>
De bergeend (Tadorna tadorna) is een halfgans, een eendachtige watervogel die qua formaat tussen een gans en een eend in zit. De naam "bergeend" heeft niets met "bergen" in de zin van "hoge heuvels" te maken, maar met de voortplanting: de soort kan relatief veel jongen grootbrengen of "bergen". Een andere verklaring voor de naam is dat de eend haar eieren verbergt. De bergeend legt haar eieren bijvoorbeeld in konijnen- en andere grondholen.
Engels : Common Shelduck Duits : Brandgans Frans : Tadorne de Belon |
bergeend auteur : André Karwath CC 2.5 |
De bergeend is een kleurrijke verschijning aan de kusten van westelijk Europa en sommige kusten van de Middellandse Zee (bijv. Sardinië). Ook langs de Vlaamse kust is hij te vinden, o.a. in Het Zwin en in de achterhaven van Zeebrugge. In Nederland is hij in Zeeland vaak te zien, maar ook langs het IJsselmeer. Hij broedt er, maar is ook doortrekker en wintergast. De bergeenden leven in de duinen. Maar je ziet ze ook vaak in de zee. |
Bergeend probeert trappelend op te stijgen foto : Yves Baptiste Natuur digitaal |
De bergeend is een grote eend, maar duidelijk kleiner dan een gans. Het verenkleed is bont gekleurd en bij het mannetje en het vrouwtje identiek. Het mannetje is van het vrouwtje te onderscheiden door een knobbel op de snavel.
Het voedsel van de bergeend bestaat voornamelijk uit kleine, ongewervelde dieren, zoals slakken, wormen, schelpdieren, kleine kreeftachtigen en insecten. Door met de poten trappende bewegingen te maken in ondiep water, jaagt de bergeend prooien. |
Tadorna tadorna foto : Adrian Pingstone |
Door afname van het aantal konijnen in de duinen neemt daarmee ook de beschikbaarheid van geschikte broedplaatsen af en vindt er enige omschakeling plaats naar broeden in een dichte vegetatie.
Omdat ze vaak ver afgelegen van water hun nest hebben, moeten de kuikens, wanneer ze uitgekomen zijn, door beide ouders over grote afstanden al wandelend naar gunstig voedselrijk water worden gebracht. Vaak een tocht van enkele kilometers, waarbij veel meeuwen en andere rovers het op de kuikens voorzien hebben.
Waar de dichtheid van de Bergeenden populatie groot is, worden, zodra de kuikens te water zijn, vaak crèches gevormd onder de hoede van slechts enkele ouders. De binnenlandse broedgebieden worden verlaten zodra de jongen dit vliegend kunnen. |
Bron : Wikipedia CC 3.0 |
|