Verdrietigxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Vanmorgen om half elf was ik bij de mevrouw die ik regel matig bezoek voor haar en voor mij een beetje gezelligheid. Ik trof haar aan behoorlijk in paniek en boos aan.
Ze zat op het randje van haar bed heel verdrietig te zijn, ze moest nodig plassen maar voelde zicht te wiebelig om zelf op te staan en met haar rolator naar de toilet te gaan. Alleen al door aanwezig te zijn, haar een beetje te kalmeren en dan zachtjes samen op te staan om naar het toilet gaan voelde ze zich al iets blijer. De opluchting na een grote plas hielp daar ook vast aan mee.
Ze was boos en vertelde dat ze wel 6 keer gebeld had, dat er wel iemand kwam die zei: U kunt het zelf, probeert U het maar. Toevallig toen ik er zat, kwam er ook een zuster binnen,
Jij was eerst dat lieve zustertje dat op drie hoog zat nu je naar beneden bent gekomen ben je helemaal niet zo lief meer. Dat was het eerste wat mevrouw zei.
Ik ben nog de zelfde lieve zuster, maar U bent veranderd.
Als je maar weet als het langer zo door gaat, maak ik er werk van
mevrouw we doen ons best, het is erg druk, en u kunt echt zelf naar de toilet, ik geef u een bruis tablet, zal ik het vast in een glas doen?
Wat moet ik met die grijze tablet? Ik heb altijd een witte
Die witte krijgt u smorgens deze tegen de middag, hier zit ijzer in
Verpleegster doet een beetje water in het glas en de bruistablet.
Ruik eens hoe dat stinkt zegt mevrouw, Ik zei tegen haar er moet meer water bij
Dat wil ze niet, dan heeft ze te veel water, is het te weinig is het ook niet goed zegt de verpleegster.
We doen er gewoon meer water bij dan mengt zich dat goed, heeft ze genoeg gedronken dan is het klaar. " Zullen we dat doen ? vraag ik.
Word mijn hand vast gepakt en zegt mevrouw, zo is het lekker ja dan gaat er wat in mij om. Ik begrijp best dat ze moeilijk is, dat er teveel tijd druk is voor het personeel, dat mevrouw niet helemaal begrijpt dat ze niet in de totale verzorging zit, dat ze anders naar een verpleeg instelling moet.
Ik begrijp het gerust, toch voelde ik een soort medelijden, dat misschien niet gegrond is, maar ik vond het net een vogeltje die gevangen zit in een net die zijn vleugeltjes nog wil uitspreiden maar geen kant meer op kan, een vis die op het droge word gegooid en dan spartelend en naar adem snakkend langzaam dood gaat. En dan ben je 82 jaar.
Eliza
|