmaea europaea is actief bij de schemering en 's nachts.
Brahmaea europaea
auteur : Heiner Ziegler
Tijdens de vroege vliegtijd, maart en april, vliegen de vlinders zelfs bij temperaturen tegen het vriespunt.
De eitjes, die al snel worden gelegd komen eind maart en april uit.
De rupsen doen zich in korte tijd te goed aan de waardplanten uit de geslachten Ligustrum en Fraxinus om in juni al verpoppen.
Na te hebben overwinterd als pop wordt in maart weer voor een nieuwe generatie gezorgd.
De Brahmaanse wouw (Haliastur indus) is een roofvogel uit de familie sperwerachtigen (Accipitridae).
Deze soort is verwant aan de fluitwouw (Haliastur sphenurus).
De Brahmaanse wouw dankt zijn naam als zijn rol in de Hindoe-mythologie, waarin deze roofvogel wordt gezien als de boodschapper van de god Brahma.
De Brahmaanse wouw leeft in kustgebieden in oostelijk Azië en Oceanië.
Engels : Brahminy Kite, Red-backed Sea-eagle Duits : Brahminenweih Frans : Le Milan sacré
Brahmaanse wouw
auteur : Challiyil Eswaramangalath Vipin CC 2.0
In Azië komt de Brahmaanse wouw voor van Pakistan in het noordwesten tot China in het oosten en de Filipijnen en Indonesië in het zuidoosten.
In Oceanië is deze roofvogel te vinden in Australië, Nieuw-Guinea en de Salomonseilanden.
De Brahmaanse wouw leeft in Australië langs de noordkust, globaal van Carnarvon in West-Australië tot Hastings River in het oosten.
Als dwaalgast komt de Brahmaanse wouw voor in de Verenigde Arabische Emiraten en op de Maldiven, Palau en Vanuatu.
Havens en stranden vormen de belangrijkste habitats van deze roofvogel.
onvolwassen Brahmaanse wouw
auteur : Challiyan CC 3.0
De lengte van de Brahmaanse wouw is 43 tot 51 cm en de vleugelspanwijdte bedraagt 110 tot 125 cm.
Door de karakteristieke witte kop en borst en de kastanjebruine rug, vleugels en staart is de Brahmaanse wouw goed te onderscheiden van andere roofvogels.
De Brahmaanse wouw is voornamelijk een viseter, hoewel ook aas wordt gegeten door deze roofvogel.
De brahma is een kippenras dat zijn oorsprong vindt in het Brahmaputragebied.
In Europa en Amerika werd dit ras verder ontwikkeld tot wat het nu is.
De krielvorm heeft zijn oorsprong in Engeland.
Sedert 1890 komt het in Nederland voor.
Engels : Brahma, Gray Chittagongs Duits : Brahma Frans : La Brahma
Brahma kippen, Buffcolumbia zwart getekend
auteur : Rasbak CC 3.0
De Brahma is een statig en opgericht hoen met een forse donsontwikkeling en voetbevedering.
Ondanks hun strenge uiterlijk zijn het heel gemoedelijk dieren die beslist niet agressief zijn.
Het dier is zowel breed als diep van bouw en heeft in verhouding tot het lichaam een vrij kleine kop.
Hierdoor lijkt het dier nog forser.
De kam van de haan in drierijig.
Een Brahma is een zelfbewust dier, zonder echter wreed of vechtlustig te zijn.
Brahma haan (Blauw Columbia)
auteur : onbekend
Brahma's leggen ondanks hun afmeting een niet meer dan een gemiddeld formaat ei.
De hen legt ongeveer 150 eieren per jaar het gewicht van het ei is ca 55 gram en de kleur van het ei is geel/bruin.
In het voorjaar zullen ze wanneer er enkele eieren liggen vlug overgaan tot broeden.
Een ras dat dus vlug broeds wordt.
De hennen zijn zeer goede moeders en zorgen een aantal maanden voor hun jongen
Het gewicht van de haan is ongeveer 5 kg en van de hen ca 4 kg.
De verschillende kleurslagen die in Nederland erkend zijn, zijn: Berken, Buffcolumbia, Buffcolumbia blauwgetekend, (alleen bij de dwergvorm) Columbia, Columbia blauwgetekend, Columbia zwartgetekend, Meerzomig blauwpatrijs, Meerzomig patrijs en Meerzomig zilverpatrijs
Een braguette (ook codpiece, schaambuidel, schaamkap, kulzak of kullezak) is een kap, zak of buidel die de schaamstreek van de man bedekt, en waarmee men zonder schaamte de aandacht op het mannelijk geslachtsdeel vestigt om de viriliteit te benadrukken.
Het kan gezien worden als erotisch kapitaal.
Engels : Codpiece Duits : Schamkapsel, Braguette, Bragetto, Brayette, Latz, Gliedschirm Frans : La braguette
portretten met braguettes
Tot in de 14e eeuw droegen mannen lange, losse kousen, ook hozen genoemd, die met veters waren bevestigd aan de onderbroek.
Daaroverheen viel een overkleed of jak.
Aan het begin van de 15e eeuw werd dit jak bij modieuze lieden steeds korter en dreigde de kous-onderbroek verbinding zichtbaar te worden.
Ter camouflage werd daarom van dezelfde stof als de hozen een driehoekig lapje gedragen, ook lats of latse genoemd.
Rond het begin van de zestiende eeuw ontwikkelde de flap zich tot een steeds meer uitpuilende, gewatteerde piemelhuls, die steeds meer bij de rest van de outfits begon te passen.
Deze uitsteeksels konden worden versierd met metaaldraad, getuft met satijn, afgemaakt met strikjes of juist met vlechten.
Het werden prachtige, persoonlijke paleisjes voor de penis.
Deze schaambuidels waren hol en gemaakt van verschillende lagen linnen of leer, vaak gevuld met stro, hooi of paardenhaar en ze bestonden in verschillende vormen.
De open ruimtes aan de binnenkant beschermden de genitaliën tegen wrijving en incidentele botsingen met objecten die aan de riem van de man hingen, bijvoorbeeld zwaarden, dolken en harde tassen.
afbeeldingen met braguettes
De braguette komt op veel afbeeldingen uit die tijd voor.
Bekende dragers waren bijvoorbeeld Hendrik VIII van Engeland, keizer Karel V en Grote Pier.
Maar ook bij de gewone man uit de 16e eeuw was de braguette een modieus onderdeel van de kledij, zoals op verschillende schilderijen van bijvoorbeeld Pieter Bruegel de Oude wordt uitgebeeld.
Er is ook een theorie die zegt dat de ontwikkeling van de braguette kan worden gelinkt aan de syfilisepidemie van de zestiende eeuw.
De 'Franse Pokken' zoals de ziekte ook wel werd genoemd, verspreidde zich snel door Europa.
Bij de symptomen hoorden zweren op de penis, vuile afscheiding en pijnlijk gezwollen liezen, wat uiteraard leidde tot problemen met lopen en urineren.
Een smeersel gemaakt van kwik en dierlijke vetten was de meest voorkomende behandeling van syfilis.
Met dergelijke symptomen en remedies in het achterhoofd, was de braguette een grote, veilige kamer die :
het verband op zijn plek hield,
voorkwam dat de vettige zalf vlekken maakte op de weelderige stoffen waarvan kleren gemaakt waren,
zorgden voor camouflage, aangezien alle mannen braguettes droegen en je zo niet kon zien wie syfilis had en wie niet, behalve dan wanneer men werd onderworpen aan inspectie van 'de kleine arm'.
De Braekel of Brakel is een van de oudere Belgische kippenrassen.
De geschiedenis gaat terug tot 1416, uit dat jaar dateert een document waarin de Braekel wordt vermeld als succesvol ras uit de omgeving van Brakel in België.
Engels : Braekel, Brakel Duits : Brakel, Braekel Frans : La braekel
Braekel haan - zilver
auteur : Wouter Hagens CC 3.0
In het verleden werden er twee typen erkend: het grote type dat voorkwam in het rijke kleigebied van Vlaanderen en een licht type uit het kleiner vruchtbare gebied rond de Kempen.
Ten gevolge van kruisingen van de verschillende typen verdween dit verschil en resulteerde in een enkel rastype.
Het Braekel hoen is er in de kleurslagen wit, zilver, zwart, blauw, goud, blauwgezoomd en geelwit gebrand.
Braekel haan en hennen
foto : http://allesmetpluimen.blogspot.com/
De Braekel werd van oudsher gehouden voor de eieren.
Hennen van het ras zijn in staat 180 tot 200 witte eieren per jaar te leggen.
Het zijn sterke, actieve kippen die van nature behoorlijk schuw zijn.
Het braekel hoen heeft een gewicht variërend van 2,2 - 2,8kg.
Braekels zijn temperamentvol gehard en vertrouwelijk.
Het zijn tevens goede vliegers.
Bracketing is een Engelse term voor het maken van een reeks van foto's waarbij een bepaalde instelling steeds iets verandert.
Soms is bracketing bedoeld om achteraf de beste foto te kunnen kiezen, maar vaak kunnen de verschillende losse foto's gecombineerd worden tot een enkele foto.
Over het algemeen wordt een statief gebruikt, en werkt deze techniek alleen bij stilstaande voorwerpen.
Engels : Bracketing Duits : Belichtungsreihe Frans : Le bracketing, prise de vue en fourchette
Bracketing
Meestal wordt met bracketing bedoeld dat enkele foto's (meestal 3 of meer) snel achter elkaar worden gemaakt, met verschillende belichtingstijden.
Achteraf kan dan de beste foto worden gekozen, of de beelden kunnen gecombineerd worden tot een High Dynamic Range (HDR) afbeelding.
Veel digitale camera's hebben een speciale instelling voor bracketing.
De gebruiker kan kiezen hoeveel stops verschil in belichtingstijd er is tussen de verschillende opnames.
Voor het combineren van meerdere foto's tot een HDR-afbeelding is het belangrijk dat de opnames niet te veel van elkaar verschillen.
Daarom is het gebruik van een statief bij deze vorm van fotografie aan te bevelen, hoewel het niet noodzakelijk is.
De foto's moeten bij voorkeur zeer kort na elkaar worden gemaakt.
Voor snel bewegende objecten is bracketing ongeschikt om HDR-afbeeldingen te maken.
Eindresulaat samengesteld uit 3 foto's bracketing
foto : Arlon op PlanetNikon Forums
Het is ook mogelijk om verschillende foto's te maken die op verschillende afstanden zijn scherp gesteld.
Die losse foto's zijn ook te combineren tot één foto die overal scherp is.
Er zijn ook programma's die automatisch de verschillende foto's combineren tot één foto, maar het resultaat valt vaak tegen.
Omdat het resultaat van een foto met flitslicht niet van tevoren bekeken kan worden, wordt hierbij bracketing gebruikt.
Er wordt een reeks van foto's gemaakt met verschillende sterktes van de flits.
Vervolgens wordt gekeken welke waarde het beste resultaat geeft.
De Brabantse Successieoorlog was een strijd tussen Gelre en Vlaanderen enerzijds en Brabant anderzijds over de opvolging van hertog Jan III van Brabant, die overleed in 1355.
In 1336 werd de Brabantse hertog Jan III samen met Lodewijk van Nevers, graaf van Vlaanderen, medeheer van Mechelen, sinds de 10e eeuw een enclave van het prinsbisdom Luik midden in Brabants territorium.
Door de Verdragen van Saint-Quentin (1347) kwam Mechelen volledig aan zijn oudste zoon Hendrik toe en werd zijn dochter Margaretha uitgehuwelijkt aan Lodewijk van Male, zoon van Lodewijk van Nevers.
Toen Jan III in 1355 overleed, werd hij in Brabant en Limburg opgevolgd door zijn oudste dochter Johanna, die gehuwd was met Wenceslas, hertog van Luxemburg.
Deze erfregeling werd echter door Gelre en Vlaanderen betwist en leidde tot de Brabantse Successieoorlog.
Reinoud III, hertog van Gelre, die gehuwd was met Johanna's zuster Maria, nam in 1356 genoegen met de heerlijkheid Turnhout en een behoorlijke jaarrente, maar de Vlaamse graaf Lodewijk van Male viel met succes tot tweemaal toe het Brabantse territorium binnen (slag bij Scheut).
De strijd werd besloten met de Vrede van Aat (4 juni 1357), waarbij Lodewijk de rechten van Johanna erkende en de heerlijkheden Antwerpen en Mechelen verkreeg, alsmede het recht de titel hertog van Brabant te blijven voeren.
Ter gelegenheid van hun blijde intrede hadden Johanna en Wenceslas de Blijde Inkomst
(3 januari 1356) moeten verlenen, waarbij onder meer aan de inwoners van Brabant een aantal rechten werd toegekend en de integriteit van het Brabants territorium werd gewaarborgd.
Hoewel de Blijde Inkomst door de gevolgen van de Brabantse Successieoorlog dode letter is gebleven, is het charter inspirerend blijven werken en hebben tot aan de Franse Revolutie alle vorsten in Brabant een analoge oorkonde moeten verlenen.